Misschien denk je dat de computer een moderne uitvinding is. Nou, dat is dus helemaal niet zo. De computer is al 358 jaar oud! Daar sta je van te kijken, hè? Veel mensen denken dat de computer ongeveer twintig jaar geleden is uitgevonden. Toen verkocht computerbedrijf IBM haar eerste pc's. Pc staat voor personal computer. Dat betekent dat die computer gewoon op een bureau kan staan. Dus computers voor thuis en voor op kantoor. (zie plaatje 1) Vóór die tijd waren computers heel groot en heel duur. Alleen grote bedrijven en universiteiten hadden zulke supercomputers.
Wat was dan wel de allereerste computer? Dat was de Pascaline. Die werd in 1642 bedacht door de Fransman Blaise Pascal. (zie plaatje 2) Het ding was bedoeld als hulpje voor de vader van Blaise, die bij de belasting werkte. Op de Pascaline kon je nog geen spelletjes spelen. Je kon er zelfs geen tekst mee typen! Eigenlijk kon het apparaat maar één ding: optellen. En met een beetje moeite kon Blaise Pascal het apparaat zo veranderen dat je ook getallen van elkaar kon aftrekken. Maar meer kreeg de Pascaline niet voor elkaar! Dat was toch gewoon een simpele rekenmachine, denk je misschien. Inderdaad, de Pascaline was een rekenmachine. Maar de moderne computer is dat ook! Op het beeldscherm van een computer kun je wel tekst en spelletjes zien, maar in het binnenste van de computer werkt alles met getallen. Een computer kan eigenlijk alleen maar optellen, hoe raar dat ook lijkt. Niet voor niets heet het ding een computer: dat komt van het Engelse to compute. En dat betekent: rekenen. Een computer is dus eigenlijk een rekenaar.
Veel mensen hebben een hekel aan rekenen. En ook aan werk dat steeds opnieuw moet worden gedaan. Daarom bedenken mensen apparaten, om dat soort klusjes makkelijker te maken: - Iets meer dan 300 jaar geleden (in 1675) bedacht de Duitser Von Leibniz een rekenmachine die al wat méér kon dan die van Blaise Pascal. - Joseph Jacquard bouwde ruim 100 jaar daarna (in 1801) een weefgetouw dat automatisch werkte: met ponskaarten. Dat zijn kaarten met een heleboel gaatjes erin. Draai-orgels werken hetzelfde. Kijk maar eens goed als je er eentje ziet: de muziek staat op een lange rits kartonnen kaarten. Er zitten allemaal gaatjes in. Die gaatjes zorgen ervoor dat het draai-orgel op het juist moment de juiste toon speelt. En met het goede instrument! Zo werkte dat weefgetouw ook. Zulke ponskaarten waren ook best handig om andere informatie op te bewaren. - Het duurde dan ook niet lang (20 jaar) voordat de Engelsman Charles Babbage een ponskaart-rekenmachine had uitgevonden. (zie plaatje 3 en 4) - De Amerikaan Herman Hollerith gebruikte in 1880 (ruim 100 jaar terug) een ponskaarten-lezer om de resultaten van een volks-telling te verwerken. Later richtte hij de International Business Machines Corporation op. Die naam ken je nu als de computerfirma IBM!
Al deze uitvindingen waren rekenhulpen en automaten. Ze konden alleen maar dat doen waar ze voor waren gemaakt. In 1936 beschreef de Engelsman Alan Turing hoe een échte computer zou moeten werken. Niet om één soort probleem op te lossen. Deze computer zou ook nieuwe dingen kunnen leren: de machine kon je programmeren. Alan Turing dacht dat hij zo'n computer wel zou kunnen bouwen met tandwielen! De allereerste echte computer werd gebouwd in 1939, ongeveer 60 jaar geleden, door John Atanasoff en zijn assistent Clifford Berry. Zij noemden het apparaat: ABC, van Atanasoff-Berry Computer. Zij gebruikten geen tandwielen. Ze hadden als eersten bedacht dat elektronische onderdelen handiger waren. Een paar jaar later bouwde de Britse regering de computer Colossus. Dat was in de Tweede Wereldoorlog, en Colossus was speciaal bedoeld om geheime berichten van het Duitse leger te vertalen. Een heel beroemde computer heette ENIAC (afkorting van Electronic Numerical Integrator and Computer). Die werd in 1946 gebouwd voor het Amerikaanse ministerie van Defensie. Deze computer was 2 1/2 meter hoog en 24 meter lang! En heel lastig te bedienen: je programmeerde het apparaat door kabeltjes op een stekkerbord te steken. (zie plaatje 5)
De uitvinding van de transistor (in 1948) en van de micro-chip waren heel belangrijk. Hiermee kon de computer steeds kleiner, sneller en goedkoper worden. In 1981 verkocht de firma IBM de eerste IBM pc's. En toen waren computers niet meer weg te denken uit onze wereld.
Een computer is een maf ding. Hij lijkt super-slim, maar eigenlijk kan hij alleen maar enen en nullen optellen. Maar als een computer alleen maar enen en nullen kan optellen... hoe kan hij dan tekst, plaatjes, filmpjes en spelletjes op je beeldscherm laten zien? Het lijkt ingewikkeld. Maar eigenlijk is het best makkelijk. Heb je wel eens je zaklantaarn gebruikt om iemand een boodschap te sturen? Je maakt korte en lange lichtflitsjes. Morse-code heet dat. Bijvoorbeeld: één korte en daarna één lange flits is een A. Eén lange flits en daarna drie korte betekent B. Zo heeft elke letter van het Morse-alfabet een code. Eigenlijk stuur je iemand dus codes van lichtflitsjes.
Nou, dat is ongeveer hetzelfde als wat in de computer gebeurt. Computertaal zit vol enen en nullen. Met 1-0-codes kan hij alles onthouden: letters, getallen, kleuren, vormen, noem maar op. De letter A heeft bijvoorbeeld de code 0-1-0-0-0-0-0-1. En de letter B onthoudt de computer met de code 0-1-0-0-0-0-1-0. Als jij dus een leuk filmpje op je computer bekijkt, dan is de computer als een gek enen en nullen aan het bekijken!
Als je iets over computers leest, kom je vaak woorden als bits, bytes en mega-bytes tegen. Maar wat zijn dat eigenlijk? In het brein van de computer zitten alleen maar enen en nullen. Elk nulletje of eentje heet: bit. De letter A onthoudt de computer met 0-1-0-0-0-0-0-1. Tel de enen en nullen maar na... dat zijn dus acht bits!
De computer gebruikt heel veel codes van acht bits. Elke letter uit het alfabet heeft bijvoorbeeld een code van acht bits. Voor die codes van acht bits hebben ze een apart woord bedacht: een byte. Eén byte is dus hetzelfde als acht bits!
Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
L.
L.
erg cool!
20 jaar geleden
AntwoordenH.
H.
he gaaf werkstuk hihihihihihihhihihihihihii
19 jaar geleden
AntwoordenX.
X.
goeie werkstuk.maar jammer dat je het niet in hoofdstukken heeft verdeeld.jammeeeeeeeeeer!
18 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
Cool werkstuk!!
12 jaar geleden
Antwoorden:.
:.
Waar zijn de plaatjes??
verder een erg goed werkstuk!!
12 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
goede sait
12 jaar geleden
AntwoordenB.
B.
me vriend en ik hadden ook een keer een spreekbeurt gedaan en hij had het begin geprint screen en nu ik het lees dagt ik hij heeft het dus helemaal niet zelf bedagt zoals hij zij
11 jaar geleden
Antwoorden..
..
hoe heet die vriend van jou???
11 jaar geleden
AntwoordenB.
B.
Omar
11 jaar geleden
Antwoorden..
..
ik ken hem!!!!
11 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
Wow heel goed werkstuk! Ik gebruik hem ook voorde mijne. Hier haal ik dus al mijn tekst vandaan. Alleen dan wel eenbeetje aangepast hé :D
10 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Wow heel goed werkstuk! Ik gebruik hem ook voorde mijne. Hier haal ik dus al mijn tekst vandaan. Alleen dan wel eenbeetje aangepast hé :D
10 jaar geleden
Antwoorden;.
;.
goed werkstuk er zijn alleen geen plaatjes!
10 jaar geleden
Antwoorden