Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Vuurwerk

Beoordeling 7.1
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 4e klas vwo | 5480 woorden
  • 31 mei 2003
  • 217 keer beoordeeld
Cijfer 7.1
217 keer beoordeeld

Inhoud Hoofdstuk 1: De Geschiedenis van het vuurwerk
Hoofdstuk 2: Chemie
Hoofdstuk 3: De gevaren van vuurwerk
Hoofdstuk 4: Vuurwerk en milieu Hoofdstuk 1: De Geschiedenis van het vuurwerk 1.1 Het ontstaan Niemand weet precies waar en wanneer vuurwerk is uitgevonden. Waarschijnlijk bij toeval, doordat iemand per ongeluk salpeter morste (een chemische stof die vroeger wel eens gebruikt werd als vervanger van zout), tijdens het koken. Dat poeder viel in het houtvuur en begon enorm te knetteren. Eeuwenlang ging men er vanuit dat het de Chinezen waren die het vuurwerk hebben uitgevonden. Tegenwoordig denkt men dat het Chinese vuurwerk is voortgekomen uit een vroegere ontdekking in Bengalen, het tegenwoordige Bangla Desh. De naam Bengaals
vuurwerk doet ons hier nu nog aan denken. Hoe dan ook, in China gebruikte men al 2000 jaar geleden vuurwerk. Voor feesten, maar ook omdat men dacht dat de knallen boze geesten weg zouden jagen. Het heeft heel wat eeuwen geduurd voordat ook Europa van het bestaan van vuurwerk

afwist. Salpeter werd in Azië altijd al als een onderdeel van buskruit gebruikt. De Chinezen gebruikten dit samen met zwavel als eensoort van lucifers. (In zwavel gedoopte stokjes). Dit deden ze al in de zesde eeuw na Christus. Pas in de dertiende eeuw kwam deze kennis via de Arabische wereld in Europa terecht. Via Italië en Duitsland bereikte deze kennis uiteindelijk Nederland. 1.2 Europa ontdekt het buskruit Bij ons is vuurwerk pas sinds de middeleeuwen bekend. In de 14de eeuw maakt een Duitse monnik, Berthold Schwarz, een mengsel van enkele scheikundige stoffen waardoor een deel van het klooster de lucht in vloog. Vele geschiedkundigen zijn het erover eens dat hij , evenals de Chinezen, de juiste verhouding ontdekte tussen de stoffen salpeter, zwavel en koolstof en alzo buskruit maakte. We kunnen dit alleen nooit kunnen bewijzen, want alles is ontploft. 1.3 Buskruit en oorlog Buskruit werd het eerst gebruikt bij het vervaardigen van wapens. Tot dan was de kruisboog het machtigste wapen. De eerste keer dat er gebruik werd gemaakt van buskruit bij wapens was bij een Arabisch-Turks kanon. Dit werd in de 14de eeuw gemaakt. Het bestond uit een dikke houten pot die gevuld werd met buskruit. Het gat aan de bovenkant werd afgesloten met een ronde steen. Door een klein gaatje aan de zijkant kon men een brandende lont naar binnen steken waardoor de lading tot ontbranding kwam. De Europeanen verbeterden deze uitvinding. Ze maakten een primitieve mortier die vervaardigd was in ijzer en de vorm had van een wijnfles. Als projectiel werd geen steen maar een pijl gebruikt. 1.4 Grote veranderingen De eerste grote verandering als gevolg van vuurwerk vond men dan ook in de manier van oorlogvoering. Omdat vuurwapens voorwerpen van een grotere afstand konden treffen dan pijlen, kwamen gevechten van man tegen man steeds minder voor. Met kanonnen kon men massieve projectielen afvuren waardoor verdedigingsmuren vernietigd konden worden. Bovendien kon een goed gericht schot uit een vuurwapen de beste middeleeuwse wapenuitrustingen doorboren zodat gepantserde ridders geen nut meer hadden. Ook de voorbereiding voor een oorlog werd anders. Om wapens te maken had je een ingewikkelde industrie nodig. Dank zij het buskruit werd de kolonisatie van Amerika mogelijk. Spaanse veldheren zoals Cortez en Pizarro slaagden er zonder veel problemen in hele Indiaanse stammen uit te moorden en aan hun gezag te onderwerpen omdat deze met primitieve pijl en boog moesten opboksen tegen de vuurwapens van de Spanjaarden. Zo’n 200 jaar geleden werd scheikunde een echte wetenschap en toen ging de ontwikkeling van vuurwerk met sprongen vooruit. Nu kun je vuurwerk in alle soorten en maten kopen en hoef je geen expert meer te zijn om het veilig af te steken. Over strijkers, rotjes, kanonslagen en dergelijke is in de vorige eeuwen niet veel bekend. 1.5 Jaarwisseling Natuurlijk werd de jaarwisseling vroeger ook al wel gevierd mat vuurwerk, maar de gebruiken waren heel anders dan nu. Er werd wel veel lawaai gemaakt. Dat was nodig om de kwade geesten weg te jagen die tussen kerstmis en nieuwjaar volop in de lucht zweefden. Hoe harder het lawaai, hoe beter. Daarom werd er veel met vuurwapens in de lucht geschoten. In de loop van de 19e eeuw verdween het gebruik van buskruit op oudejaarsavond grotendeels. In de 20e eeuw kwam het volop terug. Tijdens de Duitse bezetting hoorde men knallen genoeg en piekerden de meeste mensen er niet over het nieuwe jaar met vuurwerk te begroeten. Pas rond 1965 kwamen rotjes, zevenklappers, vuurpijlen en gillende keukenmeiden weer in trek. Het afsteken van kanonslagen stond wel stoer, maar werd veelal beschouwd als uitsloverij. Na een half uurtje was alles weer bekeken. De Chinezen in Nederland deden er nog korter over. De uitvinders van het vuurwerk bouwden vroeg op de avond grote stellages op waar ze siervuurwerk op aanbrachten. Na de klok van 12 uur staken ze dit aan en binnen 10 minuten was alles voorbij. Natuurlijk las je toen in de krant ook over ongelukken, maar die kwamen niet vaak voor. Er werd niet geëxperimenteerd met eigen gemaakt vuurwerk en er waren geen dubieuze handelaren bij wie je al in oktober terecht kon voor onbetrouwbaar vuurwerk. Momenteel komt 90 % van het totale vuurwerkaanbod uit China. De rest uit diverse Europese landen. Hoofdstuk 2: Chemie 2.1 Vuurwerkcategorieën Vuurwerk is grofweg in drie klassen in te delen:  Professioneel (evenementen)vuurwerk, Professioneel vuurwerk mag alleen afgestoken worden doordeskundigen die daarvoor een vergunning hebben van een gemeente. Het is speciaal bestemd voor evenementen zoals koninginnedag of andere landelijke feesten.  Consumentenvuurwerk is het vuurwerk dat tijdens de jaarwisseling door ons allemaal mag worden afgestoken, en is te koop in de winkels. Dit vuurwerk is in te delen in 2 categorieën:  siervuurwerk: pijlen, fonteinen, vuurpotten  Knalvuurwerk: rotjes, astronauten, 1000-klappers  Fop- en schertsvuurwerk dat wordt verkocht als speelgoed: fop- en schertsvuurwerk horen onder meer trekbommetjes, klappertjes en knalbonbons.
2.2 Hoe werkt vuurwerk? Je hebt vele soorten, maar een ding hebben ze allemaal gemeen: er zit kruit in dat ontploft. Zo’n ontploffing krijg je als je buskruit in een afgesloten buisje stopt en aansteekt. Er komt dan plotseling heel veel gas vrij, dat niet meer in dat kleine buisje past. Zit onder in het buisje een gat, dan spuit het gas eruit en stijgt het geheel op, net als bij een raket of een pijl. Zitten er in de bodem een paar kleine gaatjes in plaats van één grote, dan geeft dat een fluitend geluid, net als bij de dop van een fluitketel. Als je het buisje potdicht maakt, dan wordt de druk zo groot dat de hele boel uit elkaar spat, een explosie dus. Behalve buskruit kun je ook andere blokjes met chemische stoffen in dat buisje stoppen. Het brandende kruit steekt op zijn beurt die blokjes weer aan en die geven van die prachtige gekleurde vonken. Vuurwerklont
Om het kruit aan te steken gebruik je het lont. Die geeft je nog even de tijd om te maken dat je wegkomt, voordat de zaak in de lucht gaat. Zo’n lontje brandt razendsnel: de aansteektijd van een lontje is bij wet vastgesteld tussen 3 en 8 seconden. Dus niet te snel, anders kun je niet wegkomen. En niet te langzaam: anders ga je misschien nog een keer kijken waarom het zo lang duurt. Daarom is het bloedlink om vuurwerk af te steken als het lontje afgebroken is of als het halverwege is uitgegaan. Voor je het weet knalt het in je handen uit elkaar! Alle vuurwerk dat in Nederland in de handel komt, is voorzien van een lont. Als er een te kleine lont aanzit of als je het vuurwerk ergens langs moet strijken (strijkers) is dit gevaarlijk en bij wet verboden. De meeste ernstige letsels (amputaties) aan handen en onderarm worden veroorzaakt door te vroeg exploderend vuurwerk dat in de hand is afgestoken, zoals strijkers. Een lont is niet zomaar een touwtje! Het bestaat uit een aantal katoendraden die gedrenkt zijn in een papje van kruit en bindmiddel. Door het kruit brandt het lontje zo snel. Effecten
Knalvuurwerk bestaat uit een papieren omhulsel waarin buskruit zit. De samenstelling van buskruit is al eeuwenlang dezelfde. Het is een mengsel van kaliumnitraat (salpeter), houtskool en zwavel. Siervuurwerk bevat naast buskruit stoffen die voor rook-, geluids- en lichteffecten zorgen. Het is opgebouwd uit karton, kunststof, klei en hout. Ongeveer 10 procent van het gewicht bestaat uit metalen. De kleuren komen doordat er verschillende stoffen in het vuurwerk zijn gedaan. Iedere stof zorgt weer voor een andere kleur. Hier onder staan een rijtje stoffen die zorgen voor de kleuren:  stoffen voor witte kleur in siervuurwerk: aluminium poeder, titanium poeder.  stoffen voor groene kleur in siervuurwerk: bariumchromaat poeder, bariumnitraat poeder, boor poeder.  stoffen voor rode kleur in siervuurwerk: lithium, strontiumnitraat poeder.  stoffen voor een blauwe kleur in siervuurwerk: koperoxide & kopernitraat poeder.  stoffen voor een paarse kleur in vuurwerk: strontiumchloride+ brandstof zoals: houtskool.  stoffen voor een gouden kleur in vuurwerk: ijzervijlsel + houtskool+ een brandstof zoals buskruit. 2.3 Zelf vuurwerk maken Sommige mensen maken ook zelf vuurwerk. Waar het natuurlijk allemaal mee begint is chemicaliën, gereedschap en kennis. Chemicaliën
Er bestaan speciale leveranciers voor de benodigdheden voor vuurwerk, zoals Skylighter, en daarnaast is een aantal chemicaliën ook goed verkrijgbaar in supermarkten, doe-het-zelf winkels en dergelijke. Sommige minder goed verkrijgbare chemicaliën kunnen met wat moeite thuis worden gemaakt uit andere, beter verkrijgbare chemicaliën. Hieronder is een opsomming gegeven van een aantal nuttige chemicaliën. Aceton, Aluminium, Ammoniumchloride, Ammoniumnitraat, Bariumcarbonaat, Barium nitraat, Bariumperoxyde, Barium sulfaat, Bentonite, Boorzuur, Calciumsulfaat, Houtskool, Klei, Kolophonium, , Koper(I)chloride, Koper(II)oxide, Dextrine, Ethanol, IJzer, IJzeroxide (rood), , Mangaandioxide, Magnalium, Magnesium, Methanol, Salpeterzuur, Nitrocellulose, Parlon, Koper acetoarseniet, Pergu, Kalium chloraat, Kalium dichromaat, Kaliumnitraat, Polyvinylchloride (PVC), Schellak, Natrium nitraat, Strontiumcarbonaat, Strontiumnitraat, Strontiumsulfaat, Zwavel, Zwavelzuur, Titanium, Zink, Zinkoxide. Gereedschap  Weegschaal: Het meest belangrijke gereedschap is een nauwkeurige weegschaal. Geschikte weegschalen zijn te vinden in winkels met kookbenodigdheden. Probeer er een te vinden die minimaal nauwkeurig is tot op 1 gram.  Mortier en vijzel: Ook vrijwel onmisbaar zijn een mortier en vijzel, eveneens te koop in winkels met kookbenodigdheden. Een porseleinen set is ideaal, minder geschikt zijn hout, marmer en ruwe steensoorten.  Sterrenpers: om geperste of gepompte te sterren te maken is een sterrenpers nodig. Gegeven zijn instructies voor een heel simpele maar goed bruikbare sterrenpers.  Pers: Persen is veiliger en meer consistent dan slaan. Een simpele pers is te maken met makkelijk verkrijgbare materialen.  Kogelmolen: Eveneens nuttig is een kogelmolen. Deze wordt gebruikt om chemicaliën tot een fijn poeder te vermalen. Het kan in sommige gevallen ook gebruikt worden om mengsels te maken, maar dit kan gevaarlijk zijn en het is belangrijk om zeer goed op de hoogte te zijn van wat wel en niet kan. Een kogelmolen is essentieel voor het maken van een goede kwaliteit buskruit.  Raket constructie gereedschappen: Een aantal speciale raket gereedschappen zijn nodig voor het maken van raketten, zoals pennen, klemmen en stampers. Zelf buskruit maken
Buskruit is het meest gebruikte mengsel in vuurwerk. Een lange tijd geleden was het zelfs het enige gebruikte mengsel omdat er niks anders beschikbaar was. Er zijn inmiddels veel nieuwe mengsels uitgevonden, maar het buskruit blijft nog steeds veel gebruikt omdat:  het vrij veilig is  goed te combineren is met andere mengsels,  het lang opgeslagen kan worden zonder dat de kwaliteit verslechterd,  het geschikt is voor veel toepassingen
De componenten

De standaard formule voor buskruit is:  75 delen kalium nitraat  15 delen houtskool  10 delen zwavel
Afhankelijk van de toepassing worden de verhoudingen soms aangepast. Het gebruikte houtskool heeft grote invloed op de kwaliteit van het uiteindelijke buskruit. Het is thuis te maken, maar dan heb je wel een kogelmolen nodig. Er zijn 2 methoden: Er zijn twee veelgebruikte methoden voor het maken van buskruit: De kogelmolen methode en de precipitatie (of CIA) methode.  De kogelmolen methode
1. Neem je ruwe houtskool en sla het met een hamer tot een fijn poeder tussen twee grote vellen (kranten)papier. Draag oude kleding en doe dit buiten omdat het erg veel troep en stof geeft. Zeef de koolstof door een grove zeef (ongeveer 30 mesh). 2. Weeg de houtskool. Voeg aan iedere 100 gram houtskool 67 gram zwavel toe en vul 1/4 deel van je kogelmolen met dit mengsel. Doe de media erin en laat de kogelmolen 3 uur malen. 3. Als je de kogelmolen openmaakt zou je een onvoorstelbaar fijn zwart/grijzig poeder moeten vinden. Zeef dit om het te scheiden van de media van de kogelmolen en weeg het. Weeg nu apart 75 gram kalium nitraat af voor elke 25 gram houtskool/zwavel mengsel die je hebt. Doe het kalium nitraat in de kogelmolen en maal dit anderhalf uur. Je zou nu een extreem fijn wit/grijs poeder moeten hebben. 4. Meng nu op een groot vel papier het houtskool/zwavel mengsel met het kalium nitraat. Neem niet de moeite om dit erg zorgvuldig te doen, aangezien dat in de kogelmolen snel genoeg zal gebeuren. Voeg aan dit mengsel 6% water toe. Spuit het over het poeder met een plantenspuit zodat het homogeen vochtig is. Let erop dat alles vochtig wordt, gebruik indien nodig een beetje meer water. Doe dit vochtige poeder in de kogelmolen en laat deze 5 uren draaien. Controleer ieder uur of het poeder nog vochtig is. Als het te droog wordt neemt namelijk. het risico van ontsteking toe. 5. Zeef het buskruit om het van de media te scheiden, spreid het uit op een groot vel papier en laat het drogen. Onnodig om te zeggen dat je het niet moet verhitten om het drogen te versnellen, heb gewoon wat geduld. In de zon drogen werkt erg goed. 6. Zeef het poeder zodra het goed droog is door een aantal zeven om verschillende fracties te verkrijgen voor verschillende doeleinden.  De precipitatie methode (CIA) 1. Neem je ruwe houtskool en sla het met een hamer tot een fijn poeder tussen twee grote vellen (kranten)papier. Draag oude kleding en doe dit buiten omdat het erg veel troep en stof geeft. Zeef de koolstof door een grove zeef (ongeveer 30 mesh). 2. Weeg de houtskool. Voeg aan iedere 100 gram houtskool 67 gram zwavel toe en vul 1/4 deel van je kogelmolen met dit mengsel. Doe de media erin en laat de kogelmolen 3 uur malen. 3. Meet terwijl de kogelmolen draait 600 ml isopropylalcohol af voor elke 100 gram houtskool/zwavel mengsel in de kogelmolen en plaats dit in de vriezer. 3. Als je de kogelmolen openmaakt zou je een onvoorstelbaar fijn zwart/grijzig poeder moeten vinden. Zeef dit om de media van de kogelmolen eruit te krijgen en weeg het. Weeg nu apart 75 gram kalium nitraat af voor elke 25 gram houtskool/zwavel mengsel die je hebt. Doe het kaliumnitraat in een oude pan en voeg 40ml kraanwater toe voor ieder 100 gram kalium nitraat
5. Zet de pan op het vuur, en breng het aan de kook, onderwijl goed roerend. Zodra de oplossing begint te koken begin je kleine beetjes water toe te voegen, onder goed roeren, totdat al het kalium nitraat opgelost is. 6. Voeg nog 10ml kraanwater toe aan de oplossing, en vervolgens het houtskool/zwavel mengsel. Roer het houtskool/zwavel mengsel goed door de oplossing. Zorg ervoor dat er geen droge klontjes meer over zijn. 7. Het isopropylalcohol zou nu wel ongeveer 0 graden C of kouder moeten zijn. Neem alles mee naar buiten en giet je kalium nitraat/houtskool/zwavel mengsel in de ijskoude isopropylalcohol. Zorg ervoor dat er nergens ontstekingsbronnen zijn! Roer het mengsel een paar seconden goed door. 8. Koel het mengsel zo snel als je kunt verder af tot 0 graden C. Hoe sneller hoe beter. 9. Filter het mengsel door een oude doek. en knijp zo veel mogelijk vloeistof eruit. Giet de zwarte vloeistof door de gootsteen. 10. Spreid de zwarte massa uit op een groot vel papier en droog het in de zon. Droog het niet binnen omdat het een hoop brandbare en bedwelmende isopropylalcohol damp afgeeft. Duw het mengsel door een zeef om het te verkorrelen als het nog net een beetje vochtig is. Droog het vervolgens verder. 11. Zeef tenslotte het buskruit door een aantal zeven om verschillende fracties te verkrijgen voor verschillende doeleinden. Recepten
Sommige mensen maken ook zelf vuurwerk. Hier zie je een aantal recepten van hoe je zelf vuurwerk kan maken. 1. Tennisbal
Benodigdheden: Ongeveer 4 grote pakjes lucifers
Een tennisbal + schaar of mes
Stevig tape
Haal alle kopjes van de lucifers af zorg dat je zeker weet dat er geen stokjes meer aanzitten. Maak vervolgens een niet al te groot gat in de tennisbal en stop er alle verzamelde kopjes in. Doe er na het vullen van de bal met de lucifers ook een stukje strijkkarton bij. Dit zit op de zijkanten van een luciferdoosje. Gooi de bal tegen de muur en wacht de ontploffing af. 2. Simpele rookbom
Benodigdheden: 1 of meerdere pakje(s) sterretjes

PVC buis
Zorg voor een (gele) pvc buis met een diameter van ongeveer 1 cm. Zaag deze buis doormidden zodat je aan één kant een stuk overhoud die ongeveer 30 cm lang is. Pak nu de sterretjes en vouw het ijzeren uiteinde dubbel, zodat je de sterretjes in de pvc buis kunt hangen. Hang nu de sterretjes in de pvc buis, zorg dat je er één overhoud, en ook nog wat ruimte in de buis om hem erin te hangen. Voor de stevigheid is het het beste als je de kant waar je de sterretjes in de buis hebt gehangen dicht taped of plakt. De rookbom is nu af. Het afsteken gaat als volgt: Leg de pvc buis ergens neer waar hij niet weg kan rollen, op de grond is het beste. Let op: de pvc buis smelt, dus leg de buis niet op ander plastic bijv. Neem nu het sterretje dat nog over was, steek deze aan en doe hem snel in de pvc buis, tussen de andere sterretjes. Neem afstand en geniet van de rookbom
Let op: Omdat er een heel rook gordijn zal ontstaan is het af te raden dit te doen op de openbare weg. Dit is ook te doen met langere sterretjes, en ook met Morning Glories. Let op: Vermijd dat je de rook die van de rookbom afkomt binnenkrijgt. Het is namelijk verbrand plastic (pvc) dus kankerverwekkend. 3. Rookbom
Benodigdheden: Een aantal theelepels kruid (probeer gewoon een astronaut) 4 Theelepels suiker Leg alles schaaltje en houdt het onder een laag vlammetje tot het begint te smelten. Goed roeren en doe het dan in een container (zeg maar een haarlak spray maar dan kleiner...). Gooi er een paar lucifer kopjes bij voordat alles weer hard wordt. Steek het aan als alles hard is geworden. 4. Kanon
Benodigdheden: Loden pijp of een goede PVC-buis
Knalvuurwerk- Grondbloem
Zorg voor een loden pijp of een stevige buis die ongeveer een meter lang is of langer. Maak een kant goed dicht, steek de pijp in de aarde. Je kanon is nu gereed om te vuren. Maak het lontje van het knalvuurwerk vast aan het lontje van de grondbloem. Steek de lontjes aan en doe het knalvuurwerk en de grondbloem in de pijp. Het knalvuurwerk zorgt ervoor dat er in de pijp een hele hoge druk opbouwt, waardoor de grondbloem heel hard word afgeschoten. De grondbloem gaat in de lucht aan en je ziet een tol hoog in de lucht! Kijk wel uit want de tol landt overal waar hij maar wil. 5. Knaltol
Benodigdheden: Tape
Grondbloem
Astronauten
Tape wat astronauten aan elkaar (ongeveer 5) in horizontale richting. Pak de grondbloem en tape deze er ook tegen aan. Zorg ervoor dat het gaatje waar het lontje van de grondbloem verdwijnt naar de astronauten staat gericht. Dus je plakt de grondbloem naast de andere astronauten alleen wat hoger. Zodat als grondbloem aansteekt de lontjes van de astronauten meegaan. Deze knaltol is natuurlijk ook te maken met enig ander vuurwerk met een lontje of een strijkkop. 6. Rotjes
Benodigdheden: Astronauten, strijkers, vlinders etc. Kruid (Rotjes) Tape

Pak de astronauten en tape die tegen elkaar. Zorg nu dat alle lontjes naar elkaar wijzen. Strooi er nu wat kruid over heen. Tape nu een los lontje (dat je van ander vuurwerk hebt gehaald) tegen de "bom" aan (zodat het lontje tegen het kruid aanzit). Steek het lontje aan en ren weg of gooi hem weg. Hoofdstuk 3: De gevaren van vuurwerk Er zijn bepaalde veiligheidsregels voor het afsteken van vuurwerk. 3.1 Wat te doen? Als je vuurwerk gaat kopen  Koop vuurwerk alleen bij de erkende verkoopadressen
Vaak kun je deze herkennen aan het opschrijft: ‘Verkoop vuurwerk. Roken en open vuur verboden’.  Koop alleen goedgekeurd vuurwerk
Goedgekeurd vuurwerk heeft in ieder geval altijd een Nederlandse gebruiksaanwijzing. Je kunt goedgekeurd vuurwerk alleen kopen op 29, 30 en 31 december. Als een van deze dagen een zondag is, dan mag het vuurwerk ook op 28 december verkocht worden.  Ga niet zelf experimenteren met vuurwerk
Maak vuurwerk nooit open en probeer niet om zelf vuurwerk te maken. Knoeien met vuurwerk kost ieder jaar tientallen mensen hun handen, ogen of zelf hun leven. Hoe bewaar je vuurwerk  Bewaar vuurwerk op een veilige, droge plaats
Bijvoorbeeld in een blikken trommel met deksel.  Bewaar vuurwerk buiten het bereik van kleine kinderen
Vuurwerk is geen speelgoed!  Steek vuurwerk nooit los in je zak
Want als het dán afgaat. Veilig afsteken van vuurwerk doe je zo  Lees de gebruiksaanwijzing van tevoren goed door

Buiten is het waarschijnlijk donker! Als jij van tevoren weet hoe je met jouw vuurwerk om moet gaan, is dat veiliger voor jezelf en voor anderen.  Draag kleding van katoen of wol
Vonken branden direct gaten in kunststof kleding of je hele nylon jackje staat ineens in lichterlaaie.  Drink van tevoren niet teveel alcohol
Als je aangeschoten bent heb je geen ‘vaste hand’ bij het afsteken en ben je niet goed meer in staat om te letten op wat je doet.  Maak voordat je naar buiten gaat de lontjes alvast vrij
Daarmee houd je tijdens het afsteken de vaart erin en het is ook nog veiliger.  Zet je vuurwerk zo klaar dat je er straks om twaalf uur gemakkelijk bij kunt
Zet het wel zo neer dat er geen vonken of ander vuurwerk bij kan komen. Anders gaat alles in één klap in rook op: zonde en bovendien niet erg veilig.  Zet vuurpijlen in een fles gevuld met zand
Dan staat het stevig en vliegt de vuurpijl ook in de gewenste richting: omhoog.  Steek vuurwerk nooit in je hand aan
Zet het eerst in die fles of leg het op de grond. Lonten kunnen ongelofelijk snel branden!  Steek vuurwerk aan met een aansteeklont of met een brandende sigaret
Nooit met lucifers of een aansteker.  Houd minstens 6 meter afstand
Ga tenminste 6 flinke stappen achteruit als je vuurwerk hebt aangestoken. En zorg dat ook anderen 6 meter afstand houden.  Steek elk stuk vuurwerk apart af
Zo houd je het overzicht en word je niet verrast door vuurwerk dat een eigen leven gaat leiden. Vuurwerk bundelen is levensgevaarlijk!  Gooi nooit met vuurwerk naar mensen en dieren. Het is niet stoer maar kinderachtig om ze te laten schrikken. En er kunnen flinke omgelukken door gebeuren.  Wees voorzichtig met alle soorten vuurwerk, hoe klein het ook is. Ook een misverstand is kindervuurwerk, sterretjes bijvoorbeeld. Ook al noemen ze die wel eens kindervuurwerk of koud vuur, onzin! Koud vuur bestaat niet, dus ook sterretjes zijn gevaarlijk, het brandende deel heeft een temperatuur van 1500 graden.  Steek weigeraars nooit opnieuw aan. Je hebt vast vuurwerk genoeg en waarom zou je het risico nemen? Als je er zeker van bent dat ze uit zijn, kun je ze (met een schep) in een emmer water gooien. En na afloop  Ruim je rommel op
Laat vooral geen weigeraars op straat liggen. Veel jonge kinderen zoeken de volgende dag naar vuurwerkresten en proberen die opnieuw af te steken. Elk jaar gebeuren daardoor op Nieuwjaarsdag nog ernstige ongelukken.
3.2 Schema Vuurwerkongevallen naar jaarwisseling 1992/1993 1900
1993/1994 1800
1994/1995 1100
1995/1996 800
1996/1997 1100
1997/1998 1200
1998/1999 1300
1999/2000 1200
2000/2001 900
2001/2002 960
2002/2003 760 3.3 Ongelukken Vuurwerk behoort tot de explosieven, net als munitie en dynamiet. Gevaarlijk spul dus. Ongelukken met vuurwerk worden veroorzaakt doordat de lading op de verkeerde plaats of op het verkeerde moment explodeert. Dat kan gebeuren doordat er aan het vuurwerk zelf iets mankeert. Maar in verreweg de meeste gevallen gebeuren ongelukken met vuurwerk doordat men er zelf mee gaat experimenteren of er onverstandig mee omgaat. Vuurwerk wordt vaak in de hand afgestoken en dan weggegooid. Dat is ronduit gevaarlijk, omdat nooit met zekerheid te voorspellen valt wanneer het vuurwerk ontploft, en waar het precies terecht komt. Bewegend siervuurwerk
Als een vuurpijl grillig gaat rondvliegen, of als een zonnetje losschiet, dan weet je maar nooit waar naar toe vliegt. Het kan dus ook in iemands gezicht terechtkomen. Knalvuurwerk

Zo’n knal kan erg hard zijn, zeker vlakbij je oor, dat kan je je trommelvliezen kosten. Vonken
Vonken doven snel, maar zijn wel gloeiend heet. 1000 graden Celsius is heel normaal. Je kunt wel raden wat er gebeurt als je zo’n vonk in je oog krijgt of op je kleren. Ongelukken top 3
1. Vuurpijlen
2. Rotjes
3. Strijkers
Aantal ongevallen
De stijging in het aantal vuurwerkongevallen in de afgelopen jaarwisselingen heeft zich vorig jaar niet doorgezet. In de periode 1992/1993 tot en met 1995/1996 was er een sterke daling in het aantal vuurwerkslachtoffers: van 1.900 in 1992/1993 naar 800 in 1995/1996. In de periode 1996/1997 tot en met 1999/2000 lag het aantal slachtoffers jaarlijks rond de 1.200. De jaarwisseling 2000/2001 kende gelukkig flink minder slachtoffers dan de voorgaande jaarwisseling. Het aantal slachtoffers dat werd behandeld op SEH-afdelingen (Spoed Eisende Hulp) van ziekenhuizen in Nederland is gedaald van 1.200 in 1999/2000 naar 900 in 2000/2001. Tijdens de jaarwisseling van 2001/2002 vielen er 960 slachtoffers
Datum en tijdstip binnenkomst
Verreweg de meeste slachtoffers komen in de nacht van 31 december op 1 januari binnen. 78% van de slachtoffers komt op 1 januari op de SEH-afdeling en 16% op 31 december. In vergelijking met vorig jaar komen er meer slachtoffers binnen op 31 december en minder op 1 januari. Leeftijd en geslacht van de slachtoffers
40% van de slachtoffers is tussen de 10 en 20 jaar. Dat is gelijk aan voorgaande jaren. Toen schommelde dit percentage tussen 42% en 48%. Er dit jaar minder jonge kinderen (0 tot 10 jaar) die slachtoffer werden van een vuurwerkongeval: zo’n 18%. Vorig jaar was dat nog 18%. Het aandeel slachtoffers tussen de 20 en 30 jaar was dit jaar 16%. Het grootste deel van de slachtoffers zijn evenals voorgaande jaarwisselingen mannen. Dit jaar is 79% van de slachtoffers man en 21% vrouw. Vorig jaar was 19% van de slachtoffers vrouw. Eigen vuurwerk of vuurwerk van omstanders? In ieder geval 35% van de ongevallen is veroorzaakt door eigen vuurwerk. Hieronder wordt vuurwerk verstaan dat door het slachtoffer zelf is afgestoken. Vaak vindt het ongeval plaats tijdens het afsteken van het vuurwerk, waarbij dit in de hand ontploft. In ieder geval 22% van de slachtoffers heeft letsel opgelopen door vuurwerk dat door iemand anders is afgestoken. Vuurwerk van omstanders kan op verschillende manieren voor letsel zorgen. Vaak wordt letsel opgelopen tijdens het kijken naar vuurwerk. Het vuurwerk komt dan per ongeluk in contact met het slachtoffer, bijvoorbeeld doordat het (te vroeg) ontploft. Het gebeurt echter ook dat vuurwerk expres in de richting van het slachtoffer wordt gegooid. Van de overige gevallen is niet te achterhalen of het letsel is ontstaan door eigen vuurwerk of door vuurwerk van anderen. Opgelopen letsel
Evenals vorig jaar heeft het grootste deel (38%) van de slachtoffers brandwonden. Oppervlakkig letsel zoals schaafwonden en (bloed)blaren zorgt voor 22% van de letsels. Ook oogletsel komt regelmatig voor (12%), evenals open wonden (9%). 46% van de slachtoffers werd dit jaar aan het hoofd getroffen. Dit is het hoogste percentage hoofdwonden in de afgelopen tien jaar. De stijging wordt met name veroorzaakt door het aandeel oogletsel: dit jaar maar liefst 25% van alle letsels. Op de tweede plaats staan letsels aan de armen. Dit jaar heeft “slechts” 36% van de slachtoffers letsel aan de armen opgelopen. Met name de letsels aan de handen (5%) zijn sterk afgenomen ten opzichte van eerdere jaarwisselingen. Vervolgbehandeling

De meeste slachtoffers kunnen na behandeling weer naar huis. Eventueel moeten zij voor controle terugkomen op de SEH of polikliniek of bij de huisarts. 6% van de slachtoffers is opgenomen in het ziekenhuis. Dit percentage is hoger dan voorgaande jaarwisselingen, toen het tussen 1% en 3% lag. Hoofdstuk 4: Vuurwerk en milieu Jaarlijks vliegt er voor meer dan 45 miljoen euro aan vuurwerk de lucht in tijdens oud en nieuw. Vuurwerk zorgt voor mooie taferelen maar levert ook overlast op. Vooral het milieu heeft te lijden onder de jaarwisseling. 4.1 Vuurwerk en het milieu De stoffen die na het afsteken van vuurwerk overblijven, zijn belastend voor het milieu. Ze komen terecht in bodem, lucht en water. Vast afval
Na het afsteken van het vuurwerk blijft een deel van het vuurwerk op de grond liggen of valt al snel naar beneden. Dit is jaarlijks ongeveer 6 miljoen kilogram afval dat voornamelijk bestaat uit papier (van het knal- en siervuurwerk) en hout, kunststof en klei (van het siervuurwerk). Het merendeel komt bij het huishoudelijk afval en het straatvuil terecht. Het levert ongeveer 3000 ton afval op. Luchtvervuiling
Tijdens de jaarwisseling is de lucht vol met fijn stof: smog. Behalve fijn stof komen er gasvormige stoffen (distikstofoxide, zwaveldioxide, methaan, koolstofdioxide, zwavelwaterstof en koolstofmonoxide) in de lucht terecht. Op sommige plaatsen kan de concentratie fijn stof in de nieuwjaarsnacht enkele uren 5 à 6 keer zo hoog zijn als normaal. De luchtvervuiling door vuurwerk is van tijdelijke aard. Over het hele jaar gezien veroorzaakt vuurwerk 0,4% (128,5 ton) van de uitstoot van fijn stof naar de lucht. Vuurwerk bevat verder zwart buskruit, dat een aanzienlijke luchtvervuiling geeft met zwaveloxiden, stikstofoxiden en fijn stof. Rond de jaarwisseling zijn de concentraties fijn stof in de lucht het hoogste van het hele jaar. Bij weinig wind of mist wordt de grenswaarde voor fijn stof ruimschoots overschreden. Vooral CARA-patiënten hebben veel last van deze luchtvervuiling. Bodem en watervervuiling
Bij het afsteken van met name siervuurwerk komen naast verbrandingsgassen, ook metalen vrij, zoals barium, koper, strontium en antimoon. De totale emissie van deze stoffen overschrijdt echter geen maximaal toelaatbare grenzen in het oppervlaktewater, bodem of lucht. Dit geldt alleen niet voor koper, waarvan op veel plaatsen in het oppervlaktewater de concentratie boven de maximaal toelaatbare grens uitkomt. Het siervuurwerk veroorzaakt de grootste belasting voor het milieu. De kleureffecten worden veroorzaakt door milieuschadelijke zware metalen. Die blijven niet in de lucht zweven, maar slaan neer. Zo komt met het Nieuwjaarsvuurwerk maar liefst 100 ton barium, 40 ton koper, 30 ton strontium, 10 ton titaan en 5 ton antimoon in het milieu terecht. Aangezien er steeds meer vuurwerk wordt afgestoken, en dan vooral siervuurwerk, wordt deze milieuvervuiling nog groter. Dit geldt vooral voor koper. Circa 15% van de totale belasting van het oppervlaktewater door koper is afkomstig van vuurwerk. Koper is giftig voor planten en dieren, wanneer de natuurlijke gehaltes worden overschreden. Niet allen het afsteken van vuurwerk is slecht voor het milieu. Ook het maken van vuurwerk in de fabrieken is slecht voor het milieu, omdat daar ook schadelijke stoffen bij vrijkomen. 4.2 Vuurwerk en dieren Vuurwerk is niet alleen slecht voor het milieu, ook de dieren hebben er last van. Herhaaldelijk wordt gewezen op de stress die huisdieren ondervinden van en door vuurwerk. Er zijn pillen en poeders in de handel verkrijgbaar om de huisdieren tijdelijk te versuffen om de knal- en gilperiode te doorstaan. Natuurdieren daarentegen zijn volslagen onvoorbereid en totaal weerloos tegen onze vuurwerk 'aanvallen'. Natuurdieren leggen rond en tijdens de jaarwisseling massaal het loodje. Slapende dieren worden in hun slaapplaatsen wreed opgeschrikt en in het holst van de nacht verdreven, opgejaagd, angstig, niet gewend om in het donker actief te zijn en minder georiënteerd dan bij daglicht. Nachtdieren worden opgeschrikt en verjaagd tijdens hun nachtelijke voedsel zoek- activiteiten. Maar erger nog, massa's natuurdieren worden door vuurwerk getroffen, sterven daaraan of raken gehandicapt voor het leven. Tijdens de jaarwisseling in 1999 werd bijvoorbeeld een wild om zich heen fladderende lijster aangetroffen in een voor een huis geparkeerde auto. Het beestje miste een poot en bloedde. De balans van dode dieren tussen gras en perk, langs water en plas, op daken en in tuinen, is op die eerste dag van het nieuwe jaar een intens trieste. Tips ter bescherming van dieren tegen vuurwerk: Hou alle huisdieren goed binnen van zodra het donker wordt. Sluit alle ramen en deuren goed af. Laat het licht aan en laat de radio of TV spelen zodat het ergste lawaai en licht van het vuurwerk gemaskeerd wordt. Als uw hond zeer gevoelig is voor harde knallen, vraag de dierenarts dan een licht kalmeermiddel voor te schrijven. - Zet de kooien van konijnen in een goed afgesloten stal of garage. - Hou paarden, ezels, pony's, runderen zoveel mogelijk op stal. - Steek nooit vuurwerk af in de onmiddellijke nabijheid van een dier. - Let erop dat ook in de aangrenzende weiden geen dieren staan, ook paarden en koeien hebben veel angst voor vuurwerk. - Stel het vuurwerk zo laat mogelijk op en controleer voor het aansteken of er geen dieren tussen gekropen zijn (egeltjes bijvoorbeeld). - Waarschuw je buren en de plaatselijke boeren op tijd als je van plan

bent om vuurwerk aan te steken. Zo kunnen zij ook de nodige maatregelen nemen. Bronvermelding Ik ben op internet gaan zoeken. Ik ben naar de zoekmachine  www.google.com
gegaan en heb daar als trefwoord ‘vuurwerk’ ingetypt. Toen kreeg ik een hele lijst met sites over vuurwerk. Ik heb er een aantal van bezocht. Ook heb ik gekeken op vuurwerk.pagina.nl, maar dat viel een beetje tegen. Deze site is vooral gericht op vuurwerkverkoop en niet op informatie over vuurwerk. Een site waar ik veel aan heb gehad: http://www.consafe.nl/csi/v4/scvwebv4.nsf/home?ReadForm&top=7

REACTIES

R.

R.

Hoi,

Ik wou graag weten waar je al deze informatie over vuurwerk vandaan hebt, want ik moet een werkstuk maken over vuurwerk voor het vak ANW.
Ik hoop dat je mij kan helpen en anders zoek ik wel verder op google. alvast bedankt.

hartelijke groet van Remko.

20 jaar geleden

P.

P.

De link: http://www.consafe.nl/csi/v4/scvwebv4.nsf/home?ReadForm&top=7
doet het niet! Kan iemand mij de juiste link sturen?

bvd

19 jaar geleden

M.

M.

goed werktstuk over vuurwerk:P

17 jaar geleden

I.

I.

Danku danku
Hier heb ik heel veel aan :)

11 jaar geleden

G.

G.

gentstudent 42.2

5 jaar geleden

G.

G.

chille gast

5 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.