1. Hoe ziet hij eruit
De hagedis kan heel klein zijn namelijk tien entimeter. De hagedis heeft 2 voor en achterpoten die er kronkelig uitzien en klein zijn. De hagedis heeft schubben (harde) een kleine lijkt op een slang en het lijf is van beide lang en smal en ze hebben ook alle twee een puntige staart.
Hier kan je dat goed zien
Een hagedis heeft ook tanden in zijn bek en in zijn bek zit ook een tong (lijkt ook erg op een slang). De slang heeft zo’n splitsing in zijn tong dat hebben de meeste hagedissen ook. De ogen van de hagedis zitten aan de zijkant van het hoofd. Zo kan hij goed zien of er van de zijkant en voorkant gevaar komt. Op dat plaatje kan je ook goed zien dat de ogen aan de zijkant zitten. Achter de ogen zitten twee ronden gaten dat zijn de oren van de hagedis. Aan iedere poot zitten vijf lange tenen. Sommige hagedissen hebben stekels op hun rug of hoofd. En de grootste hagedis kan drie meter lang worden.
2.Leefgebied
De hagedissen leven bijna overal op de wereld. Ook in ons land leven de hagedissen. Maar de meeste leven in de warme landen zoals: frankrijk, Spanje enz. dat komt omdat de hagedissen niet van de kou houden. In koude landen leven dus hele maal geen hagedissen. De pacifische gekko: leeft in Zuid-Oost Azië tot Australië. De vliegende gekko: leeft in Maleisië. De leguanen. De langste leguaan (de groene) kan twee meter lang worden. Die leeft in Midden en Zuid-Amerika. Zeeleguaan: leeft in de Galapagos eilanden hij wordt één meter twintig lang. De helmbasilisk: wordt tachtig centimeter lang en leeft in groepen in de bossen van Midden-Amerika. De woestijn leguaan: de naam zegt het al hij leeft in de woestijnen van het Zuid –Westen van Amerika. De texaanse padhagedis: leeft in Texas en Mexico. Je ziet nu wel dat de meeste rond Amerika leven. De kraaghagedis: leeft in het Noorden van Australië. De gewone kameleon: leeft in Europa rond de Middellandse Zee.
De reuze kameleon: leeft aan de rand van de oerwouden. De nieuw Guinee schabpad hagedis: leeft onder dode planten. De zandhagedis: leeft in Midden en Zuid Europa. De levend barende hagedis leeft in Midden en Zuid Europa. De smaragd hagedis: leeft in Zuid en Midden Europa.
De muurhagedis: leeft langs de Middellandse Zee, de Donau en Rijn. De langste hagedis dat is de komodovaraan: leeft op Indonesische eilanden en wordt honderd kg!!!!
3.Winterslaap
Als de hagedis gaat slapen, kruipt hij eerst in een holletje in de grond. Of ze graven zelf een holletje in de grond. Maar sommige hagedissen leven gewoon onder een boomstronk of stenen. Pas als de herfst begint zoeken ze pas een plakje om te slapen. Als ze dat gedaan hebben slapen ze de hele winter door. Zonder ook maar iets te eten. Hagedissen kunnen dus heel lang zonder eten. Als je een hagedis ziet slapen denk je echt dat hij dood is, omdat hij zo stil is en niet beweegt. Ze worden pas weer in de lente wakker. De winter duurt hier langer dan bij sommige landen ze slapen hier dan ook langer. Als ze slapen beweegt de hagedis niet. Als een hagedis niet beweegt heeft het ook geen eten nodig. In de winter is er geen eten te vinden dus moeten de hagedissen wel slapen in de winter. Dus als de hagedis geen winterslaap hield, dan zouden de hagedissen dood gaan. Sommige hagedissen in de warme landen houden geen winterslaap, want daar is het hele jaar eten te vinden.
4. Voedsel
Hagedissen lusten wel veel, namelijk insecten zoals vliegen, muggen en spinnen. Kleine slakken zonder huisje vinden ze ook lekker. Grote hagedissen eten ook grotere dieren zoals kikkers, ratten en muizen. Soms eten de grotere hagedissen ook wel eens een kleine hagedissen. Maar ze eten af en toe ook een vrucht of een blaadje. Ze drinken nooit. Ze hebben dus niet zoveel dorst. Heel af en toe likken ze het water van een steen of plant. De hagedissen eten ook niet veel, ze eten wel meer dan dat ze drinken (van dat likken). Ze kunnen dan ook lang zonder eten.
5. Jongen
De jongen van een kameleon: De kinderen van een kameleon komen uit een ei. Als er een kameleon uit het ei komt dan lijken ze meteen op hun ouders. De moeder van een kameleon zorgt niet voor hem de jongen moeten meteen op zichzelf passen. Ze kunnen best wel snel eten vinden, maar eerst moeten ze een boom opzoeken, want daar leven de kameleonen in. Soms duurt dat lang wat dan zit er al een andere kameleon in. En daar mogen ze dan niet bij. Dus moeten ze verder zoeken. Dat duurt alsnog heel lang want een kameleon is heel langzaam!! Onderweg kunnen ze aangevallen worden door een slang. Na een jaar zijn de jongen net zo groot als de ouders. De jongen van een leguaan: Bij de leguaan gaat het heel anders! Alle mannetjes leguanen hebben hun eigen gebiedje. Al gaat een vrouwtje opzoek naar een mannetje dan komt ze er wel heel veel tegen. Er mogen alleen vrouwtjes komen maar niet meer dan vier. De vrouwtjes mogen ook in zijn gebiedje slapen. Maar de vrouwtjes willen altijd bij de grootste en sterkste mannetjes blijven. Natuurlijk wil een ander mannetje wel een s het gebiedje met vrouwtjes stelen. Dat vindt de leguaan natuurlijk niet goed en doet dan de volgende dingen: Hij gaat hoog staan, beweegt snel met zijn kop op en neer en laat zijn oranje kleeflap zien. Daarmee bedoelt hij: ik ben groter dan jij, ik ben gevaarlijk voor jou, dit gebied is van mij! Om het nog even voor het weg jagen gaat hij blazen als een kat en laat hij zijn oranje buik zien en zet zijn kammen overeind. Zo lokt het mannetje ook het vrouwtje.
Het paren gaat eigenlijk wel gek. De vrouwtjes hebben wel cellen nodig. Die worden op dezelfde plaats gemaakt als bij de mens. Het gekke is dat de mannetjes niet een maar twee piemels heeft. Als ze gepaard hebben dan is het vrouwtje bevrucht. Na een maand is het vrouwtje heel dik. Het vrouwtje moet nu een plaatsje vinden voor de eieren. Als ze een plaatsje heeft gevonden gaat ze graven. Het plaatsje moet wel warm en vochtig zijn. In een gat dat het vrouwtje heeft gegraven kunnen tien tot vijfenzestig eieren. Een vrouwtje legt dan ook ongeveer zoveel eieren. Voordat het vrouwtje het gat weer dicht maakt legt ze er eerst nog bladeren en gras overeen. Door de bladeren en het gras dat gaat verroten wordt het er nog warmer en komen de eieren eerder uit. Maar als het te warmer wordt dan eenendertig graden gaan de jonkies al in de eieren dood. In het ei eten de jonkies al dat is dat gele spul dat in een ei zit. Het jonkie heeft genoeg eten voor die maanden die hij door moet brengen in het ei. Sommige leguanen leggen de eieren niet maar het vrouwtje heeft een keer (als de jonkies uitkomen) levende baby’s in haar buik. Die laat ze pas uitkomen al ze levend zijn.
6. Gevaar
Als er gevaar is dan gaat de Groene Leguaan snel wegsprinten in de struiken of ze gaan een boom in. Maar in de bomen zitten soms roofvogels en afgodslangen. Dat zijn de grootste vijanden van een Leguaan. Als één van die twee of beide in de boom zitten dan springt de Leguaan soms wel 1 meter naar beneden. Hij sprint soms ook in een rivier. De baby leguanen leven meer bij/op de grond. Hun vijanden zijn slangen, andere hagedissen, apen en katachtige. Die graven ook eieren op. De Leguanen kunnen ook verdedigen. Dat doen ze met hun staart. Daarmee gaan ze als het ware mee slaan. Zo hard, dat een hond erdoor uitgeschakeld kan worden. Andere hagedissen verstoppen zich gewoon. Dat doen de meeste hagedissen in de gebieden waar geen bomen staan. De Basilisk rent gewoon op zijn achterpoten weg. De Chuckwald duikt in een spleet of hol. Dan blaast hij zich op en dan zit hij vast. De Padhagedis verdedigt zich heel leuk: in zijn ogen zitten buisjes en in die buisjes zit bloed, dat spuit hij naar zijn vijand (hij spuit dus dat bloed naar zijn vijand)
7. Familie
De familie van een hagedis zijn alle andere reptielen. Een hagedis is dus ook een reptiel. Reptiel betekent: Kruipend dier.
Een salamander is dus een familielid:
Nog meer familieleden zijn:
Skinken
Hazelwormen
Slangen
Krokodillen
Kikkers
Schildpadden
Wormen
De hagedissen hebben dus veel familie leden.
Hoofdstuk 8. Soorten
Je hebt eerder in het stuk gelezen dat er veel soorten zijn, maar dat zijn ze nog lang niet allemaal, want er zijn meer dan 3000 soorten!!
De Pacifiche gekko:
Leeft op de rotsen en in bomen en steden. Deze wezens komen veel voor, maar ze worden ook veel gevangen. Alle gekko’s hebben kussentjes onder hun pootjes, zo kunnen ze hele gladde bergjes opklimmen.
De Tokeh:
Leeft in/tussen rotsen en huizen waar niemand meer woont. Hij maakt eenblaffend geluid. Op sommige plaatsen van de wereld geloven de mensen dat de tokeh geluk brengt.
De vliegende Gekko:
Heeft een goede schutkleur en tussen zijn benen zitten zwemvliezen. De eieren die ze leggen komen al na 2 maanden uit.
De gebandeerde Gekko:
Hier is niet veel info over, maar dit was er wel: Als er gevaar is steekt hij zijn staart in de lucht in de vorm van een S: zo dus:
De groene Leguaan:
Dit is de grootste leguaan (2 meter). Indianen die daar leven vinden het vlees erg lekker, ze eten dus groene leguanen.
De Zeeleguaan:
De mannetjes zeeleguanen hebben meer dan 1 vrouwtje en ze zijn heel fel als hun gebiedje wordt aangevallen. De vrouwtjes leggen 2 eieren per keer. De grootste vijand van de zeeleguaan is de haai.
De Helmbasilisk:
Heeft een soort kam op zijn rug en staart. Bij gevaar gaat hij meestal naar of in het water.
De Texaanse Padhagedis:
Heeft veel stekels en de grootste zitten op zijn kop. Hij eet mieren.
De Roodkeelanolis:
Verandert snel van kleur. Als het paartijd is vechten de mannetjes met elkaar. Als een mannetje zich overgeeft wordt hij bruin.
De Baardagame:
Het vrouwtje legt 2 keer per jaar eieren. Als er gevaar is opent hij zijn bek of duikt hij snel onder het zand.
Vliegend Draakje:
Dit is wel een leuke naam alleen kon ik er geen informatie over vinden.
De Kraaghagedis:
Zet bij gevaar zijn kraag op en maakt dan een sissend geluid. Of hij rent weg op zijn achterpoten. Hij eet vooral kevers. Zijn vlees vinden de mensen er lekker.
De Bergduivel of Moloch:
Heeft veel maar korte stekels alleen niet op zijn buik. Hij eet alleen mieren. Waar hij ook is de mensen zijn vaak allemaal bang voor hem, terwijl hij niks doet.
De Reuzenkameleon:
Kan zijn tong 30 centimeter ver uitsteken. Als de staart wordt afgebeten groeit er geen nieuwe meer aan, wat bij de meeste hagedissen wel gebeurt.
De Pijnappelskink
Lijkt op een lange dennenappel. Heeft een grote brede kop, kleine pootjes en een lange platte start (daar wordt vet in opgeslagen). Hij lust en eet alles.
De Apothekerskink:
Vroeger dachten de mensen dat het vlees van deze hagedis een genezende werking had. Hij werd zoveel gevangen dat hij bijna uitstierf.
REACTIES
1 seconde geleden
J.
J.
coole website.
alleen jammer dat hij ook door somige kinderen woordt gebruikt voor spreekbeurten of werkstukken.
18 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
dank je voor je werk stuk wahwawhuawhwuawahuhuhuawawhu
22 jaar geleden
AntwoordenS.
S.
goed gedaan
21 jaar geleden
AntwoordenT.
T.
hai goeie werkstuk ik heb goeie info gevonden thxss
14 jaar geleden
AntwoordenI.
I.
Tip: Wees voortaan specifieker. Ik heb er ook een aantal niet-kloppende dingen in gevonden, zoals spellingsfouten, (soms) tekort aan leestekens en informatie dat niet klopt.
8 jaar geleden
AntwoordenH.
H.
prachtig ga hem lekker overnemen
8 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
Hij heeft niet heel veel info
7 jaar geleden
Antwoorden