Hindoeisme

Beoordeling 6.1
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 3552 woorden
  • 25 november 2002
  • 141 keer beoordeeld
Cijfer 6.1
141 keer beoordeeld

Ontstaan Hindoeïsme Het ontstaan van het Hindoeïsme heeft geen vaste plaats in de geschiedenis, maar dankzij het werk van vele archeologen kunnen wij vaststellen dat er al 5000 jaar geleden mensen waren die in het Hindoe-geloof geloofden. Omdat deze mensen langs de rivier de Indus woonden, werd de godsdienst van deze mensen Indus of Hindoe genoemd. De Indiërs zelf, de mensen die langs de rivier de Indus woonden, noemden hun geloof zelf Dharma, dat eeuwige orde of waarheid betekent. Door veel onderzoek is men erachter gekomen dat de Indiërs al handel dreven. Ook blijkt uit onderzoek dat zij zeer hoog ontwikkeld waren omdat zij ommuurde steden, stenen gebouwen, graanschuren, stenen graven en de beste sanitaire voorzieningen hadden van voor de Romeinse tijd. De Indiërs geloofden in meerdere goden en leefden vredig. Rond het jaar 1500 voor Christus deden de Ariërs, rondtrekkende nomaden, een inval in de Indus Vallei. Zij vochten in deze vallei met de oorspronkelijke bewoners en deden de oorspronkelijke bewoners aan hen gehoorzamen. Deze inval heeft ervoor gezorgd dat er een nieuwe periode aan brak in de geschiedenis van het Hindoeïsme, de zogenaamde Vedische periode. De Ariërs geloofden ook in meerdere goden. Zo geloofden zij bijvoorbeeld in de Heer van de Hemel (Indra), de Heer van het Vuur (Agni) en de Heer van het Water (Varuna). Vanaf 1200 voor Christus tot en met 1000 voor Christus werden de eerste Hindoe-geschriften gemaakt waarin onder andere lofzangen stonden, ook wel de vier veda’s genoemd. Deze werden door priesters van buiten geleerd en werden mondeling aan de bevolking overgeleverd. Deze 4 Veda’s zullen pas in 1400 na Christus opgeschreven worden. De taal van de Ariërs was het Sanskriet. De samenleving van de Ariërs bestond uit 3 standen. Deze werden ingedeeld naar beroepen. Een van de groepen is de groep van de priesters, die ook wel de Brahmanen werden genoemd. Deze groep had een grote macht in de samenleving. Rond 600 werd echter tegen de macht van de priesters geprotesteerd. Dit leidde tot het ontstaan van andere godsdiensten, het Boeddhisme en het Jainisme. Het ontstaan van deze godsdiensten had een grote invloed op de vedische religie. Zo werden er gedragsregels opgelegd. Ook werden er wetten gemaakt waarin de plichten stonden van de groepen in de maatschappij. Deze wetten zorgden ervoor dat de macht van de priesters minder groot werd dan die was geweest. Door deze ontwikkelingen lieten de mensen de natuurgoden van het vedische tijdperk links liggen en gingen ze andere goden aanbidden, namelijk de Goden Vishnu (de bewaarder) en Shiva (de vernietiger en herschepper. De mensen gingen deze Goden thuis aanbidden en hierdoor kwam het idee van liefde en toewijding aan Goden op gang. In de periode tussen 300 en 1200 na Christus groeide de vedische leer uit tot het Hindoeïsme. In deze periode ontstonden de Purana’s. Deze verhalen bevatten belangrijke Hindoemythen en verhalen die het volk aanmoedigden om een persoonlijke god te gaan aanbidden, waardoor de mens streefde naar een totale eenwording met de God. Deze eenwording met een God verspreidde zich van India naar het Noorden. Tijdens het Purana tijdperk begonnen denkers zoals Shankara en Ramanuja de Hindoefilosofie te ontwikkelen. Tegenwoordig is het Hindoeïsme overal in de hele wereld bekend en is er een grote opkomst van sekten. Een van de bekendste sekte, die met het Hindoeïsme te maken heeft is de Hare Krisjna beweging. Hare betekent letterlijk God die je fouten vergeeft. Deze sekte heeft een grote aanhang en hun ideeën zijn gebaseerd op de leer van de heilige Chaitanya Mahaprabhu. Deze aanbad Krishna om zo zijn liefde van God te getuigen. Vanaf 500 na Christus tot nu kent het hindoeïsme 3 vormen van Brahman: Braham, Visjnoe en Sjiva en de incarnaties, zoals Rama en Krisjna. Een mens wordt als Hindoe geboren en leert de voorgeschreven offers brengen, mee te doen aan godsdienstige plechtigheden en te leven volgens regels. Hindoes zijn vaak erg gehecht aan hun religieuze handelingen (riten), want ze maken deel uit van het dagelijks leven, van de cultuur. Ze horen bij het leven van de Hindoe. Het Hindoeïsme geeft mensen veel ruimte en vrijheid om te denken en te geloven zoals ze zelf willen. Het bidden tot de ene god, betekent niet dat een andere god, een ander beeld van god niet zou kunnen bestaan. Alles in het heelal is immers goddelijk, het Altman vind je overal. Het Hindoeïsme is dan ook een religie die respect heeft voor mensen die een ander geloof hebben. Goden of goden Er bestaan veel misvattingen over het hindoeïsme, in tegenstelling totdat wat wordt aangenomen, is het hindoeïsme een monotheïstisch godsdienst en dat wil zeggen dat het hindoeïsme maar een god kent. Deze god wordt de Brahman genoemd. Er zijn wel 333 miljoen goden. Hindoes geloven in een 1 allerhoogste Wezen. De vele goden worden gezien als goddelijke scheppingen van dit Ene Wezen. Veel mensen beschouwen de goden slechts als symbolen van de krachten of geestelijke niveaus of als verschillende personificaties, projecties van de menselijke geest op een onpersoonlijk zuiver zijn. De mahadeva’s zijn hun schitterende goden. Werkelijk groot zijn de goeden die uit het Wezen, oftewel Brahman, zijn ontstaan. In de veda’s wordt God Brahman genoemd, het Allerhoogste Wezen dat gelijktijdig bestaat als de absolute transcendente Parabrahman, als alwetend bewustzijn of shaktikracht en als de persoonlijke eerste Godheid. Het woord Brahman komt uit de Sanskriet wortel Brh, dat groeien, manifesteren, uitbreiden betekent, verwijzend naar de Brahman Geest van zuiver bewustzijn de aan alle bestaan ten grondslag ligt. Brahman is tegelijkertijd Purusha, de Oorspronkelijke Ziel. Hij is volmaaktheid van zijn, de oorspronkelijke ziel die ontelbare individuele zielen schept of voortbrengt met inbegrip van de goden. Sommige Goden, zoals Heer Ganesha, hebben geen evolutie ondergaan zoals wij die kennen, maar werden voortgebracht als volledig ontwikkelde Mahadeva’s wier geesten gelijktijdig bepaalde rangen van tijd en ruimte beheersen en doordringen. Zij staan zo dicht bij Brahman dat zij hun kosmische functie vervullen in volmaakte overeenstemming met Gods wijsheid, bedoeling en handeling. Geen van de goden is een vrouw. Maar de lichamen van de goden kun je eigenlijk niet onderscheiden in geslacht. Hij wordt met name vereerd en aanbeden wanneer zich veranderingen in onze levens voordoen en wij van het oude, gevestigde levenspatroon naar een nieuwe moeten overstappen. Heer Ganesha is een god die kan denken, net zoals ons, die kan zien, en kan beslissen en besluiten nemen, net zoals wij dat doen. Heer Ganesha is er altijd om onze geest standvastig te houden en de juiste deuren te openen naarmate wij evolueren en vooruit gaan. Hij faalt nooit en te nimmer. Hij is er altijd voor ons wanneer wij Hem nodig hebben. Hindoes over de gehele wereld bidden tot Heer Ganesha voor hulp en leiding wanneer Hij ons leidt uit een landbouwtijdperk door een industrieel en informatietijdperk in de nieuwe tijd van ruimte. In de dorpen van Vedisch India was Heer Ganesha duizenden jaren lang en is Hij nog steeds een machtige onmiddellijke aanwezigheid in ieders leven. Als de aanbidder de beeltenis van zijn Godheid in steen, klei, hout of verf ziet, dan gunt de God geheel uit eigen beweging licht van het Zelf. Net als vuur van hout werpt de maan zijn weerschijn spontaan in de waterpot. De gewijde teksten van de Hindoes staan vol avonturen van talrijke goden en helden. In de Veda's wordt verhaald over Agni, de god van het vuur en het offer, Indra, de hemelgod van de oorlog, en Varoena, de god van de komische orde. Siva, Vishnu of Kali zijn andere goden uit deze godsdienst

Deze godsdienst is 's werelds oudste en mogelijke en meest verschillende. In feite is het niet één enkel geloof, maar een mozaïek van meer dan tienduizend paden, globaal onderverdeeld in vier hoofdstromingen. Welke zijn de hoofdstromingen van het hindoeïsme? De Sanatana Dharma, of "eeuwig geloof," tegenwoordig bekend als hindoeïsme, is een familie van godsdiensten die het gezag van de Veda's aanvaarden. De vier hoofdstromingen zijn Saivisme, Shaktisme, Vaishnavisme en Smartis-me. De miljard Hindoes, één zesde van de menselijke familie, zijn georganiseerd in vier belangrijke denominaties, elk onderscheiden naar hun Hoogste Godheid. Voor Vaishnavisten is Sri Vishnu God. Voor de Saiviten is Siva God. Voor Shakta's is de Godin Shakti de allerhoogste. Bij Smarta's, liberale Hindoes, wordt de keuze van Godheid overgelaten aan de toegewijde. Elke stroming kent een veelheid van guru geslachten, religieuze leiders, priesterschappen, heilige geschriften, kloostergemeenschappen, scholen, bedevaartcentra en tienduizenden tempels. Zij bezitten een rijkdom aan kunst en architectuur, filosofie en geleerdheid. Deze vier stromingen houden zulke afwijkende geloven in, dat elk een volledige en onafhankelijke godsdienst is. Toch hebben zij een enorm erfgoed van cultuur en geloof gemeen - karma, dharma, reïncarnatie, aldoordringende Godheid, tempelverering, sacramenten, veelheid van Godheden, de guru-shishya traditie en de Veda's als gezaghebbend geschrift. Hoewel India het thuis is van de meeste Hindoes, bloeien er over de gehele wereld grote gemeenschappen. De Veda's zeggen, "Hij is Brahma. Hij is Siva. Hij is Indra. Hij is de onveranderlijke, de allerhoogste, de zelfverlichtende. Hij is Vishnu. Hij is het leven. Hij is tijd. Hij is het vuur en Hij is de maan. Wat is de toegewijde Vaishnava Stroming: Het Vaishnavisme is een oude hindoestroming waarin de verering van Sri Vishnu en Zijn incarnaties, vooral Krishna en Rama, centraal staat. Grotendeels dualistisch, diep toegewijd, is zij rijk aan heiligen, tempels en geschriften. Wat is de Saiva stroming: Het Saivisme is 's werelds oudste godsdienst. God Siva, de Barmhartige, vererend, legt het de nadruk op krachtige disciplines, verheven filosofie, de centrale rol van de guru, en bhakti-raja-siddha yoga, hetgeen leidt tot innerlijke eenheid met Siva. Heilige geschriften Er zijn duizenden heilige geschriften. De teksten zijn eigenlijk een brede kennis van het geloof zonder begin of eind. De heilige boeken van de Hindoes zijn zeer ingewikkeld met zeer veel informatie. De meeste heilige geschrifte zijn geschreven in Sanskriet, deze oude klassieke taal spreek tegenwoordig niemand meer. Het is verwant met Grieks en Latijn. Het belangrijkste geschrift is de Shurti. Het zijn eigenlijk twee delen geschrifte de veda’s en de Agama’s. Ze zijn directe openbaringen aan god. De veda geschrifte zijn het alles oudst. Veda betekent: “weten”. Veda’s leggen grote nadruk op de kennis als de weg naar de verlossing [de door braak van de kasten] door goede daden te verrichten kan je verlost worden. Andere volgen de weg van trainingen en tucht – de Yoga en de derde manier is toegankelijk voor mensen van allerlei kasten en dus erg populair. Het is het weg van de toewijding [bhaki yago] De Smirie zijn minder belangrijke geschrifte het zijn de secundaire [ 2de ] geschrifte
De Smirie gaat over de aspecten van het leven. Er zijn twee grote heldendichten de Mahad harata en de Ramayong. Die vertellen over goden en helden in de oude tijden. De rode draad is altijd het thema het opgaan van mensen in de goddelijke geest Gebeden Elke vrome hindoe zegt elke morgen bij het ontwaken en daarna vele keren per dag een geliefd gebed. Het is afkomstig uit de oude veda-geschriften. Na de herhaling van het gebed spreekt hij Gods speciale naam uit, bijv. Vishnu of Shiva. Hij probeert zich met god te verenigen, niets anders te zijn dan hij is. Dan neemt hij een bad, bindt de haarlok op zijn hoofd samen en zegt weer een gebed. Hij doet dit op blote voeten en bloot bovenlichaam. Hij draagt een heilige draad gekruist over zijn linker schouder tot aan zijn middel. Hij brengt met pasta of as tekens op zijn gezicht of lichaam, die horen bij de god die hij vereert. Het morgengebed bidt hij aan de oever van een rivier of in een aparte kamer van het huis voor beelden of stenen symbolen. De hindoe zit met zijn gezicht naar het oosten en sprenkelt water om zich heen en op het beeld. Zijn belangrijkste zorg is dat hij zijn gedachten concentreert in meditatie. Om dit te bevorderen zal hij de naam van God of het heilige vers heel vaak herhalen. Bidsnoeren worden gebruikt bij de herhaling. Met nog een wateroffer en een buiging eindigt hij het gebed. Een andere vorm van gebed zegt hij telkens als hij iets eet, tot in de middag. De leer van Hindoeïsme De leer van Boeddhisme is de grootste vijand van de mens, zijn eigen verstand. In plaats van doelgericht de problemen van het leven tegemoet te komen en tot een oplossing te brengen. Laat het menselijk denkvermogen zich veelal gemakkelijk afleiden en op een dwaalspoor brengen. Door een ethische levenswijze en door mentale oefeningen tracht de naar spirituele vrijheid zoekende Hindoe, controle te verwerven over zijn denkprocessen, om zo de onbegrensde mogelijkheden van zijn hogere ik te ontdekken en te realiseren. Upanishads is de metafysische achtergrond van het Hindoe-pad naar geestelijke bevrijding in bloemrijke bewoording uiteengezet wordt. Dit pad bestaat vooral uit dat de chaotische maalstroom van gedachten tot zwijgen wordt gebracht, en dat er een doelgerichte denkkracht voor in plaats komt. Omdat doelbewustheid zo belangrijk is onderscheidt het Hindoeïsme vier soorten strevingen in de mens, die alle kunnen helpen om weer doelgericht in het leven te staan. Deze vier fundamentele intenties zijn: plezier, succes, plicht en zelfrealisatie. Volgens de Hindoe-leer zal iemands verlangen zich pas ten volle op een hoger niveau kenbaar maken, nadat diegene de beperkingen van het lagere niveau werkelijk heeft ondervonden. Daarom wordt een levensgenieter niet streng aangemaand tot een meer serieuze attitude, maar toch wel aangeraden zo rationeel mogelijk. Maar wel op een ethische wijze, de plezierige dingen in het leven binnen bereik te brengen. Tot verplichtingen behoren bijvoorbeeld het dagelijks opzeggen van bepaalde gebeden, het lezen van religieuze teksten, het uitvoeren van bepaalde ceremoniën, een gastvrije beleggingen van bezoekers en zorg voor ouders en ouderen. Ook schrijft de religie voor, dat geen onnodige leed of schade wordt betrokken

Aan dieren en planten. Vaak wordt er gemeend dat het met gesloten ogen in de lotushouding zitten het wezenlijke van raja yoga is. In werkelijkheid is de lichaamshouding slechts ondergeschikt belang en gaat het veel meer om het bereiken en handhaven van “mentale stilte”, een toestand van ontspannen
Geestelijk alertheid. Naast raja yoga zijn er nog drie andere wegen om te denken te zuiveren van vooroordelen, chaotische sprongen en irrelevante gedachten. Deze drie manieren van leven worden aangeduid, als jnana yoga, bhakti yoga en karma yoga. Deze levenswijzen komen overeen met de drie belangrijke karaktertypen die bij mensen worden aangetroffen. Jnana yoga is het meest geschikt voor intellectuelen, bhakti yoga voor emotionele geaarde mensen en karma yoga voor zeer actieve mensen. De Hindoe zal regelmatig door middel van raja yoga, een zeer oude systeem van mentale oefeningen, trachten het denken eerst stil en daarna beheersbaar maken. Raja yoga brengt discipline in de gedachtewereld en daardoor hoopt de gelovige Hindoe tenslotte voorkomen te gaan begrijpen dat er geen afstans is tussen diegene zelf en God, Atman en Brahman. De vier wegen naar Samadhi dienen volgens de Hindoe-leer aanvankelijk alle bewandeld te worden, waarna blijkt dat een ervan het beste bij iemands karakter past. Deze keuzevrijheid in geloofszaken is typerend voor de Hindoe-religie. Het Hindoeïsme heeft een buitengewoon rijke traditie op het gebied van religieuze gebruiken en ceremoniën. Ook de luisterrijke gewijde handelingen en gebruiken in de huiselijke omgeving zeggen zonder toelichting weinig over boeiende en leerzame metafysische achtergronden van het Hindoeïsme. Zodra de gelovige Hindoe heeft vastgesteld dat lichamelijke genietingen en materieel succes als zingeving uiteindelijk zeer gelimiteerd zijn. Dan staat diegene open voor de ontdekking van een veel belangrijker motiverende kracht: de plicht. Plichtsbetrachting is voor de Hindoe dus niet slechts een ethische gebod, maar toch ook een hulpmiddel om de geest doelgericht te maken. Want doelgerichtheid is een conditiën non voor het bereiken van geestelijke vrijheid. Wie geen enkel doel nastreeft zal nooit beseffen hoe zijn verstand hem heel vaak verkeerd adviseert. Rituelen Rituelen helpen de aanbidder boven het wereldse uit te stijgen en in contact te komen met de shakti (>kracht) van de goden. Om de betekenis van kracht te laten zien, doen ze dat in: - speciale kleding - geluiden - taal - lichaamsbewegingen
De Puja > Kan zowel een eenvoudig thuisritueel zijn als een uitgebreid volksfeest. Hierbij worden Beelden van goden aanbeden. Dit ritueel verschilt wel per sekte en/of plaats, maar het is wel vastgelegd in regels die afgelopen 2000 jaar nauwelijks veranderd zijn. Een godheid word beschouwd als een speciale gast, en word als een beeld gepresenteerd. Hoe gaat de god in het beeld?: 1)Word het beeld ingewijd door tempelpriesters. Dat doen ze door mantra’s te zingen. 2)De tempelpriesters zuiveren het beeld met behulp van wierrook en kamfer. 3)De priesters nodigen de godheid uit om in het beeld te komen. 4)Ten slotte wekken de priesters het beeld tot leven door het rituele inblazen van de adem en het openen van de ogen. -De Puja word 2 à 4 keer per dag gehouden. Bij zonsopgang en zonsondergang, en soms ook s´middags en middernacht. -De pujari is verantwoordelijk voor het welzijn van het beeld. Feesten Er zijn in de loop van het jaar honderden hindoe-feesten die zowel in India als door Hindoes buiten India gevierd worden. Sommige feesten zijn landelijk, andere worden alleen maar in een bepaald dorp gevierd. De vieringen kunnen bestaan uit het houden van puja. Holi Het kleurrijke Holi-feest markeert het eind van de winter. Op de avond voor Holi worden brandstapels gebouwd om poppen van de heks Holika te verbranden. De legende vertelt dat Holika haar neef probeerde te doden omdat die Vishnu vereerde, maar zelf gedood werd. Op de dag van Holi zelf trekken de mensen oude kleren aan, en overgieten elkaar met gekleurd poeder en water. Het is heel leuk, maar een enorme kliederboel. ’s Avonds bezoeken mensen hun familie, en geven lekker eten als cadeau. Holi is ook een bijzonder feest voor boeren. Zij vieren de eerste lente-oogst. Divali Divali is het lichtjesfeest, en de viering duurt vijf dagen. Mensen versieren hun huizen en tempels met kleine lichtjes, die diva’s heten. De lichtjes zijn bedoeld als wegwijzers voor de held Rama naar Ayodhya na zijn overwinning op Ravana. Er is een hoop vuurwerk in iedere stad en dorp. Divali is ook gewijd aan Lakshmi, de godin van rijkdom, en geeft het begin van het hindoe-nieuwjaar aan.
Dussehra Het Dussehra-feest duurt tien dagen. Op sommige plaatsen heet het Ram Lila. Er worden toneelstukken opgevoerd over het leven van Rama, en worden grote poppen van Ravana verbrand. Op andere plaatsen heet het feest Durga Puja, en wordt de overwinning van Durga op de stiergeest Mahishasura ermee gevierd. Het hindoe-jaar De religieuze hindoe-kalender telt twaalf maanden, gebaseerd op de stand van de maan. Iedere maand loopt van volle maan tot volle maan, en wordt verdeeld in een lichte helft en een donkere helft. In het dagelijks leven gebruiken de Hindoes dezelfde kalender als iedereen. Familiefeesten Het gezin en de familie zijn heel belangrijk voor Hindoes. In India wonen verschillende generaties van een familie samen in een huis, en zorgen voor elkaar. Voor Hindoes die in het buitenland wonen, blijven familiebanden en familievieringen heel belangrijk. Er zijn veel bijzondere vieringen in het leven van een hindoe. Het zijn gewoonlijk momenten waarop de hele familie bij elkaar komt. Geboorte Wanneer er een baby geboren is bidt een priester om gezondheid en welzijn voor de moeder en het kind. Tien dagen na de geboorte krijgt de baby tijdens de plechtigheid zijn naam, en wordt de horoscoop van het kind nagetrokken; die laat de stand van de sterren en planeten zien ten tijde van de geboorte. De heilige draad Voor jongens uit de drie hoogste kasten vindt de belangrijkste plechtigheid in hun jeugd plaats tussen hun negende en elfde jaar. Dan krijgen zij van de priesters hun heilige draad.Die moeten zij heel hun leven over hun linker schouder en onder hun rechter arm dragen. Het is een teken van een nieuwe fase in hun leven, waarin zij meer te weten komen over hun godsdienst en meer verantwoordelijkheid gaan dragen. Dood en crematie Wanneer Hindoes gestorven zijn, wordt hun lichaam verbrand. In India wordt het lichaam op een stapel sandelhouten blokken gelegd, die aangestoken wordt door de oudste zoon of oudste man in de familie. In andere landen vindt de plechtigheid in een crematorium plaats. Ze wordt gevolgd door twaalf dagen vol rituelen voor de ziel van de overledene. Zo mogelijk wordt de as van de overledene in het water van de rivier de Ganges gestrooid.
Huwelijk Veel hindoe huwelijken worden geregeld door de ouders van de bruid en bruidegom. Het huwelijk zelf duurt een paar dagen, met veel rituelen en plechtigheden. Het huwelijk kan overal plaatsvinden: bij de bruid thuis of in speciaal gehuurde feestzaal. De bruid draagt speciale sieraden en een rode zijden sari. Ze zit met de bruidegom voor een heilig vuur terwijl de priester gebeden opzegt en voedsel offert aan de goden. Dan lopen bruid en bruidegom zeven keer om het vuur heen om hun huwelijk te symboliseren. Na de huwelijksplechtigheid gaat de bruid bij haar man en zijn familie wonen. Voor haar huwelijk worden de handen en voeten van de bruid versierd met rode mehndi-patronen. De bladeren van de mehndi of henna-plant worden gemalen en tot een papje gemengd waarmee de bruid beschilderd wordt. Na een paar uur wordt de gedroogde pasta afgewassen, waarbij het patroon achterblijft.

REACTIES

R.

R.

Het is een goede inhoudelijke sciprtie.

Ik wou graag weten of jij deze info uit oude geschriften had gehaald en of deze geschriften beschikbaar zijn.

Met hartelijke dank,
Rinaldo.

21 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.