Wilde zwaan

Beoordeling 6.4
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 4e klas vmbo | 905 woorden
  • 17 februari 2009
  • 19 keer beoordeeld
Cijfer 6.4
19 keer beoordeeld

Wilde Zwaan

Kleine zwaan of wilde zwaan:
De kleine zwaan en de wilde zwaan lijken nogal op elkaar, vandaar dat we ze samen presenteren. Het verschil met de knobbelzwaan is niet zo moeilijk, die ziet er heel anders uit. De snavel van de knobbelzwaan is rood in plaats van geel en op de snavel zit een grote zwarte knobbel. De namen, kleine en de wilde zwaan, helpen niet echt bij de herkenning. De kleine in wel wat kleiner dan de wilde maar dat is in het veld maar moeilijk te zien, het zijn wel grote vogels. Verder is de kleine net zo wild als de wilde dus daar heeft u ook niet veel aan! Hoe weet u nu of die groep die in de verte loopt te grazen uit kleine of wilde zwanen bestaat of nog ingewikkelder, uit allebei? Om te beginnen kunnen we uitgaan van de kansberekening. In de zomer hoeft u zich bij het zien van een groep zwanen geen vogelboek erbij te pakken. Er wonen hier dan uitsluitend knobbelzwanen. De andere twee soorten zitten, duizenden kilometers hier vandaan, op hun nesten of scharrelen met hun jongen rond over de Russische en Siberische toendra’s.

Wie is wie?:
In het najaar komen de kleine en wilde zwanen naar ons land om hier te overwinteren.

Ze komen in gemengde groepen voor en dan is een vogelgids wel handig om de juiste soort(en) vast te stellen. De kans dat u met kleine zwanen te maken heeft is ongeveer tien keer zo groot dan met wilde zwanen. We spreken dus af dat u in de winter altijd kleine zwanen ziet tot het tegendeel blijkt! Als u een groep in de verte ziet dan vallen de steile witte nekken op, misschien ziet u dat de snavels zwart met iets geel van kleur zijn, maar veel meer kunnen we er dan niet van maken. Ik hoop dat u een verrekijker bij u heeft want dan kunnen we deze veldles verder vervolgen. Zelf let ik let altijd eerst op de vorm in plaats van de kleur van de snavel, want de kleine zwanen en wilde zwanen zijn allebei nogal schuw en op grote afstand is de kleurverdeling op de snavel maar moeilijk te zien. De vorm van de kop, daar hebben we houvast aan, ook op grote afstand.

Kleine zwanen hebben kinderkopjes:
De kleine zwanen hebben een hoog voorhoofd en een ronde kop waardoor ze er heel vriendelijk uitzien. Je zou ze, ook al is het wat overdreven, kunnen aanduiden als kinderkopjes. Als u de snavel goed te zien krijgt let dan op de scheiding van geel en zwart. Bij kleine zwanen loopt die scheiding verticaal Het geel lijkt in de verte wel wat op een vierkant.

Wilde zwanen hebben punthoofden:
De wilde zwanen hebben een kop waarbij de bovensnavel in rechte lijn overgaat in de kop. Het zijn echte punthoofden en ze hebben ook een veel markantere uitstraling. Ronde kinderkopjes zijn kleine zwanen en punthoofden zijn wilde zwanen, stamp het in uw geheugen! Wilde zwanen hebben niet alleen een punthoofd, ook het geel op de snavel loopt uit in een punt waardoor een schuine scheidslijn van geel en zwart is waar te nemen.

Ordinair of deftig:
Het geluid van kleine en wilde zwanen is gemakkelijk uit elkaar te houden. Als u onthoudt dat kleine zwanen altijd door elkaar heen kletsen en wilde zwanen kennelijk een veel betere opvoeding hebben genoten en naar elkaar luisteren, dan kunt u zich niet meer vergissen.
Kleine zwanen zijn net een stel kinderen op schoolreisje, zo druk zijn ze. De wilde zwanen hebben meer iets van deftige schoolmeesters die ze begeleiden. U mag er voor u zelf natuurlijk ook wat anders van maken. Kleine zwanen wauwelen en wilde zwanen roepen, dat is het verschil! Ik geef u de ezelsbruggetjes waar ik zelf ook veel aan heb.

Zwanen zijn familieziek:
Een groep kleine of wilde zwanen heeft niet de structuur van los zand. In de groep zijn families te ontdekken. Vader, moeder en kinderen die bij elkaar blijven en elkaar helpen. Zo af en toe loopt de ene familie letterlijk tegen de ander op en dan is er bonje. Er wordt gedreigd en gehapt en als er een familie zegeviert voert de familieoudste de triomf scène op. Het lichaam wordt hoog opgeheven, de vleugels half gespreid, de kop wordt gestrekt en tijdens dit imponeer vertoon worden de nodige kreten en geluiden geslaakt. Dat werkt zo aanstekelijk dat de rest vanzelf gaat meedoen, ook al hebben ze geen enkel aandeel in de strijd gehad!


Wie is waar?:
Kleine zwanen komen vanaf september binnen en strijken eerst neer in het Lauwersmeer en de Randmeren. Daar doen ze zich tegoed aan de ondergedoken waterplanten en de wortelknolletjes van de fonteinkruiden. Daarna, in november, zoeken ze de polders op en eten ze de oogstresten van bieten en ze gaan gras eten. De Arkemheemse- en Eempolders, maar ook op Texel, het rivierengebied en in de Delta kunt u ze tegenkomen gedurende de hele winter.
De wilde zwanen komen later. In november nog maar heel weinig. Pas in december stijgen uw kansen. Verspreid over de polders kom je ze in heel Noord Nederland tegen maar het meeste succes heb ik altijd gehad langs de IJssel tussen Zwolle en Deventer. Wilde zwanen werden vroeger ook wel Denen genoemd. Pas als het heel hard gaat vriezen verlaten veel wilde zwanen hun Deense overwinteringsgebieden en komen ze op ons mildere zeeklimaat af.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.