Liefde, huwelijk en opvoeding in de Middeleeuwen

Beoordeling 5.6
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 3e klas aso | 406 woorden
  • 18 januari 2006
  • 125 keer beoordeeld
Cijfer 5.6
125 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Maak kans op 50 euro Bol.com tegoed 💜

Scholieren.com wil weten hoe school écht is voor jou. Vul de vragenlijst in (7 - 10 min) en laat weten wat er beter kan. Wij luisteren — en je maakt kans op 50 euro 💶

Doe mee
Geschiedenis: Het leven in en rond de burcht

Onderwerp: liefde, familiebanden, opvoeding

Huwelijk en familiebanden

In de Middeleeuwen hadden vrouwen, ook in de hogere kringen, veel minder rechten dan de vrouwen tegenwoordig. Meisjes werden soms al op 14- jarige leeftijd uitgehuwelijkt. De familie regelde het huwelijk en het meisje kreeg een bruidsschat mee voor haar echtgenoot. Na het huwelijk gingen haar erfrechten automatisch op haar echtgenoot over. Daarom waren ridders vaak op zoek naar een rijke erfgename. Maar achter gesloten deuren was de vrouw de gelijke van haar man. Ze kon een belangrijke steun zijn. Edele vrouwen konden de verantwoordelijkheid voor het kasteel overnemen als haar man van huis was.
Soms moest ze zelfs de verdediging leiden als het kasteel door vijanden werd aangevallen.
Hoewel het huwelijk door de familie geregeld werd, raakten de man en vrouw toch dikwijls gesteld op elkaar en soms begonnen ze van elkaar te houden. Toch hielden heel wat vorsten, edelen en zelfs hoge clerici er minnaressen op na, of zochten ze hun toevlucht in de prostitutie, zoals het gewone volk.
De huwelijksband was belangrijker dan de familieband: Als het maar enigszins mogelijk was, ging het nieuwe gezin zich apart vestigen.
Wanneer een meisje niet werd uitgehuwelijkt, werd ze naar het klooster gestuurd.

Opvoeding

Gewone kinderen uit een burgergezin kregen onderwijs van hun ouders: Meisjes leerden spinnen, naaien en koken, jongens leerden het werk van hun vader of gingen in de leer.
Kinderen van edelen werden opgevoed door een gouvernante. Jonge edelvrouwen
werden goed opgeleid. Soms konden ze lezen en schrijven, kenden ze Latijn en spraken ze vreemde talen. Ze kregen meestal onderricht van een geestelijke.
Wanneer je als zoon van een edele voorbestemd was om ridder te worden, kostte je dat tien jaar (of meer) van je leven. Op zevenjarige leeftijd werd de zoon naar het kasteel van een bloedverwant gestuurd om te leren rijden, met wapens omgaan en zich voornaam te gedragen. Daarna werd hij schildknaap en leerde hij vechten met een lans. Op veertienjarige leeftijd werd de schildknaap een wapendrager. Hij hielp en volgde een ervaren ridder overal, ook op het slagveld.
Wanneer de wapendrager achttien werd, werd hij geridderd nadat hij een nacht biddend had doorgebracht in een kerk. De volgende dag werd hij geridderd door een ridder. Die tikte met zijn zwaard of hand op zijn schouder. Niet iedereen werd geridderd na zo’n plechtigheid. Het gebeurde ook dat iemand snel op het slagveld geridderd werd.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.