Meditatie en houdingen Meditatie is het scheppen van ruimten voor innerlijke waarneming (bijv. ook van onze neurosen). Het gaat niet om rust; het gaat om waarnemen, transparant maken en niet ten onder gaan in gevoelens. Het gaat niet om beloftes van bevrijding; dan zijn we gebonden, gefixeerd door 'de gouden ketting van spiritualiteit'. Teleurstelling over illusies, pijn enz. moeten worden doorgewerkt, om innerlijk vrijer te worden. Het is hard werken soms; maar het kan ook zeer troostend zijn en tot een open ontvankelijkheid voor de pracht van de werkelijkheid leiden, een intenser contact. Sommigen vinden "het" wandelend in de natuur of een gedicht lezend, of gewoon zittend tijd nemend voor zichzelf, of schrijvend in een dagboek. Anderen beoefenen het meer expliciet meditatief, gesteund door een lange traditie.
De beoefening van inzichtmeditatie
Oefening: zitmeditatie 'Allereerst is het belangrijk om een houding aan te nemen, waarbij je gemakkelijk en ontspannen een langere tijd stil kunt zitten. Een zitkussen kan daarbij een goede hulp zijn. Je kunt er één onder je billen schuiven en eventueel ook één (of meer) onder je knieën, zodat je stevig en gemakkelijk rechtop kunt zitten. Zorg ervoor dat de buik niet door een al te strakke riem wordt afgekneld. De handen kun je tezamen in de schoot of op de beide dijbenen leggen. De rug behoort recht te zijn, maar niet op een gespannen manier. De ogen kun je sluiten. Als je moeite hebt om met gekruiste benen te zitten, dan is het ook mogelijk om op een bankje te zitten. Als je ouder bent of als je specifieke lichamelijke klachten hebt, dan is het ten slotte ook altijd mogelijk om op een stoel te zitten. In principe hoef je tijdens het observeren en benoemen of registreren van het rijzen en dalen van de buik niet te zoeken naar andere ervaringen of objecten. Het kan echter gebeuren dat een geluid zich vanzelf duidelijk aan je opdringt en je aandacht in beslag neemt. Op zo'n moment hoef je dat niet als een verstoring te beschouwen, maar kun je dat als nieuw meditatieobject gaan observeren en benoemen als 'horen', 'horen', 'horen', zolang het geluid zich duidelijk aan je voordoet. Of zie je beelden met gesloten ogen, dan kun je het (mentale) zien benoemen, zolang dit duidelijk herkenbaar is. Je hoeft het geluid of het beeld dat je ziet niet te beschouwen als een verstoring maar als een nieuw meditatieobject, even waardevol als het rijzen, dalen, fysieke gevoelens of gedachten. Daarnaast hoef je je niet te bekommeren om de inhoud van wat je ziet of hoort noch hoef je te proberen het geluid of het beeld 'weg te kijken'. Soms herken je echter een geluid of een beeld en interpreteer je het als 'trein', 'auto', 'buurman', 'boom', en dergelijke. Op zulke momenten kun je dit benoemen als 'interpreteren' of als 'herkennen'; anders kun je gewoon het zien, horen, ruiken of raken opmerken.
Oefening: loopmeditatie Veel mensen hebben het idee dat je meditatie alleen zittend kunt beoefenen. In feite is dit een misvatting, want inzichtmeditatie kun je ook staand, liggend, lopend en uiteindelijk tijdens alle dagelijkse activiteiten beoefenen. Een veel gebruikte manier om opmerkzaamheid te ontwikkelen is het beoefenen van loopmeditatie. Hieronder volgen enkele praktische adviezen voor het beoefenen hiervan.Kies of zoek een plek waar je ongeveer drie tot tien meter ruimte hebt om heen en weer te kunnen lopen. Ga aan één kant staan en wees je allereerst een korte tijd bewust van de staande houding. Zorg er daarbij voor dat je stevig (geaard) staat, de voeten licht gespreid en de knieën niet op slot. Houd het lichaam ontspannen rechtop en houd de armen langs het lichaam of zodanig dat de handen elkaar voor de buik of achter de rug vastpakken. Ook het hoofd wordt rechtop gehouden. De ogen zijn geopend en ongeveer twee tot vier meter voor je uit naar de grond gericht, zonder dat ze ergens specifiek op gefocust zijn. Je hoeft dus niet naar je voeten te kijken en ook niet recht voor je uit of om je heen; dit om een goed klimaat te scheppen voor het (meer en meer continu) kunnen ontwikkelen van opmerkzaamheid. Je bent je dan een korte tijd bewust van de staande houding van het lichaam en benoemt of registreert dit tegelijkertijd innerlijk als 'staan', 'staan', 'staan'. Je weet dat er sprake is van een staande houding van het lichaam.
Oefening: buigmeditatie Mogelijkheid 1:'Kniel op de grond en ga op je hielen zitten met gebogen tenen. Deze houding van je voeten heeft als fysiek voordeel dat een aantal zenuwknooppunten op deze manier geprikkeld of geactiveerd worden. Het is echter geen 'must'. Als het onmogelijk blijkt door bijvoorbeeld ouderdom of sterke pijn, dan kun je (de wreefzijde van) de voeten plat op de grond houden. De rug is recht. Laat nu de handpalmen elkaar raken en houd de duimen tegen de borst ter hoogte van je hart. Deze houding kun je benoemen als 'zuiverheid'. Visualiseer niets. Breng je aandacht eenvoudigweg naar het hartcentrum, zonder verder na te denken over zuiverheid. Breng dan langzaam de handen omhoog tot de duimen het voorhoofd raken. Benoem deze houding als 'mededogen'. Bij de volgende beweging plaats je de onderarmen en de handen op de grond, waarbij de ellebogen de voorkant van de knieën raken en de handpalmen plat op de grond liggen. Plaats je voorhoofd tussen de handen, ontspan de buik en benoem deze houding als 'wijsheid'. Ga dan terug naar de uitgangspositie en herhaal de buigoefening nog twee of meerdere keren'.
Mogelijkheid 2: Als je de voorgaande oefening te 'religieus' vindt, kun je haar ook als volgt beoefenen: 'Maak op een langzame manier dezelfde bewegingen en neem dezelfde houdingen aan. In plaats van deze houding te benoemen als 'zuiverheid', 'mededogen' en 'wijsheid', observeer je nu alle bewegingen en de drie houdingen. Je gaat in de beginhouding zitten en bent je een moment bewust van deze houding. Je registreert deze houding als 'zitten',' zitten', 'zitten', 'houding', 'houding', 'houding', of als 'weten', 'weten', 'weten' (weten dat je zo zit). Je registreert dan het voornemen om te bewegen en brengt langzaam de armen en handen omhoog. Je benoemt of registreert dit als 'bewegen', 'bewegen', 'bewegen' of als 'optillen', 'optillen', 'optillen'. Je registreert het raken van de duimen tegen het voorhoofd als 'raken'. Je bent je vervolgens bewust van de houding en registreert die. Dan buig je langzaam met het bovenlichaam naar de grond en registreert dit als 'buigen', 'buigen', 'buigen'. Het contact van achtereenvolgens de handen, de ellebogen en het voorhoofd met de grond benoem je weer als 'raken'. Je registreert het ontspannen van de buik en het lichaamsbewustzijn in deze houding. Ten slotte beweeg je het bovenlichaam weer langzaam omhoog en je benoemt dit als 'omhoog', 'omhoog', 'omhoog'. Het elkaar raken van de handpalmen en het raken van de duimen tegen de borst registreer je weer als 'raken' en komt zo weer terug in de uitgangspositie. Als andere ervaringen op de voorgrond treden tijdens het doen van deze oefening, dan kun je deze opmerken en vervolgens de buigoefening weer hervatten, vergelijkbaar met het beoefenen van de loopmeditatie.'
Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden