Biografie
Vasco da Gama was een Portugese zeeman en tevens de eerste Europeaan die via de zee naar India reisde. Hij opende de zeeroute tussen het oosten en het westen
Da Gama werd in 1460 in Sines, halverwege Lissabon geboren. Met zijn twee oudere broers vormde Vasco de zevende generatie van een familie met een trotse militaire traditie. Ze stamden af van ene Alvaro Annes da Gama, die in 1238 de Moren uit Algarve had helpen verdrijven. Vasco’s vader Estevão was burgerlijk gouverneur van Sines geweest, en Vasco zelf had zich tijdens het bewind van João II in de oorlog van 1483 tegen Castilië onderscheiden. Zijn talenten lagen niet alleen op militair terrein, hij had zich de veelbelovende moderne zeevaartkunde eigen gemaakt en sterrenkunde gestudeerd; waarschijnlijk had hij dit gedaan bij Abraham Zacuto ben Samuel, de joodse geleerde die hofastronoom van João II was.
Da Gama was een moeilijke figuur – arrogant en soms wreed. Zo had hij eens informatie van een gevangene losgekregen door hem kokende olie op de buik te gieten. Maar evenzeer was zijn medelijden gemakkelijk te wekken. Hij had een onverwoestbare genegenheid voor zijn broer Paulo en gaf zijn mensen een eerlijke behandeling. Toen hij van hen eiste dat ze zich bekwaamden in het timmeren, touwslaan en smeden – om ver van huis beter uit de voeten te kunnen – verhoogde hij hun loon van vijf crusado’s per maand tot zeven. Zijn belangrijkste eigenschap was dat hij vastberadenheid paarde aan een levendig intellect, wat hem uitstekend van pas zou komen op de reis die hij voor de boeg had. Vasco da Gama stierf in 1528.
De ontdekkingsreizen van Vasco da Gama.
Vasco da Gama heeft eigenlijk maar één (grote) ontdekkingsreis gemaakt.
De vloot ging in juli 1497 onder zeil vanuit Lissabon, en bestond uit vier schepen, uitgerust met een aangepaste tuigage: de latijnzeilen (driehoekig) waren vervangen of samengevoegd met een systeem van vierkante zeilen die beter geschikt waren voor het zeilen op hoge zeeën. De ervaring van Dias had geleerd dat de beste routes op open zee lagen in plaats van langs de kust. Da Gama verliet de Kaap Verdische eilanden begin augustus, richting pal Zuid; in de streek van de Steenbokskeerkring wendde hij de steven naar het Oosten tot hij in het zicht van land kwam. Drie maanden ging de vloot voor anker in de baai van St. Helena, ongeveer 200 km ten noorden van Kaap de Goede Hoop: da Gama had de langste oversteek dan welke Europese zeevaarder ook over de oceaan gemaakt (minstens een derde langer dan de reis van Columbus) en vestigde een nieuwe route naar de Indische Oceaan.
Afrika, tot dan toe in het centrum van de belangstelling der ontdekkers, begon nu een hindernis naar Indië te worden. Na de Kaap gerond te hebben, bleef da Gama in de nabijheid van de kust van Zuid-Afrika, tot aan de Grote Vis rivier, en volgde de route die Dias had gevonden. Op 25 december, in onbekende wateren, kwamen ze bij de steile kliffen van Pondoland, dat zij Terra do Natal noemden, de naam die nu nog steeds bestaat. Terwijl ze verder gingen naar het noorden, kreeg het landschap een toenemend tropisch karakter: da Gama en zijn manschappen stonden op het punt het Arabische Handelsimperium binnen te dringen.
Dorpen met lemen hutten gingen over naar uit steen opgetrokken steden, waarvan havens vol lagen met schepen vanuit de verste hoeken van de Indische Oceaan. Da Gama stopte eerst in Mozambique en vervolgens in Mombassa waar hij een vijandige ontvangst kreeg. Maar gelukkig voor hen, bood het nabijgelegen Malindi hulp en gastvrijheid. De plaatselijke sultan voorzag da Gama van voedsel en water, het belangrijkste, van een loods die bekend was met het voorkomen van de heersende winden. Gebruik makend van de voorjaarswind, bereikte de kleine vloot de Malabar kust in het zuiden van Indië binnen 27 dagen (dat was eind mei 1498). De Portugezen lieten hun ankers vallen bij de stad Calicut (nu Koshikode) en enkele dagen later werd da Gama uitgenodigd om zich voor te stellen aan Zamorin, de plaatselijke vorst. De aanvankelijke contacten waren vriendelijk.
De markt van Calicut was goed voorzien van specerijen en andere in Europa zeer kostbare zaken, maar de Portugezen waren niet in staat om met succes te ruilen, omdat ze geen geschikte ruilwaren hadden en deels door de vijandige sfeer rondom hen. Na drie maanden van mislukte pogingen, besloot da Gama om Calicut te verlaten en terug koers naar Portugal te zetten.
De terugreis, met wind tegen, werd moeizaam volbracht. Het nam niet minder dan drie maanden tijd om de kust van Afrika te bereiken. De bemanning was uitgeput en de een na de ander bezweek aan scheurbuik. Toen da Gama eindelijk in de zomer van 1499 terug aankwam in Portugal had hij twee schepen en de helft van zijn bemanning verloren. Vanuit zakelijk gezichtspunt was de expeditie een mislukking: geen goud en geen specerijen behalve een handjevol peperkorrels en kruidnagelen. Maar uiteindelijk hadden ze Indië toch bereikt en dat werd als een triomf beschouwd.
Welke motieven had hij en wie gaf hem de opdracht voor het maken van de reis?
Dit is een brief van de Portugese koning Manuël I aan het Spaanse koningspaar Ferdinand en Isabella over het succes van de eerste reis van Vasco da Gama.
“Allerhoogste verheven Prins en Prinses...”
“Uwe Hoogheden weten reeds dat wij aan onze edelman Vasco da Gama en zijn broer Paulo da Gama de opdracht hebben gegeven met vier schepen uit te varen voor een ontdekkingsreis en dat sedert hun vertrek nu twee jaar verstreken zijn.
En daar de voornaamste reden voor deze onderneming evenals die van onze voorgangers was de dienst van de Heer onze God en ons eigen voordeel, heeft het Hem behaagd om de reis te bespoedigen. Door een der kapiteins hebben wij nu bericht ontvangen dat zij India hebben bereikt en het evenals andere naburige koninkrijken verkennen: dat zij op hun reis grote steden, grote bouwwerken en rivieren hebben aangetroffen en grote bevolkingen, door wie de gehele handel in specerijen en edelstenen wordt bedreven - welke goederen per schip worden vervoerd naar Mekka en vandaar naar Cairo, waarvandaan zij worden verspreid over de gehele wereld. Zij hebben hiervan een hoeveelheid meegebracht, waaronder kruidnagel, kaneel, gember, nootmuskaat en peper alsook andere soorten.
Bovendien hopen wij, met de hulp van God dat de grote handel die nu de Moren van die landen rijk maakt, thans door onze maatregelen ten goede zal komen aan de bevolking van ons eigen koninkrijk, zodat voortaan het hele christendom in dit deel van Europa, deze specerijen en edelstenen in ruime mate ter beschikking zal hebben. Dit zal, met de hulp van God, onze plannen en inspanningen ten goede komen (vooral wat betreft) de oorlog tegen de Moren… .”
In januari 1497 koos Koning Manuël I van Portugal Vasco da Gama uit om een expeditie te leidden om een zeeroute naar Indië te vinden. Vasco's vader was eigenlijk gekozen, maar die overleed voordat de reis onderweg was. En omdat Vasco da Gama al bekend stond als een zeer goede zeeman en krijger werd hij gevraagd de expeditie te leiden.
Vasco da Gama wilde de eerste zijn die een handelsroute naar Indië vond over zee. Bij zijn aankomst had hij wat peper, kaneel, gember en edelstenen bij. De verkoop van zijn lading leverde hem 60 maal de kostprijs van de expeditie op en hij werd een rijk man. De koning van Portugal gaf hem 1000 goudstukken per jaar en maakte van hem de baas van de stad Calicut en onderkoning van Indië.
De gevolgen van de reis voor de kennis van de aarde:
Vasco da Gama had de zee gekozen om de vaarweg in het oosten te verkennen, waartoe een aantal van zijn landgenoten al een poging gewaagd had. Na zijn afvaart uit Lissabon in juli van het jaar 1497 volgt da Gama de Atlantische Oceaan naar het zuiden en rondt de Kaap de Goede Hoop. Noordwaarts verkent hij de kusten van Afrika en steekt vervolgens over naar Oost-Indië. Door zijn toedoen verwerft Portugal de heerschappij op de Indische Oceaan en da Gama legt daarmee de basis voor een imperium dat zich zal uitstrekken over de hele Stille Zuidzee tot aan de Specerij Eilanden of de Molukken.
De gevolgen van de reis voor de Europese bevolking:
Toen da Gama in 1499 terugkeerde was de prijs van peper in Venetië – de Europese markt voor deze kruiderij – sinds 1495 bijna verdubbeld. Al had da Gama maar een handjevol specerijen meegebracht, hij kwam daarbij ook met het nieuws aanzetten de centenaar peper die in Venetië 80 dukaten kostte, in Calicut voor de tegenwaarde van 3 dukaten te koop was. Bij zo’n handelsmarge – en met vergelijkbare marges voor kaneel, kruidnagelen, nootmuskaat, zijde, goud en edelstenen – loonde de reis naar Indië ondanks haar monumentale kosten kennelijk de moeite. De Venetianen, die het druk hadden met de bestrijding van het naar het westen oprukkende Turkse rijk, besteedden nauwelijks aandacht aan de Portugese prestatie. Het enige werkelijke obstakel was de vijandigheid van de moslims, die oudere aanspraken hadden op de specerijen, edelstenen en het goud waarop Portugal zijn zinnen had gezet. Voor de Portugese monarchie werd het nu een kwestie van uitschakeling van de greep die de moslims op deze handel hadden. Daar begon Portugal dan ook aan.
Binnen een half jaar na da Gama’s triomftocht door Lissabon stond er een tweede expeditie op uitvaren – ditmaal een massale armada van dertien bodems die twaalfhonderd man vervoerden, waaronder beroepssoldaten. Het bevel berustte bij Pedro Alvares Cabral, een tweeëndertigjarige edelman, vermoedelijk zonder ervaring in de zeevaart maar met familierelaties aan het hof.
De gevolgen van de reis voor de inheemse/plaatselijke bevolking:
Vasco da Gama hield ook halt aan verschillende delen van de Afrikaanse kust. Toen hij net Kaap de Goede Hoop had gerond ging hij voor anker in een gebied waar de mensen hem vriendelijk onthaalden, dat land noemde hij “het Land van de Goede Mensen.” Spoedig legde hij contacten met de muzelmanse (moslim) bevolking langs de kust die blijk gaf van een hoge beschaving. Dat land noemde hij “het Land van de Goede Voortekenen.”
Toen Vasco da Gama de zamorin voor de eerste keer ontmoette, was hij nog vrij vriendelijk, hij ruilde met de Portugezen maar liet niet merken of hij opgetogen was met de ruilwaren of niet. Een paar weken later was het de islamitische kooplieden gelukt om de zamorin tegen de Portugezen op te zetten, d.w.z. dat de ontvangst van de Portugezen steeds koeler en koeler werd. Na drie maanden was da Gama het uiteindelijk beu en besloot hij Indië te verlaten. Toen ze Calicut verlieten, schoten de Portugezen nog kanonsalvo’s af, als blijk van hun ongenoegen. Ze lieten een verwoest Calicut met vele doden achter.
Toen de Zamorin hoorde dat er weer een Portugees (Cabral) hem wou ontmoeten, was hij zeer wantrouwig. Hij was namelijk Vasco da Gama en zijn dodelijke afscheid nog niet vergeten, maar de volgende ontmoetingen liepen goed af.
Bibliografie
Boeken
Atlas van de ONTDEKKINGSREIZEN van Shona Grimbly
De ontdekkingsreizigers van Timelife Boeken
Over onbekende zeeën van Mariano Cuesta Domingo
Onbekende zeeën van Etiënne Taillemite
De grote ontdekkingsreizen van Paolo Novaresio
Websites
http://users.skynet.be/historia/manuel.html
http://www.edu.amsterdam.nl/flevopark/Geschiedenis/index_eur_ontdekkingsreizen.htm
http://nl.wikipedia.org/wiki/Vasco_da_Gama
http://mediatheek.thinkquest.nl/~ll069/dutch/index.php3?subject=voyages/asia/portugal/dagama
REACTIES
1 seconde geleden
L.
L.
hey dit is niet zoon leuk reactie van jouw john, ik dacht dat je anders was dan de rest, ik ben teleurgesteld. ik hoop dat je je gedrag gaat veranderen, we kunnen dit niet gebruiken op deze prachtige said
10 jaar geleden
AntwoordenD.
D.
best intressant trouwens ik heb daar een spreekbeurt over
ik, ben blij dat er zo-een websites bestaan!!!
9 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
dat is niet waar
6 jaar geleden
D.
D.
SAAI
7 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
jullie zijn allemaal stom mensen
6 jaar geleden
Antwoorden