Unité 7 apprendre 1, 2, 3 en 4 woordjes F-N Libre Service

Dit zijn alle woordjes van Frans-Nederlands voor Unité 7 apprendre 1,2,3 en 4. Op deze manier kun je ze makkelijk kopiëren en plakken in een woordjes oefen app of zo iets. Zelf vind ik Wozzol heel fijn dus probeer die maar eens. Veel succes met leren!   emmener=meenemen le manège=de draaimolen fier=trots un défilé=een optocht fêter=vieren le grand huit=de achtbaan la fête foraine=de kermis le port=de haven l'occasion=de gelegenheid la police=de politie le maire=de burgemeester croire=geloven chanter faux=vals zingen la bougie=de kaars le ballon=de ballon la guirlande=de slinger la décoration=de versiering la date=de datum la publicité=de reclame elle a dit=zij heeft gezegd la permission=de toestemming le principal=de rector tant=zoveel avoir le droit=het recht hebben se passer=gebeuren je suis venu=ik ben gekomen je venais=ik kwam elles viennent=zij komen ils viennent=zij komen vous venez=jullie komen, u komt nous venons=wij komen on vient=wij komen, men komt elle vient=zij komt il vient=hij komt tu viens=jij komt je viens=ik kom déballer=uitpakken les sucreries=het snoepgoed le coup=de klap soudain=plotseling la soirée=de avond le sapin=de kerstboom Noël=Kerst la victime=het slachtoffer le défilé=de optocht le feu d'artifice=het vuurwerk le jour de congé=de vrije dag le jour férié=de feestdag le muguet=het lelietje-van-dalen la tradition=de traditie le travail=het werk Pâques=Pasen la reine=de koniging le roi=de koning la galette=de taart souhaiter=wensen le voeu=de wens s'embrasser=elkaar zoenen le nouvel an=Nieuwjaar d'origine=van oorsprong civil=burgelijk célébrer=vieren musulman=islamitisch juif=joods chrétien=christelijk religieux=religieus la fête=het feest le réveillon=de avond voor het feest l'hiver=de winter l'automme=de herfst l'été=de zomer le printemps=het voorjaar la saison=het seizoen décembre=december novembre=november octobre=oktober septembre=september aout=augustus juillet=juli juin=juni mai=mei avril=april mars=maart février=februari janvier=januari le calendrier=de kalender