Sovjet Unie

Beoordeling 5.2
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 6e klas aso | 7359 woorden
  • 9 januari 2003
  • 59 keer beoordeeld
Cijfer 5.2
59 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Pluspunten tsarenrijk:
· grootste bevolking
· een zesde van het aardoppervlak
· bodemschatten
· grootste graanleverancier
· drukte een stempel op de Europese cultuur
Zwakke punten tsarenrijk:
· Russen vormden slechts 43% van de bevolking
· Economie; de industrialisatie verliep traag en de steden lagen geïsoleerd
· Autocratie (alleenheerschappij), berustte op de kerk, de bureaucratie en de veiligheidsdiensten. De adel was de heersende klasse. Kritiek hierop werd in de kiem gesmoord.
Februari 1917
In WO1 werd de zwakte van het tsarenrijk duidelijk. Het leger raakte door vele nederlagen gedemotiveerd en in de steden groeide de verbittering over de toenemende schaarste. Tsaar Nicolaas 2 stond onder druk zijn macht te delen met de Doema (parlement). Daar volgde in februari 1917 de Russische revolutie op. Na een hongeroproer vormde de Doema een Voorlopige Regering, terwijl arbeiders en soldaten een eigen Sovjet (raad) kozen. De tsaar trad af en het werd onduidelijk wie de macht had. Er waren twee regeringen; de Voorlopige Regering en de Peterburgse sovjet, die de lagere klassen vertegenwoordigde. Intussen groeide de nood in de steden doordat de voedselaanvoer stilviel.

Oktoberrevolutie

Lenin was de grondlegger en aanvoerder van he! t Bolsjewisme. De Bolsjewieken hadden tot de terugkeer van Lenin achter de Voorlopige Regering gestaan. Lenin was het niet eens met de samenwerking met de bourgeoisie, eiste dat alle macht aan de sovjets kwam en:
· onmiddellijke beëindiging oorlog
· verbetering voedselsituatie
· verdeling van het grootgrondbezit onder de boeren
Met deze eisen bevorderde hij de desertie. Door de steeds verslechterende omstandigheden van de bevolking groeide de populariteit van de Bolsjewieken. Op 25 oktober pleegden de Bolsjewieken een staatsgreep en grepen de macht. Binnen enkele maanden sloten ze een wapenstilstand met Duitsland en lieten ze het volk een grondwetgevende vergadering kiezen. Zij haalden hierbij zelf maar een kwart van de stemmen en dus kwam er een einde aan de kortstondige democratie.

§1.2

Karl Marx bestudeerde de geschiedenis en werking van het kapitalisme. Volgens hem zou er een klassenstrijd ontstaan, die zou worden gewonnen door de arbeidersklasse (talrijker). De overwinning van het proletariaat (bezitloze) zou de ondergang van het kapitalisme en de bourgeoisie betekenen. Er zou een klassenloze maatschappij ontstaan, waarin de productiemiddelen in handen waren van de gemeenschap.

Mensjewieken

· Socialisten moesten bourgeoisie aan de macht helpen. Zij waren nodig voor de opbouw van een liberale democratie en een kapitalistische economie. Socialisme kwam pas na een lange tijd.

Bolsjewieken

· Zo snel mogelijk een socialistische revolutie. De voorwaarden voor een socialistische samenleving waren niet in Rusland aanwezig, dus moest de Russische revolutie het sein voor de wereld revolutie zijn. Met steun van ontwikkelde industrielanden zou Rusland sneller kunnen industrialiseren.
· Volgens Lenin was dit alleen mogelijk onder een strakke dictatoriale leiding. Hij accepteerde geen afwijkende standpunten van het Marxisme. Ze noemden zich voortaan communisten in plaats van sociaal-democraten.
De Bolsjewieken hadden na de Oktoberrevolutie maar een deel van het land onder controle. In 1918 brak er een burgeroorlog uit waarin de Bolsjewieken het op moesten nemen tegen de ‘witte’ generaals die de monarchie wilden herstellen. De Bolsjewieken hadden echter nog veel meer vijanden en ze kregen ook nog te maken met boerenopstanden. Toch kreeg het ‘Rode’ leger de overhand. Vanaf 1922 heette de communistische staat de Sovjetunie. De Communistische Partij bezetten geleidelijk alle posities die van belang waren.

Rode terreur:
het vermoorden van vele vijanden van het volk.

Het doel van de communisten was een samenleving waarin de mensen als gelijken in harmonie en welvaart zouden samenleven. Ze dede! n dit door:
· wettelijke gelijkberechting van man en vrouw
· grote bedrijven te nationaliseren
· arbeiders aan strenge discipline te onderwerpen
· alle vrije handel werd verboden
· boeren werden verplicht hun overschotten aan het leger en de steden af te dragen
Door het instellen van een voedseldetachement (afzonderlijke afdeling soldaten) ontstonden boerenopstanden en hongersnood op het platteland. Toen ook de matrozen en arbeiders in opstand kwamen, ging Lenin in 1921 over op de Nieuwe Economische Politiek (NEP). Dit hield in dat de industrie en de banken in handen van de staat bleven, maar dat de boeren de vrije hand kregen en overschotten mochten verkopen op de vrije markt.

§1.3

Na de invoering van de NEP herstelde de economie zich snel. Hier kwam een eind aan toen Lenin in 1924 overleed, een de toekomst van de NEP op het spel kwam te staan. Radicale communisten als Trotski wilden er zo snel mogelijk vanaf. Zij vonden dat de boeren er teveel van profiteerden. Rusland moest van een agrarische in een industriële samenleving veranderen, anders zou het socialisme verloren zijn. Gematigde communisten als Boecharin waren minder negatief. Zij vonden dat een welvarende boerenstand de basis kon leggen voor een geleidelijke industrialisatie. Uiteindelijk werd het debat over de NEP door Stalin gewonnen.

Jozef Stalin

Onderscheidde zich van Lenin en andere Bolsjewieken door zijn proletarische afkomst. Hij viel op door zijn ruwheid en was wreed, achterdochtig en wraakzuchtig. Hij bewonderde Lenin en Lenin waardeerde Stalin. Lenin zag voordat hij overleed dat Stalins ruwheid ook gevaarlijk was. In een ‘testament’! riep hij op hem af te zetten als secretaris-generaal van de partij. Maar Stalin wist het testament geheim te houden en bouwde zijn macht verder uit. Als secretaris-generaal;
· zette hij op veel posities volgelingen neer
· speelde zijn concurrenten tegen elkaar uit
· koos hij in het debat over de NEP eerst voor de gematigden, om later Trotski uit te schakelen
Hierna brak Stalin met de NEP en besloot tot ‘een tweede revolutie’. Boeren werden gedwongen zich aan te sluiten bij collectieve boerderijen en overal werden industriële complexen gebouwd. Deze Grote Doorbraak moest een eind maken aan de zelfstandige boerenstand en Rusland snel het industriële tijdperk binnenloodsen.

Motieven voor Stalins hervormingen:

· Machtsstrijd in de partij, hij werd absoluut leider.
· Communisten voelden zich bedreigd door de overweldigende boerenmassa.
· Wantrouwen, ze waren omsingeld door kapitalistische staten die de Sovjetunie zouden vernietigen zodra het kon. Dit wantrouwen werd gevoed door de steun die deze landen de Witten hadden gegeven in de burgeroorlog en de vredesregelingen die na WO1 waren getroffen.
Stalin was ervan overtuigd dat het Rode Leger moest worden versterkt door de Sovjetunie te industrialiseren. Het moest alles doen om de achterstand in te halen. Hiermee speelde Stalin in op de nationalistische gevoelens in Rusland. Het werd hem duidelijk dat de industrialisatie niet van onderop kwam, zoals Lenin wilde:
· Herstel van de industrie was te danken aan de wederopbouw van oude bedrijven.
· Weinig vernieuwing.
· Platteland gaf geen impulsen
· Door overvloedige agrarische productie had Rusland zijn rol als graanexporteur weer op kunnen pakken, zodat het in het buitenland machines had kunnen kopen. Maar dit gebeurde niet.
· Met de winsten hadden de boeren ook Russische industrieproducten kunnen kopen, maar dat deden ze niet.
Dit gebeurde niet omdat de boeren hun voorraden achterhielden omdat de staat te lage prijzen bood en ze voor het geld toch weinig goede producten konden kopen. De NEP raakte helemaal in een crisis toen de graanoogst tegenviel in 1927. In plaats van de boeren een hogere graanprijs te betalen vormde de overheid graandetachementen. Er braken weer opstanden uit en de voedselsituatie verslechterde nog meer. Stalin stelde vast dat de klassenvijand de strijd verhevigd had.

§1.4
Welke politieke orde had de Sovjetunie volgens Stalin nodig?

· Macht moest in handen van één partij onder leiding van één persoon, hijzelf.
· In een klassenloze industriële samenleving die hij nastreefde bestonden geen tegenstrijdige belangen en dus was het niet nodig dat er meer partijen waren.
· Alle macht moest in zijn handen liggen, omdat de Sovjetunie was omringd door vijanden.
· De Sovjetunie moest volkomen eensgezind aan de toekomst werken, om een sterke militaire mogendheid te worden.
· Binnen tien jaar moest de Sovjetunie veranderen in een moderne industriële natie om te kunnen overleven.
Een centraal economisch instituut, het Gosplan, legde in vijfjarenplannen vast welke doelen bereikt moesten worden. Zo ontstond een commando-economie, waarin het uiterste van de bevolking geëist werd.

Eerste vijfjarenplan In 1928 ontwierp het Gosplan het eerste vijfjarenplan, dat een spectaculaire groei van de industriële productie tot doel had. Het ging Stalin niet snel genoeg en hij liet een jaar later een nieuwe versie maken. In 1933 zette hij het tweede plan in werking. De streefcijfers werden, anders dan beweerd, niet gehaald, maar toch beleefde de Sovjetunie een ongekend hoge economische groei in de jaren dertig. In de vijfjarenplannen lag de nadruk op de zware industrie, de energiewinning, de bewapening en de infrastructuur. Dit gebeurde met een massale inzet van arbeidskrachten. Zo werd Stalins doel om in tien jaar een stevige! basis voor een industriële samenleving te leggen, inderdaad verwezenlijkt. De stedelijke bevolking was enorm gegroeid en uit het niets waren industriesteden opgebouwd.
Toch was het geen onverdeeld succes.
· Het accent lag op de productiecijfers en niet op kwaliteit en kosten.
· Het productieproces kenmerkte zich dan ook door verspilling van kapitaal, natuur en arbeid.
· Door ongevallen, uitputting, ondervoeding en kou vielen veel doden.
· De producten waren belabberd.

§2.1
Collectivisme:
een economisch stelsel dat de productiemiddelen tot een gemeenschappelijk eigendom wil maken.

Met de afschaffing van de particuliere landbouw wilde Stalin twee doelen bereiken:
· Industrialisatie Þ Communisten dachten dat collectivisatie de productiviteit van de landbouw zou verhogen. Het samenvoegen van bedrijfjes zou leiden tot grotere efficiency. Stalin wilde een gemechaniseerde landbouw waarbij de staat het kapitaal verschafte.
· Afrekenen met de klassenvijand Þ Stalin dacht dat hij de boeren wel tegen de kleine groep vijanden op het platteland kon opzetten. De arme boeren zouden zich dan vrijwillig aansluiten bij een Kolchoz (collectieve boerderij).
In 1929 eiste Stalin volledige liquidatie van de koelakken (rijke grootgrondbezitters) als sociale klasse. Ze werden van hun land gehaald, de meest actieven moesten in werkkampen en werden bij verzet geëxecuteerd. De rest moest naar een afgelegen gebied worden gedeporteerd. Door kleine sociale verschillen op het platteland lukte het niet het landbouwproletariaat tegen de koelakken op te zetten en het liep uit op een oorlog tegen het platteland. Toch lukte het de communistische economie om zich te vestigen op het platteland. Het grootste deel van de boeren was aangesloten bij een kolchoz, de rest bij sovchozen (grote staatsboerderijen).

Waarom lukte het de communisten nu wel de boeren hun wil op te leggen, en voor 1928 niet?
H! et platteland was veel minder weerbaar dan in de burgeroorlog. Toen hadden ze nog wapens uit WO1. Ze waren nu onvoorbereid en werden overrompeld door de brigades van de partij. Veel boeren moesten hun bedrijf opgeven omdat ze niet meer konden voldoen aan de opgelegde belastingen en vorderingen.
Ze werden gedwongen ‘vrijwillig’ bij een kolchoz te gaan. De brigades pakten intussen de koelakken en roofden en plunderden alles. Dit leidde in 1930 tot veel opstanden, rellen en massademonstraties. Stalin schrok hiervan en staakte het communistische offensief (aanval). Maar zodra het verzet was afgenomen werd de collectivisatie hervat. Boeren werden afgevoerd naar afgelegen gebieden en velen stierven van de kou. Ook werd veel boeren dwangarbeid opgelegd. Dit was het ontstaan van de Goelag-archipel; het stelsel van kampen waar gevangenen een vorm van slavenarbeid verrichtten.

Hongersnood Oekraïne

De boeren in de Oekraïne hadden een nog groter de! el van de oogst moeten afstaan dan elders in het land. Stalin verhoogde die eisen in 1932 en ieder die zich er niet aan hield moest worden gedeporteerd. Hongerige boeren vluchtten van het platteland, maar werden tegengehouden door de staatsveiligheidsdienst. Stalin wilde op deze manier het verzet tegen de collectivisatie breken en hij wilde het Oekraïense nationalisme onderdrukken. De boeren staakten het verzet en Stalin won de klassenoorlog op gruwelijke wijze.

§2.2

De sovjetpropaganda schetste een rooskleurig beeld van het gecollectiviseerde plattenland aan de buitenwereld. In werkelijkheid was het anders. Dorpen waren vernietigd, kerken verwoest, christelijke feestdagen mochten niet meer gevierd worden en veel inwoners waren afgevoerd of vermoord. Mensen die waren gebleven werd het leven enorm zuur gemaakt. Dit waren voornamelijk vrouwen en zij deden het zwaarste slechtst betaalde werk op het land en in stallen. Mannen kregen de betere functies.

Het bestuur

Een kolchozvoorzitter moest aanwijzingen volgen van het machine- en tractorstation. Ze waren ondergeschikt aan hogere functionarissen (regionale partijsecretaris) en gevolmachtigden (controleurs). Voor alle werkzaamheden waren inspecteurs. Deze moderne vorm van horigheid ging iedere vorm van eigen initiatief aan. Wie binnen de Sovjet-Unie wilde reizen moest een binnenlands paspoort hebben, boeren hadden deze uiteraard niet.

Het! plan

Alles en iedereen was ondergeschikt aan het plan waarin stond beschreven wat er allemaal moest worden gedaan op de kolchoz en wat er moest worden geproduceerd. Door alle leveringen aan de staat en de machine- en tractorstations waren de boeren arm en hongerig. Hun loon werd namelijk uitbetaald in natura. Aan veel goederen was een gebrek. Ook de staat profiteerde nauwelijks van de collectivisatie. De veestapel bleef onder het niveau van de late jaren twintig en de graanproductie nam wel toe maar bleef achter bij de verwachting. De collectieve landbouw was niet erg efficiënt en de productiviteit was laag. Dit kwam doordat:
· Er een gebrek aan zaaigoed en machines was.
· Er veel tijd verloren ging met de ideologische scholing
· De plattelandsbevolking door de onderdrukking weinig deed, want een hogere opbrengst zou tot hogere eisen leiden.
Ook richtte het plan de natuur veel schade aan. Door de hoge eisen raakte de grond uitgeput.
Niet alles verdween onder de greep van de communisten op het platteland. Doordat de dorpelingen bij elkaar n de kolchoz zaten bleef er een deel van het gemeenschapsgevoel bestaan. Ze voelden zich niet verbonden met de Sovjet-Unie en hielden vast aan oude waarden en normen. Ook het zelfstandig ondernemerschap verdween niet helemaal.
Door het voedseltekort bepaalde Stalin in 1935 dat kolchozboeren een lapje grond en wat vee rond hun huis mochten houden. Hij hief er wel een hoge belasting over, maar wat er overbleef mochten de boeren verhandelen. Hoewel de boeren maar weinig tijd hadden om op de grond te werken en de grond maar 3% van de landbouwgrond bestreek, zorgde het voor meer dan de helft van de agrarische productie in de Sovjet-Unie. Dit was voor Stalin een doorn in het oog, maar men kon er niet zonder.
§2.3
De alleenheerschappij van Stalin
Met de moord op Trotski had Stalin zich van zijn laatste en ergste vijand ontdaan. Hoe heeft hij de macht in handen gekregen?
· Door de gebruikmaking van de strakke hiërarchische organisatie van de partij. Volgens het principe van het democratisch-centralisme moest ieder partijlid zich onvoorwaardelijk bij de besluiten van de meerderheid neerleggen.
· Doordat Stalin secretaris-generaal van het partijsecretaat was, stelde hij alle partijorganen samen. De partij werd geleid door het Politbureau,dit waren leden die afkomstig waren uit het Centraal Comité, wat werd gekozen uit het Partijcongres.
In 1929 was Stalin uitgegroeid tot alleenheerser. Stalin wist dat velen niet blij met hem waren en besloot alles te richten op de uitschakeling van ieder die hij verdacht van een zelfstandig oordeel. Met dit doel reorganiseerde hij de staatsveiligheidsdienst. Alles werd door Stalin gecontroleerd.

De grote terreur

In 1935 werden duizenden partijleden opgepakt die ooit iets te maken hadden gehad met de vroegere oppositie tegen Stalin. Het ging Stalin niet ver genoeg en daarom benoemde hij in 1936 Nikolei Jezjov tot hoofd van de NKVD (ministerie van binnenlandse zaken). Hij was fanatiek en bracht de terreur op een hoog niveau. Hij stelde voor elk district streefcijfers op voor het aantal arrestaties, depo! rtaties en executies. Deze werden door ijverige functionarissen ruim overschreden.
Iedereen kon zomaar van de straat worden geplukt zonder reden. Om zich veilig te stellen deden velen mee aan verdachtmakingen. Stalin werd gedreven door extreme achterdocht, toch ging hij inzien dat de Grote Terreur het voortbestaan van de Sovjetunie in gevaar bracht. Jezjov kreeg de schuld en werd vervangen door Lavrenti Beria. Jezjov bleef lid van de partij en werd maandenlang door Stalin genegeerd. Uiteindelijk heeft Stalin hem met een leugen laten arresteren.

§2.4

In 1936 kreeg de Sovjetunie een nieuwe grondwet, de Stalin-constitutie. Er stond in dat de partij de leidende kern was van alle maatschappelijke en staatkundige organisaties. Op alle terreinen waren de belangrijke functies in handen van partijleden. Voor de Grote Terreur werden deze functies vervuld door burgerlijke specialisten, na die tijd was het vervangen door een nieuwe, door de partij opgeleide elite. De partij had niet veel leden, als je beschikte over de vereiste instelling en capaciteiten kon je geselecteerd worden als lid. Ze genoten veel privileges, maar liepen constant het gevaar uit de partij te worden gezet. Ze moesten absolute toewijding tonen.
De Communistische Partij:
· moest de maatschappij controleren en aanjagen tot het vervullen van de plannen voor de opbouw en verdediging van de Sovjetunie
· was een propaganda-instrument . Ze hielden de bevolking het beeld voor van helden van de Sovjetunie. De Partijleiders hadden een voorbeeldfunctie.

Stalins macht was gebaseerd op angst en terreur, maar ook op zijn persoon. Veel mensen geloofden in hem. Zij dachten dat Stalin niets te maken had met de misstanden, dat hij er niets vanaf wist. Vanaf Lenins dood maakte Stalin van het Marxisme-Lenisme een werelds geloof. Hij deed zich voor als Lenins superieure leerling, de beste zoon van de Partij en waardige opvolger en voortzetter van Lenin. De persoonsverheerlijking sloeg aan. Velen zagen Stalin als vader.
Hoe is dit te verklaren?
· door het lage ontwikkelingspeil van de bevolking
· traditie, Vadertje Tsaar werd Vadertje Stalin
· angst en terreur, Stalin was de enige houvast
Stalin oefende zijn macht ‘onzichtbaar’ uit omdat dat beter was voor zijn persoonsverheerlijking. Hij trok het beleid ook niet in het openbaar naar zich toe. Hierdoor kon hij altijd de koers wijzigen en ondergeschikten de fouten in de schoenen schuiven.
§3.1
Totalitaire samenleving
Stalin streefde naar een totalitaire samenleving: een samenleving waarin de staat niet alleen de economie en de politiek, maar het hele leven in zijn greep had. Stalin dacht dat communisten alles konden overwinnen. Hij zag het individualisme als een ziekte. Zijn ideale nieuwe Sovjetmens was één met de massa. Hoe probeerde Stalin de nieuwe Sovjetmens te creëren?
· door het analfabetisme te bestrijden
· een hoogopgeleide communistische elite creëren
· het onderwijs, de media en de kunst te zuiveren van ‘bourgeoiselementen’
Stalin bereikte indrukwekkende resultaten in het onderwijs. Hij stelde de leerplicht in voor kinderen van 7-10 jaar, jonge communisten werden overal naartoe gestuurd om te onderwijzen en in de niet-Russische gebieden werd het Russisch als tweede taal verplicht gesteld . Ook breidde hij het voortgezet en hoger onderwijs uit en werd het onderwijs grondig gezuiverd.

Stalinistisch onderwijs

Het onderwijs was in een aantal opzichten traditioneel. Het basisonderwijs was gericht op het bijbrengen van discipline en basishygiëne en er werd klasikaal les gegeven. In het vervolgonderwijs lag de nadruk op techniek en natuurwetenschappen. Aan de andere kant was het onderwijs volledig geïndoctrineerd (systematisch onderricht in een politieke leer).
Godsdienst en bijgeloof werden bestreden, burgerlijke normen en waarden werden ondergraven, Lenin en Stalin werden verheerlijk! t. Kleine kinderen kregen de liefde voor de grote leiders met de paplepel ingegoten en ze moesten zich nu al richten het collectief. Al hun knutselwerken moesten gelijk zijn.
Vanaf de basisschool moesten de leerlingen de leer van het Marxisme-Leninisme door en door kennen. Vanaf 1938 was alle politieke onderwijs gebaseerd op de door Stalin geschreven Korte Leergang van de Geschiedenis van de Communistische Partij van de Sovjetunie. Lenin en Stalin waren in dit boek de enige communistische leiders, de anderen werden niet vermeld of afgeschilderd als verraders.
De geschiedenis werd telkens herschreven om aan Stalins behoeften te voldoen en ook andere wetenschappen leden onder de comministische bemoeienis.

§3.2
De Komsomol

De Komsomol was een communistische jeugdbond, die onder Stalin een belangrijke plaats innam. Zij werden de toekomstige leiders van de Sovjetunie. Gemeenschap was alles voor hun, het persoonlijke niets en ze keken neer op liefde. Komsomol-leden waren een soort slaven van het communisme. Ze wisten maar al te goed dat ze uitverkoren waren en gedroegen zich daar ook naar. Dit gaf aanleiding tot conflicten met de ouderen. Eerst werden alleen de beste jongeren toegelaten tot de Komsomol, maar vanaf eind jaren dertig moest iedere jongere lid zijn. Dit gold ook voor de organisatie van de Jonge Pioniers, een groep voor jongere kinderen.

Sport, kunst en massamedia

Ook ouderen brachten hun vrije tijd in een georganiseerd verband door. Bijna iedere arbeider was vakbondslid. Onder Stalin ontstond ook de georganiseerde sportbeoefening. Dit had tot doel de vergroting van de militaire weerbaarheid. De burgers werden steeds meer! gebonden met strakken geregiseerde massabijeenkomsten. De kerkelijke feestdagen werden vervangen door feestdagen van de staat.

De bevolking werd telkens geconfronteerd met de verheerlijking van het regime door middel van de massamedia. Eind jaren dertig werd dit vooral gedaan dmv film. Dit was een goede manier om tot de analfabetisten door te dringen.
Alle kunstenaars moesten lid worden van een door de partij gecontroleerde beroepsorganisatie. Als ze het goed deden kregen ze allerlei voorrechten anders werden ze in werkkampen gezet of gedood.
Vanaf 1934 was de enig toegestane stijl het socialistisch realisme, alles moest begrijpelijk weergegeven worden aan de massa en wijzen naar een goede toekomst.

§3.3
Geloof en twijfel

Onder de jongeren sloeg de communistische ideologie wel aan. Ze waren trots op hun land en sloten hun ogen voor alles wat dat kon verstoren. Als ze de schaduwzijde wel zagen, hadden ze er een goede verklaring voor. Niet iedereen dacht zo, veeljongeren deden schijnheilig omdat alleen de voorbeeldige Komsomol-leden een goede baan kregen.
Dit geloof gold niet voor de bevolking als geheel. Sovjetburgers deden alsof ze communist waren, maar twijfelden in hun hart. De werkelijkheid week teveel af van de propaganda. Niemand wist precies hoe alles zat, onafhankelijke informatie was niet te krijgen en twijfels kon je alleen maar delen met mensen die heel erg vertrouwde.

Geloof en gezin

Volgens Marx was geloof opium voor het volk, een symptoom voor kapitalisme. Men dacht dat de godsdienst zonder onderdrukking vanzelf zou verdwijnen, maar dat gebeurde niet. Stalin hielp dit natuurlijke proces een handje door vanaf 1929 ke! rken te verwoesten of om te bouwen, kerkklokken om te smelten voor de industrie en een verbod uit te brengen op bidden, bijbel lezen en huwelijken in te zegenen. Maar het geloof leefde ondergronds voort.
Lenin beschouwde het huwelijk als een ‘bourgeoisinstitutie’gericht op het dom houden en onderdrukken van de vrouw. In de jaren twintig werd het huwelijk min of meer afgeschaft, scheiden was geen probleem en abortus was toegestaan. De opvoeding van de kinderen was een zaak van de gemeenschap. Dit had een snelle groei van weeskinderen en een achteruitgang van de geboortcijfers tot gevolg. Die laatste achteruitgang bracht de industrialisatie en de verdediging van het land in gevaar. Daarom verklaarde Stalin in 1935 dat mannen en vrouwen wel dezelfde rechten hadden, maar vrouwen nog wel de plicht hadden kinderen voort te brengen. Hierna werd abortus weer verboden, het huwelijk in ere hersteld en scheiden werd bemoeilijkt. De opvoedingstaak lag weer bij het gezin.

§3.4
De grote catastrofe

Op 22 juni 1941 viel het Duitse leger de Sovjetunie binnen. Het Duitse leger rukte razendsnel op en bereikte Moskou al in oktober. Iedereen vluchtte de stad uit, ook Stalin zou meegaan. Op het laatste moment besloot hij om te blijven. Moskou moest ‘tot de laatste druppel bloed’ verdedigd worden. Met moeite lukte het de Russen de Duitsers aan de randen van de stad stil te laten staan. Maar de Duitsers gingen door met hun offensief in andere delen van het land. Bij de slag om Stalingrad begonnen de kansen te keren. Het duurde nog twee jaar voordat de Duitsers verslagen waren. Alles in de Sovjetunie was zwaar beschadigd, maar het stalinistische systeem had het overleefd.
De Sovjetunie had zich in de jaren dertig goed bewapens, maar was toch slecht op de oorlog voorbereid geweest. Dit kwam doordat
· Stalin had de beste officieren laten vermoorden
· hij onoplettend was doordat hij in 1939 een niet-aanvalsverdrag met Hitler had gesloten
· er een gebrek was in het totalitaire systeem. Het kon geen informatie tot zich nemen die de leiding liever niet wilde horen. Niemand durfde Stalin te vertellen over de voorbereiding van een invasie door de Duitsers, als zij dat wisten.
Maar de oorlog liet ook de kracht van het systeem zien:
· de Sovjetunie had een geweldige defensie-industrie opgebouwd en kon tijdens de oorlog meer tanks en gevechtsvliegtuigen produceren dan Duitsland
· het systeem had het vermogen de bevolking te mobiliseren
Stalin wist de discipline met harde maatregelen te versterken. Terugkerende krijgsgevangenen of soldaten die zich terugtrokken werden in kampen gezet of gedood. Tijdens de oorlog was Stalin ineens bereid te luisteren naar zijn topsoldaten en verving hij de slechtste generaals door kundige militairen. Hij gaf ze ook meer vrijheid, ze werden niet meer door een politiek commissaris gecontroleerd. Ook in de industrie maakte hij meer ruimte voor eigen initiatief. Stalin bespeelde de nationale gevoelens door het volk op familiaire wijze toe te spreken, hij liet de oude tsaren en oorlogshelden vereren en verving het communistische volkslied door een nieuw patriottisch lied. Ook verzoende hij zich met de Russisch-orthodoxe kerk en aan de vervolgingen en de atheïstische propaganda kwam een eind. Op deze manier werd de staat minder totalitair en de band tussen Stalin en zijn volk inniger. Hij werd gezien als grote ! oorlogsheld en redder van het vaderland.

§4.1
Stalins laatste jaren

Na de oorlog kreeg de zware industrie en bewapening weer voorrang. Stalin was bang voor een Amerikaanse aanval en ging een bewapeningswedloop aan met de VS. Door de hoge militaire uitgaven bleef het levenspeil laag. Ook de politieke en culturele onderdrukking namen weer toe. De discipine voor intelectuelen en kunstenaars werd weer versterkt: ieder die werd verdacht van westerse neigingen werd weggezuiverd. Het was wel minder bloedig dan in de jaren dertig, de weggezuiverden kregen nu een andere baan in plaats van gearresteerd te worden.
De werkkampen zaten voller dan ooit met ex-krijgsgevangenen en etnische minderheden. Het sterfetecijfer in de kampen daalde en de gevangen waren weerbaarder. Dit leidde tot werkweigering, opstoot en ontsnappingen.
Stalin stierf in 1953 na een beroerte, het volk was in diepe rouw. De partijleiders zagen dat het systeem hervormd moest worden. Ze wilden voorkomen dat weer één man de macht kreeg, voor h! un eigen veiligheid. Ze vreesden Beria en zijn NKVD, daarom doodden ze hem en zuiverden ze de staatsveiligheidsdienst. Onder de nieuwe naam KGB kwam de dienst onder bevel van het Centraal Comité, de gezamelijke partijleiders.

De periode-Chroesjtsjov

De partijleiders stelden een collectief leiderschap in, maar al snel kwam de macht in handen van Nikita Chroesjtsjov. Hij hoorde niet tot de radicale hervormers, maar maakte toch een begin met de destalinisatie in 1956. In een toespraak schilderde hij Stalin af als een wrede tiran die veel onschuldige mensen de dood in had gejaagd. Hij doelde hiermee op de communisten, met de andere slachtoffers had hij geen medelijden. De toespraak was alleen bedoeld voor de Congresgangers, maar lekte uit en had enorme gevolgen.
· de erkenning dat Stalin een misdadiger was geweest schokte het vertouwen in het systeem en haar leiders
· kunstenaars en intelectuelen kregen meer ruimte
· geleidelijk werden bijna alle politieke gevangenen vrijgelaten
Het bewind introduceerde het begrip ‘socialistische legaliteit’ om aan te geven dat de willekeur voorbij was en de burgers op een zekere rechtszekerheid konden rekenen.
In 1962 begon Chroesjtsjov aan een tweede destalinisatiecampagne. Hij bracht nu niet alleen de communistische slachtoffer in herinnering, maar alle slachtoffers van Stalin. Stalins lichaam werd uit Lenins mausoleum gehaald en zijn naam werd verwijderd uit plaats- en straatnamen. De cultuur werd verder geliberaliseerd.

Economische hervormingen

Chroesjtsjov kwam met grote plannen voor de landbouw. Hij besloot tot de ontginning van enorme gebieden in Kazachstan en Siberië en hij gaf het bevel tot de massale aanplant van maïs. Eerst had Chroesjtsjov succes, de sovjeteconomie groeide enorm. Hij zei dat het Amerikaanse welvaartspeil binnen twintig jaar zou worden overtroffen en de landbouw binnen v! ier jaar. Maar de beloofde welvaart bleef uit. Rond 1960 raakte de landbouw weer in een crisis. Doordat de boeren van Chroesjtsjov diep moesten ploegen, kwam er een zandlaag boven. De grond verwoestijnde en werd onvruchtbaar. De maïsaanplant in het noorden bracht rampzalige gevolgen met zich mee, Maïs groeit onder warme vochtige omstandigheden, die waren in de Sovjetunie ver te vinden. Het vee stierf omdat de weiden plaats moesten maken voor maïsvelden en doordat de kunstmest werd gebruik voor het maïs daalde de graanproductie.

§4.2
De oude en de nieuwe man

Ontevrededen partijleiders wilden een einde maken aan de ‘wilde experimenten’ van Chroesjtsjov, zoals het maximum dat hij had aangesteld voor de zittingstermijn van allerlei functies. Ze belden Chroesjtsjov op zijn vakantie om te vragen of hij zo spoedig mogelijk wilde terugkomen om dringende zaken te bespreken. Ze hadden een felle discussie, die eindigde met het voorstel van Chroesjtsjov om af te treden. Dat gebeurde en Brezjnev volgde hem op. Breznjev was een ex-metaalarbeider, die op kosten van de partij een aantal cursussen gevolgd.

Chroesjtsjov:

· was opvliegend, impulsief en dominant
· aan de macht gekomen door zijn rivalen te overbluffen en tegen elkaar uit te spelen
· besliste net als Stalin alles alleen
· wilde de Sovjetunie hervormen
Breznjev:
· was goedig, voorzichtig en verzoeningsgezind
· kwam aan de top door zijn sociale karakter en zijn liddelmatigheid, het was voor de anderen aanvaardbaar omdat ze hem niet serieus namen
· bleef de eerste onder zijn gelijken en streefde naar eensgezindheid binnen de partijtop
Na Chroesjtsjovs afzetting was het systeem dat Stalin had gevestigd nog grotendeels intact. Hij had de leidende rol van de partij nooit ter discussie gesteld. De partij eiste nog steeds op alle gebieden de leiding op. De centraal geleiden commando-economie stond nog recht overeind en de zware industrie en de defensie waren voorop blijven staan. Ook voor de boeren was er niets veranderd.

Brezjnevs politieke orde

Brezjnev wilde het door Stalin gecreëerde systeem handhaven, maar zonder de permanente terreur en willekeur. Stabiliteit, rust en orde stonden voorop. Stalin zou niet meer worden aangevallen, maar zijn verdiensten zouden ook niet geroemd worden. De rol van de partij en het partijkader bleef onder Brezjnev ongewijzigd. Ook de politiestaat en de strakampen bleven intact. De centraal geleide planeconomie bleef ook gehandhaafd. Wel schoof Brezjnev het c! ommunisme verder de toekomst in, zijn generatie zou het de top niet meer meemaken. Zelfs de persoonsverheerlijking van Brezjnev leek op die van Stalin. Hij werd de hemel ingeprezen.

§4.3
Een bewind van grijsaards

Partijfuncties waren voor het leven, nu de zuiveringen waren voltooid. De partijtop had aan het eind van Brezjnevs periode een gemiddeld vrij hoge leeftijd. De jonge man in het Politbureau was Micheal Gorbatsjov (51) Voor jongeren was het moeilijk binnen te dringen in de partij. Een universitaire studie was nu een vereiste en je moest bovendien steun hebben van oudere beschermheren. Ze moesten zich verschrikkelijk uitsloven en moesten politiek volkomen onverdacht zijn. Toch was het ideologische klomaat losser dan onder Stalin. De censuur gaf meer ruimte, de prpaganda was minder agressief. Het nationalisme ging een steeds grotere rol spelen. Men geloofde niet echt meer in het marxisme-leninisme en in hun prive-leven hadden de burgers meer vrijheid dan onder Stalin. Het bewind hechtte aan ‘de socialistische legaliteit’. Wie het waagde het regime openlijk te bekritiseren daarentegen, werd als dissident (ande! rsdenkende) intensief vervolgd.

Dissidenten

Midden jaren zestig ontstond onder kunstenaars en wetenschappers zoiets als een dissidentenbeweging. Het was geen hechte organisatie hun meningen verschilden sterk, maar ze wilden allen hun werk niet ondergeschikt maken aan het oordeel van partijfunctionarissen. Ook eisten ze vrijheid van informatie en respect voor de burgerrechten. Hun belangrijkste actiemiddel was de samizdat, een illegale publicatie. Ze waren maar met een paar honderd, maar hadden wel invloed door hun bekendheid en contacten met het buitenland. Het regime kon ze niet zomaar laten verdwijnen, dat zou niet samengaan met de socialistische legaliteit. Daarom werden ze vervolgd wegens het verspreiden van leugens en overtreding van het verbodop anti-sovjetpropaganda.
Dit moest dus via oneerlijke processen en dat werd weer in de samizdat gemeld. Daarom werden ze ook wel verooordeeld voor ‘leegloperij’(ontlopen van arbeidersplicht)! en drugsbezit. Ook werden ze wel verbannen naar het Westen. Rond 1980 was de dissident-beweging monddood gemaakt door de KGB. De enige groep mensen die de KGB nog in de weg stonden waren de streng-gelovigen en nationalisten uit etnische minderheden. Godsdienst werd toegestaan, in ruil voor de steun van de gelovigen aan de staat. Ze mochten hun geloof ook niet verspreiden.
Het regime voerde een voorzichtige nationaliteitenpolitiek. Grootschalige deportaties van etnische minderheden kwamen niet meer voor. Er werd gewoon geen rekening met hun gehouden, men gaf meer ruimte aan de nationale culturen.
De Sovjetunie was niet alleen veelvolkerenstaat, maar ook een Russisch rijk. De Russen vormden slechts de helft van de bevolking, maar leverden tweederde van de leden van het Centraal Comité en 80% van de legertop. In niet-Russische republieken moest de tweede man en het hoofd van de KGB een Rus zijn. Vooral via het onderwijs werd de russificatie bevorderd.

§4.4
Planeconomie en schaduweconomie

In 1965 werd het Politbureau al gewaarschuwd dat dat de eeconomie aan het vastlopen was en dat werd toegeschreven aan de strakke centrale planning. De partijtop begon voorzichtig te experimenteren met economische hervormingen:
· het rendement van de bedrijven werd niet meer afgemeten aan de omvang van hum producht maar aan hun verkopen Þ kwaliteit
· bedrijven kregen een zekere vrijheid om hun winsten aan hogere lonen of investeringen te besteden
Doordat men niet het recht kreeg zelf prijzen vast te stellen of personeel te ontslaan leidden de hervormingen tot niets. In 1970 was alles weer van de baan.
Toch wilde het regime zich gelijkwaardig maken aan het Westen en de VS op militair en economisch gebied. In de militare sector werden daarom enorme bedragen geïnvesteerd en werden de beste wetenschappers ingezet. De levensstandaard van de bevolking ging omhoog en het leek of de sovjet-economie haar economische achterstand op het Westen inliep. Dit duurde tot ongeveer 1970, toen nam de achterstand, vooral op technologisch gebied weer toe. Dit kwam door het gebrek aan vernieuwend vermogen:
· beste wetenschappers en technici werkten voor het militair apparaat
· bedrijven werden niet afgerekend op wanprestaties
Het regime besloot te streven naar autarkie (zelfvoorziening). De gebreken van de planeconomie werden gecompenseerd door:
· in het Westen technologie kopen. Þ zo kon de Sovjetunie de wapenwedloop blijven volhouden en het welvaartspeil blijven verhogen. De importen waren echter duur en dus teerde de Sovjetunie op haar gas- en olie-export.
· de tweede economie Þ de bevolking kocht steeds meer producten en diensten in de particuliere sector, alleen in de landbouw in de vorm van stukjes eigen grond en kolchozmarkten. Elders was het verboden. Maar omdat de officiële economie steeds minder voldeed aan de vraag, bleef de schemereconomie groeien.

Corruptie en bureaucratie

Veel illegale bedrijven werden beschermd door partijfunctioneren in ruil voor goederen en diensten, hierdoor was het moeilijk deze sector te bestrijden. De corruptie drong tot de hoogste regionen door. De Tweede economie leidde tot een informele decentralisantie van de macht. Ook het economisch verkeer tussen de regio’s ging steeds meer buiten moskou om. De regio’s hadden nog maar op een paar punten te maken met Moskou, verder hadden ze alle ruimte. Er werden onderlinge afspraken gemaakt over leveranties, dat was verboden maar het hielp de economie in stand te houden.
Brezjnev investeerde behalve in de! militaire sector ook in de landbouw. Dit was eerst redelijk succescol doordat hij privé-bedrijfjes meer ruimte gaf en Chroesjtsjovs exeperimenten beïndigde. Maar in de jaren zeventig werd de landbouw opnieuw de zwakke plek:
· de Sovjetunie moest op grote schaal graan kopen in de VS en de investeringen brachten steeds minder op
· Brezjnev liet de staat steeds hogere prijzen voor de landbouwproducten betalen maar hield tegelijkertijd de voedselprijzen laag uit angst voor onrust
· er werden veel dorpjes opgeheven, de bewoners moesten in flats in de stad gaan wonen. Hierdoor waren ze ver van de landbouwgrond verwijderd en dus werden die velden verwaarloosd, terwijl men elders slecht moerasgebied geschikt probeerde te maken voor landbouw.
· veel landbouwproducten gingen verloren door verkeerde opslag en bewerking en door het ontbreken van transport
Het basisprobleem was het vasthouden aan de centraal geleide planeconomie. De landbouw ging gebukt onder een steeds groter wordende bureaucratie.

§5.1
De burger en de staat

Onder Brezjnev veranderde de Sovjetunie van een half agrarische samenleving, met laagopgeleide mensen, in een stedelijke samenleving met een hoogopgeleide bevolking. In West-Europa versterkte die stedelijke groei de ontwikkeling van de parlemetaire democratie. Dit bleef in de Sovjetunie uit, de staat heerste en de burgers gehoorzaamden. Er groeide onvrede onder de burgers over de voorrechten en corruptie van de partijleiders. De meeste burgers voelden zich echter machteloos, ze waren onbekend met een democratie. De dissidenten stuiten daarom ook op veel onbegrip en vijandigheid. De meeste burgers wilden geen democratie, maar verlangden eerder terug naar Stalin.

In de rij

Hoewel het levenspeil in de Sovjetunie tot halverwege de jaren zeventig toenam, groeide de ontevredenheid over de planeconomie. Veel dagelijkse gebruiksartikelen waren maar af en toe verkrijgbaar. Boodschappen doen duurde een eeuwigheid omdat ! je overal in de rij moest staan. Producten die legaal niet te krijgen waren kocht men in het dure illegale circuit. Dus men voelde zich ondanks de welvaartsstijging toch arm.
Om arbeidsconflicten te voorkomen werd bijna alles van de arbeider getolereerd. Het arbeidsmoraal lag laag. De mythe van de hard werkende Sovjetburger werd wel in stand gehouden, maar de strengheid was in werkelijkheid verdwenen. Als de burgers de lage lonen aanvaardden, stelde het regime verder geen eisen. De algemene demoralisatie uitte zich ook in drankmisbruik.

§5.2
Leven op het platteland

Onder Brezjnev ging ook op het platteland de levensstandaard omhoog, maar toch nam de onverschilligheid en de uitzichtloosheid er toe. In de drpen was helemaal al niets te koop. De plattelanders werden zich daar door de komst van telefoon en televisie ook meer van bewust. De gedachte van: ‘ze doen maar, wat kan het ons nog schelen’, groeide. Veel jongeren trokken tegen de zin van de autoriteiten in naar de stad. Op het platteland was het drankprobleem het grootst.
Op Europees-Russische platteland was de ellende het grootst. Het was er niet vruchtbaar en de bevolking was tussen 1960 en 1980 gehalveerd.
De vrouwen deden al het zware, slechtbetaalde handwerk, terwijl de mannen de machines bedienden en leiding gaven. Vaak moesten zij thuis ook nog de zorg op zich nemen.

Popmuziek en emancipatie

In de stad droegen vrouwen ook de zwaarste lasten. Ze moesten wel werken, omdat hun mannen bijna niet! s verdienden. De meeste mannen zagen vrouwen ook als bedienden. Door hun zware bestaan wilden veel vrouwen maar weinig kinderen, maar er was geen geboortenbeperking. Er vonden dus enorm veel abortussen plaats.
Jongeren waren steeds minder enthousiast voor het communisme. Ze waren nog onverschilliger dan hun ouders. In het openbaar lieten ze dit niet merken, maar onder elkaar maakten ze er grappen over. Ze wisten heel goed dat je niets zou bereiken als je je niet zou aanpassaen. Ze droomden over een succesvol en luxe leventje en symbool daarvoor stond de Westerse popmuziek en kleding, die hun een vermogen kostten op de zwarte markt.
§5.3
Het conservatieve volk
Een groot deel van het hooggeschoolde partijkader zag wel in dat het systeem op een crisis afstevende. Er bestond een groeiende onrust over de stagnatie. Ook de KGB zag dat het mis ging. Zij waarschuwden Brezjnev, maar het politbureau deed of er niets aan de hand was.
Dit kwam deels door de houding van het volk ten opzichte van vernieuwingen. Ze vertrouwden het niet omdat ze wisten wat vernieuwingen in het verleden hadden aangericht. Het regime hield rekening met deze gevoelens, ze waren bang voor onrust. De leiders kozen daarom voor politieke stabiliteit op de korte termijn, ten koste van economische ontwikkeling op lage termijn.

De conservatieve elite

De planeconomie was de bestaansgrond vanhet steeds groeiende ambtenarenapparaat, ambtenaren leefden ervan. Ook dat maakte het vernieuwen ook moeilijker. Zij probeerden het falen van het systeem te verbergen door het mooier voor te stellen da! n het in werkelijkheid is.
Ook regionale partijleiders haden geen behoefte aan veranderingen. Zij hadden hun macht en rijkdom te danken aan de zwarte economie, en die bloeide door de gebreken van het systeem. Het Kremlin was de greep op de regio’s kwijt en dat maakt ht moeilijker centraal geleide hervormingen door te voeren. Het alternatief was de zelfstandigheid van de regio’s vergroten en hun zelf de hervormingen te laten doorvoeren. Het gevaar was echter dat de Sovjetunie dan uit elkaar zou kunnen vallen.
Ook de sterke hïerarchie stond hervormingen in de weg. Ondergeschikten durfden hun meerderen niet lastig te vallen met negatieve dingen over het systeem, ze gaven liever een goed beeld. Dat bracht verwarring bij partijleden.
Ten slotte wist men ook niet welke hervormingen er moesten worden doorgevoerd. Het makkelijkst was dus de hervormingen uit de weg te gaan.
De opvolger van Brezjnev, KGB topman Andropov probeerde het systeem gezond te maken doo! r de discipline aan te halen en de corruptie te bestrijden. Hij was al snel te ziek om leiding te geven en overleed in 1984.

Zijn opvolger, Brezjnevs rechterhand Tsjernenko keerde terug naar het beleid van zijn meester maar overleed na een jaar. Gorbatsjov was de volgende die het ging proberen. Hij deed dit met discipline, het stellen van hogere productie-eisen, het afzetten van corrupte functionarissen en het met het beginnen van een impopulaire anti-alcoholcampagne. Hij paste zijn koers geleidelijk aan, eind 1986 werd duidelijk dat hij een nieuwe weg was ingeslagen.
§5.4
Radicale veranderingen
Glasnost en perestrojka – openheid en hervorming
In december 1986 werd er bij de verbannen dissident Sacharov een telefoon, die hij sinds zijn verbanning niet meer had mogen gebruiken, geïnstalleerd. Gorbatsjov belde hem om hem te vertellen dat hij naar Moskou terug mocht keren en voortaan vrij zijn mening kon geven. Dit was een reactie van Gorbatsjov op de klaagbrief die Sacharov hem had gestuurd over de behandeling van dissidenten. Het gevolg was dat veel dissidenten weer terugkeerden en alles waar tot dat toe over gezwegen werd in de media, werd nu openlijk verkondigd. De glanost werd waargemaakt, dit gold echter niet voor de perestrojka. De economisch hervormingen verliepen zeer moeizaam:
· vanaf 1987 gaf Gorbatsjov bedrijven en particulieren meer ruimte, maar deed dit voorzichtig omdat hij geen vrijemarkteconomie wilde
· de liberalisering tegengewerkt door conservatieve ambtenaren en bedrijfsleiders
· de olie- en gasprijzen daalden flink, waardoor de inkomsten uit de export terugvielen
· de prijzen voor voedsel en vervruiksartikelen stegen en in de winkels was steeds minder te koop
De politieke hervormingen pakte Gorbatsjov beter aan:
· hij verving de conservatieven in de partijtop door eigen aanhangers
· om de militaire lasten te verminderen sloot hij met de Amerikanen verdragen over wapenvermindering
· hij maakte de communistische regimes in Oost- en Midden-Europa duidelijk dat ze zichzelf moesten redden, waarna ze in 1989 bijna allemaal ten val kwamen
· hij liet een parlement kiezen in 1989, het kiessysteem bevoordeelde communisten maar gaf ook anderen een kans
· parlementaire debatten werden uitgezonden op tv
· de leidende rol van de Communistische Partij werd uit de grondwet geschrapt
Gorbatsjov uitgespeeld
Gorbatsjov zat inmiddels in grote problemen. Met zijn hervormingen had hij het socialisme willen redde, maar hij had krachten losgemaakt die hij niet meer kon beheersen. In het Westen was hij populair maar in eigen land kreeg hij alleen maar steun van een kleine groep hervormingsgezinde communisten. In het leger en de partij groeide de weerstand tegen de hervormingen, maar tegelijkertijd groeide ook de kritiek dat ze niet ver genoeg gingen. Jeltsin was Gorbatsjovs belangrijkste democratische rivaal.

Jeltsin was een ex-communist en een stevige drinker, die het bij het volk goed deed. Hij kreeg populariteit met zijn aanvallen op de privileges waar Gorbatsjov volgens hem te weinig aan deed.
In mei 1990 werd hij tot president van Rusland gekozen. Dus Gorbatsjov, president van de Sovjetunie, moest zijn macht met hem delen. In zes andere sovjetrep! ublieken kwamen na verkiezingen nationalistische partijen aan de macht, die uit waren op onafhankelijkheid.
Om het uiteenvallen van de Sovjetunie tegen te gaan moest men voorkomen dat men een markteconomie wilde. Gorbatsjov zocht steun bij de conservatieve communisten en hij dreigde met ingrijpen in de opstandige republieken. In 1991 kwam het in Litouwen zover dat het leger er aan te pas moest komen. Dit stuitte op zoveel protest uit binnen- en buitenland dat Gorbatsjov verder geen geweld meer gebruikte tegen onafhankelijkheidsbewegingen. Hij ging met Jeltsin praten over een nieuwe, kleinere unie.
Ondanks geruchten over een dreigende staatgreep ging Gorbatsjov toch op vakantie. Op 18 augustus 1991 deden conservatieven uit zijn eigen regering greep naar de macht, ze stuurden tanks naar Moskou en gaven opdracht Jeltsin te doden. Jeltsin ontsnapte, beklom voor de tv een tank en riep ‘de burgers van Rusland’op zich tegen de samenzweerders te verzetten.
De coupplegers grepen niet in en gaven het na vier dagen op. Gorbatsjov keerde terug en Jeltsin las hem openbaar de les. Jeltsin verbood de Communistische Partij en deed geen moeite meer de unie te redden. Op 21 december werd de Sovjetunie opgeheven. Er kwamen vijftien onafhankelijke staten voor in de plaats. Vier dagen later maakte Gorbatsjov bekend dat hij ging aftreden als president, voor een land dat niet meer bestond.

REACTIES

J.

J.

Kaolo nep verslag a mattie. Nog neper dan die hond van je. Je bent kaolo nep flikkertje kaolo tatta. Ewa ga naar kaassmederij in zaanstad a mattie is beter voor je dan dit. Ik zweer a zahbi geef adres ik breek je moer.
kaolo Zemer nog een keer zo nep ik kom je opzoeken
Geef je naam dan Zomaar anoniem je bent kaolo bang.
Wacht maar a sahbi.
Ewa je hebt psygische stoornissen in je kaolo hoofd
Challas a broer

8 jaar geleden

J.

J.

Ewa kaolo zemer kaolo moer je bent nog dommer dan een ezel vriend.
Zemer ik zweer he ik kom je opzoeken je gaat zien ik breek je moer flikker.
Ewa broer nog een keer nep verslag ewa klein kind doet beter dan jou bullshit die je hebt kaolo flikker.
Challas a kahbe

8 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.