Gitaar

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 3e klas vwo | 2581 woorden
  • 5 juli 2004
  • 292 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
292 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
De geschiedenis en de bouw van de …
Inhoudsopgave

inleiding
algemeen
korte geschiedenis van de gitaar
de gitaar tussen 1770 en 1850 en zijn componisten
de gitaarbouw
de hals, houtsoorten, de snaren en lakken
de behandeling
de delen van de gitaar
slotwoord

Inleiding

Deze scriptie gaat over de bouw van de gitaar en over de geschiedenis van de gitaar. Ik probeer meer over die onderwerpen te weten te komen. Ik heb deze onderwerpen gekozen, omdat ik wel gitaar speel, maar ik weet eigenlijk niets van de geschiedenis van de gitaar. Van de bouw van de gitaar weet ik wel iets, maar niet zo heel erg veel. Ik hoop dat dit een leuke maar ook een leerzame scriptie wordt en dat ik er dus meer over te weten kom.

Algemeen

Als je aan iemand zou vragen wat er in hem of haar opkomt bij het woord ‘gitaar’, dan zou hij of zij al gauw denken aan popmuziek, popgroepen, elektrische gitaar, romantiek of bijvoorbeeld Spanje. De meeste mensen denken dat de gitaar oorspronkelijk uit Spanje komt, maar dat is niet zo. De gitaar komt oorspronkelijk uit India. Dit is heel lang geleden, wel meer dan 5000 jaar. Nu is de gitaar een instrument met 6 snaren, maar toen had een gitaar maar 4 snaren. Pas aan het einde van de vorige eeuw kreeg de gitaar zijn echte vorm. Het was de beroemde, Spaanse gitaarbouwer Antonio de Torres die de echte vorm zo hield. Sindsdien staat de gitaar bekend als de Spaanse gitaar.

Een gitaar is een snaarinstrument, met een moeilijk woord Chordophonen genoemd. ‘chordo’ is het Griekse woord voor snaar en ‘phone’ betekend klinken. De chordophonen zijn weer te verdelen in harpen en luiten. Een harp is een snaarinstrument waarbij elke snaar zijn eigen vaste toonhoogte heeft. Bij een luit kun je de toonhoogte van een snaar veranderen. Dat doe je door met een vinger de snaar in te drukken op de toets ( op de hals ) van het instrument. Er zijn luiten met een schaalvorm, zoals de Sitar. De klankkast van de gitaar heeft bij een Sitar dus de vorm van een schaal. Maar er zijn dus ook luiten met een kast vorm, zoals de Viool, Banjo en natuurlijk de Gitaar.
Er is over de geschiedenis van de snaarinstrumenten niet zo heel veel bekend. Er is wel een theorie ontwikkeld die goed kan kloppen, maar of die helemaal waar is dat weet niemand. Zo gaat men er van uit dat alle snaarinstrumenten van de jachtboog afstammen. Pantsers van schildpadden ( die voorkwamen rond het Middellandse Zeegebied ) en kalebassen ( die voorkwamen in de Aziatische en Afrikaanse binnenlanden ) zouden als basis hebben gediend voor de klankkasten die nodig zijn om het trillende snaar- geluid te versterken. Uit verschillende van zulke (oer)instrumenten zouden ook de harpen, de cythers en de luiten zijn ontstaan. Maar het is niet helemaal zeker of het zo is gegaan.
Korte geschiedenis van de gitaar

De gitaar is voortgekomen uit harpachtige instrumenten. De harpachtig Assyrische citer is bijvoorbeeld doorgegeven aan de Grieken, en later aan de Romeinen, die de Assyrische citer ‘Cithara Romana’ of fidicule noemden, terwijl de Assyrische citer dus helemaal niet Romeins was. Meer dan 1000 jaar later zouden instrumenten in de Provence in Zuid-Frankrijk aan zo’n soort instrument een nek (de hals) en een toets toevoegen.

Ver voor het jaar 0 werden verschillende instrumenten al bespeeld in Centraal Azië en in Egypte. Later werd de Al-Ud , een snaarinstrument van hout, veranderd tot luit, door de Moren naar Spanje meegenomen. Vandaar dat de luit in Europa kwam en dus ook in Nederland. Men vermoedt dat de Al-Ud een voorvader had in de Chinese TztTzi, waarmee kruisvaarders kennis maakten ten tijde van kruistochten (1096-1292).
Instrumentenbouwers experimenteerden veel met soorten geluid, geluidsprojectie en diverse houtsoorten en klankkastvormen. Omdat de prijs vaak hoog was, werd er voor de gewone mensen de chitarra latina ontwikkeld en gebouwd. Dit instrument kwam voor het eerst voor aan het einde van de 13e eeuw, en het had vier dubbelkorige (dat wil zeggen per toon 2 snaren vlak naast elkaar, die tegelijk werden aangetokkeld, hetzelfde als 2 stemmen in een koor) snaren, zoals de echte mandolines, en ook de toenmalige luit. (deze dubbelkorigheid levert een sterkere, en vollere klank op). Dat is dus beter. De snaren waren gemaakt van in elkaar gedraaide schapendarm, soms geïmpregneerd met metaalzouten, waardoor de snaren een kleur kregen. In het begin van de 16e eeuw werd een vijfde snarenkoor aan het instrument toegevoegd. Deze gitaar, de Renaissance gitaar genoemd, was kleiner en smaller dan de gewone gitaar. In de 18e eeuw kreeg de gitaar nog een zesde snaar, en werd de gitaar voortaan enkel besnaard en niet dubbel, waardoor de stemmingsproblemen sterk werden verminderd. De stemmingsproblemen met dubbele snaren ontstaan mede doordat de vervaardiging van darmsnaren geen precieze diameter kon garanderen dus hoe hoger op de toets men speelde, hoe groter de toonafwijking werd bij de gelijke snaren. Daarom was het fijn dat de gitaar in en na de 18e eeuw enkel werd besnaard, want dat voorkomt lastige problemen en het is dus nu veel makkelijker.
In deze periode kreeg de gitaar ook haar definitieve standaardstemming. Die standaardstemming is: E A D G B E. De lengte van de snaar tussen de topkam en de brug (mensuur) werd standaard 65 centimeter.
Een van de belangrijkste gitaarbouwers in de 19e eeuw was de invloedrijke guitarrero (gitaarbouwer) Antonio de Torres Jurado uit Almeria in Spanje. Hij is geboren in 1817 en overleed in 1892. Antonio de Torres maakte de bredere klankkast, en hij versmalde de hals tot zo’n 5 centimeter. Dat maakte het dat de gitaar veel beter bespeeld kan worden. Ook ontwierp hij het waaiervormige patroon van zang- en steunbalkjes aan de onderkant van het bovenblad. Deze verdeling van de zangbalkjes wordt nu nog toegepast.
Er waren in de 19e eeuw veel gitaristen/docenten die studiemateriaal schreven, waaronder Fernando Sor, Dionisio Aguado en de Italiaan Fernando Carulli (dat zijn alledrie tijdgenoten), en later de bekende componisten Matteo Carcassi en Mauro Guiliani. Rond de eeuwwisseling 1800-1900 was er de beroemde Francisco Tarrego, en via hem komen we bij Andres Segovia, die een hele grote en belangrijke rol heeft gespeeld bij de verdere ontwikkeling van de gitaarmuziek in het algemeen, en het al echte concertinstrument in het bijzonder.
Ook in de Verenigde Staten waren er interessante ontwikkelingen op het gebied van gitaarbouw en gitaartechniek. Aan het begin van de 19e eeuw emigreerde de Duitser Christian Frederick Martin naar Amerika, en hij begon in New York zijn eerste atelier voor gitaarbouw. Vanaf het jaar 1833 was zijn bedrijf een feit. Hij ontwierp het X-patroon van zang- en steunbalkjes, een bijzonder ontwerp dat later door veel bouwers is overgenomen. Deze gitaren werden niet alleen voor de Europese klassieke muziek gebruikt, maar ook voor de Noord-Amerikaanse volksmuziek, dus een mix van allerlei verschillende stijlen. De Martin gitaren worden nog altijd beschouwd als de Rolls Royce onder de western gitaren (tegenwoordig ook wel staalsnarige gitaren genoemd).
De ‘Dreadnaught’

De western gitaren hebben mede door het gebruik van metalen snaren en de veel grotere klankkast een groot volume in vergelijking met de klassieke gitaren (Spaans). In opdracht van muziekuitgeverij Ditson in New York ontwikkelde Martin een heel grote gitaar die de ‘Dreadnaught’ (bang voor niets) werd genoemd, naar het grootste slagschip ter wereld ten tijde van de Eerste Wereldoorlog. Deze dreadnaught is nu nog steeds een van de meest bespeelde modellen westerngitaren.

- de geschiedenis en de bouw van de gitaar -
De ontwikkeling van de gitaarbouw is natuurlijk steeds doorgegaan en er zijn er ook veel elektrische varianten ontstaan, waarvan bijvoorbeeld de beroemde merken Gibson, Gender en D’Angelico goede voorbeelden zijn. Hoe dan ook, de gitaar mag zich nog altijd een fantastisch instrument noemen wat steeds beter ontwikkeld is.
De gitaar tussen 1770 en 1850 en zijn componisten

Voor en tijdens de romantiek is de evolutie van de gitaar in een hoge snelheid verlopen. Hier volgt een korte schets van de meest belangrijke veranderingen en experimenten die de gitaar tussen 1770 en 1850 heeft ondergaan, om uiteindelijk te komen tot de gitaar die we nu kennen. De Klassieke Gitaar.

De gitaar tussen 1770 en 1850

Rond de eeuwwisseling was er een overgang van de vijf-dubbelsnarige gitaar naar de zessnarige gitaar. Deze overgang heeft volgens bepaalde bronnen op verschillende plaatsen tegelijkertijd plaatsgevonden. Aan de ene kant in Spanje waar de zes-dubbelsnarige gitaar (vihuela) overschakelde naar de zes-enkelsnarige gitaar en aan de anderen kant in Frankrijk, waar de vijf-dubbelsnarige gitaar (barokgitaar) evolueerde naar een vijf-enkelsnarige gitaar en waar vervolgens een zesde snaar aan toegevoegd werd.

Zangbalkjes

Een tweede, heel belangrijke, vernieuwing was de introductie van de waaierbebalking, ontstaan in Spanje, die het vroegst teruggevonden is bij een gitaar van Francisco Sanquino uit Sevilla, rond 1770. Binnenin de gitaar bracht de gitaarbouwer (zang)balkjes aan ter versteviging van het bovenblad. Daarbij ging men in het onderste gedeelte van het bovenblad een aantal fijne zangbalkjes in waaierstructuur aanbrengen. Eerst waren er dat slechts twee of drie, die zich horizontaal lieten aanbrengen op het bovenblad: een boven en een onder de klankopening en eventueel een derde onder de kam.

Het systeem van de waaierbebalking werd voornamelijk door de Engelse bouwer Louis Panormo vanaf 1820 populair gemaakt. Rond 1850 gebruikte de gitaarbouwer Antonio de Torres uit Almeria een variant van waaierbebalking als basis bij het ontstaan van de klassieke gitaar, die de gitaarbouwers nu, na honderdvijftig jaar, nog steeds veelvuldig gebruiken.
De componisten in de 18e eeuw

Er waren verschillende componisten in de 18e eeuw. Hieronder volgt een schema van de componisten van de 18e eeuw.

- Fernando Carulli, Napels 1770 – Parijs 1841
Hij verbleef lange tijd te Parijs. Hij schreef een methode, concerto’s voor gitaar en klein orkest en kamermuziekwerken.
- Mauro Giuliani, Bolonga 1780 – Wenen 1840
Mauro leerde viool en gitaar en bereisde als een van de meest gevierde gitaarvirtiozen van zijn tijd heel Europa, waaronder Rusland. Hij verbleef lange tijd in Wenen, waar hij samen met Hummel, Moscheles en Spohr concerten gaf. Hij was goed bevriend met Beethoven en Diabelli. Hij schreef onder andere Studies, Sonaten en Concerto’s op en hij schreef kamermuziekwerken.
- Dionisis Aguado, Madrid 1784 – 1849
Hij verbleef een tijdje in Parijs samen met Sor. Hij is vooral bekend om zijn methodes en enkele interessante studies.
- Matteo Carcassi, Florence 1792 - Parijs 1853
Hij gaf concerten in Parijs en Londen en hij schreef gitaarmethodes, 25 studies en 6 capricen.
De componisten in de 19e eeuw

- Fr. Tarrega, 1852 – 1908
Naast de gitaar studeerde hij nog piano, harmonie en compositie aan het conservatorium in Madrid. Als gitaarvirtuoos gaf hij veel recitals in West-Europa. Tarrega was de grote vernieuwer van de gitaartechniek en een vermaand gitaarpedagoog. Zijn belangrijkste leerlingen waren Miguel Llobet en Pujol. Hij heeft veel Preludes en studies geschreven.

- M. Llobet, 1878 – 1937
Hij was een leerling van Tarrega. Llobet gaf recitals door heel Europa en Latijns Amerika. Hij verbleef een tijdje in Parijs, waar hij goed bevriend was met Debussy en Ravel. Hij heeft Catalaanse volksliederen bewerkt.
De gitaarbouw

Bij de bouw van een gitaar moet voorop gesteld worden dat de liefde voor het instrument en natuurlijke aanleg voor verhoudingen en samenstellingen aanwezig moet zijn om tot een goede bouw van het instrument te komen betreffende het klankvolume en de kwaliteit van de tonen.

Hoe werkt een gitaarbouwer?

Elke gitaarbouwer werkt volgens een bepaald systeem en probeert dit in de juiste volgorde te doen. De verschillen zijn maar heel klein bij de bouwers ten opzichte van zang en spreidbalken onder het bovendek. Aan het bovendek (waarvoor altijd naaldhout is aangewezen) moet de grootste en de meeste zorg worden besteed en is het zeer belangrijk diverse bewerkingen ervan te bekijken en te bepalen en natuurlijk uit te voeren, onder andere de dikte, welke niet overal helemaal gelijk is, de plaats en afmeting van het klankgat, de vorm, de hoogte en breedte van de zangbalken, en ook de spreidbalkjes en het aantal van deze, de baslijsten en de verstijvinglijsten die dienen voor de bevestiging van het bovendek aan het corpus

Voor deze onderdelen, die dienen voor de constructie van het bovenblad gebruikt men hoofdzakelijk naaldhout. De vaste kam is van een sterke harde loofhoutsoort, onder andere Mahonie of Palissander en dergelijke, omdat daaraan de snaren worden bevestigd.
De samenstelling

De juiste plaatsing, de maten en de verhoudingen ten opzichte van het bovenblad zijn voor de kam van groot belang voor de gehele samenstelling. Voor het samenstellen van het bovendek zijn verschillende variaties en zal de bouwer zijn eigen systeem zo moeten toepassen tot het maximale is bereikt. Het bovendek bepaalt in de eerste plaats de hoofdzaak de kwaliteit van de gitaar. Bij de keuze hiervan laat de bouwer zich leiden door zijn vakmanschap. Dat geldt ook voor de gehele bouw van het instrument. Van geheimen kan moeilijk
worden gesproken, omdat die zogenaamde geheimen bestaan uit vakbekwaamheid. Die vakbekwaamheid kun je alleen krijgen door een natuurlijke aanleg, zorgvuldige studie en door telkens opnieuw elke mogelijkheid uit te proberen.

De hals

De hals is een heel erg belangrijk onderdeel, en moet met uiterste zorg gekozen, bewerkt en afgesteld worden. Het te gebruiken hout moet van de beste kwaliteit zijn, goed droog en niet te zwaar van gewicht. Goed uitgewerkte en rechtdradige Mahonie, Ahorn of een in kwaliteit dezelfde soort is zeker geschikt om na, vakkundig kijken de trekspanning van de snaren (ongeveer 60 kg) te verdragen.
De speeltoets moet van een erg harde houtsoort zijn, (bijvoorbeeld ebben) zuivergevlakt en heel erg glad worden afgewerkt. De nauwkeurige afstelling van de hals en de toets, en het juiste plaatsen van de indelingen bepalen de goede ligging ten opzichte van de snaren, de toonaanslag en de bespeelbaarheid. De meest voorkomende afmeting van de brug (mensuur) bij de Prime-gitaar is 650 millimeter.

Houtsoorten

De te gebruiken loofhoutsoort voor het corpus moet ook rechtdradig zijn, goed uitgewerkt en helemaal gaaf. Met de zachtere soorten als; Mahonie, Ahorn en andere van deze soorten zijn hele mooie resultaten bereikt evenals met de hardere soorten als Coremandel, Palissander, enzovoort. Door de bouwers zijn al heel veel dingen uitgeprobeerd om tot de meest gunstige verhouding te komen van de klankkast en het bovendek (resonantie).
Er is vaak toeval geweest. Jammer kan de bouwer toevalligheden niet de hele tijd in zich opnemen en hij is genoodzaakt te blijven streven naar de goede verhoudingen om te komen en te maken van een zo goed en zo mooi mogelijke gitaar.

De snaren

De snaren zijn heel erg belangrijke en spelen een grote rol in toonkwaliteit, want een gitaar mag niet vals klinken. Gelukkig zijn we op de goede weg sinds de nylonsnaar naar voren is gekomen. Vooral de houdbaarheid van de bassnaren is toegenomen door een omspinning met brons.

Lakken

Om de gitaar tegen schadelijke invloeden te beveiligen wordt een beschermende laklaag aangebracht. Deze kan zowel oliehoudend als synthetische samenstellingen bevatten. Met beide laksoorten is veel te bereiken. Het is beter de gitaar sober te houden, omdat te veel versieringen voornamelijk aan het bovenblad te veel invloed hebben op de goede toon.

De behandeling

Tot slot moet nog worden opgemerkt dat de gitaar met blijvende zorg moet worden behandeld. Je kunt een gitaar niet zomaar even op de grond zetten of tegen de kast aan, want dan beschadig je de gitaar. Je moet er dus wel voorzichtig mee zijn. De gitaar is wel stabiel maar door jarenlange bespeling wordt het instrument zeer kwetsbaar voor ruwe behandeling en sterk variërende temperatuurschommeling. Het is daarom zeker niet te veel een gitaar met een
koffer aan te schaffen zodat er niet veel mee kan gebeuren.

De delen van de gitaar

Een gitaar heeft heel veel verschillende onderdelen. Hieronder staat een plaatje van een gitaar met de belangrijkste onderdelen.

REACTIES

G.

G.

Werkstuk is niet compleet

16 jaar geleden

I.

I.

BEDANKT VOOR DE INFORMATIE !!!

12 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.