Jodendom; Chassidiem

Beoordeling 5.5
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • mbo | 4996 woorden
  • 30 oktober 2003
  • 83 keer beoordeeld
Cijfer 5.5
83 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
INLEIDING

Dit essay gaat over het Chassidiem. 'Chassied' is het Hebreeuwse woord voor vroom en getrouw. En met het Chassidiem worden de aanhangers van het Chassidisme, een religieus- orthodoxe beweging binnen het jodendom bedoelt. Omdat deze joden orthodox zijn, houden deze joden zich aan de letterlijke tekst van de bijbel. Chassieden zijn op straat makkelijk te herkennen aan hun aparte manier van kleden (bijvoorbeeld aan hun Tallit* en Tefillien*), hun vaste gebruiken en hun oeroude tradities. Dit opvallende uiterlijk, dat religiositeit onderstreept, is een middel waarmee de Chassidiem zich van de "zondige" buitenwereld kan afsluiten, en waarmee een eenheid kan worden gevormd. In dit essay zullen de onderwerpen behandeld worden:

De oorsprong en de verbreiding van het Chassidisme.

Wie was de Ba'al Sjem Tov, en wat was zijn invloed op het Chassidisme.
De religieuze ideeën en opvattingen van het Chassidisme.
Enkele tradities van het Chassidisme.
Waarom vond het Zionisme veel meer weerklank in het 'gewone' joodse gelovige volk, dan in de geassimileerde en Chassidische kringen?
Wat is de positie van het Chassidisme in de staat Israël gedurende de periode 1948- 1998?

1. DE OORSPRONG EN VERBREIDING.

De geschiedenis van het Chassidisme begint in Polen en Litouwen. Polen verschilde veel van andere Europese landen, Polen moedigde joden aan naar hun land te komen, om daar te wonen en te werken. Dat gebeurde in de 13e eeuw, waarin de joden in West- Europa vervolgd werden. Polen was een erg arm land, en wilde mensen die de economie weer leven in konden blazen, en de joden hadden de reputatie dit te kunnen. Het ging met de joden niet allen economisch voor de wind, al snel had ook elke gemeenschap zijn Talmoed* geleerde. Later brak er een tienjarige revolutie uit, en toen de verschrikking voorbij was, was de grote joodse gemeenschap van Polen bijna totaal vernietigd.

De joden geloofden dat de Messias op dat moment in aantocht was. Zij geloven namelijk dat voordat de Messias komt er eerst een tijdperk van rampen zal aanbreken. Op dat moment kwamen er allerlei joden op het toneel die beweerden experts te zijn in het verjagen van slechte dingen en demonen. Deze mensen werden beschouwd als heiligen en werden erg populair. Zij beweerden dat zij ziektes in de naam van de Heer genazen. Om deze reden werden zij 'Ba'al Sjem' genoemd, dit betekend Meesters van het Woord. Zij schreven magische amuletten, voerden wilde dansen uit en deden nog veel meer om kwade geesten uit de mensen te verdrijven. Ook was er een man, Sabbatai- Zwi, die zich uitgaf voor de Messias en kruistochten organiseerde naar het Beloofde Land. Hij werd aangehouden en ging, allicht onder dwang, over tot de Islam.

Door het instorten van deze beweging en de grote kloof die was ontstaan tussen het gewone volk en de rabbijnse intelligentsia, was het volk alle teleurstellingen zat. De doorbraak van het Chassidisme blijkt door deze zaken te zijn beïnvloed.


De oorsprong van het Chassidisme begon eigenlijk door de geboorte in1698 (Joodse data: 18 elloel 5458) in Okopy in Podolië van een man die de joodse wereld radicaal zou veranderen. Deze man, die tot 1760 (joodse data: 6 siwan 5520) leefde, was de stichter van het ontstane orthodox- joodse chassidisme. Hij zorgde ervoor da tegen het einde van zijn leven de beweging al ca. 10. 000 aanhangers telde.

Het Chassidisme bereidde zich over geheel Midden- en Oost-Europa uit onder zijn opvolger rabbi Dov Ber van Mezhirech (beter bekend als de Maggid; 1704- 1733), en door zijn opvolger Rabbi Zabnan van Liund (gestorven in 1813), waarna later het Chassidisme ook door Levi Jitschak van Berdits Jev (gestorven in 1802) en diens opvolger Nachman van Bratislava (gestorven in 1810) verspreid is. Al na de dood van de Maggid was het met het eenhoofdig- leiderschap gedaan, er was geen sprake meer van een rebbe, er waren er nu verscheidene op vele plaatsen. Iedere rebbe verzamelde een groep Chassidiem om zich heen, die op een eigen wijze vorm aan het Chassidisme gaf. Dit waren Tsadikim. Een tsaddik (Hebreeuws voor rechtvaardige), of rebbe(Hebreeuws voor heilige) is een tussenpersoon tussen de gelovige en God. Zijn taak is de jood dichter bij God te brengen. Hij is het voorbeeld en de gids voor zijn Chassidiem, en zijn navolgers vragen hem om raad (zowel over hun privé-leven als over hun werk). De volgelingen komen de sfeer in zijn omgeving in zich opnemen, en degenen die ver weg wonen, maken een reis om op Sabbat of feestdag naar hun rebbe te komen. Voor zijn volgelingen heeft een rebbe bovennatuurlijke krachten. Sommige rebbe's worden ook 'Wunder- rabbi' genoemd. Het leiderschap gaat vaak ver van vader op zoon, waardoor soms gehele dynastieën ontstaan.

2. BA'AL SJEM TOV

Baa'l Sjem Tov is de erenaam van Rabbi Israël ben Eleziër. Het is Hebreeuws voor: 'Heer van de Goede Naam'. Er is niet zo veel bekend over zijn privé-leven, maar volgens verhalen waren zijn ouders arm en stierven zij beidde toen hij nog een kind was. De bewoners van zijn dorp zorgden voor hem en zonden hem naar school. Maar daar hield hij niet van, en vluchtte hij, indien hij de kans kreeg, de bossen in. Na een tijdje gaven z'n leraren het op en lieten ze hem alleen. Toen hij ouder was, werd hij bode van de dorpssynagoge. De hele dag luisterde hij naar geleerde discussies die zich in de synagoge gevoerd werden. 's Nachts nam hij de heilige boeken, en ging hij stiekem zitten studeren. Maar dit was niet de Talmoed maar de Kabbala*, de boeken over de joodse mystiek, die hij bestudeerde. Hij deed dit stiekem, want de rabbijnen hadden de Kabbala verboden voor het volk. Uiteindelijk is hij getrouwd, maar al snel stierf zijn vrouw, en werd Israël een onderwijzer met een goede reputatie. Al snel werd hij als een wijze en heilige aangezien. Hij trouwde opnieuw en vestigde zich met zijn vrouw in de Zuid-Poolse Karpaten. Een tijdlang dolf hij ongebluste kalk die hij in het nabijgelegen stadje verkocht. Toen werden hij en zijn vrouw herbergier. Hij was erg geliefd en er ontstonden hele legendes over hem. Op zijn 36e verklaarde hij dat hij gebedsgenezer en duivelbezweerder was geworden. Hij trok langs de Poolse dorpen en genas de zieke boeren en dorpelingen met kruiden, amuletten en gebeden. Hij was nu een Ba'al Sjem geworden. Hoewel hij nooit tot rabbijn was geordineerd, noemden zijn volgelingen hem toch rabbi Israël Ba'al Sjem Tov, of kortweg de Besjt. Hij was een geestelijk leider geworden voor de joden. Hij schreef zijn ideeën niet op, hij vertelde ze namelijk door, en om deze reden zijn er dus geen geschriften door hem nagelaten. Hij sprak met de mensen over God en de torah*, op een manier die iedereen begreep. De Besjt had dan ook vooral onder het gewone volk veel aanhang. De meeste genezers in die tijd hielden het bij magie, maar de Besjt was ook mysticus, hij had besloten terug te keren naar een vroege vorm van Kabbala, maar dan wel bestemd voor iedereen. Hij leerde hen dat het doel van de mens is om zijn leven heilig te maken, elk moment van de dag. Hij verklaarde dat iedereen voor god gelijk is, en dat er geen absoluut kwaad in de wereld is. Zo had hij bijvoorbeeld veel respect voor vrouwen, iets waar veel tijdgenoten het niet mee eens waren omdat toen nog veel mensen vonden dat de vrouw onderdanig is aan de man. Ook geloofde hij (en hiermee haalde hij de woede van de rabbijnen op de hals) dat de studie van de Talmoed niet erg belangrijk was, en dat het niet nodig is om op vaste tijden te bidden door middel van het aandachtige, vreugdevolle en geëmotioneerde gebed kan men tot perfectie komen. Hij leerde zijn volgelingen positief te denken en dat God overal aanwezig is, in elke handeling en elk gebeuren. Hij geloofde niet in toeval, en geloofde in een bepaalde vorm van reïncarnatie: de mens wordt steeds herboren totdat hij of zij alle voorschriften van de Torah heeft vervuld.

De Ba'al Sjem Tov is vooral bekend geworden als de man die het geslagen joodse volk in een tijd van oorlogen en vervolgingen, een nieuwe zin in het leven heeft gegeven.

3. RELIGIEZE IDEEËN EN OPVATTINGEN

De filosofie van het Chassidisme baseert zich voornamelijk op de Kabbala; en zijn literatuur bestaat vooral uit legenden, verhalen en liederen, over de stichter en zijn opvolgers, verteld en opgetekend ook in het Jiddisch*.

Volgens de Chassidiem moet men leven in vreugde, door het leven als heilig te vereren, want de goddelijke vonken dringen tot in alles en in iedereen door. Soms gingen de Chassidiem wel erg ver om de goddelijke vonken te redden. Zo begonnen velen veel te roken om de vonken in hun tabak te redden, en anderen verorberden bijvoorbeeld enorme maaltijden om de goddelijke vonken in het voedsel te redden. Het materiële leven is niet slecht maar het moet niet ontaarden in seksuele ongebondenheid of zedelijke losbandigheid. De mens heeft de taak het slechte in de natuur te verlossen of te redden en het onder goddelijke glans te plaatsen.

Andere centrale ideeën van het Chassidisme zijn de onderlinge verbondenheid van het joodse volk, het uitsluiten van elke vorm van toeval, de nadruk op vreugde in het emotionele gebed.


Behalve religieuze ideeën over het gebed nemen ook bepaalde opvattingen over het lied een belangrijke plaats in, in het leven van de Chassidische joden. Het lied, de melodie, verheft de Chassied tot een absolute staat van volmaaktheid. Door de extase en innigheid moet de mens zich kunnen bevrijden van zijn banden met zijn zinnen en zich verheffen tot de hogere wereld. De innigheid is ontbeerlijk in het gebed, waarin het lichaam deelneemt door bewegingen. De melodie brengt het hart nader tot God. Daarom hebben sinds de dagen van de Besjt, de leiders van de Chassidiem zelf liederen geschreven of anderen ertoe aangespoord. De liederen zijn gebaseerd op teksten uit de Tenach*, de liturgie en de Talmoed. Deze opvatting gaat lijnrecht tegen de meeste godsdiensten in en zelfs tegen het Jodendom, dat vasten, kastijding en opoffering verlangt om zich te verheffen tot God in plaats van het lied.

Ook is de onderlinge verbondenheid voor het Chassidisme een belangrijke opvatting. Zo word tijdens alle erediensten Hebreeuws gesproken. Het Chassidiem beschouwd deze taal als heilig, het doet hen namelijk denken aan hun geschiedenis. Ze vinden het heel belangrijk dat alle joden Hebreeuws gebruiken, dit geeft eenheid, en zo kan elke jood gemakkelijk een eredienst in een ander land bijwonen en verstaan. In het gebedenboek staat overigens vaak wel een vertaling in de eigen taal van het land, maar ook alle gebeden worden tijdens een eredienst in het Hebreeuws opgezegd.

Volgens het Chassidim moeten er altijd minstens 36 mensen volledig leven volgens de geboden van God, allen als dit werkelijk gebeurd kan het Chassidisme voortleven.

Verder neemt op religieus gebied de plaats van de rebbe een grote plek in. Als hij vrijdagavond rond de tafel van de rebbe zitten, bespieden zij iedere beweging. De rebbe eindigt nooit met eten op zijn bord. Vaak raakt hij het niet eens aan. Met een teken van zijn hand beduidt hij dat zijn bord weggenomen kan worden. Op dat moment storten de Chassieden zich op de resten van de maaltijd, om iets van deze 'Sjiraïm' te verkrijgen. Er wordt veel waarde gehecht aan deze resten, zij zijn als teken van geluk. De vrouw van de rebbe heet overigens rebbetzen (in het Hebreeuws Rabbannit). Alhoewel de Chassidisch wereld geheel voor mannen is gereserveerd, moet de invloed van de vrouw in de schaduw van haar man de rebbe, niet onderschat worden. Zij houdt zich bezig met het huis en de opvoeding van de kinderen, maar ze dient ook als raadsvrouw voor talrijke vrouwen in persoonlijke kwesties. Zij zal de rebbe over gezinsproblemen raad geven en gaat bezoeken afleggen bij families in nood, om te helpen en morele steun te verlenen. Vaak zal zij wezen uithuwelijken en voorzien in de bruidschat, waarvoor zij collectes houdt. Ook bezoekt ze zieken en families in rouw.

4. TRADITIES

Zoals elk geloof kent ook het Chassidisme zijn eigen tradities op allerlei verschillende gebieden. Het Chassidim houdt erg vast aan oude gewoontes van vroeger, en als de kinderen zich bijvoorbeeld niet aan de regels en tradities van het geloof houden, worden zij genegeerd. Ook als een jongen niet het beroep van zijn vader wil overnemen (dit is een vaakvoorkomende traditie bij het Chassidim), wordt hij niet als kind erkend en genegeerd.

KLEDING:* Chassieden zijn makkelijk aan hun kleding te herkennen, vooral de mannen. Zij komen openlijk uit voor hun identiteit en elke groep Chassidim is te onderscheiden van een andere groep Chassidim, door kleine, maar toch opvallende verschillen in de Chassidische klederdracht, al zijn door de assimilatie deze kentekenen op de duur gedoemd te verdwijnen. Als zij niet naar de synagoge gaan dragen ze zwarte hoeden en lange zwarte jassen. Zij hebben slaaploken en zwarte baarden. En als ze naar de tempel gaan dragen ze zwarte kaften (lange opperkleden) en zwarte hoeden.

VROUWEN: de Chassidische wereld is vooral voor mannen gereserveerd, ook uit de tradities kan men opmerken dat de vrouw nog steeds ondergeschikt is aan de man.

*Chassidische vrouwen scheren hun hoofdhaar af. Ze heeft altijd haar haren bedekt, door het dragen van een pruik, of een doekje. Het haar is namelijk de grootste trots van een Chassidische vrouw, en bij het trouwen moet zij haar grootste schoonheid afstaan. Zij heeft namelijk geen schoonheid meer nodig als zij getrouwd is.

*Ook op religieus gebied is de positie van de vrouw achtergesteld. Zo mag zij geen Tsaddik worden en hoeft zij niet zo vaak te bidden als een man.


*Vrouwen mogen in een synagoge niet bij de mannen zitten, ook komen zij niet door dezelfde ingang de synagoge binnen. Zij zitten vaak apart op een zogenaamde vrouwengalerij, dit is vaak een bovengalerij. Ze zitten achter rasters; zo kunnen ze niet flirten met hun mannen of vriendjes, want die mogen niet afgeleid worden tijdens de dienst (Ook op de scholen worden de geslachten gescheiden.)

*Een Chassidische vrouw mag geen gasten ontvangen als haar man niet aanwezig is, toch heeft zij in huis een belangrijke taak, haar belangrijkste functie is het huishouden.

MANNEN: *De Chassieden vinden dat de man de heer en meester in het huis is.

*Hij bepaalt wanneer er een kind geboren moet worden.

*Ook de uithuwelijking wordt geregeld door de man

THEE: *De Chassieden drinken op een aparte manier hun thee. Zij houden namelijk een suikerklontje tussen hun tanden terwijl ze uit samowars de thee drinken.

HUWELIJK: trouwen is erg belangrijk voor het Chassidim. Behalve de andere joodse tradities bij het huwelijk, zoals het kapot trappen van een glas door de bruidegom (dat symboliseert volgens sommigen goede en slechte tijden in het huwelijk), kent het Chassidisme nog een paar andere typische tradities.

*In het Chassidisme is het normaal om al net na de geboorte (of zelfs daarvoor al) een huwelijkspartner voor je kinderen te zoeken. Ook wordt er gebruik gemaakt van koppelaarsters en een soort ‘uithuwelijk- bureaus’.

*Er moet met iemand uit de eigen gemeenschap getrouwd worden. Met hetzelfde geloof kan namelijk makkelijker gelukkig samen te leven. Men hoopt op veel kinderen, zodat zij het geloof kunnen doorgeven en er een band ontstaat.

*Omdat niet ieder huwelijk goed is, mag er wel gescheiden worden, ondanks dat ze het een nare zaak vinden. Dit kan de oorzaak zijn dat joden minder vaak scheiden dan mensen met een ander geloof.


*Ook kan het voorkomen dat Rabbijnen eisen dat een man van zijn vrouw scheidt. Dit kan als zij een slachtoffer van een verkrachting is. Zij zal dan geen aangifte bij de politie doen, maar moet het wel aan haar man vertellen. Volgens de bijbelwetten moet hij dan antwoorden met: "Ik geloof je niet!", maar als dit niet gebeurd moet hij van haar scheiden omdat ze ‘gehoereerd’ heeft.

*Er wordt op de bruiloft een traditionele zakdoekendans gehouden

*Bij een heel streng orthodox huwelijk vieren de mannen en vrouwen apart feest.

*De bruiden dragen een hele zware dichte sluier tijdens de plechtigheid.

ZWIJGEN: *De zoon van de tsaddik wordt in stilte opgevoed. Zijn vader praat namelijk niet met hem behalve tijdens de Talmoed- studie. Op deze manier leert hij zichzelf te zien, zijn eigen karakter te vinden en hij leert om alleen met zijn ziel door het leven te gaan. Zo leert hij de pijn van anderen omdat hij zelf ook het lijden ondergaat. Het wordt belangrijk gevonden pijn te kennen, want het vernietigt arrogantie en maakt bewust dat de mens afhankelijk is van God. Zo is de Tsaddik overtuigd dat zijn zoon de ziel van een Tsaddik zal krijgen, deze moet immers de pijn van anderen op zijn schouders laden.

BIDDEN: *Het Chassidim bidt staand, terwijl ze een gebedsmantel dragen. Hieraan zijn aan de 4 hoeken kwastjes gevestigd, en heet een Tallit, de kwastjes worden Tsitsit genoemd. De Torah

(Numeri 15, 37-40) heeft opdracht gegeven aan de Isreälieten dat zij aan alle 4 de hoeken van hun kleren Tsitsit(franjes ter herinnering) zouden maken, zo zal de jood aan de geboden van God herinnerd worden. De geknoopte schouwdraden symboliseren joodse voorschriften.

*Het Chassidim bidt met gebedsriemen (Tefillin). Dit zijn kleine zwarte kubussen van leer, die op een soort rechthoekig plankje zijn bevestigd, en voorzien zijn van een lange riem. In de hulsjes zitten rolletjes perkament, waarop passages uit de Torah staan. Deze passages slaan op het gebod van de Tefillin-leggen (Ex.13, 2-26; Deut. 6, 4-9; 11,13-22). De Tefillin worden geplaatst op de linkerbovenarm (tegenover het hart), en rond het voorhoofd. Juist op deze plaatsen zodat het intellect van de mens nauw moet samenwerken et het hart en gevoel bij het uitvoeren van het gebed.

*Ook bidden zij bewegend. Dit doen ze om in extase te komen. God is erg belangrijk voor het Chassidim en laat alles bewegen, laat het buigen maar niet breken. Dit wordt in Psalm maar ook in Gen. 1 beschreven: "Gods adem laat de zee bewegen".


5. HET CHASSIDISME EN HET ZIONISME

Het zionisme is de joodse beweging die er naar streeft de verstrooid wonende joden weer bij elkaar te brengen. En dat willen de zionisten graag in de staat Israël. Het zionisme is ontstaan uit een armere- beweging, zij wilden niet een land voor alleen maar rijke en bevoorrechte joden, maar een thuisland voor echt alle joden. De term komt het eerst voor in het tijdschrift Selbstemanzipation (1890) van N. Birnbaum. Theodor Herzl gaf in 1896 met zijn boek Der Judenstaat de aanzet tot het georganiseerde zionisme. De naam van deze beweging komt van de droom van het zionisme, namelijk een terugkeer naar Zion*, ondanks de onverschilligheid van de wereld tegenover het probleem van een joodse staat, om de wereld te laten zien dat het van elk vitaal belang is om een vaderland te stichten op de bodem van Palestina. Vanaf ca. 1880 vertrok de eerste golf van immigranten naar Palestina, en in ca. 1905 volgde een tweede golf. Het zionisme wilde niet alleen op economisch en politiek gebied een revolutie teweeg brengen, maar ook op het gebied van het persoonlijke leven van het volk. Zij wilden een opstand tegen de eeuwenoude tradities van het leven in de diaspora (de verspreiding van de joden) en het hulpeloos verlangen op de verlossing van de Messias.

Het zionisme dat rond de laatste eeuwwisseling tot ontwikkeling kwam, heeft nooit op steun uit orthodox-joodse kringen kunnen rekenen. Niet alleen op ideologische gronden werden de zionisten verafschuwd. Men vreesde ook dat het evenals andere moderne stromingen (zowel religieus als niet-religieus) mensen weg zou trekken uit de invloedssfeer van de orthodoxe joden. Het Chassidisme was namelijk tegen een joodse staat in Palestina, ten koste van de komst van de Messias. Het Chassidiem wil namelijk de komst van de Messias afwachten. Volgens de zionisten moet de oprichting van de staat Israël als begin van de verlossing gezien worden, maar het Chassidiem vindt het bestaan van een zionistische staat Israël een heiligschennis, omdat zij er rotsvast van overtuigd zijn dat de verlossing van het joodse volk op deze wijze wordt vertraagd. Een joodse staat is, zo stellen zij, pas mogelijk als de Messias zich openbaart. Zij willen niet dat de joodse staat door gojiem* bestuurd worden, zij beschouwden de zionisten immers als tegenstanders, en dit was als een bezoedeling en een openbare ontheiliging van de naam van God, ze wilden immers geen joods vaderland zonder Torah als middelpunt. Door de tegenwerking van het Chassidisme zijn veel joden naar de VS vertrokken in plaats van naar Israël, in de periode van 1897 tot 1914 emigreerde bijna 30 keer zoveel joden naar de VS als naar Palestina (1miljoen naar Amerika en maar 35.000 naar Palestina). Nog steeds zijn de Chassieden tegen de staat Israël, zij wachten nog steeds de komst van de Messias af.

Ook van de geassimileerde joden kon het zionisme op weinig steun rekenen. Deze joden hebben zich helemaal aan de cultuur van het land waar zij woonden aangepast. Zij wilden hun leventje niet veranderen, en wilden dan ook niets liever dan het volledige staatsburgerschap van het land waar ze zich bevonden.

Het zionisme verloor na het uitroepen van de staat Israël (1948) echter veel van haar betekenis en het aantal aanhangers draagt thans nog maar ca. 2 miljoen.

6. HET CHASSIDISME IN ISRAËL (1948-1998)

De staat Israël staat de laatste tijd veel in de belangstelling, het bestaat namelijk 50 jaar.
De geschiedenis van de staat Israël begon toen voor de overlevenden van de holocaust Palestina meestal de enige oplossing was om naar toe te gaan en een eigen staat op te richten. Maar de Britse regering van Palestina liet dit niet toe en legde het probleem voor aan de VN. Deze adviseerde dat het Brits mandaat snel de kop in gedrukt zou moeten worden, met het oog op de onafhankelijkheid van de bevolking, en dat Palestina in een joodse en een Arabische staat verdeelt moet worden, en dat Jeruzalem een speciaal internationaal instituut zal moeten krijgen. Op 14 mei 1948 besloot Groot-Brittannië Palestina te verlaten. De VS vond dat het nog te vroeg was voor de onafhankelijkheid van Palestina, omdat er steeds onrust was tussen de joden en de Arabieren. De zionistische wereldorganisatie bleef bij haar besluit om de onafhankelijkheid uit te roepen op de dag dat alle Britten het land zouden verlaten. Zo gebeurde het dat in de nacht van 14 op 15 mei 1948 de onafhankelijkheid door David Ben Gurion en een volksraad in Tel Aviv werd uitgeroepen.

Sindsdien zijn er honderd duizenden joden naar Palestina geëmigreerd, maar sinds de terugkeer van de joden naar Palestina en de oprichting van de staat Israël, zijn er al verscheidene ruzies met de omringende Arabische landen geweest. Zo beweren de Palestijnse Arabieren dat het land aan hen toebehoort. In vele oorlogen zijn al duizenden slachtoffers gevallen. In de meeste gevallen ging het om een meningsverschil tussen twee bevolkingsgroepen over een bepaald stuk grond.


Het Chassidisme, die vinden dat de staat pas gevormd had mogen worden staat nadat de Messias gekomen is, zijn nog steeds tegen de staat Israël. Intussen schromen zij zich er niet voor zich te mengen in politieke aangelegenheden van Israël. De Chassieden kregen eigenlijk pas sinds 6 mei 1968 redelijk wat invloed in de politiek, toen er voor het eerst een minister van een Chassidische partij (de ‘Mapai’partij) kwam. Op dit moment hebben ze echter veel invloed op het parlement van Israël. De Chassidische partijen (b.v. de ‘Mapai’ en de ‘Agud’ partij die in 1988 openlijke steun kreeg van de Chassidische Lubavitcher stroming) hebben, ondanks het feit dat ze maar 4à 5 zetels hebben, een grote invloed op de Israëlische regering, zelfs zo'n grote invloed dat als de Chassieden zich terug zouden trekken uit de politiek, de hele regering ineen zal storten. Ze hebben dus ook een behoorlijke invloed op premier Netanyahu (Netanyahu is overigens door de Chassidim aan de macht gekomen). Toen er in het vredesverdrag van Oslo tussen Israël en de Palestijnen kwam te staan dat Israël 13,5% van het land op de Westelijke Jordaan-oever aan de Palestijnen moest geven, stak het Chassidim hier een stokje voor, omdat zij dit als heilig land beschouwen en zij niet willen dat er ook maar een klein stukje aan de Arabieren wordt gegeven. Als Netanyahu dit toch zal doen, zullen alle Chassidische partijen tegen stemmen bij al zijn volgende voorstellen en dat kan soms net de doorslag geven en hem de kop kosten. Om deze reden moet Netanyahu het Chassidim wel te vriend en tevreden houden en dus heeft de premier nog geen enkel stukje van de Westelijke Jordaan-oever aan de Palestijnen terug gegeven.

Ook bestaat er in Israël een kleine groep van Chassidische extremisten. Deze groep woont in Jeruzalem in het Meca- Sje Arimkwartier en wordt "Netoeree- Karta" genoemd. Ze erkennen de complete Israëlische regering niet en doen dan ook niet mee aan haar activiteiten, en ze zijn erg progressief. Ze publiceren hun eigen blad dat ze de naam "Hachama" gegeven hebben, dit betekend: "de Muur".

SAMENVATTING

De oorsprong van het Chassidisme ligt in Polen en Litouwen. De opkomst werd mogelijk gemaakt door de grote kloof op religieus gebied tussen rabbijnen en het gewone volk, in een tijd van tegenslagen voor het joodse volk, waardoor de joden in verlossers gingen geloven.

De bekendste verlosser werd de Ba’al Sjem Tov (1698- 1760), hij wordt als de oprichter van het orthodoxe Chassidisme gezien. Hij legde de nadruk op de Chassidische religieuze ideeën van het vreugdevol dienen van God, God te herkennen in elk gebeuren, vond het gebed en lied erg belangrijk en hij sloot toeval uit. Hij trok vooral het grote gewone volk aan door zijn voor iedereen begrijpbare uitleg van de bijbel. Na zijn dood werd zijn beweging voortgezet door zijn opvolgers over Europa, nu liggen de grootste centra in de VS en Israël.

De filosofie van het Chassidisme baseert zich op de Kabbala, en zijn literatuur bestaat o.a. uit legenden, verhalen en liederen. Ze vinden de onderlinge verbondenheid belangrijk en adoreren de tsaddik. Ze houden erg vast aan oude gewoonten en kennen vele typische Chassidische tradities, o.a. op het gebied van het huwelijk en bidden. Vrouwen zijn in de Chassidische wereld ondergeschikt aan mannen.

Het zionisme, dat streeft naar een eigen joodse staat in Israël, krijgt geen steun van de Chassieden, omdat zij tegen een joodse staat zijn zolang de Messias nog niet gekomen is, ook geassimileerde joden voelen hier niets voor (zij voelden niets voor een eigen staat en willen zelfs het liefst een staatsburgerschap in het land waar zij zich bevonden).

Toch bemoeien de Chassieden zich in de politiek van de staat Israël (opgericht op 14 mei 1948), zij hebben zelfs zo'n grote invloed op de politiek dat als de Chassieden zich uit de politiek zouden trekken, de hele regering ineen zal vallen. Ook premier Netanyahu heeft zijn macht aan het Chassidim te danken.

GLOSSARIUM

* Goj: (Hebr. ‘volk’) (meervoud van Gojim) hier worden alle niet-joden mee bedoeld.

* Holocaust: uit het Engelse taalgebruik: totale vernietiging door brand. Eigenlijk een religieuze term (uit het Grieks en Latijn): brandoffer. Na de Tweede Wereldoorlog de gebruikelijke benaming voor de uitroeiing van de Europese joden.


* Jiddisch: taal van alle joden in Europa, behalve die van het Sefardim. Het is ontstaan in de vroege Middeleeuwen, in de streken rond de Rijn. Het wordt in Hebreeuwse letters geschreven en het gebruik is overal sterk afgenomen.

* Kabbala: (Hebr. ‘ontvangen leer, overleving’) aanduiding voor mystieke esoterische stromingen binnen het Jodendom. Zij tracht met behulp van letter- en getallenmystiek, de bijbel te verklaren. Het Chassidisme is een late uitloper van de Kabbala.

*Tallit: (Hebr. ‘mantel’) van kwastjes voorzien kleed dat (traditioneel alleen door volwassen joodse mannen) gedragen wordt tijdens het ochtendgebed en andere godsdienstige gelegenheden. Vaak is deze van witte wol met blauwe strepen of van witte zijde met blauwe strepen.

* Talmoed: deze bestaat ui de Misjna (Hebr. ‘herhaling’) en de Gemara samen. De Misjna is een vastgestelde mondelijke leer, die 6 delen omvat over de onderwerpen: Zerajim (zaden), Moëed (feestdagen), Nasjim (vrouwen), Neziekim (schaden), Kodasjim (heiligheden) en Toharot (reinheden). Deze 6 delen zijn weer in traktaten en hoofdstukken te delen. De Gemara bestaat uit commentaren op de Misjna.

*Tefillien: (Hebr.) 2 leren riemen met 2 kleine leren doosjes met bijbelteksten op perkament, gedragen tijdens ochtendgebeden op weekdagen en ze worden op voorhoofd en linkerarm (vlakbij het hart) geplaatst.

*Tenach: (Hebr.) de initialen van Torah, Neviim, Ketoevim; de bijbel (het oude testament)

*Torah: (Hebr. ‘onderwijzing’) traditionele joodse leer. Soms verdeeld in ‘geschreven torah’ (vervat in de bijbel) en

‘mondelinge torah’(vervat in talmoed e.a. niet –bijbelse complicaties).

*Zion: (ook: Sion) de naam van het zuidelijke deel van de westelijke bergrug van Jeruzalem (in de bijbelse tijd de berg waarop de tempel was gebouwd), later de naam voor geheel Jeruzalem.

BRONVERMELDING

Atlas van de Joodse Wereld/ Nicholas De Lange,
Amsterdam: Elsevier, 1986 (vert. van Atlas of the Jewish world.-Oxford: Enquinox, 1984)
ISBN: 90- 10- 05721- 6


Uw Joodse Buurman/ Sylvain Brachfeld.
Antwerpen; Amsterdam: De Vries Brouwers, 1987
ISBN: 90- 6174-462- 8

De wereld van de joden, godsdiensten van de wereld/ Douglas Charing;
Gorichem: De Ruiter, cop. 1988(vert. van the Jewish world-London: MacDonald, 1983)
ISBN: ???

Een geschiedenis van God: vierduizend jaar jodendom, christendom en islam/ Karen Armstrong
Baarn: Anthos, cop.1995(vert. van A history of God: from Abraham to the present: 4000 year quest for God. –London)
ISBN: 90- 6074- 901- 4.

Grote winklerprins, encyclopedie in 25 delen.
Deel 3. "Ba’al Sjem Tov"
Amsterdam: Elsevier Brussel, 1975
ISBN: 90- 10- 023036

Grote winklerprins, encyclopedie in 25 delen.
Deel 6. "Chassidisme"
Amsterdam: Elsevier, Brussel, 1975.
ISBN: 90- 10- 023060

Encyclopedie van de joodse geschiedenis
Uitgever J.H. Kok- Kampen: 1987

ISBN: 90- 242- 3251-1

Joodse riten en symbolen/ Rabbijn S.PH. De vries Mzn.
Amsterdam: uitgeverij de Arbeidspers; 1968
ISBN: 90- 295 – 5463-0

De grote godsdiensten, historisch en actueel met o.a. Hindoeïsme, Boeddhisme, Jodendom, Christendom en Islam.
Amsterdam: Boek; 1974.
ISBN: ???

Uitverkorenen/ Chaim Potok; (vert. van The Chosen.- NY)
Bussum: De Boer, cop. 1969.
ISBN: 90- 6291- 315- 6

Speelfilm: Wall of silence/ van Lauence Marks en Maurice Gram.
Regie: Philip Saville; met: Warren Mitchell en Timothy Busfield.
Krantenartikel: ‘Omstreden echtpaar in Israël blijft bij elkaar’. 04/03 ‘98, Trouw.
" : ‘Rabbijnen eisen dat man van zijn verkrachte vrouw scheidt’. 26/02 ’98, Trouw.

REACTIES

A.

A.

Waarom heeft dit maar 5.2? Ik vind het eigenlijk wel een hoger cijfer waard!

10 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.