Egypte

Beoordeling 4.7
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 4247 woorden
  • 30 april 2003
  • 376 keer beoordeeld
Cijfer 4.7
376 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Studiekeuzestress? 5 gouden tips om voor áltijd te blijven twijfelen

Ben jij ook zo'n expert in het uitstellen van je studiekeuze? Met deze 5 tips blijf je gegarandeerd nog járenlang twijfelen. Want waarom zou je een beslissing nemen als je ook gewoon... niet kunt kiezen? 

Check het hier

Inhoud

1. Egyptische Jaartallen
2. Farao’s
3. Piramides
4. Grafrovers
5. De Nijl
6. Egyptische Wiskunde
7. Hiërogliefen
8. In het Hiernamaals
Bronvermelding

1. Egyptische Jaartallen

Eén van de meest verwonderlijke dingen is dat de geschiedenis zo eindeloos lang heeft geduurd: meer dan 3000 jaar!

De Egyptenaren kenden toen de jaartelling nog niet dus hadden ze iets eigenlijk veel slimmer bedacht. Daarom is de Egyptische geschiedenis verdeeld in hoofdperiodes. Tussen die hoofdperiodes had je ook nog drie tussenperiodes. Het kenmerk van een tussenperiode was dat het land toen bestuurd werd door farao’s die er niet veel van terechtbrachten, daardoor was het een tijdje een grote puinhoop in het land. Periodes waren weer opgedeeld in dynastieën. Met zo’n dynastie bedoelen we de tijd dat er een familie aan de macht was. Sommige dynastieën duurden erg lang, sommige heel kort. Zo had de 18e dynastie wel 14 farao’s, terwijl de 28e er niet verder dan 1 kwam… Al was er maar 1 farao aan de macht was gekomen was het waarschijnlijk voorgekomen dat de farao die toen aan de macht was een dochter kreeg. Vrouwen mochten volgens Hatsjepoet ( een farao ) geen farao worden. Want volgens Hatsjepoet was de farao de zoon van de Egyptische oppergod Re. En een zoon is een jongen dus kon dat niet een meisje zijn. Dus al zou de farao dan een dochter zou krijgen dan zou de man van de dochter van de farao, farao worden. Wat? Dan zou dus de man van die dochter farao worden. In totaal zijn er 31 dynastieën geweest in de tijd van de Egyptenaren. Daarna werd Egypte binnengevallen door de Perzen. Er volgde toen een tijd dat in Egypte er Griekse farao’s aan de macht waren . Ten slotte werd Egypte binnengevallen door de Romeinen en daarna nog eens een keer door de Arabieren. Hier volgt een waanzinnige snelle race door de tijd.

Tijd: 2920-2649 v. Chr. Dynastie: 1-2
Gebeurtenissen: Het land is verdeeld in twee staten. In het zuiden Opper-Egypte en in het noorden Beneden-Egypte. In de eerste dynastie worden de twee staten samen gevoegd tot één. Dit was het werk van een farao genaamd Menes die de eerste absolute heerser was van het vernieuwde Egypte

Tijd: 2649-2150 v. Chr. Dynastie: 3-6
Gebeurtenissen: Ontwikkeling van het hiërogliefenschrift en de Egyptische zonnekalender. De vierde dynastie is de tijd van de grote piramidebouwers.

Tijd: 2150-2040 v. Chr. Dynastie: 7-10
Gebeurtenissen: Zwakke regering van farao Pepi leidt tot revolutie en opstand. Veel boeren sterven aan hongersnood.

Tijd: 2040-1783 v. Chr. Dynastie: 11-12
Gebeurtenissen: Veel buitenlandse belangstelling voor de Egyptische omgeving, kunst, cultuur en hiërogliefenschrift. Er worden reusachtige, prachtig versierde, tempels gebouwd. De eerste bakkerijen ter wereld worden opgericht in Egypte.

Tijd: 1783-1550 v. Chr. Dynastie: 13-17
Gebeurtenissen: Indringers uit Azië, de Hyksos, regeren in het noorden. De Egyptenaren gebruiken voor het paarden en strijdwagens, ook als eerste ter wereld. En ook de eerste snoepjes ter wereld werden in de 16e dynastie gemaakt door de Egyptenaren.

Tijd: 1550-1070 v. Chr. Dynastie: 18-20
Gebeurtenissen: De indringers uit Azië, de Hyksos dus, zijn verjaagd. Egypte beleefde haar hoogtepunt van macht en welvaart. Bouw van piramides afgeschaft (zie ook hoofdstuk drie) en bouw van graven voor de farao’s in de Koningsvallei, o.a. van Toetanchamon. Ramses II leverde strijd bij Kadesh (Syrië) tegen de Hettieten die uit Klein-Azië (dat tegenwoordig Turkije heet) afkomstig waren. Mummies kregen op papyrus, Egyptisch papier, een geschreven Dodenboek mee.

Tijd: 1070-712 v. Chr. Dynastie: 21-24
Gebeurtenissen: Egypte werd geregeerd door Perzische koningen. Heersers uit Nubië (een staat uit het zuiden van Egypte en het noorden van Soedan) moedigen als eerste een studie van de Egyptische geschiedenis aan.

Tijd: 712-332 v. Chr. Dynastie: 25-31 (de laatste dynastieën) Gebeurtenissen: Egypte werd veroverd door Alexander de Grote uit Griekenland. Egypte werd geregeerd door Ptolemaeën (Griekse farao’s)

Tijd: 332-30 v. Chr. Gebeurtenissen: Egypte werd Romeinse provincie. Islamitisch geloof werd verboden door de Romeinen. Egypte moest voedsel leveren aan de Romeinse Wereld.

Tijd: 30 v. Chr. Gebeurtenissen: Groot deel van de buurlanden van Egypte verovert door de Romeinen.

Tijd: 641 n. Chr. Gebeurtenissen: Egypte werd veroverd door de Arabieren.

2. Farao’s

Het meest indrukwekkende dat er in Egypte te zien is zijn de piramides. En het meest indrukwekkende dat er in Egypte niet te zien is zijn de mensen die de piramides lieten bouwen: de farao’s. De zijn nu niet meer dan een hoopje botten in een lapje stof, tenminste als ze niet geroofd zijn door grafrovers. Ze zijn dan dus mummies. Maar waar kwamen de farao’s vandaan? Toen in Europa de ijstijd eindigde begonnen in Noord-Afrika vruchtbare gebieden op te drogen en het droge zanderige woestijnen te worden. De mensen die uit de verdroogde gebieden wegtrokken gingen wonen in groepen langs de Nijl. Er zat bijna geen verschil in de groepen. Zo had bijvoorbeeld een eigen hoofdman. De machtigste hoofdmannen veroverden hun buurgroepen en riepen zichzelf uit tot koning. Zo ontstonden er langzamerhand kleine koninkrijkjes langs de Nijl.

Op hun beurt veroverden de machtigste koningen hun buren zodat ze nog machtiger werden. Ten slotte waren er nog twee koningen over. De koning van het zuiden (Opper-Egypte) met zijn witte kroon en de koning van het noorden (Beneden-Egypte)met zijn rode kroon. Rond 3000 v. Chr. (de eerste dynastie) veroverde koning Menes van Opper-Egypte Beneden-Egypte. De kronen van de twee rijken voegde hij samen tot één. Hiermee werd Egypte het land dat wij nu kennen en Menes werd de eerste koning van de eerste dynastie.

Hier zijn een paar koninklijke verplichtingen.

- Het Sedfeest

Als een koning jarenlang aan de macht was, werd het Sedfeest gevierd. De bedoeling van het Sedfeest was om de kracht van de steeds oudere wordende farao te vernieuwen. Hiervoor moest de farao een speciaal uitgezet parcours lopen. Het was een behoorlijke krachtproef om het te lopen en het is te vergelijken met de Cooper-test.

- Heerser van alles

De koning moest er rekening mee houden dat hij niet alleen farao was maar ook god was. Iedere ochtend moest de koning offers brengen aan andere goden. Dit was bedoeld om de Zon op te laten komen. Deed hij dat niet dan zou de Zon niet opgaan en dan zou dat het einde van de wereld betekenen! Tenminste dat dachten de Egyptenaren. Maar gelukkig (voor de koning) deden soms de priester dat. De priesters aten de offers voor de goden trouwens ook op als deel van hun vergoeding. Een andere bevoegdheid voor de koning was ook het heersen over de rivier de Nijl. Omdat er niet veel regen was liet de koning de Nijl overstromen om zo het land weer vruchtbaar te maken ( zie hoofdstuk vijf ). U zult begrijpen dat de jaarlijkse overstroming van de Nijl voor de Egyptenaren erg belangrijk was.

- De koninklijke bijnaam

Het was natuurlijk wel heel erg onwaarschijnlijk dat je een Egyptische koning werd, en veel begrijpelijker was dat je een normale burgerwas. Om te beginnen zou je jezelf aardig in de nesten werken als je de koning gewoon aansprak met: ’Ehhh…koning’. Was je een doodgewone Egyptische burger zou je hiervoor zelfs de doodstraf kunnen krijgen omdat je dan de koning flink beledigd had. De Egyptenaren geloofden dat hun heerser heilig was. Ten slotte was hij niet alleen koning maar ook een god. De populairste bijnaam voor de koning was farao, dat groot huis of paleis betekent omdat de Egyptenaren dachten dat het lichaam van hun koning het menselijk ‘huis’ was van een god.

- Machtige legerleider

Op de reliëfs (dat zijn teksten die je ook kan voelen, dus in een soort bobbel) van vrijwel alle Egyptische monumenten staat de farao van Egypte afgebeeld als overwinnaar. En wat dan als de Egyptische farao verloren had? Geen zorgen, de schrijvers schreven gewoon dat de Egyptenaren gewonnen hadden. Ramses II vocht bij Kadesh in Syrië tegen de Hettieten. De Egyptische schrijvers beschreven hoe Ramses II de Hettieten versloeg. Het vreemde is alleen dat de schrijvers van de Hettieten ook verslag hadden gemaakt van dezelfde strijd, alleen schreven hun dat de Hettieten gewonnen hadden!

Hier kunt U zien dat de kat een heilig dier was.

3. Piramides

Hier zijn een paar indrukwekkende dingen over piramides.

1. Iedereen denkt dat de piramides werden gebouwd als begraafplaats van de farao’s
2. De piramides werden gemaakt van gigantische stenen blokken, maaar bijna niemand weet hoe de Egyptenaren de grote stenen blokken precies werden vervoerd naar de plek waar de piramide werd gebouwd. Veel mensen denken dat de stenen blokken door de Egyptenaren over een aarde wal naar boven getrokken werd. Andere mensen denken dat de kleinere stenen door vele vogels naar boven getrokken werd. En dat de Egyptenaren de vogels lokten door voedsel neer te leggen. Hier kunt u zien hoe ze dat deden. 3. In het midden van de grafkamer van de piramide stonden heel veel voorwerpen (vaak gemaakt van- of versierd met goud, ivoor, edelstenen enz.) die farao nodig had om in het hiernamaals, dat is een leven na de dood die alleen is voor farao’s, verder te leven. 4. De kostbare voorwerpen van de farao waren zeer gebruikelijk voor grafrovers. De piramidebouwers probeerde de grafrovers dan ook op het verkeerde spoor te zetten dooor valse, trappen, deuren en gangen te maken. 5. Het oppervlak van de Grote Piramide van Cheops is net zo groot als dat van acht voetbalvelden. 320 m x 320 m = 52.900 m2
6. De grafkamer van de Grote Piramide van Cheops is net zo groot als een huis. 10 m x 5 m x 6 m = 300 m3
7. De piramides liggen dichtbij de Nijl, zodat de reusachtige stenen per boot vanaf de steengroeven, dat is dus een soort steenbron, konden worden vervoerd. Dit lag soms wel op meer dan 100 kilometer van elkaar af. 8. De piramides werden om godsdienstige redenen aan de west-kant van de Nijl gebouwd. 9. Bij de graven van de farao’s werden ook godsdienstige geschriften gelegd die hen in hun leven in het hiernamaals konden helpen.Tijdens de eerste dynastieën werden de geschriften op de muren van de grafkamers geschilderd. Later werd dat op papyrus (papier) geschreven, dat opgerold werd en in de sacrofaag (doodskist) van de overledende werd gelegd. Op de geschriften, dat bekend staat als het Dodenboek, staat wat de gevaren zijn in het hiernamaals
10. De oude Grieken bezochten de piramides als toeristen. Zij vertelden aan anderen dat de bouw van elke piramide tien jaar lang zo’n 100.000 slaven hadden gewerkt. In een paar moderne geschiedenisboeken staat dit nog steeds al klopt er helemaal niets van. De werklui waren vrije handwerklieden, geen slaven, en er waren waarschijnlijk 70.000 tot 80.000 man nodig om een piramide te bouwen. De betaling werd trouwens gedaan met radijsjes en knoflook, om de werklui nog gezond te laten blijven.

Test uzelf.

Waar of niet waar?

- Mummies werden soms begraven met modelpoppen. Waar / niet waar

- Hout was een kostbaar materiaal in Egypte, omdat er nauwelijks bomen stonden. Dit is een van de redenen dat de Egyptenaren zo goed waren met het bouwen met steen. Waar / niet waar

- Men beweerde dat de Egyptenaren de stenen op een soort sleeën naar de piramide heeft geslepen, omdat het wiel nog niet was uitgevonden. Waar / niet waar

- Veel farao’s werden met een Dodenboek begraven dat ‘Het Boek Van De Heilige Koe’ heette
Waar / niet waar

- Piramides raakten tussen 1800 v. Chr. en 800 v. Chr. zo’n 1000 jaar lang uit de mode
Waar / niet waar

- In de piramides lag alles wat de farao in het hiernamaals nodig had … inclusief een toilet! Waar / niet waar

- De trappenpiramiramide van Djoser in Sakkara was het eerste stenen bouwwerk ter wereld. Waar / niet waar

- De Grote Piramide van Cheops bestaat uit zo’n 2.300.000 stenen blokken
Waar / niet waar

- In Egypte staan meer dan 100 piramides
Waar / niet waar

Als U alle vragen goed had bent U een genie

Ghgggggggggggggg
Alle vragen zijn waar Dit is de trappenpiramide van Djoser.

Waarom werden piramides gebouwd?

In de tijd van de Egyptenaren werden farao’s niet begraven zoals wij dat meestal doen, zoals cremeren of begraven in een doodskist onder de grond. De Egyptische farao’s werden begraven in grote piramides met allemaal kostbaarheden die farao’s nodig hadden in het hiernamaals. Want de Egyptenaren dachten dat de farao’s terug kwamen in het hiernamaals na je ddod in het leven op aarde. En daar moest je toch wat bij je hebben… In het midden van de piramide was de grafkamer. In de grafkamer van de piramide lag de sacrofaag waar de mummie in zit. Een sacrofaag is een doodskist. In de doodskist lag het Dodenboek. Hier stond in wat de farao in het hiernamaals moest doen.

4. Grafrovers

De farao’s lieten dus zichzelf in een piramide begraven. Omdat de Egyptenaren dachten dat de farao in het hiernamaals terugkwam, gaven ze hem veel spullen mee die hij nodig had in het hiernamaals. Natuurlijk waren dit kostbare spullen want ze waren allemaal van goud, ivoor, edelsteen, enz. Die spullen waren dus op aarde veel geld waard. Daarom was een piramide erg aantrekkelijk voor grafrovers. De grafrovers zouden erg rijk kunnen worden al zouden ze die kostbaarheden bezitten. Daarom gingen de grafrovers naar piramides om die leeg te roven. Na een tijdje werd elke piramide leeggeroofd. Dus bedachten de farao’s om te stoppen met piramides bouwen. Ze konden natuurlijk wel de piramides steeds iets groter, steviger en moeilijker maken om erin te komen. Maar de grafrovers lukte het altijd om in de grafkamer te komen. Al waren de grafrovers in de grafkamer begon het grote avontuur. De grafrovers die vaak met een groep waren, staken dan de doodskist in brand, d.w.z. binnenin de doodskist. Want in de doodskist lagen veel brandbare spullen zoals stof en papyrus. De grafrovers staken met hun fakkels het in brand. Want als het in de brand stond zodat alle andere spullen verbrand waren konden ze zo het goud eruit pakken. De koningen hadden er dus genoeg van. Alles werd leeggeroofd en er bleef niets meer over. Dus bedachten ze iets slims. Ze bedachten geen piramide meer te bouwen, want dat leek net een uithangbord te zijn voor grafrovers met als tekst: “ Kijk eens, hier zijn grote schatten te halen. Dus bedachten ze om ze voortaan te begraven. Ergens in Egypte is een groot dal. Het Dal dat het Dal der Koningen heet. Hier werden de koningen begraven in een soort grotten. Natuurlijk was dit ook moeilijk toegankelijk, want al werd het nou eens ontdekt dan zou het alsnog worden leeggeroofd. Hier volgt een raar verhaal: Eindelijk hadden grafrovers het doel bereikt. De stenen sarcofaag stond voor hen. Misschien bevatte hij ongekende schatten en genoeg goud om de man eeuwig rijkdom te geven…. De deksel was loodzwaar. De dieven worstelden zich om het ding omhoog te krijgen. De rust van de grafkamer werd door hun gebonk verstoord. Stof en steentjes vielen naar beneden. Eindelijk verscheen er een scheur in het deksel. De dieven stopten even om te rusten en keken trots naar hun werk. Daarna gingen ze met nieuwe moed ertegenaan. De scheur werd breder. Omdat de dieven bezig waren met de sarcofaag open te maken letten zij helemaal niet op het plafond dat niet erg stevig meer zat. Nog een ruk aan de deksel. Een luid gekraak echode door de grafkamer. De grafrovers staken hun handen in de kist. Weer klonk er luid gekraak, maar deze keer was het het plafond. Het plafond was verzwakt door de pogingen van de dieven om in te breken. Het plafond stortte naar beneden. De dieven wilden hun handen uit de kist halen maar het was te laat. De rovers waren dood met hun handen nog in de kist. In 1970 werden zij gevonden, toen archeologen de stenen weghaalden om bij de doodskist te komen. Het enige wat ze vonden waren een paar geraamtes met een stuk stof dat ooit een mantel was geweest. De handen van de skeletten staken in de doodskist. In de zak van de mantel bevond zich iets waar de archeologen van op keken. Wat vonden ze? De overblijfselen van een krant. Maar dat was niet zomaar een krant. De krant was van 1944 na Christus.

5. De Nijl

De Nijl is de langste rivier ter wereld. Voor Egypte was hij het allerbelangrijkste. Hier komen een paar punten waarom de Nijl zo belangrijk was: 1. Om piramides te bouwen moesten er grote stenen naar de plek worden vervoerd. Omdat het wiel nog niet was uitgevonden moest het op een andere manier. Je zou moeilijk door de woestijn met een steen honderd kilometer moeten lopen. Dus bedachten de farao’s om het maar per boot te doen. Zo gingen ze over de Nijl. Ze gingen met grote boten over de Nijl met heel erg veel stenen en al had de farao een plek langs de Nijl aangewezen dan moesten ze nog een klein stukje over het land. 2. De boeren waren erg arm. Ze moesten steeds maar werken voor de farao’s. Omdat het in Egypte erg warm is werden de landbouwgronden ook vaak droog. In Nederland doen we in de zomer dan gewoon sproeiers aan. Maar dat hadden de Egyptenaren toen nog niet. Zij deden het heel anders. Omdat er in een tijd heel veel water viel en de Nijl dus heel hoog werd lieten ze gewoon de Nijl overstromen. Tijdens de overstromingen kwam er veel water op de landbouwgrond. Dan bleef er ook nog een klein laagje modder achter. Vlak na de overstroming werd er meteen gezaaid. Zo konden er toch produkten worden geoogst. Deze drie tijdperken duurden ongeveer allemaal even lang, dus vier maanden. Deze drie tijdperken waren de drie seizoenen van Egypte.

Feiten over de Nijl: 1. De Nijl is maar liefst 960 kilometer lang. 2. Er stromen drie rivieren in de Nijl. De rivier de Atarba die uit Soedan komt, de blauwe Nijl uit Ethiopie en de witte Nijl uit Oeganda. 3. De overstromingen van de Nijl begint in juni en eindigt in oktober. 4. De Egyptenaren tekenden op de rotsen hoe hoog het water kwam. Deze tekens staan bekend als de Nijlmeters. 5. Rond november verschenen de eerste plantjes. Het hangt af van de hoogte van de overstroming hoe de oogst zal zijn. Dit werd gemeten in el, dit wat een halve meter. Een Romeins bezoeker, Plinius, schreef: “Een hoogte van twaalf el betekent honger, omdat er dan te weinig water was. Een hoogte van veertien el betekent geluk, omdat er dan genoeg water is. Een hoogte van vijftien el betekent zekerheid, omdat er dan ook genoeg water is en een hoogte van achttien el betekent ramp omdat er dan teveel water is .”

6. Egyptische wiskunde

In Egypte was er de eerste wiskunde. Hier komen de getallen in tekens:

De Egyptenaren begonnen te tellen bij 1 en stopten pas bij 1 miljoen. De een was een symbool dat een papyrusblad moest voorstellen. De tien een gevouwen blad in de vorm van een das. De honderd leek op een bolletje touw. De duizend was een lotusbloem. De tienduizend was een slang. De honderdduizend een kikkervisje. Een miljoen was een geleerde die aan het bidden was met zijn handen omhoog. In Egyptische getallen is het totaal aantal bijna net zo makkelijk te lezen als bij ons. Al zie je bijvoordbeeld drie keer een tekentje van honderd staan dan heb je dus driehonderd. En al zie je daarnaast negen tekentjes van tien staan heb je dus negentig, plus die driehonderd is dus driehonderdnegentig. En al heb je dus nou tien tekentjes van een ? dan is dat tien keer een en dat is tien. En voor tien heb je ook een teken. Aftrekken is het tegenovergestelde van optellen en bijna net zo eenvoudig, alleen moet je oppassen bij het lenen.

Voorbeeld van optellen:

In moderne wiskunde: 25+235=260
In Egyptische getallen:

Voorbeeld van aftrekken:

In moderne wiskunde: 364-112=242
In Egyptische getallen:

7. Hieroglyfen

Het Egyptische schrift heette het Hieroglyfenschrift. Maar de Egyptenaren noemden het niet zo. Het woord is Grieks en komt van hieros dan heilig betekent en glyphe dat snijwerk of stempel betekende. En de Egyptische naam voor het schrift was woorden van goden. Soms stond een teken voor een letter, zoals in ons alfabet, maar soms ook voor en bepaalde uitspraak of twee letters zoals bij ons de ch en als uitspraak bijvoorbeeld sj. De inkt die de Egyptenaren gebruikten leek meer op onze plakkaatverf. De meestgebruikte kleuren waren zwart en rood. Met lijm maakte met blokken van de inkt. Een pen leek meer op een fijne kwast want men kauwde op een takje of een rietstengel totdat het uiteinde begon te rafelen. Daarna sneed men met een mes de rafels tot een dun puntje. Hiermee werd in het blok geschreven. Ze konden ook met de pen op papyrus schrijven. Papyrus is een soort papier dat gemaakt werd van rietstengels die opelkaar werden gelegd en erop geslagen werd. Daarna werd het in de zon gedroogd. De langst bekende rol papyrus was 125 meter lang. Mensen die konden lezen en schrijven konden en goed beroep krijgen zoals priester, dokter of ambtenaar. Deze mensen werden soms gewaardeerd omdat het erg lang duurde voor je eindelijk kon lezen en schrijven. De meeste kinderen bleven ook thuis en deden wat hun vader of moeder ook deden.Scholen bevonden zich vaak in tempels en werden geleid door priesters. De studie voor de schrijvers was erg zwaar. Er heerste strikte orde en de leraren waren waanzinnig streng. Lees de volgende tekst maar eens voor die richtlijnen voor een jonge schrijver heet. O schrijver, u mag niet lui zijn , anders wordt u vervloekt. Geef u niet over aan pleziertjes, anders zult u mislukken. Geeft u geen dag over aan de luiheid, anders zult u afgeranseld worden. Het oor van een jongen zit aan de achterkant, zodat hij kan luisteren hoe hij geslagen wordt……

Toen de laatste tempel in de zesde eeuw na Christus werd gesloten, verdween ook de kunst van hieroglyfen. Daarna wist niemand er meer iets van. Zo ontstond het idee dat de Egyptenaren zo slim waren, dat ze een taal hadden bedacht die niemand anders kon begrijpen. In 1779 werd de steen van Rosette ontdekt door een officier in het leger van Napoleon. Hierop stond dezelfde boodschap in hieroglyfenschrift, in het oud-Egyptisch en in het Grieks. In 1822 gebruikte een jonge Franse wetenschapper, Jean-Francois Champillon, de steen en zijn kennis van het Grieks en het Oud-Egyptisch om de code te kraken en de hieroglyfen te ontcijferen.

8. In het hiernamaals

Wie is Osiris? De Egyptenaren vertelden hoe de god Osiris werd vermoord en weer opstond uit de dood. Iedere Egyptenaar wilde daarom \"een Osiris worden\". Door de mummificatie, dat is dus mummie ‘worden’, hoopte de Egyptenaar te worden opgenomen in Osiris kringloop van leven en dood. Zo\'n levenscyclus zagen de Egyptenaren overal om zich heen in de natuur, de zon en de sterren gaan onder en komen weer op, de maan neemt af en wast weer, het Nijlwater zakt en komt dan weer tot overstroming, het koren sterft af en komt weer op. Dan moest toch ook de mens na de dood kunnen voortleven.

Boten en veerlieden
Het Dodenrijk was vol kanalen die de dode moest oversteken. Daarom kregen de Egyptenaren (model)boten mee in het graf. Wie geen eigen boot bezat, kon gebruik maken van de afbeeldingen in het Dodenboek. De plaatjes met varende doden en goeden konden namelijk werkelijkheid worden. De toverspreuken bevatten de wachtwoorden. Als de dode deze aan de veerman noemde, zette hij hem over.

Poorten en wachters
De dode vreesde de poortwachters van het Dodenrijk. Met hun lange messen en woeste dierenkoppen schrokken de poortwachters indringers af. Wie Osiris kwaad wilde doen, werd onthoofd. De Dodenboeken bevatten de wachtwoorden die hen onschadelijk konden maken.

Wilde dieren
Krokodillen, schorpioenen, slangen en andere wilde dieren boezemden de Egyptenaren grote angst in. Zij kwamen zowel in het land van de levenden als in het Dodenrijk voor. op aarde zochten de Egyptenaren bescherming bij de god Horus, de zoon van Osiris. In het Dodenrijk, op weg naar Osiris, stonden zij er alleen voor. De toverspreuken en afbeeldingen van de Dodenboek waren hun enige verdedigingsmiddel.

Het laatste oordeel
Osiris wilde geen slechteriken in het Dodenrijk. Daarom woog hij het hart van iedere dode op een weegschaal. Het hart moest even licht zijn als een struisveer, het symbool van waarheid. Om een goede uitslag te verzekeren nam de dode een hartscarabee mee met daarop een toverspreuk. Andere spreuken stonden in zijn Dodenboek. Op mummiekisten staat vaak een plaatje van dit \"dodengedicht\"

Lichaam en ziel
De ziel (Ba) van een mens werd afgebeeld als een vogel met een mensenhoofd. Bij de dood vloog de ziel weg uit het lichaam, de zon achterna. \'s Nachts moest de Ba weer veilig in het lichaam kunnen terugkeren. Het lichaam mocht dus niet vergaan, anders stierf de ziel een \'tweede dood\'. Daarnaast was er de Ka op levenskracht, afgebeeld als twee beschermende armen. De Ka werd in leven gehouden door voedsel naar het graf te brengen.

Diermummies
De oude Egyptenaren dachten dat hun goden de gedaante van bepaalde dieren konden aannemen. Zulke diersoorten waren dus heilig. Ze werden bij tempels verzorgd en door pelgrims gevoed. Na hun dood werden ze gebalsemd en in onderaardse gangen begraven, soms duizenden bij elkaar. De meeste van deze mummies dateren uit de Grieks Romeinse periode
Koning Eje verricht op de mummie de rituele handeling van het openen van mond en ogen.

Bronvermelding

Vele informatie komt uit het boek: Die Eeuwige Egyptenaren
Door: Terry Deary
Peter Hepplewhite
Illustraties: Martin Brown
Uitgever: Kluitman

Oorspronkelijke naam: The Awesone Egyptians
Vertaling: Annemarie Harmaun

Verder heb ik informatie van het internet afgehaald.

Van Hoofdstuk 6 heb ik informatie gehaald van mijn broer Jeroen Lakeman.

REACTIES

S.

S.

hele leuke weetjes over Egypte en heel leerzaam!

9 jaar geleden

K.

K.

Jullie site is saai

8 jaar geleden

L.

L.

welk volk kon heel goed mummieficeren ik moet het vandaag weten pleas

8 jaar geleden

I.

I.

wel goed maar er zijn lappen text

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.