Curatele, mentorschap en bewindvoerschap

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 4e klas vwo | 2580 woorden
  • 2 oktober 2001
  • 36 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
36 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Stap in jouw toekomst

Kom naar de Open Avond van Inholland op woensdagavond 29 maart van 17:00 - 20:00 uur. Proef de sfeer en ontdek onze opleidingen.

Meld je aan!

Hoofdstuk 1 Wat is ondercuratelestelling, onderbewindstelling of mentorschap

Curatele, bewind en mentorschap zijn maatregelen voor mensen die niet (helemaal) voor zichzelf kunnen zorgen. Bijvoorbeeld mensen die - soms al vanaf hun geboorte - verstandelijk gehandicapt zijn, mensen die psychiatrisch patiënt zijn of mensen die verslaafd zijn. De maatregelen zijn vooral bedoeld als een bescherming tegen andere mensen die misbruik van de situatie kunnen maken. De maatregelen zijn alleen mogelijk bij meerderjarigen. Totdat iemand achttien jaar is, hebben de ouders het ouderlijk gezag en als er geen ouderlijk gezag is, is er altijd een voogd.

Curatele De ondercuratelestelling is bedoeld voor mensen die zowel hun financiële als andere persoonlijke belangen niet meer kunnen behartigen. Volgens de wet; 'meerderjarigen die wegens een geestelijke stoornis, waardoor de gestoorde, wel of niet met tussenpozen, niet in staat is of bemoeilijkt wordt zijn belangen behoorlijk waar te nemen'. Verder noemt de wet als redenen voor ondercuratelestelling verkwisting en gewoonte van drankmisbruik. Het drankmisbruik moet er toe leiden dat de belangen niet behoorlijk worden waargenomen, of dat iemand in het openbaar herhaaldelijk aanstoot geeft of de eigen veiligheid of die van anderen in gevaar brengt. Iemand die onder curatele is gesteld, verliest zijn handelingsbekwaamheid en mag dus niet meer, net als de minderjarige, zonder goedkeuring van de curator, zelfstandig rechtshandelingen verrichten. Iemand die onder curatele is gesteld wordt curandus genoemd.

Bewind Onderbewindstelling van goederen is bedoeld voor mensen die door hun lichamelijke of geestelijke toestand tijdelijk of blijvend niet in staat zijn om hun financiële belangen te behartigen. Het is niet altijd nodig om alle goederen van iemand onder bewind te stellen. Soms kan er met een beperkt bewind worden volstaan. In de aanvraag moet dan wel precies worden aangegeven om welke goederen het gaat. Zijn de goederen van iemand geheel of gedeeltelijk onder bewind gesteld, dan mag die persoon niet meer zelfstandig daarover beslissen. Zo iemand mag bijvoorbeeld niet iets verkopen zonder toestemming van de bewindvoerder. De bewindvoerder beheert de goederen helemaal zelf, zonder dat de betrokkene zich daarmee kan bemoeien.

Mentorschap De instelling van mentorschap is bedoeld voor mensen die hun persoonlijke belangen (belangen die niet over geld en goed gaan) niet meer kunnen behartigen. Het kan gaan om verstandelijk gehandicapten en psychiatrische of comapatiënten. Maar ook om oudere mensen, zoals demente bejaarden, die zelf geen beslissing op het persoonlijke vlak meer kunnen nemen. U moet daarbij vooral denken aan beslissingen die moeten worden genomen over verzorging, verpleging, behandeling of begeleiding. De mentor neemt dan, zoveel mogelijk samen met zo iemand, de beslissing. Bijvoorbeeld als iemand moet kiezen tussen wel of niet zelfstandig blijven wonen of als het gaat om een medische behandeling.

Hoofdstuk 2 Wie vraagt curatele, bewind of mentorschap aan

In de eerste plaats kan de betrokkene zelf de maatregel vragen. Verder kunnen echtgenoot of partner zo'n verzoek doen en familieleden. Daaronder vallen de ouders, grootouders, kinderen en kleinkinderen en ook de broers en zusters, ooms en tantes en neven en nichten. Als degene om wie het gaat nog minderjarig is, kan ook de voogd de maatregel vragen. Daarnaast kan de officier van justitie de curatele, het bewind of het mentorschap vorderen. Dat is van belang als er geen familie meer is die het verzoek kan doen. Als iemand onder curatele gesteld en de curator vindt dat de curatele zou moeten worden vervangen door een bewind en/of door een mentorschap, dan kan in zo'n geval ook de curator een verzoek doen. Is (een deel van) iemands vermogen onder bewind gesteld, dan kan in zo'n geval de bewindvoerder het mentorschap aanvragen en omgekeerd kan de mentor een bewind aanvragen als daartoe aanleiding is. Tenslotte kan het mentorschap ook door de inrichting waar iemand verblijft worden gevraagd. Er moet dan wel vermeld worden waarom de echtgenoot/partner van iemand, of de bloedverwanten in de eerste of tweede graad (ouders, grootouders, kinderen, kleinkinderen en broers en zusters), de voogd, de curator of de bewindvoerder het verzoek niét indienen.

Hoofdstuk 3 De aanvraag

Rechtbank Een verzoek tot ondercuratelestelling wordt gedaan bij de rechtbank in het rechtsgebied (arrondissement) waar de persoon woont, voor wie de ondercuratelestelling wordt gevraagd. Voor een verzoek tot ondercuratelestelling is een advocaat nodig. Gaat het om een wijzigingsverzoek van de curatele - bijvoorbeeld de benoeming van een andere curator of toeziende curator - dan moet het verzoek worden gericht aan de rechtbank in het arrondissement waar de huidige curator woont. Ook als iemand onder curatele staat en men die curatele door een bewind en/of een mentorschap wil vervangen, moet dat verzoek worden gedaan bij de rechtbank in het arrondissement waar de curator woont.

Kantongerecht Een verzoek tot onderbewindstelling moet bij de kantonrechter worden gedaan in het rechtsgebied (kanton) waar de persoon, voor wie de onderbewindstelling is bedoeld, woont. Voor de instelling van het mentorschap moet het verzoek ook aan de kantonrechter worden gedaan. Het verzoek moet worden gedaan aan de kantonrechter in het rechtsgebied waar degene, voor wie het mentorschap is bedoeld, woont. Een verzoek aan de kantonrechter kan zelf gedaan worden. Het niet verplicht om daarvoor een advocaat in te schakelen.

Hoofdstuk 4 Wie is curator, bewindvoerder of mentor?

In principe kan iedereen die meerderjarig is tot curator, bewindvoerder of mentor worden benoemd. In alle gevallen geldt, dat de uitdrukkelijke voorkeur van degene voor wie de maatregel is bedoeld, moet worden gevolgd, tenzij er gegronde redenen zijn om die persoon niet te benoemen. Voor benoeming tot curator, bewindvoerder of mentor komt in de eerste plaats de echtgenoot of partner in aanmerking. Verder komt voor benoeming in aanmerking één van de ouders, kinderen, broers of zusters. Benoemt de rechter een andere persoon, dan geeft de rechter in de beslissing aan waarom dat is gedaan.

Curator In de aanvraag voor ondercuratelestelling kan een voorstel gedaan worden voor de curator en de toeziend curator. De te benoemen persoon mag zelf niet onder curatele staan. Dit moet altijd een natuurlijk persoon zijn, dus geen instelling of stichting.

Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.

Verder lezen

Bewindvoerder Ook in de aanvraag voor de onderbewindstelling kan een voorstel gedaan worden doen voor de te benoemen persoon of personen. De rechter kan namelijk meer dan één persoon als bewindvoerder aanstellen. De bewindvoerder mag niet zelf onder curatele staan en zijn/haar vermogen mag niet onder bewind zijn gesteld. Daarnaast geldt nog dat een bewindvoerder niet in staat van faillissement mag verkeren. Naast de mogelijkheid om een natuurlijk persoon als bewindvoerder te benoemen, kan de rechter ook een rechtspersoon benoemen. Bijvoorbeeld een stichting die zich met het beheer van patiëntengelden bezighoudt. Veel inrichtingen hebben zo' n onafhankelijke stichting.

Mentor In de aanvraag voor het mentorschap kan ook een voorstel gedaan worden. Als er een bewindvoerder is, dan ligt het voor de hand dat deze het mentorschap op zich neemt. Iemand die zelf onder curatele staat of een mentor heeft, kan geen mentor worden. Verder mogen direct betrokken of behandelende hulpverleners en personen die tot de leiding of het personeel van de inrichting behoren waar iemand verblijft, niet tot mentor worden benoemd. Een mentor moet altijd een natuurlijk persoon zijn. Een rechtspersoon kan niet tot mentor worden benoemd.

Dit wil je ook lezen:

Hoofdstuk 5 Wat zijn de taken De curator, de bewindvoerder en de mentor nemen beslissingen voor anderen. De curator neemt beslissingen voor anderen op het financiële en het persoonlijke vlak. De bewindvoerder neemt alleen beslissingen over goederen en de mentor neemt alleen beslissingen op het persoonlijke vlak. Zowel de curator als de bewindvoerder nemen dus financiële beslissingen. En zowel de curator als de mentor nemen persoonlijke beslissingen. Bij beslissingen over een geneeskundige behandeling treedt de curator of de mentor op als vertegenwoordiger van de patiënt. De taken van de curator, de bewindvoerder en de mentor verschillen nogal. De taken van de curator gaan het meest ver. Is iemand onder curatele gesteld, dan verliest die persoon zijn handelingsbekwaamheid. De curator is de wettelijk vertegenwoordiger van de curandus. Voor praktisch elke handeling en beslissing moet de curator toestemming geven. De bewindvoerder en de mentor hebben te maken met iemand die nog handelingsbekwaam is. Bij een bewind mag zo iemand alleen niet meer zelfstandig beslissen over goederen die onder bewind staan. Bij mentorschap mag zo iemand niet meer zonder toestemming van de mentor over de eigen verzorging, verpleging, behandeling of begeleiding beslissen. Als de goederen van iemand geheel of gedeeltelijk onder bewind zijn gesteld, mag zo iemand net als andere meerderjarigen, over persoonlijke dingen en alles wat niet onder bewind is gesteld zelf beslissen. Heeft iemand een mentor, dan neemt die mentor alleen beslissingen over de verzorging, verpleging, behandeling en begeleiding van zo iemand. Iemand die een bewindvoerder of een mentor heeft mag dus bijvoorbeeld wel zelf een testament maken.

Curator De curator is de wettelijk vertegenwoordiger van de curandus, treedt voor hem/haar op en behartigt de financiële belangen van de curandus. De curator moet een boedelbeschrijving maken. De kantonrechter krijgt hier een kopie van. Als de curator over goederen van de curandus wil beschikken (verkopen of bezwaren), dan moet hij/zij daarvoor toestemming van de kantonrechter hebben. De curator behartigt ook de andere belangen van de curandus. Zo vertegenwoordigt de curator de curandus als het gaat om verzorging, verpleging, behandeling of begeleiding. De curator beslist dan ook samen met de hulpverlener over een medische behandeling, als de curandus 'wilsonbekwaam' is. De curator moet de curandus wel zoveel mogelijk betrekken bij wat er moet gebeuren en moet de curandus stimuleren om zoveel mogelijk zelf te beslissen en te doen, als hij/zij daartoe in staat is. De curator kan ook op persoonlijk vlak advies geven, bijvoorbeeld over het wel of niet omgaan met bepaalde mensen. Bij bepaalde ondercuratelestellingen is de taak van de curator beperkter en gelden voor de curandus minder beperkingen. Dit is het geval als de curandus vanwege overmaat of gewoonte van drankmisbruik onder curatele is gesteld. Dan mag de curandus met toestemming van de curator (dus niet van de kantonrechter), een huwelijk aangaan. Hij/zij mag ook andere familierechtelijke handelingen verrichten. Ook mag zo'n curandus zonder toestemming een testament maken. Handelingen op het gebied van het huwelijksvermogensrecht, zoals het afstand doen van de huwelijksgemeenschap zijn zonder toestemming van de curator niet toegestaan.

Toeziend curator De toeziend curator moet toezicht houden op de manier waarop de curator zijn/haar taak uitoefent. Verder neemt de toeziend curator de belangen van de curandus waar, als curator en curandus een tegenstrijdig belang hebben. Lost het optreden van de toeziend curator niets op, dan kan de kwestie aan de kantonrechter worden voorgelegd. Dat kan ook gebeuren als er over niet financiële kwesties onenigheid ontstaat. Tenslotte neemt de toeziend curator de belangen van de curandus waar, als de curator voor langere tijd of blijvend niet in staat is om als curator op te treden. De toeziend curator moet er dan zo nodig voor zorgen dat de rechtbank een andere curator benoemt.

Bewindvoerder De bewindvoerder behartigt alleen iemands financiële belangen. De bewindvoerder maakt een lijst met een beschrijving van alle goederen die onder het bewind vallen. Een kopie van deze lijst stuurt de bewindvoerder naar het kantongerecht. Ook moet de bewindvoerder ervoor zorgen dat bij de goederen die in een openbaar register zijn opgenomen, de bewindvoering en de naam van de bewindvoerder worden vermeld. De hoofdtaak van de bewindvoerder is het beheren van alles wat onder bewind is gesteld. Dat wil zeggen, dat hij/zij ervoor moet zorgen dat alles wat onder bewind is gesteld in stand blijft en goed wordt geëxploiteerd. Zo moeten gelden goed worden belegd, rente op tijd worden bijgeschreven en een huis op tijd worden geschilderd. Ook moet de bewindvoerder er voor zorgen dat de inkomsten van degene voor wie het bewind geldt in de eerste plaats worden gebruikt voor zijn verzorging. De bewindvoerder moet verder toestemming geven voor het beschikken - zoals de wet dat noemt - over iets dat onder bewind is gesteld. Beschikken is het verkopen of met een recht bezwaren. Bij bezwaren kunt u denken aan het geven van een recht van hypotheek op een huis of het recht van pand op een inventaris. Wil de bewindvoerder voor zo'n handeling geen toestemming geven, dan is het mogelijk dat de kantonrechter op verzoek van de betrokkene daarvoor toch vervangende toestemming geeft. Wil de bewindvoerder zelf over goederen die onder het bewind vallen beschikken (verkopen of bezwaren), dan moet hij/zij daarvoor toestemming hebben van degene voor wie het bewind is ingesteld. Dat geldt ook voor het sluiten van een lening en het treffen van een schikking over een geldvordering. Wil of kan de betrokkene daarvoor geen toestemming geven, dan kan de bewindvoerder aan de kantonrechter om toestemming vragen. De rechter die het bewind in stelt kan overigens meteen daarvoor een doorlopende machtiging geven aan de bewindvoerder. De rechter kan aan die machtiging voorwaarden verbinden.

Bewindvoerder De bewindvoerder behartigt alleen iemands financiële belangen. De bewindvoerder maakt een lijst met een beschrijving van alle goederen die onder het bewind vallen. Een kopie van deze lijst stuurt de bewindvoerder naar het kantongerecht. Ook moet de bewindvoerder ervoor zorgen dat bij de goederen die in een openbaar register zijn opgenomen, de bewindvoering en de naam van de bewindvoerder worden vermeld. De hoofdtaak van de bewindvoerder is het beheren van alles wat onder bewind is gesteld. Dat wil zeggen, dat hij/zij ervoor moet zorgen dat alles wat onder bewind is gesteld in stand blijft en goed wordt geëxploiteerd. Zo moeten gelden goed worden belegd, rente op tijd worden bijgeschreven en een huis op tijd worden geschilderd. Ook moet de bewindvoerder er voor zorgen dat de inkomsten van degene voor wie het bewind geldt in de eerste plaats worden gebruikt voor zijn verzorging. De bewindvoerder moet verder toestemming geven voor het beschikken - zoals de wet dat noemt - over iets dat onder bewind is gesteld. Beschikken is het verkopen of met een recht bezwaren. Bij bezwaren kunt u denken aan het geven van een recht van hypotheek op een huis of het recht van pand op een inventaris. Wil de bewindvoerder voor zo'n handeling geen toestemming geven, dan is het mogelijk dat de kantonrechter op verzoek van de betrokkene daarvoor toch vervangende toestemming geeft. Wil de bewindvoerder zelf over goederen die onder het bewind vallen beschikken (verkopen of bezwaren), dan moet hij/zij daarvoor toestemming hebben van degene voor wie het bewind is ingesteld. Dat geldt ook voor het sluiten van een lening en het treffen van een schikking over een geldvordering. Wil of kan de betrokkene daarvoor geen toestemming geven, dan kan de bewindvoerder aan de kantonrechter om toestemming vragen. De rechter die het bewind in stelt kan overigens meteen daarvoor een doorlopende machtiging geven aan de bewindvoerder. De rechter kan aan die machtiging voorwaarden verbinden.

Mentor De mentor neemt beslissingen over verzorging, verpleging, behandeling en begeleiding van iemand. Dit zijn dus allemaal beslissingen op het persoonlijke vlak. Daarbij kan het ook over feitelijke dingen gaan, zoals het inzien van een dossier. Degene die een mentor heeft blijft handelingsbekwaam en kan in principe zelf de eigen financiële zaken behartigen. De mentor neemt beslissingen op het persoonlijke vlak en heeft bij het vervullen van die taak de plicht om de persoon zoveel mogelijk zelf te laten beslissen en om een zelfstandig optreden van zo iemand te bevorderen. Ook heeft de mentor tot taak om op andere gebieden op het persoonlijke vlak de belangen van iemand in de gaten te houden en hem/haar raad te geven. Het zou bijvoorbeeld kunnen gaan over de vraag of een echtscheiding moet worden aangevraagd of over de omgang met bepaalde mensen.

Hoofdstuk 6 Wilsbekwaam en Wilsonbekwaam
Wilsbekwaamheid.
De vraag of iemand wilsbekwaam of wilsonbekwaam is speelt vooral een rol in de gezondheidszorg. Het gaat er dan meestal om of iemand (nog) zelf kan beslissen of een bepaald onderzoek of een bepaalde behandeling wel of niet moet plaatsvinden. Om daarover te kunnen beslissen heeft de patiënt informatie nodig. Maar die informatie moet de patiënt natuurlijk wel kunnen begrijpen. Het komt er op neer dat een patiënt als wilsbekwaam kan worden beschouwd als: · aan hem/haar informatie is gegeven voor het nemen van een beslissing, · terwijl die informatie is afgestemd op het bevattingsvermogen van de patiënt, · voor zover dat met het oog op de aard en de reikwijdte van de te nemen beslissing noodzakelijk is, · en de patiënt er dan blijk van geeft de informatie te begrijpen. Wanneer bestaat aanleiding wilsbekwaamheid te beoordelen
Hulpverleners kunnen in de meeste gevallen tijdens de behandeling en verzorging van psychiatrische patiënten, verstandelijk gehandicapten en psychogeriatrische patiënten wel beoordelen in hoeverre de patiënt wilsbekwaam is. Een aparte beoordeling van de bekwaamheid vindt plaats, als daarvoor een concrete aanleiding is. Denk daarbij aan situaties waarin de toestemming van een patiënt nodig is voor een ingrijpend onderzoek of een ingrijpende behandeling. Of als de patiënt een onderzoek of een behandeling weigert en die weigering ingrijpende gevolgen kan hebben. Wie beoordeelt wilsbekwaamheid
Als er een beslissing over de behandeling van een patiënt moet worden genomen, beoordeelt in beginsel de hulpverlener of de patiënt wilsbekwaam is, eventueel na overleg met (andere leden van) het behandelteam. Als de patiënt onder curatele staat, moet ook de curator, in verband met de behandelingsbeslissing, een oordeel geven over de wilsbekwaamheid van de patiënt. Datzelfde geldt voor de mentor. De hulpverlener houdt voor de beoordeling van de wilsbekwaamheid een eigen verantwoordelijkheid. Dit is in verband met de zorg, die een goed hulpverlener bij de werkzaamheden in acht moet nemen.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.