stuk 1. Hout
Hout weegt 0,8 kg/dm
Soorten
Er zijn twee verschillende soorten hout:
*Zachthout
ardhout
Hardhout komt van loofbomen. Dit zijn bijvoorbeeld: eik, kastanje en beuk. Loofbos komt voornamelijk voor in de klimaten met koude winters en genoeg neerslag bijvoorbeeld de klimaten zoals: landklimaten, zeeklimaten en gebergte klimaten. Er zijn ook loofbomen in Nederland.
Hardhout komt van bomen die langzaam groeien. Deze bomen kunnen meer dan honderd jaar worden. In Nederland zijn in de tweede helft van de negentiende en de eerste helft van de twintigste eeuw in Drenthe veel bossen aangeplant met eiken en beuken, maar ook met dennenbomen. Dennenbomen zijn geen hardhout.
Ook komt veel hardhout uit de tropische gebieden. Dit heet tropisch hardhout. Voorbeelden zijn Meranti, Azobe en Teakhout.
Hardhout is duur omdat het langzaam is gegroeid of uit verre landen komt. Dit hout gaat lang mee.
Zachthout
Dit komt bijvoorbeeld van dennenbomen, kerstbomen en coniferen. Vurenhout komt van sparren. Grenenhout komt van de grove den. Ze groeien snel en na 30 jaar zijn ze volgroeid. Deze bomen groeien in een gematigd klimaat zoals in Nederland, maar ook in een wat kouder klimaat in Scandinavië.
Op de Veluwe,in Noord-Brabant en in Drenthe zijn veel naaldbossen aangeplant om zandverstuiving tegen te gaan en hout op te leveren voor de mijnbouw in Limburg.
Zachthout is goedkoper, maar gaat vaak niet zo lang mee.
Hoe wordt het hout verkocht ?
Hout wordt verkocht in de vorm van balken, planken en platen.
Balken en planken zaag je direct uit de boomstam. Nieuw hout trekt krom als het niet gedroogd. Als het gedroogd is kan het verwerkt worden. De timmerman verwerkt het hout op de manier dat het geheel niet kromt trekt. De timmerman lijmt zo dat het kromtrekken wordt tegengewerkt door een ander balkje.
Platen zijn er de vorm van board, spaanplaat en multiplex.
1. Board wordt gemaakt van houtafval en lijm.
-
Spaanplaat maak je van kleine spaanders, onder hoge druk worden platen gevormd.
-
Mulltiplex bestaat uit op elkaar geplakte laagjes hout.
Hoofdstuk 2. Metaal
soorten metaal:
-
staal
-
aluminium
-
lood
-
koper
-
zink
-
tin
Hier zie je een tabel van verschillende metalen en wat voor toepassing kun je daar van maken:
Naam:
Smelt punt:
Eigenschappen:
Toepassingen:
Staal
1800 graden
Hard, sterk, moeilijk buigzaam en moeilijk te zagen
Gereedschap
Aluminium
660 graden
Sterk, licht, zacht en roest niet
Keukenmateriaal, folie, raamkozijnen en schepen
Lood
327 graden
Zwaar, zacht en goed buigbaar
Daken, accu's, bescherming tegen stralen
Koper
1083 graden
Goed smeedbaar, roest niet, makkelijk te solderen
Waterleiding, elektriciteitsdraden, potten en pannen
Zink
419 graden
Niet sterk, zacht en roest niet
Dakgoten, roestvrij maken, verf
Tin
232 graden
Zacht, buigbaar en roest niet
Solderen, roestvrij maken en siervoorwerpen
Hoe krijg je ijzer?
Dan moet je opzoek naar ijzer erts. Als je veel ijzererts wilt vinden, moet je zoeken diep onder de grond (mijnbouw). Maar heel soms kun je ze soms ook vinden op het aardoppervlak.
IJzererts moet 20% uit ijzer bevatten anders kun je er niet goed genoeg mee ijzer van maken. Het ijzer word in stukjes gehakt en gaat in de oven met wel 1600 graden. Dan ontstaat er gloeiend hete gesmolten ijzer. Het gesmolten ijzer stroomt uit de oven. Dan word het gesmolten ijzer weer omgesmolten. En dan in een vorm gelegd en dan is het klaar en kun je het gebruiken.
IJzer weegt 7,8 kg/dm³ en is daarmee een van de zware metalen en bij 10 °C verhoging zet het 0,12 mm uit.
Staal
Staal is hard, sterk, moeilijk en moeilijk te zagen. Met 1800 graden kun je staal smelten. Van staal kun je heel veel gereedschappen van maken. Als je roestvrij staal wilt krijgen moet je een bepaalde stof doorheen doen. Die stof heet chroom. Als je hard staal wil dan moet je meer koolstof bijvoegen.
Aluminium
Aluminium weegt 7,8 kg/dm³ en is daarmee vrij licht en bij 10 °C verhoging zet het 0,23 mm uit. Aluminium is sterk, licht, zacht en roest niet. Met 660 graden kun je aluminium maken. Om aluminium te maken heb je elektriciteit nodig. Dat ontstaat door elektriciteit met magneet bij me elkaar te houden. En dan kun je het gebruiken voor keukenmateriaal, folie, raamkozijnen en schepen.
Lood
Lood weegt 11,3kg/dm³ en is daarmee een heel zwaar metaal en bij 10 °C verhoging zet het 0,29mm uit. Lood is zwaar, zacht en goed buigzaam. Met 327 graden kun je lood smelten. Lood wordt gewonnen uit loodglans. Loodglans wordt gevonden in Australië, Bulgarije, China, Marokko, Mexico, Noord-Amerika, Peru en Rusland. Lood is schadelijk 6 voor het milieu en de gezondheid. Lood word gebruikt voor daken, accu's en bescherming tegen straling.
Koper
Koper is goed smeedbaar, roest niet en is makkelijk te solderen. Koper is bij 1083 graden te smelten. Koper word gevonden in de aardkorst. De belangrijkste vindplaatsen van koper zijn Chili, Peru en de Verenigde Staten.
Zink
Zink is niet sterk, zacht en zink roest niet. Je kan zink smelten bij 419 graden. Zink word voornamelijk het meest gemaakt in Transsylvanië en in Palestina. Van zink maken ze dakgoten, roestvrij maker en verf.
Tin
Tin is zacht, buigzaam en roest niet. Je kan tin smelten bij 232 graden. Tin komt bijvoorbeeld uit Afghanistan. Tin word gebruikt bij solderen, roestvrij maken en siervoorwerpen.
Hoofdstuk 3. Kunststof
Kunststoffen zijn alle chemische verbindingen die door niet-natuurlijke scheikundige processen worden gemaakt. Er zijn 3 soorten:
-
thermoplasten
-
thermoharders
-
elastomeren
De eerste kunststof
De eerste kunststof die gebruikt werd was bakeliet. Dit was omstreeks 1908. Dit werd gebruikt in de elektriciteit techniek, maar ook deurklinken en radiokasten. Het was dan ook pas na de Tweede Wereldoorlog dat de massaproductie van kunststoffen echt goed op gang kwam. Tegenwoordig zie je kunststof overal. Neem bijvoorbeeld een bierkrat.
Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden