Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Alcohol

Beoordeling 7
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 6266 woorden
  • 15 april 2002
  • 599 keer beoordeeld
Cijfer 7
599 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
1. Inleiding Alcohol is een vloeibare stof die eruit ziet als water en brandt als spiritus. In het alledaagse spraakgebruik bedoelen we met alcohol meestal gewoon alcoholhoudende drank. Pure alcohol is een onderdeel van die drank. Alcohol heeft ontsmettende, verdovende en ontvettende eigenschappen. Ook heeft de drank een bijtende werking. Dat is goed te merken als je de eerste slok sterke drank doorslikt. Je voelt dan je slokdarm branden. 2. Geschiedenis van alcohol Alcohol is bijna even oud als mensheid zelf. Men weet zeker dat 6000 jaar voor Chr. al alcohol werd gemaakt. Het oudste bierbrouwerrecept is gevonden op een 5000 jaar oude kleitafel uit Sumerië. Bij de oude Grieken was wijn weer heel populair. Zij kenden vele goden en één van hen was Bacchus, de god van de vruchtbaarheid. Ter ere van hem werden grote feesten gehouden, waarbij de Grieken aardig wat wijn dronken. Bacchus kreeg dan ook de bijnaam: "God van de dronkenschap". Ook in de bijbel werd al over alcohol geschreven: in een verhaal verandert Jezus water in wijn tijdens een bruiloftsfeest. Toch dronken vroeger niet veel mensen alcohol, het was gewoon te duur en niet altijd te krijgen. Tot in de Middeleeuwen bleef dat zo. In die tijd maakten mensen wijn van vruchten en bier uit gerst en honing. Het alcoholgehalte van die dranken was laag. In die tijd waren er ook nog geen koelkasten zodat de dranken snel bedierven. Daardoor waren ze niet het hele jaar te krijgen. Via de Arabieren bereikten in de late Middeleeuwen de distilleertechniek ons land. De distillaten werden meer en meer als genotmiddel gebruikt. Ze bedierven niet en het alcoholgehalte was hoger. Maar alcohol bleef duur en dus onbereikbaar voor grote groepen. Dat veranderde in de 17e eeuw. Toen werd ontdekt dat je ook uit koren en bieten sterke drank kon maken. Deze grondstoffen waren goedkoop en dus ging de prijs van alcohol omlaag. Hierdoor werd sterke drank ook bereikbaar voor de gewone man. Meer mensen gingen dus alcohol drinken, maar de consumptie van alcohol bleef tot 1960 laag. Dat kwam doordat drinken een luxe iets was. Maar tussen 1960 en 1990 is een grote groep mensen steeds meer gaan verdienen. De prijzen van allerlei producten ging dus ook omhoog, maar de prijs van alcohol bleef laag.. Langzamerhand werd alcohol een gewoon consumptiemiddel. Meer en meer mensen maakten alcohol drinken tot een gewoonte. Ook werd het niet meer raar gevonden dat vrouwen alcohol dronken. In 1992 dronk de gemiddelde Nederlander bijna 1000 glazen alcohol per jaar. Meer dan 650.000 mensen dronken elke dag gemiddeld meer dan 8 glazen per dag.
3. Alcohol en de wet Het gebruik van alcohol had nogal wat gevolgen voor de maatschappij. Dat hadden wetgevers vroeger al begrepen. In de Middeleeuwen bestonden al overheidsmaatregelen tegen drankmisbruik. Vanaf de 18e eeuw werd alcohol bereikbaar voor grote groepen van de samenleving. Dat zorgde ook voor drankmisbruik op grote schaal. Langzamerhand werd duidelijk dat de overheid een speciale verantwoordelijkheid had. De Overheid in Nederland en in vele andere landen hebben besloten tot een matigingsbeleid. Dus niet een totaal verbod, zoals heroïne. Alleen die vormen van drankmisbruik die rechtstreeks gevaar voor de omgeving of voor de gebruiker opleveren, zijn strafbaar gesteld. Toch zijn er nog heel wat wetten die zich bezighouden met alcoholgebruik en misbruik. Zo staan in het Wetboek van Strafrecht artikelen over openbare dronkenschap, ordeverstoring en het bedreigen van andermans veiligheid onder invloed van alcohol. Ook in de politionele verordeningen zijn artikelen over alcohol te vinden. Deze verordeningen stellen dat het rijden onder invloed strafbaar is en gelijk staat met misdrijf. Van rijden onder invloed is sprake als de bestuurder van een voertuig een ademalcoholgehalte heeft van 220 microgram of een bloedalcoholgehalte van 0,5 promille of hoger. Overigens is een fietser en zelfs ruiter te paard onder invloed strafbaar. Als je iets teveel glaasjes op hebt, mag je trouwens ook geen schip of vliegtuig meer besturen. Daarnaast heeft de wetgever in de Drank- en Horecawet regels opgesteld voor mensen die beroepsmatig alcohol tappen en gedistilleerd slijten. Om dat te mogen doen, moet je aan een aantal eisen voldoen die in deze wet zijn vastgelegd. Ook staan in diezelfde wet veel internationale en internationale verboden. Het is bijvoorbeeld verboden om gelijktijdig te tappen en te slijten en om alcohol via automaten te verkopen. Als iemand alcohol buiten het café wil verkopen, heeft hij daar een speciale drankvergunning voor nodig. De Drank- en Horecawet wil drankmisbruik helpen voorkomen. Daarom zijn er ook leeftijdsgrenzen gesteld. Aan personen onder de 16 jaar mag geen alcohol verkocht worden en sterke drank mag alleen verkocht worden aan mensen boven de 18. Het is verboden om dronken mensen toe te laten in een café of slijterij. Ook mag een barman geen drank meer schenken als iemand al dronken is. Hij moet dus zelf voorkomen dat iemand in zijn zaak dronken kan worden. Reclame maken voor alcohol is niet verboden. Wel bestaan er regels voor het maken van reclame voor alcohol. Die regels zijn vastgelegd in de "code voor het reclamewezen". In deze code staat dat 40% van de televisiespots en alle overige audiovisuele reclame wordt voorzien van de slogan "Geniet, maar drink met mate". Verder is collectieve reclame voor drank niet toegestaan, alleen voor een bepaald merk. En alcoholreclame mag niet gericht zijn op jongeren. 5.Productie. 5a) Hoe wordt alcohol gemaakt? Vruchtensuikers en zetmeel van granen kunnen door gisting worden omgezet in alcohol. Bier wordt gemaakt door gekiemde brouwgerst te pletten, die vervolgens te mengen met water en dan te koken. Tijdens het koken wordt er hop aan toegevoegd om extra smaak te geven en om bederf van het bier tegen te gaan. Na te zijn afgekoeld, wordt het mengsel bij een bepaalde temperatuur vergist. Afhankelijk van de gebruikte gistingstemperatuur, krijg je een onderverdeling in laaggegiste bieren zoals pils en hooggegiste bieren zoals trappist. Wijn ontstaat door de natuurlijke gisting van vruchtenmoes. Dat gaat vanzelf door de gistcellen, die van nature al door de lucht zweven. Sherry en Port zijn eigenlijk ook wijnen, er is alleen extra alcohol aan toegevoegd. Gedistilleerde dranken worden gemaakt door de gegiste dranken zodanig te verhitten dat de alcohol verdampt. Dit gebeurt al bij 70o C. Die alcohol wordt dan weer opgevangen en gecondenseerd. Door dit proces een aantal keer te herhalen, kun je zeer hoge concentraties van alcohol bereiken. Met gisting alleen is geen hoger percentage dan 15% alcohol te halen, de gist kan niet tegen een hoger percentage en sterft. 5b) Wat zit er in alcohol? Alcohol houdende dranken bevatten naast alcohol nog water en kleur- en smaakstoffen. Alcohol bevat ook veel calorieën. In een glas pils bijvoorbeeld zitten minimaal 110 calorieën, in een glas wijn zitten er 80 en in sterke drank 70 calorieën. Helaas hebben we niets aan deze calorieën. De bouwstoffen die ons lichaam nodig heeft zitten er nauwelijks in. Het enige wat ze doen is ons dik maken. Een zware drinker breekt de alcohol ook minder goed af dan een matige drinker. Drinkers die hun calorieën dus voornamelijk uit alcohol halen, kunnen dus op den duur aan ondervoeding gaan lijden. 6.Manieren van gebruik Als je een glas pure alcohol zou drinken, zou je dood gaan, want alcohol is eigenlijk vergif. Alcohol wordt dus verdund gedronken. Er zijn 4 soorten alcoholhoudende dranken: bier, wijn, sterke drank (gedistilleerd) en alcohol pops (de premixed drankjes zoals BV. Bacardi breezer). In elke soort zit ook een ander percentage alcohol: in bier 5%, in wijn gemiddeld 12%, in sterke drank 35% en in alcohol pops 5% pure alcohol. Hoe hoger het alcoholpercentage, hoe kleiner het glas. Als de drank in het daarvoor bestemde glas wordt geschonken, dan zit er in elk glas vrijwel evenveel pure alcohol, namelijk 12 gram. Met een pilsje krijg je dus evenveel pure alcohol binnen als een glas wijn of sterke drank. Naast deze standaarddranken drinken vooral jongeren vaak een mix van alcoholhoudende en alcoholvrije dranken, zogenaamd cocktails. Bekende mixdranken zijn: · Cola-rum (cuba-libré) · Tomatensap-wodka (Bloody Mary) · pils-jonge jenever (kopstoot). · Vijgen(sap) en wodka (feigling) · Redbull en wodka (flügel) · En vele andere 7.Effecten op je lichaam Wat voelt de gebruiker? De alcohol die je drinkt komt via de mond en slokdarm in de maag. Een heel klein deel wordt daar omgezet. De rest komt onverteerd, in pure vorm, in het bloed terecht en dus ook in onze hersenen. Wanneer alcohol bij de hersenen komt, worden die eerst een beetje verdoofd. De uitwerking die alcohol heeft op de hersenen, noemen we een roes. Het gedeelte van de hersenen waarin de angstgevoelens en remmingen zich bevinden, worden als eerste verdoofd. Na het drinken van 2 à 3 glazen alcohol kom je in een lichte roes. Je voelt je dan meer ontspannen en je bent minder verlegen. Ook krijg je meer kleur en je wordt vrolijker. Als je meer drinkt dan enkele glazen, verandert je stemming en gedrag duidelijk. Je komt van een lichte in een zware roes. Je gedrag wordt emotioneler en je gaat jezelf overschatten. Tegelijkertijd heb je moeite om situaties te beoordelen en je reactievermogen is al aardig teruggelopen. De coördinatie van je spieren is aangetast en links van je gezichtsas kun je minder zien (tunneleffect). De kans op misselijkheid en braken wordt groter. Ook zie je dubbel en je zweet, je krijgt rode ogen. Bij meer dan 10 glazen alcohol raken je zintuigen verdoofd. Je bent totaal in de war. Tegen de 4 promille (ongeveer 13 glazen voor vrouwen en 19 glazen voor mannen) wordt de kans op bewusteloosheid zeer groot. Vanaf hier ontstaat levensgevaar. Je kunt in coma raken en uiteindelijk sterven aan demping van het centrale zenuwstelsel, omdat de ademhalingscentra in de hersenen verlamd raken. De aanwezigheid van voedsel vertraagt de opname van alcohol in het bloed, dus drank werkt sneller op een lege maag dan na het eten. Koolzuur versnelt nog eens de opname van alcohol. Cola-rum heeft dus een sneller effect dan alleen rum. De volgende dag kunnen mensen last hebben van een aantal ziekteverschijnselen, zoals: hevige hoofdpijn, braken en misselijkheid. Die ziekteverschijnselen noemen we een kater. Een leuke benaming voor wat eigenlijk een acute alcoholvergiftiging is. Het enige orgaan dat alcohol onschadelijk maakt in ons lichaam, is de lever. Dit orgaan kan maar weinig alcohol tegelijk afbreken. Voor elk glas is ongeveer anderhalf uur nodig. Daarom duurt het zolang voordat alle alcohol is afgebroken. De kans bestaat dus dat iemand die de vorige avond veel alcohol gedronken heeft, de volgende morgen nog onder invloed is.
8.Risico's van gebruik Allereerst is teveel alcohol drinken schadelijk voor een aantal organen. Bij een flinke dronkenschap bijvoorbeeld, worden hersencellen afgebroken. Gelukkig is een dronkenschap niet desastreus. Maar bij langdurig overmatig gebruik gaan de hersenen wel minder goed functioneren. Vooral de functie van het korte termijn geheugen raakt beschadigd. Dit komt onder andere doordat de opname van vitamine B verminderd wordt. Deze ziekte heet het Korsakoff Syndroom, Ook jonge mensen die veel drinken kunnen deze ziekte krijgen. Het orgaan dat het eerste last krijgt van teveel alcohol, is de maag. Alcohol is een ontvettende stof en kan dus het beschermlaagje van je maag, het maagslijmvlies, aantasten. Je kunt last krijgen van brandend maagzuur. Het komt doordat de maagwand het zo zwaar het verduren heeft dat er kleine bloedingen optreden. Ook je lever heeft last van teveel alcohol. Als de lever te vaak ingeschakeld wordt, vergroten de levercellen. Er kunnen ontstekingen ontstaan en de bloedvaten van de lever komen in de knel. De lever is dan te vet en gaat opzetten, waardoor hij minder goed werkt. Als je dan niet met drinken stopt, kunnen er gedeeltes in de lever afsterven. Dit heet levercirrose of leververharding. De lever doet zijn werk niet meer en giftige stoffen blijven in je bloed zitten en beschadigen andere organen. Voor kinderen is alcohol drinken extra risicovol. De lever is namelijk pas volgroeid als iemand 23 is. Kinderen hebben dus een kleinere lever dan volwassenen en zullen daarom eerder de effecten van alcohol merken. Maar de lever loopt ook een grotere kans op beschadiging. Er is ook een relatie tussen alcohol en hart- en vaatziekten. Teveel alcohol heeft een bloeddrukverhogend effect. Tegelijk heeft alcohol een negatief effect op de spieren in ons lichaam, dus ook op de hartspier. Teveel alcohol is echter niet alleen een risico voor je lichaam, maar brengt ook sociale en maatschappelijke risico's met zich mee. Alcohol en verkeer bijvoorbeeld, gaan niet samen. In 1992 is zo'n 30.000 keer "rijden onder invloed" geconstateerd. Naar schatting 165 doden zijn er in 1992 in het verkeer door alcohol gevallen. Ongeveer 40% van alle agressiedelicten wordt onder invloed van alcohol gepleegd. Ook alcohol en werk is een slechte combinatie. Je aandacht en coördinatie verslappen, waardoor bijvoorbeeld het werken met machines zelfs gevaarlijk wordt. De maatschappelijke kosten van alcoholmisbruik bedragen ongeveer 1 miljard euro per jaar. 9.Alcohol is een risico voor het ongeboren kind. In de zwangerschap heeft alcohol dezelfde effecten op de gezondheid als voor niet-zwangere, maar voor het ongeboren kind betekent de alcohol wel een risico. Om die reden worden alcoholische dranken best zoveel mogelijk vermeden in de zwangerschap. Wanneer een aanstaande moeder alcohol drinkt, wordt de alcohol in het bloed opgenomen en dat bloed gaat rechtstreeks via de moederkoek naar het ongeboren kind. Is een zwangere vrouw onder invloed, dan is haar kind dat bijgevolg ook. Bij zwangere vrouwen die regelmatig drinken, is de baby vaak wat kleiner bij de geboorte. Of dit effect helemaal kan toegeschreven worden aan de alcoholconsumptie is niet duidelijk, omdat vrouwen die geregeld alcohol drinken, vaak ook roken. Roken in de zwangerschap leidt op zich al tot een lager geboortegewicht. Vooral oudere zwangeren en zwangeren met een hoger opleidingsniveau blijken regelmatig alcohol te gebruiken in de zwangerschap. Roken komt daarentegen meer voor bij jongere zwangere vrouwen en vrouwen met een lagere opleiding. Uit onderzoek blijkt dat bij vrouwen die veel rookten tijdens de zwangerschap en meer dan 12 glazen alcohol per week dronken, het geboortegewicht van de kinderen gemiddeld 7% lager was dan bij vrouwen die veel rookten maar niet dronken. Ook werd een duidelijke relatie gevonden tussen een hoge alcoholconsumptie in de zwangerschap en het gedrag van het kind op 5 - 6 jarige leeftijd. Kinderen waarvan de moeders meer dan één glaasje per dag gedronken hadden, liepen 12 keer meer kans op hyperactief gedrag dan kinderen waarvan de moeder niet had gedronken in de zwangerschap. Tegen de leeftijd van 15 jaar kon dit verband tussen alcoholgebruik in de zwangerschap en gedrag echter niet meer aangetoond worden. 10. Verslaving aan alcohol Psychische afhankelijkheid van alcohol
De typische kenmerken van psychische afhankelijkheid van alcohol zijn: · heimelijk drinken · voortdurend uitkijken naar het moment dat er weer alcohol gedronken kan worden · manifesteren van schuldgevoelens · er worden toespelingen op het onderwerp alcohol, vooral als men nuchter is, in het gesprek vermeden · reeds in een vrij vroeg stadium van de afhankelijkheid kunnen 'black-outs' optreden. 11.Lichamelijke afhankelijkheid Het lichaam raakt gewend aan het middel en de stofwisseling stelt zich erop in. Het gebruik van alcohol wordt op den duur een biologische noodzakelijkheid die even onontbeerlijk schijnt te zijn als eten en het opnemen van vocht. De gebruiker die aan alcohol gewend is, loopt dan ook grote kans lichamelijk in een slechte conditie te geraken als dit middel hem plotseling wordt onthouden. Door alcohol te blijven gebruiken ontloopt hij de pijnlijke terugkeer van zijn lichaam naar een normale stofwisseling. Bij het stoppen van het alcoholgebruik treden de zogenaamde onthoudingsverschijnselen op. Deze onthoudingsziekte wordt gekarakteriseerd door gevoelens van onwel zijn, gebrek aan eetlust, overgeven, transpireren, rusteloosheid angstgevoelens, depressieve stemming, slapeloosheid en het beven van de ledematen. Lichte vormen van onthoudingsverschijnselen manifesteren zich bij uitgesproken alcoholisten de volgende morgen na een drinkgelach in de vorm van bevende handen en angstgevoelens. Dat is ook de reden waarom vele alcoholisten vóór of direct na het opstaan 's morgens een borrel moeten nemen om de dag te kunnen beginnen. Deze ochtendborrel wordt wel het 'hersteldrankje' genoemd. 12.Wanneer ben je een alcoholist? alcoholisten kun je zo herkennen : · Ze drinken meer dan goed is voor hun gezondheid · Ze brengen zichzelf en hun lichaam schade toe · Hun drankgebruik neemt geleidelijk toe en de aangerichte schade wordt groter. · Er is voor hen allemaal een oplossing: ze kunnen kiezen om veranderingen te brengen in de gewoonte in de omstandigheden die hen doet drinken · er bestaan middelen om die keuze te vermakkelijken. Je hebt 2 soorten alcohollisten: Een brave en een agressieve. De brave alcoholist doet niemand iets kwaad maar hij drinkt dagelijks te veel. Toch is hij nooit agressief hij werkt voldoende maar zijn bazen zijn niet echt tevreden. Maar ook niet ontevreden want, zijn gezin en zijn werk lijden er niet onder. Hij veroorzaakt geen moeilijk heden. Maar hij drinkt. Zijn lever, zijn nieren en zijn zenuwstelsel worden aangetast. Hij veroorzaakt schade aan zichzelf en gaat lichamelijk ten onder. Hij denkt dat hij geen problemen heeft. Hij doet toch niemand kwaad? We vinden deze mensen vooral in zuidelijke landen met een warm klimaat. De agressieve alcoholist is een man of vrouw met de kwade dronk. Na drie of vier glazen wordt hij agressief. In de bar voert hij op een luide manier gesprekken over voetbal en politiek. Hij weet alles beter en wil geen tegenspraak. Soms is hij alleen en zit hij tegen zichzelf te mopperen. Thuis kan hij gewelddadig zijn. Zijn vuist beukt hij regelmatig op de tafel, en hij smijt overal mee. Sommige kunnen niet tegen bepaalde vormen van alcohol. Bier kunnen ze dan bijvoorbeeld goed verdragen maar jenever maakt hen woest. Anderen worden heel kwaad als ze teveel hebben gehad. Dan hebben ze een bepaalde grens overschreden. Hun stemming slaat opeens om. De aardige man slaat ineens om in een agressieve man. Deze mensen krijgen altijd grote problemen. Hun werk en gezin worden bedreigd. De vele ruzies en de vele scheldpartijen maken hun relatie kapot.Meestal weten het zelf maar al te goed. Ze weten dat ze na een paar glazen agressief worden. Ook hier maken deze mensen een keuze. 13.Misbruik van alcohol Tegenwoordig wordt algemeen aangenomen dat alcohol niet alleen schadelijk is omdat het aanleiding kan geven tot voedingsstoornissen, maar ook omdat het rechtstreeks nadelig op de lichaamscellen inwerkt. Dit wordt duidelijk door iets verder in te gaan op de reacties van alcohol in het menselijk lichaam. De processen die zich na de opname in het lichaam afspelen kunnen in drie perioden worden verdeeld, namelijk de resorptie-, de verdeling- en de eliminatiefase. Tijdens de resorptiefase wordt een halfuur tot één uur na consumptie de hoogste concentratie alcohol in het bloed bereikt. Vervolgens wordt het snel en gelijkmatig over het gehele lichaam verspreid. Bij zwangerschap passeert de alcohol in deze fase ook de placenta en kan daardoor in de bloedsomloop van de vrucht terechtkomen. De verdeling over het gehele lichaam is ongeveer zestig tot negentig minuten na de laatste slok drank voltooid. Vanaf dit moment komen de concentraties in het bloed en de lichaamsweefsels grotendeels met elkaar overeen. De concentratie van alcohol in het bloed kan worden berekend volgens de formule van Widmark (1932).Volgens deze formule geeft de hoeveelheid ingenomen alcohol in grammen, gedeeld door het lichaamsgewicht in kilogrammen, vermenigvuldigd met de verdelingsfactor, het promillage alcohol in het bloed aan. De verdelingsfactor wordt daarbij voor mannen gesteld op 0.72 en voor vrouwen 0.61. In de derde fase, de eliminatiefase, neemt de alcoholconcentratie in het bloed weer geleidelijk af. De eliminatiegraad bedraagt gemiddeld 100 tot 150 milligram alcohol per kilogram lichaamsgewicht per uur. Een normale mens kan in 24 uur ongeveer 170 tot 250 gram alcohol verbranden.
14.Tolerantie. Als je veel drinkt, is het zo dat je toleranter wordt voor alcohol, d.w.z. dat je steeds meer gaat drinken om hetzelfde effect te krijgen. Hoe meer je drinkt, des te moeilijker wordt het om van de alcohol af te blijven. Zo ontstaat een verslaving. 15.Afkicken. Als een alcoholverslaafde af wil kicken is het heel belangrijk dat die persoon dat zelf ook wil. Toch kan een verslaafde dit vaak niet alleen en hebben ze hulp nodig van een professioneel begeleider. Vaak gaan ze dan naar afkickcentra’s zoals bepaalde psychiatrische instellingen of de anonieme alcoholisten. 15a) Afkickverschijnselen. Je bent aan alcohol verslaafd als je echt niet meer zonder kunt. Als je wel probeert te stoppen, krijg je vaak afkickverschijnselen. Enkele afkickverschijnselen kunnen zijn: · trillingen van vingers en tong · spierkrampen · angst en depressies · waanvoorstellingen · acute krankzinnigheid
15b) Gevolgen. Alcohol verdooft de hersenen, zo kun je last krijgen van · Geheugenverlies · Black outs · verlammingsverschijnselen · gevoelloosheid · desinteresse voor alles · financiële problemen
15c) Motieven om te stoppen
Van de 2% stoppers geven 29% als reden op dat ze er geen smaak meer in vinden. 26% is gestopt uit angst voor mogelijke negatieve gevolgen: daling van de sportprestaties, verslaving en ongevallen in het verkeer; van de niet-gebruikers geeft 37% trouwens op, dat ze zich onthouden van alcoholmisbruik omwille van de angst voor verslaving; er is dus wel een zeker succes van preventiecampagnes te bespeuren, maar men bereikt duidelijk slechts een minderheid; uit onderzoek is men tot de bevinding gekomen dat alcohol fungeert als model om emoties te hanteren, om sociale contacten te hebben en dat de druk van de omgeving daarbij een grote rol speelt. Jongeren hebben blijkbaar veel problemen met het leggen van sociale contacten. Daarom gaat men alcohol gebruiken als middel om dat sociaal contact te bevorderen. Door alcoholgebruik verlaagt of elimineert men een aantal drempels. Men 'durft' al wat meer. Bij jongens speelt dat zeer sterk. Vandaar ook dat bij jongens de invloed van de 'peer-group', de vriendengroep, zo sterk doorspeelt. Bij meisjes speelt dat minder. Zij imiteren voor een groot stuk wat de ouders doen. Men heeft uit onderzoeken mooie samenhangen teruggevonden tussen het drinkgedrag van de ouders en het drinkgedrag van de jongeren. Maar een jongere zal sneller een afkeer ten opzichte van alcohol krijgen als diens vader bijvoorbeeld alle dagen dronken is. Dergelijk gedrag is juist eigen aan de adolescentieperiode: Imitatie van diegenen naar wie men opkijkt of het afkeuren van het gedrag van volwassenen. 16.Maatschappelijke gevolgen Voordat mensen zich tot klinieken wenden voor verslavingsziekten, ging een groot aantal van hen reeds bij de huisarts of internist langs in verband met maag-, darm- en leveraandoeningen. Anderen klopten aan bij de neuroloog voor de behandeling van slaap- en evenwichtsstoornissen of aandoeningen van de zenuwen in armen en benen. De psychiatrie werd bezocht met klachten over depressies, lusteloosheid, prikkelbaarheid en andere neurasthene klachten. Een groot deel van de toekomstige alcoholisten zou waarschijnlijk eerder worden onderkend door huisartsen of specialisten. Al te vaak worden problemen met het gebruik van alcohol ten stelligste ontkend. Ook door de gezinsleden van betrokkene wordt een excessief alcoholgebruik niet vlot ter sprake gebracht. Zelfs in het geval dat het verband onmisbaar is, kost het vaak nog erg veel moeite ook de patiënt(e) daarvan te overtuigen. Excessief alcoholgebruik heeft op den duur duidelijke sociale gevolgen. De consequenties openbaren zich meestal het eerst in de persoonlijke relaties binnen het gezin. Het is duidelijk dat het de communicatie niet ten goede komt en uiteindelijk zelfs onmogelijk maakt, als een van de partners regelmatig in een toestand van verdoving verkeert. De preoccupatie met alcohol zal bovendien zoveel van de tijd en de aandacht van de drinkende partner opeisen, dat werk en gezin nauwelijks nog aan bod komen. Uiteraard betekenen het gebruik van grote hoeveelheden alcohol en de verwaarlozing van het werk dat er veelal financiële problemen ontstaan. Tenslotte leidt overmatige alcoholconsumptie tot een gemoedstoestand waarbij emoties ongeremder en ongedifferentieerder worden geuit. Het is dan ook redelijk gemakkelijk te begrijpen dat veel huwelijken met een excessief drinkende partner op een scheiding uit lopen. Daarbij blijft het overigens onduidelijk of de slechte relatie het gevolg is van overmatig alcoholgebruik, of dat de slechte verhouding de reden was van het vele drinken van de partners. De eventuele scheiding echter vormt het sluitstuk van een vaak lange geschiedenis. Aanvankelijk trachten alle gezinsleden de slechte gewoonte van een van de echtgenoten voor de buitenwereld verborgen te houden. Vervolgens, bij het toenemend functieverlies van de drinkende partner, treden allerlei rolwisselingen op; functies worden door andere gezinsleden overgenomen. Zo zal de vrouw(nu komt het meer en meer voor dat vrouwen ook excessief alcoholgebruiker zijn) de behandeling van de gezinsfinancieën gaan overnemen van de drinkende man die zijn huishuur niet meer overmaakt, de belastingpapieren niet meer invult, rekeningen niet meer betaalt en dergelijke. Met het toenemen van dit alles beginnen de eerste desintegratieverschijnselen zich te openbaren. Het voornemen te gaan scheiden wordt nu bijvoorbeeld in discussie gebracht; en tenslotte, wanneer de maat vol is, komt het zover. Het ongeremd uiten van emoties leidt tot andere problemen in het gezin. Vaak blijkt dat kindermishandeling verbonden is met excessief alcoholgebruik. Ook de vrouwenmishandeling werd vaak begeleid door alcoholmisbruik. Daarbij werd opgemerkt dat de mishandeling lang niet altijd onder invloed van alcohol plaatsvond. Naast het gezin moet het werk worden genoemd als "het sociale instituut waar de gevolgen van overmatig alcoholgebruik zich doen gelden". Mensen die gedurende langere tijd regelmatig teveel alcohol gebruiken, ontwikkelen een zekere tolerantie ten opzichte van deze stof d.w.z. dat zij meer kunnen hebben voordat de buitenwereld iets aan hen opmerkt anders dan bij een matige gebruiker. Op grond van deze verhoogde tolerantie is het vaak ook zo dat deze mensen tot betere werkprestaties komen dan in nuchtere toestand. Op den duur echter wordt de werkprestatie door andere factoren geschaad. Door de beschadiging van de hersencellen worden het denk- en het concentratievermogen nadelig beïnvloed. De karakterveranderingen treden op: het initiatief en de activiteit nemen af. De mensen worden minder betrouwbaar in de werksituatie, de zorgvuldigheid waarmee een taak wordt verricht vermindert, en de instelling ten opzichte van de functie wordt onverschilliger. De gevolgen van overmatig alcoholgebruik voor de arbeidssituatie worden gemeten aan de hand van het arbeidsverzuim en de bedrijfsongevallen. De rol die alcohol speelde bij een bedrijfsongeval is vaak moeilijk aan te tonen. 17.Sociale complicaties Er is de alcoholist veel aan gelegen zichzelf en zijn omgeving te bewijzen dat hij zijn alcoholgebruik volledig in de hand heeft. Als de omgeving erg begint te klagen over zijn gedrag, dan last hij perioden in waarin hij totaal niet drinkt, om te laten zien dat hij er best buiten kan. Daarbij ontgaat het hem, en vaak ook de omgeving en de huisarts, dat iemand die in dit opzicht geen problemen heeft, die sociaal kan drinken, het helemaal niet nodig heeft om aan te tonen dat hij geen behoefte aan drank heeft. Een andere strategie is het aanbrengen van veranderingen in het drinkpatroon. Zo besluit de alcoholist bijvoorbeeld dat hij niet meer voor een bepaald uur van de dag zal drinken of alleen op bepaalde plaatsen. Soms gaat hij ook van drank veranderen. De jenever wordt bijvoorbeeld verwisseld voor bier onder het eerlijk gemeende motief dat bier niet verslavend werkt en jenever wel. Het is gemakkelijk in te zien dat er ook nu allerlei sociale complicaties gaan ontstaan. Tegelijk met het verminderen van de drinkgewoonten wordt er gewisseld van werk, van vrienden en niet zelden wordt afstand genomen van de huwelijkspartner. Het gedrag van de alcoholist krijgt scherpere en agressieve kanten en het besef van falen wordt gecompenseerd door grootspraak en grootdoen
18.waarom drinken mensen alcohol? Mensen drinken alcohol meestal voor een bepaalde reden, maar die redenen kunnen wel zeer sterk verschillen. Voorbeelden: · gezelligheid · ontspanning · voor de smaak · feestelijke aangelegenheden · om zorgen te vergeten · geloof (christendom accepteert wijn wel voor een deel, het wordt in de kerk gezien als een symbool van het bloed van Jezus) · om stoer te doen. (meestal bij jongeren) 19.Positieve kanten aan alcohol: 19a)Met bier, minder kans op nierstenen
Mannen van middelbare leeftijd die regelmatig bier drinken lopen beduidend minder risico op de vorming van nierstenen, zo blijkt uit Fins onderzoek, waarvoor de drinkgewoonten van 27.000 mannen tussen 50 en 69 jaar geanalyseerd werden. Vooral bier zorgde voor een verminderde kans op nierstenen. Dit gunstige effect werd niet vastgesteld voor andere alcoholische dranken, melk, sappen, koffie of thee. Totnogtoe is onduidelijk welk ingrediënt in bier hiervoor verantwoordelijk is. Vermoed wordt dat het water in het bier de nierdoorstroming verbetert en dat de alcohol in bier de uitscheiding van calcium, een belangrijk bestanddeel van nierstenen, bevordert. Een andere hypothese is dat hop het vrijkomen van calcium uit het botweefsel tegengaat, waardoor men eveneens minder risico loopt op nierstenen. 19b) Gematigd drinken verkleint de kans op dementie
Uit onderzoek van de Erasmus Universiteit in Rotterdam blijkt dat mensen die met mate alcohol drinken, minder vaak dement worden dan geheelonthouders. Het maakt niet uit of er bier, wijn of iets sterkers wordt gedronken. De onderzoekers hebben ruim tien jaar lang 8000 inwoners van 55 jaar en ouder uit de Rotterdamse wijk Ommoord gevolgd. Ze constateerden dat mensen die tot drie glazen per dag drinken 42 procent minder kans hebben om dement te worden. De kans op dementie die door een vaataandoening wordt veroorzaakt daalt zelfs met 70 procent. De onderzoekers hadden bij dezelfde groep eerder al een vermoedelijk verband geconstateerd tussen hart- en vaatziekten en dementie. Omdat licht tot matig alcoholgebruik hart- en vaatziekten kan verminderen, veronderstelden de onderzoekers dat een borrel ook een positief effect heeft op het voorkomen van dementie. 20.Nog even dit De stof alcohol is weliswaar giftig, maar als je met mate gebruikt kan het ook gunstige effecten hebben op je lichaam. Als oudere mensen last hebben van bloedvaten die verkalken, zorgt een kleine hoeveelheid alcohol ervoor dat de bloedvaten wijder worden en het bloed er dus beter doorheen kan stromen. Er is wetenschappelijk bewezen dat alcohol helpt om een hartinfarct te voorkomen. Onder matige drinkers komen dan ook minder hartinfarcten voor dan bij niet-drinkers. 21.Alcoholgebruik bij jongeren Alcohol is de meest maatschappelijk aanvaarde en verspreide (hard)drug, waarvan wij bovendien het schadelijk en verslavend effect niet of nauwelijks inschatten. Vanaf onze jeugd worden we met alcohol geconfronteerd. We krijgen het als jongere dikwijls voor de eerste maal aangeboden binnen het eigen gezin, bij speciale gelegenheden of op feestjes. Alcohol wordt bijna dagelijks gebruikt, en niet alleen op cafés! Alle recente onderzoeken(die in ons land werden verricht) wijzen erop dat alcoholgebruik zeer frequent en in hoge mate bij een groot percentage van de bevolking voorkomt. De specifieke onderzoeken bij jongeren geven gelijkaardige resultaten; hoe ouder men wordt, hoe meer en hoe vaker men gaat drinken. De Belgen drinken dus alsmaar meer en alsmaar jonger. Mijn vraag is dan ook waarom en houdt dat alles geen schadelijke gevolgen in? Dat er toch niet zoveel jongeren echt verslaafd zijn, heeft te maken met de relatief trage vorming van een alcoholverslaving. Overmatig gebruik van alcohol kan jarenlang worden volgehouden zonder dat het ernstige lichamelijke of andere schadelijke consequenties heeft. Vandaar ook dat maar weinig jongeren met alcoholverslavingsproblemen in de hulpverlening terechtkomen. Aangezien jongeren reeds op vrij jeugdige leeftijd alcohol gebruiken, kan deze kennisverspreiding niet vroeg genoeg gebeuren.
22.Verdere info over gebruik bij jongeren Cijfers beweren dat het alcoholgebruik verdubbeld is. Maar recente studie toont ook aan dat 1 op 7 jongeren wekelijks drinkt. De meeste van die jongeren die wekelijks drinken behoren tot een bepaalde risico zone. Met deze risicozone bedoelt men de jongeren die dagelijks meer dan 5 alcoholhoudende dranken drinken. Deze hebben een zeer grote kans om later alcoholist te worden. Het nieuwe probleem is ook dat kinderen van rond de 13 jaar steeds langer weg mogen en dus ook meer zullen gaan drinken. Ze gaan ook steeds sneller drinken en experimenteren met zware alcoholische dranken. (Bron: Reportage uit Telefacts van dinsdag 12 maart) 23.Alcohol naar leeftijd leeftijd Ooit gebruikt (in %) 10 37
11 46
12 53
13 70
14 82
15 87
16 87 17 92
18 92
Alcohol is het genotmiddel dat door jongeren het meest gebruikt wordt. Het alcoholgebruik stijgt sterk vanaf het dertiende jaar. Ruim 60% van de jongeren van 15 jaar en ouder drinkt regelmatig. Meisjes zijn de laatste jaren steeds meer gaan drinken. Er bestaat nu nog slechts weinig verschil tussen jongens en meisjes. Ook voor alcohol geldt dat jongeren hier eerder mee beginnen en dat degenen die drinken hun consumptie hebben verhoogd. 24.Alcohol, jongeren en verkeer Onderzoekingen tonen aan: 25% is van mening dat het effect van alcohol op het rijgedrag in het algemeen sterk overdreven wordt. 40% vindt het volstrekt onduidelijk met hoeveel glazen op, men wettelijk nog aan het verkeer mag deelnemen. 50% meent dat het aantal glazen dat men kan drinken zonder de wettelijke limiet te overtreden, sterk afhangt van de soort drank. 75% meent dat het aan het rijgedrag van anderen te merken is of ze te veel gedronken hebben. Gezien de grote onduidelijkheid ten opzichte van wat een overtreding is, wordt hier duidelijk alleen aan uiterlijke kenmerken van dronkenschap gedacht. De auto als vervoermiddel is uitermate aantrekkelijk in vergelijking met andere vormen van vervoer(openbaar vervoer, taxi…) Toch vindt 70% autorijden na het drinken van alcohol (zeer) onveilig. 68% vindt dit (zeer) vermijdbaar. Hoe jonger men is, hoe meer men drinkt tijdens een avondje uit. Het rijden onder invloed komt het meest voor in de leeftijdscategorie van 21 tot 45 jaar, met het zwaartepunt bij de 26 tot 35 jarigen.
25.Alcohol en verkeer Het afbraakproces van de gedronken alcohol begint, door de verbranding in de lever, vrij snel maar verloopt ook relatief traag. De niet verbrande alcohol wordt via het bloed in heel het menselijk lichaam verspreid en zet zich bij voorkeur vast op de zenuwcentra. De frontale zone van de hersenen is daarbij de meest gevoelige en wordt ook het eerst verlamd. Het is de zone waar de zelfbeheersing, de inhibities en het verantwoordelijkheidsgevoel geconditioneerd worden. Deze hersenzone maakt de mens verschillend van de dieren. Alcoholgebruik en deelnemen aan het verkeer is daarom een bijzonder riskante combinatie. De euforie die zich, zelfs na het gebruik van kleine hoeveelheden alcohol, snel manifesteert heeft voor gevolg dat de fietser, de bromfietser, de motorrijder, de automobilist en ook de voetganger veel meer denkt te kunnen dan hij in werkelijkheid kan. Bovendien worden de verschillende vaardigheden die voor een veilige deelname aan het verkeer noodzakelijk zijn, bijzonder snel aangetast door het alcoholgebruik. Deze dubbele beoordelingsfout heeft vaak catastrofale gevolgen. Binnen- en buitenlands onderzoek toont aan dat in minstens 40% van de ongevallen waarbij doden of gewonden te betreuren vallen, strafbaar alcoholgebruik een rol heeft gespeeld. De moordende invloed van het alcoholgebruik in het verkeer wordt onderschat. Elke bijdrage tot een grotere bewustwording van deze invloed is een belangrijke preventieve stap. 26.Belgen drinken vooral bier Uit het jaarverslag 1999-2000 van de Belgische Vereniging voor Alcohol en andere Drugproblemen (VAD) lichten we de wetenswaardigheden rond alcohol. De VAD verzamelde heel wat cijfers zowel betreffende de markt (in- en uitvoer) als de consumptie van alcohol. Zo produceerde België in 1999 1,5 miljard liter bier en 7 miljoen liter sterke drank, althans volgens de NIS-statistieken (Nationaal Instituut voor Statistiek). Bier blijkt een belangrijk exportproduct. In 1999 voerde België een half miljard liter bier uit. Bier wordt het meest gedronken in België, al geven gezinnen op jaarbasis meer uit aan wijn en aperitieven. Per hoofd van de bevolking werd in 1999 gemiddeld 4,56 liter bier, 2,98 liter wijn en 1,13 liter sterke drank gedronken. Dit komt neer op 8,7 liter in totaal, waarmee België de veertiende plaats bekleedt op de wereldranglijst inzake alcoholconsumptie. De meeste Belgen tussen 18 en 55 jaar (96,7%) dronken ooit alcohol. Het eerste gebruik situeert zich gemiddeld rond de leeftijd van 15 jaar. In het voorbije jaar dronk 53,9% van de volwassen Belgen alcohol. 28% deed dit minstens wekelijks en 18,6% drinkt dagelijks. De alcoholconsumptie stijgt met de leeftijd en meer jongens dan meisjes drinken. Vlamingen drinken meer alcohol dan Franstalige Belgen. 27.Controles In België worden er tegenwoordig strenge controles gehouden op het gebruik van alcohol. De maximum tolerantie is 0.5 promille dat je maximum in je bloed mag hebben. Hier worden de zogenaamde ‘ wodka –controles’ voor gehouden. Indien je positief wordt bevonden door het blazen in een daarvoor speciaal ontwikkeld toestel, zal de politie je verzoeken mee te gaan naar het politiebureau. Je rijbewijs wordt je voor een tijd ontzegd, dit hang af van hoeveel ja over de grens van 0.5 promille was, en uw wagen zal waarschijnlijk aan de ketting worden gelegd. Dankzij de vele controles zijn de wegen een stuk veiliger geworden, dit mede dankzij de zogenaamde ‘Bobcampagnes’ 28.BOB jij of BOB ik? De bekendste campagne voor alcohol preventie is door de Belgen uitgevonden.De boodschap van de campagne is dat je bij een avondje uit of een feestje onderling de afspraak maakt wie Bob is.Hij is dus diegene die nuchter blijft om vrienden veilig naar huis te brengen. Radio- en tv-spotjes, advertenties en billboards, zullen het publiek adviseren tijdens het uitgaan een Bob aan te wijzen. De kreet "Ik ben Bob vanavond" is de laatste 5 jaar uitgegroeid tot een begrip. Een gele sleutelhanger, het bewijs dat iemand ‘Bob is’, is immens populair en schijnt bij de helft van de Belgen aan de sleutel te hangen. Wegens het grote succes wordt de campagne nu overgenomen door Nederland, Frankrijk en Griekenland. 29.Enkele misvattingen over alcohol Alcohol heeft geen voedende waarde: alcoholhoudende dranken leveren per 1 gram alcohol 7 kcal. op aan energie, maar bevatten weinig of geen eiwitten, mineralen en vitaminen. Alcohol verhoogt de lichaamswarmte niet: bij alcoholgebruik worden de haarvaten onder de huid wijder, waardoor ze meer bloed laten doorstromen. Dit geeft een gevoel van warmte, maar in feite gaat er warmte langs de huid verloren. Door het verdovend effect van alcohol kunnen de tekenen van vermoeidheid tijdelijk geremd worden. Men heeft het gevoel dat men harder en langer kan werken, omdat het lichaam geen signalen van vermoeidheid geeft. Alcohol lest de dorst niet: de productie van urine in de nieren wordt geregeld door een hormoon dat de waterhuishouding regelt. Heeft het lichaam vocht nodig, dan remt dit hormoon de wateruitscheiding af en voorkomt dat het lichaam uitdroogt. De alcohol in het bloed zet de werking van dit hormoon stop, zodat er meer urine geproduceerd wordt. Hoe meer alcohol, hoe meer het lichaam door de productie van urine aan vocht verliest. Hierdoor keert ook het dorstgevoel des te sneller terug. Alcoholhoudende dranken lessen dus tijdelijk de dorst, maar verhaasten nadien het dorstgevoel. Alcohol is, in tegenstelling tot andere roesmiddelen, ook een voedingsmiddel: 1 gram alcohol levert ruim 7 calorieën. Bij matig gebruik zal de consumptie van alcoholische drank hooguit tot gewichtstoename leiden. Anders wordt het als er sprake is van misbruik.

REACTIES

L.

L.

Mooi werkstuk Nu weet ik zeker dat 'k een 14-jarige alcoholist ben...

22 jaar geleden

R.

R.

ha die Twan,

Dat verslag van jou is heel goed!!

Bij voorbaat dank
Rob

21 jaar geleden

G.

G.

het is wel gebruikbaar maar het is wel een beetje te lang maar verder is het wel in orde

21 jaar geleden

R.

R.

mooi werkstuk twan

21 jaar geleden

S.

S.

hallo twan,
alles goed?
met mij wel!
mooi verslag!!
een 9 van mij voor jou!
je heb in je verslag veel verteld over alcohol en ook op de juiste manier!

Groetjes shahad.

19 jaar geleden

L.

L.

Dankje wel.
ik moest een werkstuk over alcohol maken, en ik wist niks te verzinnen.
En toen heb ik deze gebruikt.
Tnxs

13 jaar geleden

S.

S.

dankje wel ik heb hier veel informatie weg nogmaals bedankt

13 jaar geleden

F.

F.

serieus dit is echt fantastisch,veel informatie dat is heel fijn ;D maar waar is hoofdstuk 4??? En de nummer van 9 is niet dikgedrukt ! maar echt 28 hoofdstukken dat had ik zelf nooit gekunt ._.
Liefs Fleur xx

12 jaar geleden

I.

I.

nice bro

12 jaar geleden

M.

M.

aight, thnx maat

12 jaar geleden

W.

W.

dit is een heel goed verslag om te kijken of ik het goed heb gedaan .ik hoop van wel
gr. william cöp (midelbare school leerjaar 3)

9 jaar geleden

H.

H.

slecht telang

7 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.