Samen met onze partner #UseTheNews doen we onderzoek naar de Europese en Amerikaanse verkiezingen. Geef jouw mening en maak kans op 20 euro Bol.com tegoed!

Katern 1

Beoordeling 5.4
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 4e klas vwo | 2074 woorden
  • 24 juni 2004
  • 16 keer beoordeeld
Cijfer 5.4
16 keer beoordeeld

Hoofdstuk 1. Du was heel lang een uit elkaar gevallen land en telde niet mee. Veranderde in 1870, toen het koninkrijk Pruisen een oorlog begon tegen Fr. Na 1 jaar was Fr verslagen en werd in Versailles de vrede getekend. Door oorlog waren andere Duitse staatjes zich bij Pruisen aan gaan sluiten ? 2e Duitse Keizerrijk o.l.v. Wilhelm I. Du eiste Elzas-Lotharingen op van Fr, want daar lagen veel kolenmijnen. Du bouwde aan industrie, vloot en leger. Staalproductie was in 1900 2x zo groot als die van En en Fr samen. Bondgenootschappen: - Triple Alliantie (1882): Du + OH + It. Du was bang voor Fr, en wilde sterker staan om land op te bouwen. - Triple Entente (1902) Fr + Ru + En. Eerst Fr en Ru bondgenootschap, zodat Du op twee fronten moest vechten als er oorlog kwam. Eerst wilde En niet meedoen, maar later toen Du grote handelsvloot + marine ging bouwen, wel. Splendid Isolation: Politiek van En om zich afzijdig te houden van Europa. Tot 1902. Modern imperialisme: Rijkuitbreiding van geïndustrialiseerde landen door koloniën te vormen over zee. Dit was nodig voor de levering van goedkope grondstoffen (ook voor industrie), zoals cacao en katoen, maar ook voor voedsel, want door de snel uitbreidende bevolking kon er niet genoeg verbouwd worden op eigen platteland. Steeds meer landen werden hierdoor afhankelijk van elkaar, en er kwam een grote concurrentiestrijd, ook economisch, omdat het met al die landen steeds beter ging en ze de overige producten in het buitenland wilde verkopen. De landen gingen ook strijden om gebieden. De nationale tegenstellingen werden steeds groter, het eigen land was het beste, en de andere landen werden afgekraakt. Nationalisme: het eigen volk gaat boven alles
Militarisme: sterke nadruk op militaire middelen + leger om conflicten op te lossen. Versterkten elkaar, omdat door nationalisme alle mannen in dienstplicht moesten. Zo werd het leger sterker en benadrukt. Het zorgde ervoor, dat het idee om problemen met geweld op te lossen, steeds normaler werd. Ook werd militarisme steeds belangrijker, omdat men dacht dat een oorlog nog maar kort hoefde te duren. Je kon immers al het materiaal + manschappen per trein vervoeren. Het was een handig middel om de (politieke ) grenzen te bepalen. Ook door de coalities kon er snel een oorlog uitbreken, omdat deze recht tegenover elkaar stonden. Balkan: werd beheerst door Ru + OH + Tu. Waren ook kleine, onafhankelijke landen, zoals Griekenland, Roemenië, Bulgarije en Servië. Deze hadden zich losgemaakt en wilden nu gebiedsuitbreiding door het veroveren van delen van OH en Tu. Andere volken uit OH en Tu wilden ook zo zijn als de vrije staten. De sterkste groep was de Slavische staat (Serven, Kroatiërs en Bosniërs). Ru had meer belangen in Balkan: - Russisch = Slavische taal, dus Ru sympathiek t.o. Slavisch nationalisme. - Ru wilde controle behouden over Bosporus en Dardanellen i.v.m. warme havens. Conflicten die hierdoor ontstonden, waren regionale ruzies waar grote landen zich mee bemoeiden. Verloop WO I. - Franz Ferdinand en zijn vrouw, de kroonprins(es) van OH, worden vermoord door Servische nationalist. - OH wilde Servië straffen, vroeg steun aan Du i.v.m. Ru - Du reageerde positief, moesten niet wachten met aanvallen. - OH dacht dat Du hen onvoorwaardelijk zou steunen. - OH ging naar Servië. - Servische bondgenoot Ru zocht steun bij Fr - Fr gaf Ru een blanco cheque. - Ru mobiliseerde leger. - Du zei tegen Ru dat ze daarmee moesten ophouden, toen Ru dat niet deed, mobiliseerde Du tegen Ru. - Du verklaarde oorlog aan Fr, omdat Du dacht dat die gelijk Ru zouden helpen. - Du viel Be binnen om naar Fr te gaan (volgens Von-Schlieffen-plan). - Be had garantie van En dat zij door hen gesteund zouden worden in aanval. - En verklaarde Du de oorlog. - Op 2 fronten werd gevochten, in Oosten Du tegen Ru en in Westen Du tegen En + Be + Fr. Vrede van Bresk-Litovsk (1917): Ru trok zich terug uit 1e WO en verklaarde Polen, Finland, Estland, Letland en Litouwen onafhankelijk. In 1917 onbeperkte duikbotenoorlog. Ook Amerikaanse schepen werden nu getroffen door onderzeeërs. Hierdoor stierven vele Amerikanen. Amerika besloot in maart 1917 om mee te vechten. Du kon deze extra tegenstander er niet bij hebben en verloor. In november 1918 trad de Duitse keizer af, en de daarna gevormde democratische regering gaf zich over.
Hoofdstuk 2. Hoofdrolspelers Versailles: 1. Amerika, President Wilson. Oorlog kon worden uitgebannen d.m.v. democratie van elk land, verdragen tussen landen, zelfbeschikkingsrecht en een Volkenbond. Duitsland niet te hard straffen. 2. Frankrijk, 1e minister George Clemenceau: Duitsland afzwakken zodat het geen bedreiging meer kon vormen. Wilde dit doen door niet toetreden bij Volkenbond, land inleveren en hoge schulden betalen. 3. Engeland, Premier Lloyd George: Duitsland niet te streng straffen, anders wilde het wraak nemen. Afspraken Versailles: - Duitsland raakte gebieden kwijt, o.a. Elzas-Lotharingen aan FR, Poolse corridor, Ardennen aan BE, Danzig werd vrijhaven. - Rijnland gedemilitariseerd - Herstelbetalingen in goud, 120 mld goudmark. - Geen leger van meer dan 100.000 man. - Niet bij Oostenrijk aansluiten. - Duitsland kreeg de gehele schuld van de 1e WO. DU mocht zelf niet bij overleg aanwezig zijn. Volkenbond: Internationale organisatie, opgericht in 1919, die de oorlogsdreiging tussen landen via onderhandelingen weg moest nemen. Lukte niet, want Volkenbond mocht niet ingrijpen en Amerika deed niet mee. Buitenlandse politiek van: 1. Frankrijk: wilde bereiken dat DU niet weer een oorlog zou beginnen door streng toe te zien op de afspraken van Versailles. 2. Duitsland: wilde zoveel mogelijk bondgenootschappen sluiten en vertrouwen terugwinnen door afspraken na te komen en aardig te zijn (Erfüllungspolitiek). Ook door erkenning van schuld 1e WO. 3. Engeland: vreedzame politiek door onderhandelen met alle landen. 4. USA: Niet meedoen met Europa (isolationisme). Geld verdienen door Dawes-plan te financieren. Verdragen: Verdrag van Versailles: zie boven. Verdrag van Rapallo (1922): tussen DU en RU. Steun verlenen aan elkaar d.m.v. trainen Russische troepen door Duitse militairen, zodat DU meer leger kreeg, en Ru goede bondgenoot tegen EN en FR had. Ook toegang van DU tot handelsmarkt. Dawes-plan (1924): tussen DU en USA. Amerika verleende financiele steun aan DU door bedrijven te vestigen en DU mocht weer lenen in het buitenland om de economie erboven op te helpen. Amerika deed het om een goede handelspartner en geen uitbreiding communisme. Ook werden ze er zelf beter van, omdat het geld wat ze leenden aan DU, niet alleen terugkregen in de vorm van rente en terugbetalingen, maar ook van FR en EN, die met het geld wat ze van Duitsland kregen, hun oorlogsschuld aflosten. Verdrag van Locarno (1925): DU respecteerde grenzen uit VvV om mee te kunnen doen met buitenlandse politiek en de Volkenbond. Briand-Kellog-pact (1928): 63 landen, waaronder Du, En, Fr, beloofden dat oorlog niet meer gebruikt zou worden om conflicten op te lossen. Na 1929 veranderde bupo. In 1929 beurscrisis, waardoor in Du Hitler op kon komen. Hij gooide het roer om. Hitler hield zich niet aan Verdrag van Locarno en Erfüllungspolitiek. Hij wilde: - Machtsuitbreiding door het veroveren van gebieden, en alle Duitsers in DU (heim ins Reich). - Schande Versailles ongedaan maken. - Geen diplomatieke oplossing van conflicten. - Hij wilde uittesten in hoeverre En en Fr hem zijn zin zouden geven. In 1935 had hij al bereikt: - een verbond met Rusland - een verbond met Italië en Japan. - Veel Duitse volken terug in Duitsland, o.a. Oostenrijk, Sudetenland. - Hoop onrust in En + Fr door Rijnland te bezetten. - Opbouw leger. - Verbond met Oostenrijk. Mussolini was een dictator in Italië. Hij wilde van It weer een grote mogendheid maken, d.m.v. gebiedsverovering in bijv. Ethiopië. Daar gingen troepen heen in 1935, zij moordden dorpen uit en veroverden Ethiopië. Duitsland en Italië gingen samenwerken onder de as Rome-Berlijn. Eigenlijk tegen het communisme, maar Du wilde graag steun tegen FR + EN, en Italië was daar geen goede vriend van. Italië wilde aanzien en steun tegen En + Fr. Ook Japan zocht steun in strijd tegen En + Fr, om koloniën van die landen in Azië te bezetten. Daarom werd het met Japan, het Antikominternpact. En + Fr deden bijna niets tegen Mus. En Hit. Dat durfden ze niet, want dan zou er oorlog komen. Dat wilden zij niet. Daarom gaven zij Hitler steeds zijn zin, als hij iets wilde. Hij bezette bijvoorbeeld het Rijnland, iets wat volgens de bepalingen in Versailles niet mocht. Toch lieten En + Fr het zo. Ook toen Mussolini Ethiopië aanviel, boycotten En + Fr Italië, terwijl zij toch de Volkenbondrechten geschonden hadden. Maar En + Fr wilde Italië behouden als mogelijke bondgenoot. Dit zijn allemaal voorbeelden van appeasementpolitiek. Hoofdstuk 3. Spaanse burgeroorlog (1936-1940): De linkse regering in Spanje wilde een aantal gebieden zelfbestuur geven, en de R.K.-kerk minder macht. Ook het leger zou minder macht krijgen, en het volk meer. Het leger kwam hiertegen in opstand o.l.v. generaal Franco. Zij zetten de regering af. Franco werd gesteund door: It + Du. Regering werd gesteund door: Ru (half) + vrijwilligers uit West-Europa. En + Fr aarzelden om zich bij een partij aan te sluiten, wilden geen Europese oorlog, dus richtten Non-interventie commissie op. Hitler leerde hiervan dat je ook zonder dat het tot een echte oorlog komt veel gedaan kunt krijgen in Europa. Anschluss: - in 1934 schoten Oostenrijkse nazi’s de dictator Dolfuss dood. Toch geen staatsgreep van Oo, kwam door It, die nog een buffer wilde tussen agressieve Du en It. - In 1938 wilde Mussolini wel, omdat hij toen alleen was komen te staan door de kwestie Ethiopië en omdat toen de as Rome-Berlijn was ontstaan. - Mus. Zei tegen premier Schuschnigg dat Du vrij was in politiek t.o.v. OO. - In 1938 bespreking Schuschnigg + Hitler. - Hitler zorgde ervoor, dat Seyss-Inquart (Oostenrijkse Nazi) tot minister van BiZa werd benoemd, waar ook de veiligheidspolitie onder viel. - De veiligheidspolitie zette Schuschnigg af, en Oost nazi’s grepen macht. - Duitse troepen overschreden grens. - In maart 1938 hield Hitler intocht in Oostenrijk. En + Fr protesteerden formeel, maar hadden dit eigenlijk al lang verwacht. En vond dat Oostenrijk en Du best samen mochten gaan, het was een van de oneerlijkste bepalingen uit Versailles geweest. Wel zagen ze nu de echte politiek van Hitler. Appeasementpolitiek: De politiek van Engeland en Frankrijk voor WO 2. Zij gaven steeds wat toe op Hitler, als die met een plan kwam. Bijvoorbeeld toen DU zich aansloot bij Oostenrijk, iets wat volgens het verdrag van Versailles niet mocht. Zij deden daar helemaal niets aan. Het was een onbewuste politiek, zo hoopten EN en FR dat er geen oorlog zou komen. Hitler leerde daaruit dat hij veel van EN en FR gedaan kon krijgen, zonder dat er oorlog aan te pas hoefde te komen. TS: - welvarend land - parlementaire democratie - veel minderheden, Tsjechen, Slowaken, Hongaren, Sudeten-Duitsers, Polen. - Regering gaf iedereen gelijke rechten. - Goed leger - Goede wapenindustrie. - Sterke verdediging tegen Du. - Hoge levensstandaard. TS mobiliseerde in mei 1938 tegen Du. Gaven En + Fr + Ru waarschuwingen. Hitler garandeerde dat hij niet binnen zou vallen, wilde TS wel aanpakken. TS gaf autonomie aan de Sudeten-Duitsers onder druk van En + Fr. In 1938 bijeenkomst in München. Conferentie van München (1938): met Du, It, En, Fr. Du kreeg Bohemen. Garantie bestaan TS. Referendum Sudeten-Duitsers. TS viel uit elkaar. Hitler viel in maart 1939 TS binnen, maakte het tot Duitse staat. Wakkerde Slowaaks nationalisme aan, Slowaken kwamen in opstand en verklaarden zich onafhankelijk. Slowakije kreeg pro-Duits bestuur. Duidelijk voorbeeld appeasementpolitiek. En + Fr geven Du zijn zin, mag Sudetenland hebben, zodat er geen oorlog komt. En + Fr worden verraders genoemd omdat de afspraak van Fr, die ervoor zou zorgen dat TS niets zou overkomen, werd ingetrokken voor München. Dit werd gezien als verraad, omdat TS nu letterlijk aan zijn lot overgelaten werd als een land zonder grenzen. Du maakte steeds loze beloften, er zou geen vrede kunnen blijven. Dit drong ook door tot En + Fr. En probeerde Polen te beschermen door garanties, en probeerde tevergeefs een coalitie tussen En + USSR te sluiten. USSR vertrouwde En niet, en zag dat een oorlog tussen Po + Du dreigde. Stalin dacht dat En + Fr toch nooit soldaten zouden sturen als USSR aangevallen werd, en als Du En + Fr versloeg, zou Stalin misschien Du kunnen verslaan. Maar USSR had sterk verzwakt leger, dus kon geen lange oorlog volhouden, daarom pact met Duitsland. Molotov-Von Ribbentrop-pact (1939): Beide landen zouden elkaar niet aanvallen. Geheime afspraken: - Polen verdeeld tussen USSR en Du - USSR invloed in Estland, Letland en Litouwen. - USSR zou zich buiten oorlog met En + Fr + Po houden. Du wilde vooral dit laatste, omdat hij dan niet meer op 2 fronten hoefde te vechten in oorlog.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.