Wat is het communisme?
De Griekse filosoof Plato wordt gezien als eerste communist, maar het moderne communisme komt toch vooral van de ideeën van Karl Marx en Friederich Engels. Zij ontwikkelden de theorie marxisme waarin het communisme zowel de oertoestand als de eindtoestand van de menselijke geschiedenis is.
Wanneer men wat dieper ingaat op het communisme is het eigenlijk een filosofie, politiek en maatschappij-inrichting.
Het communisme gaat er in het algemeen vanuit dat de mens moet kunnen bestaan (zijn lot in eigen handen moet nemen zonder dat er een hogere macht, zoals een god of de adel, aan te pas komt. De mens kan volgens het communisme zijn eigen wereld scheppen, waardoor het communisme zich aansluit bij o.a. het postchristelijke tijdperk en het humanisme.
De kapitalisten worden gezien als tegenstrever van het communisme, hierin staat de strijd tussen de klassen (fabrieksbezitters en arbeiders) centraal. Marx meende echter deze strijd nooit te zien en kon via een revolutie gevolgd door de dictatuur van het proletariaat (staatsvorm in de marxistische theorie, waarin de arbeidersklasse de absolute macht heeft) het communisme opbouwen.
Volgens Marx moest het communisme twee fasen doormaken, waarbij de eerste fase vaak 'socialistisch' wordt genoemd. Daarom worden de termen ‘socialisme’ en ‘communisme’ vaak door elkaar heen gebruikt als men de bestaande regeringsvormen bedoelt. Volgens de marxistische theorie is de mens ideaal als deze “levert naar vermogen en neemt naar behoefte”, maar dit idee is een utopie en is nog niet bereikt. Vandaar dat er in de communistische landen de tussenfase ‘socialisme’ is ingevoerd waardoor de mensen echte communisten zouden moeten worden. Pas dan zullen die landen echt communistisch genoemd kunnen worden. Tot die tijd bestaat de regering meestal uit een Communistische Partij (die streeft naar communisme), maar zijn het land en de politiek socialist isch. De voormalige USSR heette dan ook de "Unie van Socialistische Sovjet Republieken," en ook in Cuba wordt de (voortdurende) revolutie socialistisch genoemd, niet communistisch. De meeste socialistisch georiënteerde landen (zoals Nederland) zijn in essentie kapitalistisch met verregaande socialistische 'correcties'.
Als politieke stroming was het communisme (of marxisme) in eerste instantie onderdeel van wat toen nog de sociaal-democratie heette. Na het komen van het besluit van een meerderheid van de sociaal-democratie om de oorlogsinspanningen voor de Eerste Wereldoorlog te steunen en dus mee te werken aan de massaslachting die volgde, splitste een grote marxistische groep zich af, onder leiding van Lenin.
Hij noemde de leden van deze stroming 'communisten', om afstand te nemen van de overgebleven sociaal-democratie. Het communisme staat sindsdien voor een meer feitelijke stroming binnen het socialisme, dat nog het sterkst uitgaat van de ideeën zoals die oorspronkelijk door Marx waren bedacht.
Hoe kwam het communisme in Rusland?
In het begin van de 20ste eeuw was Rusland een staat met veel armoede en weinig industrie. Aan het hoofd van de staat zat tsaar Nicolaas II. Tsaar Nicolaas zat sinds 1894 op de troon en sinds die tijd had hij weinig veranderingen doorgevoerd in Rusland. Er was een grote groep mensen die tegen de regeringswijze van tsaar Nicolaas waren, die groep varieerde van de adel tot boerenknechten. In de Eerste Wereldoorlog leed Rusland grote verliezen en dat was niet goed voor het aanzien van de tsaar. De tsaar was namelijk ook opperbevelhebber van het leger. In 1917 kwam er opeens een volksoproer, doordat de arbeiders in Sint-Petersburg gingen staken. Maar niet alleen arbeiders, maar ook militairen deden mee aan deze revolutie.
De tsaar had voor deze revolutie al door dat de Doema, de regering, niet achter hem stond. Daarom had hij de Doema laten ontbinden, maar de leden van de Doema weigerde dit. Deze revolutie, beter bekent als de Februari Revolutie, betekende het einde van de regeerperiode van de tsaar. De Doema maakte met de sovjet van arbeiders en soldaten een Voorlopige Regering, met als premier Lvov. Deze regering dwong de tsaar tot aftreden, maar tsaar Nicolaas weigerde dit. Hij en zijn hele familie werden vermoord. Rusland was een republiek geworden.
Deze regering was echter niet waar het volk op zat te wachten. Ze voerde geen veranderingen door bij de landbouw of in de Russische maatschappij en daar zat het volk juist op te wachten. Ook werd de oorlog tegen Duitsland en Oostenrijk-Hongarije gewoon voortgezet, waardoor er nog steeds slachtoffers vielen.
De bolsjewieken ondernamen acties tegen deze regering. Aan het hoofd van deze partij stond Lenin, die terug was gekeerd uit zijn ballingsschap in Zwitserland. De bolsjewieken eisten het aftreden van de Voorlopige Regering, veranderingen in de maatschappij en het beëindigen van de oorlog tegen Duitsland en Oostenrijk-Hongarije. In juli 1917 probeerde de bolsjewieken de macht over te nemen, maar deze poging mislukte.
Er kwam na de poging tot machtsovername van de bolsjewieken een nieuwe premier in plaats van Lvov. Deze nieuwe premier, Kerenski, dacht dat de bolsjewieken niets meer zouden ondernemen. Maar in het najaar van 1917 deden de bolsjewieken weer een poging tot machtsovername. Ze waren hersteld van de vorige nederlaag en dit keer lukte hun poging. Na deze staatsgreep, ook wel bekent als de Oktoberrevolutie, werd de Voorlopige Regering ontbonden. Er kwam een nieuwe regering met vooral mensen van de bolsjewieken erin. Lenin werd het hoofd van de Raad van Volkscommissarissen. Trotski werd volkscommissaris van Buitenlandse zaken en Stalin werd volkscommissaris van Nationaliteitszaken. Lenin was de leider van Rusland geworden.
Eén van de eerste beslissingen die Lenin maakte had te maken met de oorlog tegen Duitsland en Oostenrijk-Hongarije. De Russen sloten een vrede met Duitsland met de vrede van Brest-Litovsk. De Russen gaven de Duitsers stukken grondgebied in ruil voor vrede. De geallieerden waren niet blij met deze vrede, want nu had Duitsland één belangrijke tegenstander minder en zij hadden één metgezel minder.
Een andere beslissing had te maken met de grond van boeren. Alle grond werd van de staat en daarna werd alle grond onder de boeren eerlijk verdeeld. Hierdoor waren er geen (groot)grondbezitters meer en waren alle boeren gelijk aan elkaar.
De bolsjewieken, die zich communisten noemde, hadden veel tegenstanders in Rusland. Bij de verkiezing voor de grondwetgevende vergadering in november 1917 kregen ze maar 175 van de 707 zetels. Lenin was het hier niet mee eens en hij liet de verkiezing nietig verklaren en hij verbood andere politieke partijen.
In de lente van 1918 begonnen de tegenstanders van het communisme met gewapend verzet. De tegenstanders, de 'Witten', hadden steun van de geallieerden landen uit de Eerste Wereldoorlog. Dit was omdat Frankrijk en Engeland nog wraak wilden vanwege de vrede van Brest-Litovsk. Ook waren Frankrijk en Engeland bang voor een soortgelijke revolutie in hun eigen land. De 'Roden', de communisten, zetten alles in om de 'Witten' tegen te houden. Ze lieten het Rode Leger vechten onder leiding van Trotski; ze lieten de Tsjeka, de geheime politie, de tegenstanders van het communisme oppakken; ze legden censuur op; en ze beheersten de economie van Rusland volkomen zonder dat er tegenspraak mocht zijn. In 1921 werd het verzet pas volledig neergeslagen, waardoor de tegenstanders van het communisme niet meer langer samen werkten maar eigen groeperingen oprichtten.
Na afloop van de oorlog kreeg Rusland te maken met een grote hongersnood. Miljoenen Russen stierven van de honger. Om te zorgen dat de productie van voedsel weer wat meer kon worden, liet Lenin de hervormingen wat langzamer gaan.
In 1922 werd Rusland omgevormd tot de Sovjetunie. De Sovjetunie was geen echt land, maar een bondstaat. De Sovjetunie was dus een unie van landen die nauw samenwerkten.
Hoe was het communisme onder Stalin?
Na de moord op Sergej Kirov (1934) begon 'De Grote Zuivering'. De Grote Zuivering was volgens Stalin het uit de wegruimen van onzuivere mensen, zoals: voormalige oppositieleiders binnen de partij, staatshoofden, premiers en partijleiders van de deelrepublieken, intellectuelen, kunstenaars, trotskisten (aanhangers van Trotski), zinovjevisten (aanhanger van Zinovjev), rechtsen, maar ook gewone burgers. Bijna de helft van de legerleiding, waaronder de geniale maarschalk Michail Toechatsjevksi, werden terechtgesteld. De goelags (ГУЛАГ, dit Russische woord is een afkorting voor Hoofddirectoraat voor Correctie Werk Kampen & Kolonies) zaten overvol.
Vanaf ongeveer 1929 werden de kerken, de islam en andere godsdiensten vervolgd. Stalin, die voorheen seminarist was, had zich in zijn privé-uitspraken echter nooit ingehouden over de kerk. Maar omdat hij alleenheerser wilde zijn, accepteerde hij geen God naast zich. Het marxisme-leninisme gaf hem, in theorie, het recht om alle godsdiensten te vervolgen.
In de tussentijd kwam het stalinisme van de grond. Het stalinisme was een mengeling van orthodox marxisme-leninisme, burgerlijke moraliteit, heldenverering en verering van de Leider (Stalin). Belangrijk onderdeel van het stalinisme was ook het socialistisch-realisme. Deze kunstvorm maakte een einde aan de kunstzinnige experimenten die zo populair waren in het Rusland van kort vóór en kort ná de revolutie. Men moest begrijpelijke, realistische kunst maken.
In 1936 kreeg de USSR een nieuwe grondwet. In deze grondwet - neemt men haar letterlijk, dan is zij de meest democratische ter wereld - volgde een opsomming van de traditionele burgerlijke vrijheden, zoals vrijheid van meningsuiting, vereniging en godsdienst. Dit behoorde tot de ironie van het stalinisme: alles mag, niets mag. De verkiezingen van dat jaar brachten een overwinning met zich mee voor de stalinistische kandidaten. Hoewel partijvorming volgens de grondwet was toegestaan, deed alleen de CPSU (Communistische Partij van de Sovjet-Unie) aan de verkiezingen mee.
Wat ging er fout met het Russische communisme?
In de andere landen van het Warschaupact ging het minder goed met het communisme. In 1989 werd het communisme in Hongarije, Polen, Tsjecho-Slowakije en Bulgarije weggestemd door het volk. Niemand van de communistische partij kon het tegenhouden en er was geen steun meer van de andere landen van het Warschaupact. In Hongarije werd het land als eerste langzaam open gesteld: het opende de grenzen met Oostenrijk. De Oost-Duitsers die weg wilden hadden hun kans geroken en zij gingen via Hongarije naar het rijkere West-Europa. Hierdoor werd het voor de communistische partij in Oost-Duitsland steeds moeilijker. Toen de partijleider Honecker aftrad viel de Berlijnse muur in enkele weken.
Niet iedereen in de Sovjetunie stond achter de veranderingen van Gorbatsjov. De KGB probeerde in 1991 een staatsgreep te doen in Litouwen, maar deze mislukte. Gorbatsjov was zelf ook niet blij met de gevolgen die zijn veranderingen hadden, maar zijn pogingen die hij deed om de gevolgen te voorkomen vielen niet in goede aarde bij de KGB, het leger en zijn partijgenoten van de communistische partij.
Door de onvrede was er in 18 augustus 1991 een staatsgreep van de Sovjetunie door de hoge functionarissen van de communistische partij. De staatsgreep was succesvol, maar erg slecht gepland. De opstandelingen hielden Gorbatsjov vast op het Krim, het regeringsgebouw. Jeltsin had de steun van het leger en de regering en hij stopte de opstandelingen. Hij ging op een tank staan en sprak ze vandaar af toe, Lenin deed in 1917 een soortgelijk iets. De opstandelingen lieten na drie dagen, op 21 augustus 1991, Gorbatsjov weer vrij. Nadat Gorbatsjov was vrijgelaten trad hij af als leider van de communistische partij en hij nam de macht van de communistische af; de ontvoerders werden opgepakt, zodat ze zoiets niet nogmaals konden doen.
Door deze staatsgreep was de positie van Gorbatsjov verzwakt en de positie van Jeltsin versterkt; Jeltsin was de held: hij had Gorbatsjov gered. Gorbatsjov had niets gedaan en het was Gorbatsjovs partij die de staatsgreep had gedaan.
In de opvolgende maanden begonnen landen zich onafhankelijk te verklaren, met als laatste op 6 september Litouwen, Letland en Estland. Alle spullen die ook maar iets met de Sovjetunie hadden te maken, zoals posters van Lenin, werden verwijderd uit openbare gebouwen.
Op 25 december 1991 werd het GOS erkend door de Sovjetunie. Gorbatsjov trad af als president van de Sovjetunie en de Sovjetunie houdt op met bestaan.
Er was vanaf het begin van het communisme al tegenstand van de bevolking. Het begon met de slechte verkiezingsresultaten voor de communisten in 1917. Later in 1918 ging het verder met de oorlog tussen de 'Witten' en de 'Roden'. Deze tegenstand was slecht voor de economie en de productie van voedsel, want na afloop van de oorlog in 1921 kwam er een hongersnood. De latere leiders van de Sovjetunie bleven tegenstanders zien. Stalin liet tussen 1934 en 1938 miljoenen parlementsleden, partijleden van de communistische partij, officieren en gewone Russen vermoorden.
Nadat ook andere landen in Oost-Europa communistisch waren geworden kwam de spanning tussen de Sovjetunie en het Westen weer terug. In de eerste jaren van het communisme in Rusland hadden Frankrijk en Engeland al geprobeerd om het communisme te laten verdwijnen uit Rusland. Ze hadden namelijk in de oorlog tussen de 'Witten' en de 'Roden' de 'Witten' gesteund, omdat zij ook tegen het communisme waren.
Die poging had geen succes. Nu er nog meer landen communistisch waren geworden steeg de spanning weer. Dit kwam ook vanwege de afsluiting van Berlijn tussen juni 1948 en mei 1949. Deze spanning, ook wel de Koude Oorlog genoemd, bleef stijgen tot 1961.
Toen probeerde de Sovjetunie kernraketten op Cuba neer te zetten. De onderhandelingen tussen de Russen en Amerikanen duurden lang, maar ze kwamen eruit. Er kwamen nog meer verdragen tussen de Sovjetunie en de Verenigde Staten.
Tijdens de Koude Oorlog had de Sovjetunie veel geld uitgegeven aan de ontwikkeling van nieuwe en betere wapens. De Verenigde Staten had dit ook gedaan, maar die kon geld lenen van andere landen. De Sovjetunie raakte in een economische crisis nadat ze van 1979 tot 1988 Afghanistan bezet hadden.
Gorbatsjov kreeg in 1985 de leiding over de Sovjetunie. Vanwege de economische problemen moest hij drastische hervormingen doen. Door deze hervormingen hoefde de Sovjetunie minder geld uit te geven en kwam er meer geld binnen. Hij deed ook hervormingen op politiek terrein om te proberen dat het communisme zijn geloofwaardigheid weer terug kreeg.
Deze hervormingen werden Glasnost en Perestrojka genoemd. Gorbatsjov liet de andere communistische landen voortaan hun eigen problemen oplossen, zodat het leger minder vaak hoefde worden ingezet. Hij liet kleine particuliere bedrijven toe. Maar zijn belangrijkste wijziging was die van de grondwet. Gorbatsjov veranderde de manier van besturen van het land en hij liet andere politieke partijen toe Ook kwam er een president. Na de eerste ronde van verkiezingen in 1989 waren veel van de Oost-Europese landen niet meer communistisch. Er bleef nog voor twee jaar een Sovjetunie bestaan, maar eind 1991 was de Sovjetunie ook verleden tijd. De landen van de Sovjetunie hadden zich verenigd in het GOS, Gemenebest van Onafhankelijke Staten.
REACTIES
1 seconde geleden
D.
D.
jammer van de korte tekst ah zemmel de rest is goed oke jow
11 jaar geleden
Antwoorden