Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Emancipatie van de vrouw

Beoordeling 6.6
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 5863 woorden
  • 24 november 2002
  • 106 keer beoordeeld
Cijfer 6.6
106 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
De Eerste Feministische Golf Zo’n honderd jaar geleden had de vrouw een hele andere positie in de samenleving. De onderwijsmogelijkheden waren slecht, de situatie op de arbeidsmarkt was ook slecht en op politiek gebied had de vrouw ook niks te zeggen. Ze waren er eigenlijk alleen om voor de kinderen te zorgen. Na een tijdje kwamen de Nederlandse in opstand tegen deze positie in de samenleving en kwamen op voor hun rechten en vormden vrouwenbewegingen. Deze golf begon rond het jaar 1870 en werd de eerste feministische golf genoemd. Ze hielden zich vooral bezig met vrouwendiscriminatie op het gebied van onderwijs, arbeid, kiesrecht, maatschappelijke minachting van prostituees en de gezondheid van de vrouw in die tijd. Er werd gestreefd naar: recht op onderwijs, recht op gelijke behandelingen op de arbeidsmarkt, kiesrecht, gezondere werkomstandigheden voor arbeidersvrouwen en vrijheid van kleding. De ontwikkelingen uit de eerste feministische golf waren: Onderwijs: Voor 1871 kon een meisje naar haar middelbare schooltijd geen vervolgopleiding doen. De meeste meisjes wilden eigenlijk een opleiding volgen met dezelfde kwaliteit als jongens maar werden opgevoed tot huisvrouw. In 1871 werd Aletta Jacobs als eerst vrouwelijke student toegelaten tot de Groningse universiteit. Na haar toelating werd het voor meisjes makkelijker om een vervolgopleiding te kunnen volgen. Werk: Doordat de vrouwen recht op onderwijs hadden gekregen, konden ze over dezelfde kwaliteit beschikken als mannen. Ze wilden daarom ook op de arbeidsmarkt gelijk behandeld worden en wilde dezelfde banen kunnen krijgen als mannen. Arbeidsvrouwen daarin tegen wilde juist wat minder werk, omdat zij heel veel werk verrichten in vlasserijen, steenbakkerijen, turfafgravingen, de industrie, op het veld, als naaister, als prostituee of als dienstbode. Ze werkten vaak in benauwde ruimtes, maakte lange dagen en het was er ongezond. De vrouwen wilden daar dus iets aan veranderen. Kiesrecht: Ook op het gebied van de politiek wilden de vrouwen gelijk behandeld worden. Om dat te krijgen gebruikten ze vaak gewelddadige strijdmethoden zoals het stichten van brand in een openbaar gebouw of het verstoren van belangrijke vergaderingen. De strijdmethoden hielpen wel, want in 1917 kregen de vrouwen passief stemrecht, dat hield in dat de vrouwen al wel gekozen mochten worden in de politiek alleen ze mochten nog niet stemmen. Twee jaar kregen de vrouwen ook actie stemrecht. Ze mochten stemmen en daardoor bleef het aantal vrouwen in de Tweede Kamer ook stijgen. Prostitutie: Vrouwen zaten vroeger ook vaak onder seksuele dwang bij mannen. De meeste vrouwen waren dan ook vaak op vroege leeftijd zwanger, omdat er geen voorbehoedsmiddelen waren. De dolle Mina’s (Wilhelmina Drucker, een vrouw met een onecht kind) hebben er dan ook een grote rol bij gespeeld om voorbehoedmiddelen te krijgen. Kleding: Doordat vrouwen vroeger een korset aan moesten hadden ze vaak last van maag- en darmklachten en vielen regelmatig flauw. Er werd dus voor gezorgd dat er kleding werd ontworpen die veel lekkerder zat en waar ze ook mee konden zwemmen of fietsen. De gevolgen van de eerste feministische golf waren dat vrouwen recht kregen op onderwijs, passief en actief kiesrecht en werden ook al wat meer gelijkwaardiger behandeld. Maar omdat hun doelen niet werden bereikt ontstond de Tweede Feministische golf. De Eerste Wereldoorlog Het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog bereide de weg voor de nationale drooglegging. Producenten waren onderling verdeeld en bierbrouwers dachten de dans te kunnen ontspringen en verzuimden hun krachten door ze te combineren met stokers. Doordat alcohol ook steeds meer werd geassocieerd zag men het steeds meer als een bedreiging van de identiteit van de natie. Toen Amerika in 1917 betrokken raakte in de oorlog werd er gezegd dat drankgebruik een natie in oorlog geen goed deed. Ze hadden voedsel nodig om bondgenoten te voeden. Het verbod tot het fabriceren van drank werd aangekondigd als een vaderlandslievende daad. De publieke opinie keerde zich tegen alle Duitse invoer. Omdat veel mannen naar het front moesten, hadden de vrouwen de taak om in de fabrieken te werken. De vrouwen waren behoorlijk belangrijk in de oorlog, want zij moesten voor de wapens zorgen. Na de oorlog wilden de vrouwen dan ook meer te zeggen hebben en kregen de vrouwen in veel landen in 1917 kiesrecht. Dat betekende dat vrouwen ook mochten stemmen op politieke partijen in hun land. Het ging vroeger een lange tijd goed totdat de verkopen in 1929 de verkopen zo snel daalden als ze gestegen waren. Mensen hadden geen geld meer om hun dure goederen af te betalen en dus ook niet meer nieuwe spullen kochten, waardoor de verkopen daalden, dus de productie daalde en waar door er dus mensen werden ontslagen, waardoor de verkopen nog verder daalden. Op 19 oktober zag men op Wall Street dat de beurs ineenzakte. Door het verlies konden veel werkgevers hun deur sluiten of gingen failliet waardoor en nog meer mensen op straat kwamen. De werkloosheid steeg. Doordat president Hoover niks aan de crisis deed kwam hij gauw aan zij einde en werd hij opgevolgd door Franklin Delano Roosevelt. Die beloofde de bevolking een New Deal. Het was een probeersel om de economie weer op gang te krijgen in de vorm van zeer uitlopende en niet op elkaar aansluitende wetten. Zijn strategie was probeer alles en kijk wat werkt. De bevolking putte uit maar de New Deal was niet voldoende. In 1935 kwam een tweede New Deal, maar die bleek ook niet voldoende en het was uiteindelijk de Tweede Wereldoorlog die de economie weer op poten moest zetten.
De Tweede Feministische Golf. Na de eerste feministische golf was er al veel veranderd maar toch niet alle doelen waren bereikt, er bleven verschillen tussen mannen en vrouwen. De feministes wilden dat een vrouw een vrij mens zou worden, dat ze haar potenties zo veel mogelijk zou verwerkelijken en dat ze een volwaardig lid van de maatschappij zouden worden. Rond de jaren zestig ontstond de tweede feministische golf en hoopten de vrouwen op een gelijke behandeling tussen de vrouwen en de mannen. De ontwikkeling uit de Tweede Feministische Golf waren: Werk: Na de Tweede Wereldoorlog kwamen de mannen terug en wilde hun oude banen weer terug, maar tijdens de oorlog werd hun werk door de vrouwen gedaan. De vrouwen voelden hoe het was om werk te hebben, om betaald te worden en respect te krijgen. Het was dan voor de vrouwen ook erg moeilijk om de banen weer los te laten en weer thuis te gaan werken. De meeste vrouwen werden na een tijdje helemaal gek thuis van het huishouden en probeerden een baan te vinden. Maar het was moeilijk om alle moeilijkheden te overwinnen en als je dat lukte werd je als vrouw zijnde voor een monster aangezien. Bij sollicitaties werden vrouw vaak weggestuurd met het verhaal van we hebben een sterke man nodig en geen slappe huismoeder. Door de ideeën van Freud (een schrijver) bleven steeds meer vrouwen thuis, omdat ze dan toch weer vonden dat de kinderen op de eerste plaats kwamen en dat ze die tekort zouden doen als ze gingen werken. Het was voor de mannen dan ook wel even slikken toen er na een tijdje toch steeds meer vrouwen besloten om aan een eigen carrière te gaan werken. Daardoor verbeterde de werk omstandigheden toch weer wat en werden de vrouwen al wat meer gelijk behandelt. Onderwijs: De meeste vrouwen deden na de lagere school geen vervolgopleiding, omdat er voor de vrouw meestal al was uitgemaakt van wat ze na de lagere school en had daarover niets te zeggen. Alleen vrouwen uit de hoogste kringen deden een vervolgopleiding. De meeste trouwden dan ook op jonge leeftijd en kregen kinderen. Ze hoefden vaak alleen te werken als de man niet genoeg verdiende om het hele gezin te onderhouden. Er ontstond tweedekansonderwijs. Maar omdat er zoveel moeders behoefte hadden aan scholing konden de Moedermavo en Moederhavo het niet aan. De universiteiten gingen ook op een steeds andere manier lesgegeven en er kwamen ook steeds meer vrouwenstudies. Rechten: De vrouwen hadden weinig rechten en waren niet gelijk aan de man en werden dus altijd als mindere behandeld. Als een ongetrouwde vrouw werkte kreeg ze veel minder betaald dan een werkende man en als ze ging trouwen moest ze haar baan opgegeven zodat ze het huishouden kon gaan doen. Het wetsvoorstel voor gelijke behandeling werd ingediend maar werd pas later aangenomen. Doordat steeds meer vrouwen gingen werken werden ze ook meer gerespecteerd. Maar veel bazen dachten echter het gevoel te hebben dat ze de macht hadden over de vrouwen die in hun bedrijven werkten. Hierdoor is ook seksuele intimidatie ontstaan. Relatie: Mannen hadden het idee vroeger dat vrouwen een gemakkelijk leven hadden, omdat ze alleen maar voor de kinderen hoefden te zorgen en dat ze zich maar op een ding hoefden te richten. Veel vrouwen waren niet gelukkig in hun huwelijk, maar waren bang om als alleenstaanden achter te moeten blijven en als zielig betutteld te worden. Vrouwen begonnen steeds vaker te bekvechten met hun mannen over de taak verdeling in huis. Ze vinden dat de mannen ook wel iets mogen doen. Ook stonden de vrouwen vaak seks toe terwijl ze eigenlijk niet wilden, maar waren bang dat ze hun man kwijt zouden raken als ze het zouden weigeren. Doordat de vrouw steeds meer ging veranderen als persoon en steeds meer zelfstandiger, zelfverzekerder en onafhankelijker werd, kwamen er veel meer scheidingen en durfden steeds meer vrouwen voor zichzelf te kiezen. Ze verlieten de mannen waar hun ouders hen mee opgezadeld hadden, omdat die hun vooruitgang in de weg stonden en die moeite hadden met het idee dat hun vrouw net zo veel ging verdienen als zij zelf. Ook trouwden de vrouwen pas veel later, omdat ze eerst carrière wilde maken. De ontwikkeling van de Tweede Feministische golf waren dat de vrouwen in deze golf streden voor de rechten die wij nu vanzelfsprekend vinden. Dat deden ze door middel van bh- en korsetverbrandingen, door het scheren te weigeren van been en okselhaar en de bestorming van het Nijenhuis hebben ze dat voor elkaar gekregen. Kleding vanaf 1900 tot heden… Voor het uitbreken van WO1 in 1914 was het leven van de rijke Europeanen 1 en al pracht en praal. De mode was toen ook zo. De vrouwen draagden dure en dan ook mooie galajurken, voor feesten en partijen. Parijs was toen al het centrum van de mode geworden. Daar werd vooral luxe mode ontworpen. Deze mode was in de 1e jaren van de 20ste eeuw erg verwarrend. Dit kwam doordat het heel erg veranderd was. In deze tijd waren vooral de oudere vrouwen met erg zware boezem favoriet. De boezem werd toen met een gezondheidskorset, ook wel droit-devant, omhooggeduwd. Dit korset zorgde er ook voor dat de buik werd platgedrukt. De rok viel strak over de heupen en was aan de onderkant klokvormig. Er werden watervallen van kant op de japon genaaid. Als dit te duur was haakte men kant waarmee de japon versierd werd.De jaren erna werden de schouders langzaam maar zeker breder en de rok werd aan de onderkant nauwer. De vrouwen droegen toen ook grote hoeden. Dankzij de WO1 werd de nauwe kleding afgeschaft. Dit kwam doordat de vrouwen moesten werken in de oorlog en de mannen aan het front vochten. De vrouwen hadden tijdens het werk praktische kleding nodig. De rok werd weer ruim en niet meer zo lang. Het mantelpakje werd populair. Na WO1 Na de oorlog werd de rok weer nauw. En de oudere vrouw was niet meer geliefd. Een vrouw moest toen jong, slank en het liefst zonder boezem zijn. Toen er in 1925 de korte rok (nog wel onder kniehoogte) verscheen, werden er meteen wetten gemaakt die dit verboden. Ondanks de wetten ging de vrouwenkleding steeds meer op mannenkleding lijken. De vrouwen knipte zelf het haar kort met krulletjes. Door de korte rok mode ontstonden relletjes op straat. Modeverschijnselen die ook relletjes deden ontstaan waren: *rugloze badpakken *broekrok en korte broek voor tennisspeelsters *avondjurk zonder rug *blote benen *polka haar
Tijdens WO2 werd mode zinloos geworden en iedereen moest de oude kleding wegdoen. Veel vrouwen gingen een lange broek dragen. Overal was de kleding saai. De oorlogskleding bestond uit een knielange rok met een of twee loopplooien, een jasje met vierkante schouders, en een klein hoedje en veterschoenen met blokhak. Christiaan Doir had een Nieuwe look ontworpen met de naam ‘New Look’. Dit was een lange en wijde rok met strakke kleding boven en hakschoenen. Door de New Look veranderde de mode steeds sneller. Er kwamen lange, korte, nauwe, wijde en super korte rokken. De vrouwen gingen steeds vaker mannenkleding dragen, nu is het gewoon. Mode na 1950 De mode veranderde weer rond 1950. Dit kwam doordat de vrouw steeds vaker ging werken. Men wilde gemakkelijke kleding. Er kwamen naast de koker rokken ook plooi rokken. Hierboven werden korte jasjes en wijde mantels gedragen. Bij de jongeren werden de geruite kantoenen jurkjes met wijde rok erg populair. Deze waren ontworpen door Brigitte Bordot. De bloemen jurkjes kwamen ook in de mode. Zo langzamerhand kreeg de jeugd meer invloed. Ze kregen zakgeld, een studiebeurs of werkte. Hierdoor veranderde heel Europa. De Beatles komen, en de gehele jeugd gaat hen nadoen. De jeugd had lange haren, mini rokjes, maillots, strakke truitjes, strakke broeken en hoge laarzen. Er werd nu speciale kleding voor de jeugd ontworpen. Naast deze vrijetijdskleding blijft haute-couture-mode bestaan, dit is mode dat door bekende ontwerpers is ontworpen. Vooral in de jaren 80 wordt in Parijs, Milaan en Japan de mode erg populair. Kijk maar eens in de bekende modebladen. Anti-Mode Naast de mode bestaat een anti-mode. Vanaf de Tweede wereldoorlog werd Amerikaanse legerkleding in de zogenaamde dumpshops verkocht. Men draagt nu oude legerkleding, zoals battledress, parka’s, houtje-touwtje jassen, trenchcoats en flanellen houthakkers hemden. En natuurlijk ook de spijkerbroeken. En deze kleding wordt het liefst versleten en gerafeld gedragen. Deze anti-mode bestaat niet alleen uit het dragen van oude legerkleding, maar ook uit het dragen van de kleding van onze grootouders. Waarom deze oude kleding weer gedragen wordt, is moeilijk te zeggen. Vindt men de kleding mooi of is het een protest tegen de mode die ons door de confectie wordt opgedrongen? Het is wel zo dat deze anti-mode zelf mode is geworden. Het verschil tussen emancipatie en feminisme. Feminisme: streven naar gelijke rechten voor vrouw en man. Emancipatie: vrijmaken en gelijkstellen.
Prostitutie
Oneerlijk maar onmisbaar
In de Middeleeuwen waren er voorwaarden gesteld aan de uitoefening van het beroep. En dus mocht de vrouw niet getrouwd zijn, en de vrouwen moesten zich houden aan enkele kledingvoorschriften waarmee zij zich konden onderscheidden van de eerbare vrouwen. Het was voor getrouwde mannen en joden niet geoorloofd om prostituees te bezoeken. De prostitutie was niet overal in de stad toegestaan, op een paar bepaalde plaatsen was het wel toegestaan. In Amsterdam was het alleen aan de schout en zijn dienaren toegestaan om in de Pijl- en Halsteeg (de tegenwoordige Damstraat) hoerhuizen te houden. Er waren veel vrouwen die zich niet wilden onderwerpen aan de regels van het Stadsbestuur. Daarom oefenden zij hun beroep elders in de stad illegaal uit. Maar, vaak werden zij daar betrapt, en dan werden ze 'met een troep gemene vrouwen afgehaald om openlijk en onder trommelslag en fluiten naar de stegen te worden gebracht'. Prostituees werkten voor hoerwaardinnen, in ruil voor kost en inwoning en afbetaling van haar schulden die ze hadden gemaakt voor het aanschaffen van werkkleding en opsmuk. In de avonduren ging de hoerwaardin met de twee à drie meisjes die voor haar werkten naar de musico of speelhuis om klanten op te pikken die zij na sluitingstijd meenamen naar het hoerhuis. Hoerwaardinnen die geen overlast veroorzaakten, ruzies met de buurt wisten te vermijden en ervoor zorgden dat de klanten niet werden bestolen konden er op rekenen dat zij door het stadsbestuur redelijk met rust werden gelaten. De stille huizen in de18e eeuw In de achttiende eeuw werden de speelhuizen geaccepteerd. Straatprostituees werden opgepakt maar de speelhuizen werden ongemoeid gelaten. Het werd voor de eigenaren van deze danszalen aantrekkelijk om te investeren in de inrichting, aankleding en uitbreiding van hun bedrijf. De meisjes die tot die tijd alleen de huizen bezochten om klanten op te pikken werden intern geplaatst. De speelhuizen ontwikkelden zich in die tijd tot gesloten luxe bordelen met soms wel dertig meisjes in dienst. De openbare orde en zedelijkheid waren hiermee gebaat, er liepen geen
prostituees met dronken klanten 's nachts nog over straat. Het prostitutiebedrijf speelde zich af achter de gesloten deuren van de zogenaamde stille huizen De controle In de militaristische Napoleontische tijd werden prostituees gedwongen zich te laten registreren en ze moesten zich twee maal per week op
geslachtsziektes te laten controleren, dit om verdere uitbreiding van de ziekte te voorkomen. De bordeelbazen waren, gezien de grote investeringen die zij hadden gedaan in hun bedrijven, genoodzaakt om aan de politievoorschriften te voldoen. Prostitutie werd in deze tijd gezien als een noodzakelijk kwaad aangezien seksuele onthouding bij mannen zou kunnen leiden tot melancholie en gebrekkige levenslust. Voor ongehuwde mannen was het dus noodzakelijk dat "een aantal vrouwen zich opoffert om de rest van de vrouwen te sparen en zo verderf van nog walgelijker aard te voorkomen". De registratie en de keuringen die ook na de Franse tijd in de meeste Nederlandse steden bleven plaatsvinden zorgden voor een tweedeling in de prostitutie. Enerzijds waren er de grote bordelen waar gewerkt werd volgens de politievoorschriften, anderzijds ontstonden overal nieuwe, clandestiene vormen van prostitutie waar vrouwen werkten die zich niet aan het bordeel wilden onderwerpen. De bordeeleigenaren moesten daarom steeds vaker in het buitenland op zoek naar meisjes. Zo ontstond aan het eind van de negentiende eeuw een internationale vrouwenhandel. Als aanklacht tegen de 'handel in blanke slavinnen', de onmenselijke behandeling van de meisjes en de onzedelijkheid in het algemeen kwamen er overal in Europa anti-prostitutiebewegingen. In Nederland werd door ds Pierson de Nederlandse Vereniging tegen de Prostitutie opgericht die voornamelijk ageerde tegen de regering die de 'gewettigde ontucht' toestond. De Middernachtzending richtte zich op de prostituant die zij door middel van postten bij bordelen trachtte te weerhouden van zijn voorgenomen bezoek. Mede dankzij de inspanningen van deze bewegingen wiens invloed duidelijk was bij de hoge gezagsdragers maar ook omdat het paste in het de mentaliteit en strenge zedelijke moraal van die tijd, werd in 1911 het bordeelverbod (WvS. art.250bis) aangenomen. Deze wet stelt niet de prostitutie zelf maar het aanzetten tot ontucht van derden strafbaar. Het was dus niet de bedoeling de prostituee, te straffen maar de daders, de vrouwenhandelaars en de bordeeleigenaars. Clandestiene bordelen Het prostitutiebedrijf liet zich niet uitbannen door een wetsartikel. Het bedrijf werd weer kleinschalig en verspreidde zich over de stad. Achter de fatsoenlijke bedrijven als massagesalons, kunsthandel en tabakswinkel verschanste zich clandestiene huizen van ontucht. De speciaal opgerichte zedenpolitie had al snel door dat zeker in oude prostitutiewijken, zoals rond het Oude Kerkplein in Amsterdam, de prostitutie toch niet zou verdwijnen en liet de vrouwen werken zolang ze dit niet te opvallend deden. Zij mochten bijvoorbeeld niet in de deuropening gaan staan, maar wel met de gordijnen op een heel klein kiertje open achter het raam zitten om met een klein tikje op de ruit een eventuele klant haar aanwezigheid kenbaar te maken. Naarmate de jaren verstreken mochten de gordijnen steeds verder open. De vrouwen zaten vaak 'op een halfje' bij de besteedster. De helft van de verdiensten van de prostituee ging dus naar de eigenaresse van de kamer. De jaren zestig en vooral zeventig hebben een grote invloed gehad op de prostitutie. De seksuele revolutie vond zijn weerslag in de prostitutie. De minder strenge seksuele moraal zorgde voor een steeds openlijker gedoogbeleid ten aanzien van de exploitatie van prostitutie. Voor de eigenaren van de clandestiene huizen werd het aantrekkelijk om te investeren in de inrichting, aankleding en uitbreiding van hun bedrijf. Er ontstonden grote luxe bordelen die binnenkort worden gelegaliseerd en door de lokale overheden in het kader van een vergunningenstelsel aan regels worden gebonden.
Geschiedenis van abortus in Nederland Tot het einde van de zestiger jaren was het in Nederland vrijwel onmogelijk om een ongewenste zwangerschap door een arts te laten afbreken. Volgens de heersende moraal moest de vrouw haar ongewenste zwangerschap altijd uitdragen. Abortus was strafbaar en ontoelaatbaar, waardoor de meeste artsen weigerden hun patiënten te helpen. Dit leidde ertoe dat de abortussen in het verborgene en verboden plaatsvonden. Vrouwen namen hun toevlucht tot primitieve en vaak gevaarlijke middelen, zoals door zich van
een trap te laten vallen, zich te laten behandelen met de breinaald of zeepspuit. Illegale aborteurs konden niet medisch werken, hetgeen kon leiden tot complicaties en sterfte. Aan het eind van de zestiger jaren kwamen de vrouwen in opstand. Ze namen het niet langer dat de moraal en de wetgeving buiten hun wil om konden uitmaken of zij zwanger moesten blijven. Wereldberoemd werd de kreet van de actiegroep Dolle Mina "Baas in eigen buik".In die jaren kwamen de eerste initiatieven op gang om tot een verantwoorde abortushulpverlening te komen. Academische ziekenhuizen begonnen met abortuscommissies, die een aantal schrijnende gevallen gingen behandelen. Toen in Engeland een liberale abortuswet tot stand kwam, zorgde de NVSH ervoor dat duizenden Nederlandse vrouwen een goede behandeling konden krijgen in Engelse abortusklinieken. De eerste initiatieven om in Nederland openlijk te gaan aborteren werden genomen door artsen die zich beriepen op de noodzaak om bij een abortusverzoek medisch verantwoord te behandelen. Zij liepen hiermee het risico om vervolgd te worden voor een ernstig strafbaar feit met alle consequenties van dien voor hun beroepsuitoefening. Daarom ontstond al
spoedig de wens om groepen te vormen die zich gezamenlijk zouden inzetten voor een goede abortushulpverlening. In Rotterdam startte in 1970 een landelijkestichting "Stimezo" (Stichting Medisch verantwoorde Zwangerschaps Onderbreking) met een actie voor het oprichten van een abortuskliniek. Spoedig ontstonden ook in andere plaatsen abortusklinieken, die dezelfde naam hanteerden. Het beginkapitaal, fl. 150.000,-waarmee de eerste Stimezo klinieken gefinancierd zijn, is ingezameld door middel van een actie op de Vara televisie. In eerste instantie werden twee doelen nagestreefd: *Zorgen dat de kwaliteit van de hulpverlening optimaal is (opvang, behandeling en anticonceptienazorg). *Zorgen dat de hulpverlening zoveel mogelijk over het land gespreid is. In de wet uit 1911 stond dat abortus strafbaar was, waardoor de opvatting heerste dat abortus een groot kwaad was. Dankzij het feit dat regering en officieren van justitie een terughoudend beleid voerden, heeft de abortushulpverlening zich in de jaren '50 tot '70 gunstig kunnen ontwikkelen. Vervolging van de artsen was zinloos, omdat de medische wereld verdeeld was over het begrip "medische indicatie", waarop de rechtspraak zich baseerde. Na vele wetsvoorstellen, die afgewezen werden, trad per 1 november 1984 de Wet Afbreking Zwangerschap (WAZ) in werking. Enkele hoofdpunten uit deze wet zijn: *Abortus blijft in het Wetboek van Strafrecht; *abortus mag alleen als de noodsituatie van de vrouw is aangetoond; *Abortus mag op de 6e dag na het bezoek van een arts, die met haar heeft gesproken over haar besluit. Sinds 1985 vergoedt de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) de abortus bij vrouwen die ingezetenen van Nederland zijn. Dit moet in de kliniek gecontroleerd worden door middel van verzekeringspapieren, ziekenfondspas, een uittreksel van het bevolkingsregister of een ander legitimatiebewijs.De behandeling wordt anoniem gedeclareerd bij de AWBZ. Voorbehoedsmiddelen
Condoom
Al duizenden jaren geleden kwamen onze voorvaderen op het idee om de penis te beschermen tegen bijv. ongedierte, verwondingen en kwade geesten, dan wel te versiering ter herkenning van rang en stand. Het inpakken' van het geslachtsorgaan is dus niets nieuws. Wel zijn door de eeuwen heen de redenen voor bescherming van de penis veranderd. Sinds lang zoeken mensen naar methoden om zwangerschap en geslachtsziekten te voorkomen. Men gebruikte niet alleen voor de hand liggende methoden en middelen, zoals terugtrekken, periodieke onthouding, vaginale spoelingen en sponsjes, maar ook een voorloper van het condoom. Volgens sommige mensen bestond het condoom al in het stenen tijdperk. Wel werd er al een soort condoom gebruikt in het oude Egypte, alleen zagen ze er heel anders uit. Hier zijn een paar voorbeelden: *De egyptenaren gebruikten een linnen zakje *De chinezen gebruikten een zijde papieren condoom die gedrenkt werd in oliën. *De Japanners hadden een leren condoom. *Romeinen hadden een condoom die gemaakt was van een geitenblaas. De middeleeuwen Doordat er in de middeleeuwen Europeanen door Amerika rondzwierven namen ze als ze weer terug naar huis toe gingen allerlei geslachtziektes met hen mee zoals: syfilis. Het werd toen de hoogste tijd om aan voorbehoedsmiddelen te denken. De eerste condooms waren gemaakt van linnen, maar later ging men over op blazen en darmen van dieren. Toen was
het demonstreren van condooms ook volksvermaak. De negentiende eeuw In de vorig eeuw heeft men rubber zodanig leren bewerken dat het rekbaar en waterdicht werd. Een prachtige grondstof voor het condoom! Aanvankelijk waren de condooms nog erg dik en er bestond ook een model dat alleen over de eikel ging, en daarom 'kapotje' genoemd werd, omdat het dezelfde vorm had als het dameshoedje met die naam. In de twintigste eeuw werden condooms alleen dunner en comfortabeler. Ze werden in die tijd vaak hergebruikt, In die tijd bestonden er ook condoomrekjes, die vergelijkbaar zijn met een afdruiprekje van een afwasmachine om ze te laten drogen.
De laatste decennia Tegenwoordig bestaan er allerlei soorten condooms je kunt het zo gek niet bedenken of het is er. Hier een paar voorbeelden. *Gewone condooms, *Extra sterke condooms voor anaal contact (kontneuken), *Condooms met smaakje voor oraal contact (pijpen), *Gekleurde condooms *En onveilige funcondooms, met gekke vormen voor feesten en partijtjes, *Condooms van lams blazen omdat deze een optimaal gevoel geven, en her bruikbaar zijn, maar ze zijn niet veilig tegen geslachtsziekten, *Voor de latex allergische personen bestaan er sinds enige jaren ook polyurethanen condooms (een soort boterhamzakjesplastic). Herkomst Naam
De naam condoom is waarschijnlijk afgeleid van het Latijnse condus dat zoveel betekent als vergaarbakje. Niet zeker is wie de uitvinder was, wel zeker is dat condooms gebruikt werden. Waar dient een condoom voor? Een condoom voorkomt dat er schadelijke ziektekiemen (virussen, bacteriën, schimmels) of ongewenste stoffen (sperma met zaadcellen of ziektekiemen) worden getransporteerd tussen twee partners tijdens een seksueel contact. Naast het voorkomen van zwangerschappen is het condoom vooral bedoeld als bescherming tegen seksueel overdraagbare aandoeningen. Dit is een groep ziekten die alleen maar via bloed of lichaamsvocht kunnen worden overgebracht. De reden daarvan is dat de betrokken virussen en/of bacteriën buiten het lichaam direct of vrij snel doodgaan. Deze ziekten kun je niet oplopen via deurknoppen, wc-brillen, of een hoestbui. Verspreiding De enige manier waarop deze ziekten zich kunnen verspreiden is via direct contact tussen de lichaamsvloeistoffen van twee mensen zoals: *Drugs spuiten *Anaal contact (kontneuken) *Vaginaal contact (neuken) *Oraal genitaal contact (beffen en pijpen) *Zoenen kan geen kwaad, evenmin als aftrekken en vingeren (tenzij de huid van je handen duidelijk beschadigd is door bijvoorbeeld eczeem). Belangrijkste seksueel overdraagbare aandoeningen? *Chlamydia: Een bacteriële besmetting die vaak ongemerkt wordt opgelopen en zelden klachten geeft. Vooral bij vrouwen is het een gevaarlijke aandoening omdat de besmetting kan leiden tot onvruchtbaarheid door littekenvorming in de eileiders. *HIV: Op den duur leidend tot AIDS. HIV is niet vreselijk besmettelijk, maar als je eenmaal besmet bent dan ga je er vroeger of later onherroepelijk dood aan. Genezing is onmogelijk. *Hepatitus B: Zeer besmettelijk, geeft een lichte tot zware leverontsteking (geelzucht), en geneest bij een aanzienlijk aantal mensen niet. Deze mensen worden 'drager' en zijn levenslang besmettelijk. Zeer moeilijk te behandelen. *Syfilis: Een bacteriële besmetting die goed te behandelen is met antibiotica, mits je er op tijd bij bent. Als je niet behandeld wordt kunnen in de loop der jaren allerlei organen aangetast worden. *Gonorroe (druiper): Goed behandelbare bacteriële besmetting, geeft vaak duidelijke klachten zoals brandende pijn bij het plassen en vooral bij mannen afscheiding van pus uit de urinewegen. *Genitale Herpes: Te vergelijken met een koortslip maar dan op geslachtsdelen. Bijzonder hinderlijke aandoening maar niet gevaarlijk. De klachten zijn met medicijnen te verzachten, de besmetting raak je nooit meer kwijt. *Genitale wratten: bloemkoolachtige wratten op penis, schaamlippen en rond de anus. Geen echte geslachtsziekte omdat het ook op andere manieren verspreid kan worden. Op zich niet gevaarlijk, maar wel hinderlijk en ontsierend. Kan behandeld worden. *Schaamluis: (platjes): Eigenlijk geen echte SOA, maar wordt wel vaak tijdens seksueel contact overgedragen. Dit zijn hardnekkige beestjes die zich in je schaamhaar nestelen en een hinderlijke jeuk veroorzaken. Dit is de enige seksueel overdraagbare aandoening waarbij een condoom niet helpt. De kwaal is echter gemakkelijk te genezen met uitwendige middelen. *Schurft (scabies): Ook een beestje. Het graaft zich in in de huid, vooral de penis is een geliefde verblijfplaats en geeft vreselijke jeuk. Ook deze aandoening laat zich gemakkelijk behandelen met uitwendige medicijnen. De pil Maar zoals gezegd, kritiek op de pil is al bijna ouderwets. De anticonceptiepil wordt op het ogenblik door 1,7 miljoen vrouwen in Nederland geslikt. In de veertig jaar na haar ontdekking is 'de' pil zo gewoon als kraanwater geworden. Zij is in Nederland de koningin der anticonceptiva en staat nauwelijks nog ter discussie, terwijl ze nog altijd kunstmatige hormonen bevat en potentieel schadelijke bijwerkingen heeft. Vanaf het einde van de jaren zestig rezen daarover de eerste kritische geluiden op vanuit het Vrouwenhuis, na jaren van gejuich over die nieuwe, 'bevrijdende antibabypil'. Veel vrouwen bleken haar toch, zoals Judith Herzberg dichtte, zeer tegen hun wil te slikken - dat 'roze rondje dat het innerlijk verstoort'. Zij voelden zich in een 'hormonaal corset' geperst door opdringerige artsen en fabrikanten, die bovenal controle zouden willen krijgen over de vrouwelijke vruchtbaarheid. Maar ondertussen gaf diezelfde pil wel een enorme impuls aan de emancipatie van vrouwen. De pil en de vrouw(enbeweging) ze hebben altijd een haat-liefderelatie gehad.'De passieve berusting in het onbeperkte moederschap is de voornaamste oorzaak van de slavernij der vrouw geworden'. In het Engeland van begin deze eeuw waren feministen wel voorstander van geboorteregeling, maar zij wezen het gebruik van anticonceptiemiddelen af, omdat zij daarin een onderwerping van de vrouw aan de seksuele driften van de man zagen. Zij meenden dat de vrouw geen seksuele behoeften kende, en dat de man, die deze wel had, zich moest beheersen. In Nederland daarentegen ijverde de vrouwenbeweging, net als in de strijd voor het vrouwenkiesrecht die rond diezelfde tijd werd gevoerd en in 1919 in een triomfantelijke overwinning

eindigde, nogmaals voor een soort kiesrecht: de vrije keuze van de vrouw voor of tegen voorbehoedmiddelen, en dus de keuze om haar leven en liefdesleven in te richten zoals ze zelf wilde. Eeuwenlang was voor de vrouw bepaald dat haar levensvervulling in het moederschap lag. Haar liefdesverlangens werden eenvoudigweg gelijkgesteld aan de wensen van haar man. Maar in werkelijkheid, zo gingen vrouwen zich realiseren, waren zijn lusten haar lasten zolang seks onlosmakelijk verbonden bleef met (de angst voor) zwangerschap. Het zou nog tot 1961 duren voordat het farmaceutische bedrijf Organon besloot om de pil ook in de Lage Landen te introduceren. Ongeveer een jaar later was de pil hier verkrijgbaar en werd ze ook direct vrij veel voorgeschreven, zij het zogenaamd tegen menstruatieklachten. Dat je tijdens het gebruik niet zwanger kon worden, stond in de bijsluiter vermeld als een van de 'bijwerkingen'. De ziektekostenverzekeraar vergoedde de pil alleen als die was voorgeschreven op 'medische indicatie'. Belachelijk, vond Dolle Mina. De vrouwenactiegroep was druk bezig met de strijd voor vrije abortus en in één moeite door gingen de Mina's de straat op om actie te voeren voor opname van de pil in het ziekenfondspakket. De pil paste precies in de filosofie van de abortusstrijd. Vrouwen konden immers maar beter zorgen niet ongewenst zwanger te raken - abortus was een noodmaatregel. Dus stelde Dolle Mina onomwonden: 'Een vrouw zonder voorbehoedmiddelen is een domme trut!' En in oktober 1970 hielden de vrijgevochten vrouwen een demonstratieve optocht door de Amsterdamse binnenstad, met spandoeken waarop kreten als 'Moeders wil is wet, met de pil naar bed', 'De pil moet rollen', en 'De pil voor 0 cent. U geniet zoveel meer'. Vrouwen konden maar beter massaal aan de pil gaan - het was immers revolutie! Dolle Mina zag in de pil ook de mogelijkheid voor vrouwen om zich net als mannen op een zorgeloze manier seksueel te ontplooien. En inderdaad heeft de pil een enorme impuls aan de seksuele revolutie gegeven die zich in vele West Europese slaapkamers schoorvoetend aan het voltrekken was. Opeens konden zowel mannen als vrouwen daar even 'bevrijd' aan deelnemen. Vrouwen waren, als het er in bed op aankwam, niet langer aangewezen op het verantwoordelijkheidsgevoel van hun man. En zij konden zich, (tijdelijk) verlost van de 'vloek der vruchtbaarheid', opeens ook wijden aan studie, werk en carrière. In 1972 kreeg Dolle Mina haar zin - de pil werd in het ziekenfondspakket opgenomen en werd daarmee 'gratis' voor iedereen. Binnen een paar jaar nam het gebruik explosief toe. In 1977 waren al meer dan een miljoen vrouwen aan de pil. Aan zorgelijke geluiden over bijwerkingen en risico's van pilgebruik besteedden de feministen aanvankelijk geen aandacht - bezwaren van vrouwen tegen de pil zouden slechts betekenen dat zij 'nog niet geëmancipeerd' waren. En voor deze ene keer waren de mannen het met hen eens. Voor vrouwen is de pil echter heel gewoon. Ze past ook zo perfect in deze tijd, waarin wij collectief geloven in de maakbaarheid van het lichaam. De pil is de grote planner in vrouwenlevens. Zij kunnen hun menstruatie ermee plannen en hun nageslacht. De pil is ook de grote gladstrijker in sekslevens. Dank zij de pil hoeft men niet onder de gordel te rommelen met enge condooms, pasta's of pessariums. De pil is het ultieme consumptiegoed: makkelijk, schoon, systematisch en praktisch. Zelfs de menstruatie komt precies op tijd en geeft veel minder problemen die vrouwen van allerlei belangrijke zaken kunnen afhouden. De pil maakt vrouwen nog altijd voortdurend 'beschikbaar', nu óók voor de arbeidsmarkt. Want als je zo'n last hebt van je maandelijkse bloeding, dan ga je toch aan de pil! De werking van de pil Bij correct pilgebruik treden de volgende effecten op: 1)Remming van de groei van een eicel, waardoor er geen eisprong kan plaatsvinden. 2)Het slijmvlies van de baarmoedermond wordt dik, stug en daardoor ondoordringbaar voor sperma. 3)Het slijmvlies van de baarmoederwand verandert, waardoor er bijna nooit een bevruchte eicel kan nestelen. Door deze driedelige werking ontstaat er een zeer betrouwbare anticonceptie. Je slikt de pil 21 of 22 dagen per maand en dan volgt een pauzeperiode. Tijdens deze pauzeperiode zal er een onttrekkingsbloeding of menstruatie optreden. Na 6 of 7 dagen, dit hangt af van de soort pil, begint u met een nieuwe strip van 21 of 22 tabletten. Bij de minipil wordt er achtereenvolgens 28 dagen geslikt en volgt geen pauzeweek. Na de laatste tablet uit de strip wordt direct met een nieuwe strip doorgegaan. Vrouwencondoom Dit is een condoom wat niet om de penis gaat maar, in de vagina schuift. Het is een kleurloos doorzichtig zakje van 17 cm lang, met aan beide kanten een ring. Hoe breng je het in *Knijp de ring aan de dichte zijde samen en schuif deze in je vagina. *Als je hem loslaat, valt hij achter het schaambeen en over de baarmoedermond. *De brede ring aan de open kant schuif je over de buitenste schaamlippen. Voordelen *Je kunt het indoen wanneer je wilt. *Je bent als meisje niet afhankelijk van de jongen *Het valt over de buitenste schaamlippen waardoor je beter beschermd ben tegen herpes en genitale wratten. Nadelen *Het materiaal kraakt een beetje. *Het is veel duurder dan het mannencondoom (ongeveer E 2,50). Het blijft bij sommige standjes niet goed zitten.

REACTIES

L.

L.

Je hebt duidelijk inzet geleverd bij het verzamelen van informatie omtrent het onderwerp. Juist daarom echter is het jammer dat je die inzet lijkt te verspelen bij de literaire conventies, en de algehele ordening van je tekst. Denk aan de IMS structuur als je een werk maakt...
In ieder geval wel een goede bron voor anderen.
Vet bedankt ;p

--it aint cause you're paranoid, that they ain't after you--Lanfeust_00

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.