Bob Marley
Mijn keuze van Bob marley was snel gemaakt, ik ben een grote fan van hem en zijn band de Wailers. Ik wilde altijd al graag meer weten over zijn leven en muziek, met het boek Songs of freedom is dat ook gelukt. Ik stelde mij dus ook de vraag wie was hij nog meer behalve een geweldig artiest?
Mijn doel was om zijn kort maar krachtige leven zo duidelijk mogelijk weer te geven, niet alleen zijn muzikale carrière maar zijn gehele levensloop, zijn geloof Rastafari en het ontstaan van de reggae.
Bob Marley is een Superster, er zijn weinig mensen die niet van hem gehoord hebben, of ze ook van zijn muziek houden is een ander verhaal, zijn muziek is anders en daar moet je aan wennen.
Hij maakte verschillende nummers van vrolijke ska tot rustige ballades zoals zijn wereldhit ‘No Woman No Cry.’
Hij schreef al zijn muziek zelf, en de tekst was afhankelijk van de situatie waarin hij zich bevond, zo maakte hij vaak teksten over het leven in de getto’s van Jamaica maar ook over de liefde. Een van de belangrijkste boodschappen die hij altijd in zijn teksten stopte was die van het Rasta geloof, hij had ook als doel het geloof over de wereld te verspreiden.
De westerse cultuur kent hem als een popster maar voor veel mensen is hij de reïncarnatie van Jezus Christus.
‘Voor westerlingen zijn Bob’s apocalyptische waarheden inspirerend en kunnen levens veranderen, op luisteraars uit de derde wereld heeft hij een soortgelijke invloed alleen gaat het daar nog een stukje verder’ (citaat uit het boek ‘Songs of freedom’)
Het feit dat hij een donkere moeder en een blanke vader had heeft hem vaak dwars gezeten. In zijn jeugd was hij het ene moment open voor iedereen en het andere moment een loner. Vaak zat hij te tokkelen op een gitaar gemaakt van een sardineblik.
Het is altijd al een bijzonder kind geweest toen hij 4 jaar was las hij mensen de hand en de toekomstvoorspellingen kwamen altijd uit.
Als kind werd er door veel verschillende mensen voor hem gezorgd, zijn vader heeft hij weinig gekend, hij was als kind erg arm en leefde het grootste deel van zijn jeugd in ‘Trench Town,’ een achterbuurt van Kingston (de hoofdstad van Jamaica).
Zijn leven stond in het teken van muziek, voetbal en later Rastafari.
Op 36 jarige leeftijd na een schitterende carrière overlijdt Bob Marley aan kanker.
Door veel mensen werd de kanker als een moderne vorm van kruisiging gezien, zoals dat bij Jezus Christus het geval was.
Hoewel de ziekte waarschijnlijk werd opgewekt door een slecht verzorgde voetbal blessure, doen er nog veel samenzweringstheorieën de ronde. Werd Bob’s lichaam vergiftigd in een van de Babylonische steden zoals Londen, Miami en New York of is het een gevolg van een achtergebleven kogel in zijn lichaam na de aanslag op hem in 1976.
Zijn oudste zoon Ziggy heeft zijn vader opgevolgd in de muziekbusiness maar is nog niet zo succesvol als Bob Marley en zal dat ook nooit worden.
Rastafari
De oorsprong van rasta ligt in de buurt van de Nijl, in Egypte. Rasta verbindt een aantal geloven aan elkaar. Zo geloven ze dat Ra, de Egyptische god van de zon voor de levenskracht zorgt. Ze geloven ook dat mensen niet anders zijn dat God, of zoals zij dat noemen Jah, wat een verbastering is van Jehova. Hun god is dus gewoon een mens.
Rastafari geloven dat er in een persoon drie lagen mogelijk zijn: de dierlijk, met z’n passies en intuïtie, de 2e waarmee hij z’n emoties kan beheersen, en de 3e hiermee kan je met je innerlijke zelf vreedzaam kan omgaan, iemand die dit kan wordt gezien als een God, en die mag dan plaats nemen op een troon. Die persoon werd Keizer Haile Selassie I, ook wel Ras Tafari. Dat betekent leeuwenkop. Dit komt weer van de leeuw van Judah, die een zeer belangrijke positie inneemt in reggae. Ze zagen hem dus als een levende god. Haile Selassie betekent drie-eenheid, wat weer terugslaat op die drie lagen die een persoon kan hebben.
Rastafari wordt sinds 1930 beoefend, het is een pure mix van het christelijke en het joodse geloof. Rastafari (de mensen die in rasta geloven) noemen onderdrukkende landen Babylon, dit hoor je dan ook erg vaak terug in reggae, net als Jah, die veelvuldig geprezen wordt, want Hij geeft het inzicht en de muziek.
Weed wordt binnen de rasta cultuur veel gebruikt om in hogere sferen te raken, het moet dan ook vrij te verkrijgen zijn vinden zij. Het wordt ganja of herb genoemd, een joint noem je een spliff. De rastas geloven door het gebruik van herb, dichter bij Jah te komen. Hierdoor krijgen ze adviezen en inspiratie. Veel artiesten zeggen dan ook dat ze hun beste nummers onder invloed van herb schrijven.
Alle rastafari zeggen dat Jah hun de inspiratie geeft voor hun muziek, en dat Hij hun altijd het goede pad zal wijzen.
Rasta is dus gebaseerd op onder andere de bijbel, en alles wordt ook vanuit de bijbel gedaan. Iedereen op Jamaica kan je dan ook vertellen dat als je alle delen van de bijbel leest, en je leest een hoofdstuk per dag, je er drie en een half jaar over doet.
Rastafari geloven erin dat de wereld zoals we die nu kennen niet lang meer zal bestaan, er zal een nieuw rijk komen waarin alleen plaats in voor de personen die zich hebben ingezet tegen Babylonische dingen, zoals onderdrukking.
Afrika, met in het bijzonder Ethiopië, wordt beschouwd als de hemel op aarde voor de rastas.
Er bestaat geen hel of leven na de dood, rastas geloven dat Jah het signaal zal geven en de zwarte mensen zal helpen naar hun thuisland Ethiopië te gaan.
Een van de beroemdste symbolen van de rastas zijn kleuren:
Rood: Deze kleur staat voor “The Church Triumphant”, de kerk van de rastas.
Het staat ook voor het bloed dat de soldaten hebben verloren in het verleden.
Groen: vertegenwoordigt de schoonheid en veelzijdigheid van Ethiopië.
Geel: eigenlijk goud: het goud staat dan voor de rijkdom van het thuisland.
De dreadlocks zijn ook symboliserend voor de rastas. Ze zijn sterk in contrast met de blonde, lichte look van de blanke man. Deze haarstijl wordt ook vertegenwoordigd in de Bijbel.
Leviticus 21:5 “They shall not make baldness up on their head, neither shall they shave of the corner of their beard, nor make any cuttings in the flesh.
Bob Marley is niet zijn hele leven Rasta geweest, toen hij ongeveer 16 was kwam hij in contact met Rasta’s, in Trenchtown, de getto van Kingston.
Hij bekeerde zich tot Rasta toen hij merkte dat Rasta’s dezelfde interesses hadden als hij.
Levensloop van Bob Marley
Robert Nesta Marley werd geboren op 6 februari 1945 in Nine Miles, Jamaica. Als zoon van Cedella Malcolm (17) en Norval Marley (50). Norval, een generaal in het Britse leger, verliet Bob en Cedella snel na het huwelijk en liet 5 jaar niet meer van zich horen.
Nesta Marley was een vrolijk kind hij hield ervan om op zijn blote voeten door de heuvels van Nine Miles te rennen. Op een dag toen hij van school naar huis terug liep trapte hij in een stuk glas, de wond wilde niet genezen en kon het begin zijn van zijn latere kanker.
Toen Nesta vijf jaar oud was, nam zijn vader hem mee naar Kingston daar stalde hij hem bij een gastgezin. Alle contact was toen verbroken. Via een vriendin kreeg Cedella het adres van het gastgezin en kreeg ze hem eindelijk terug.
In 1957, toen Nesta 12 was, gingen zijn moeder en hij in Kingston wonen omdat Cedella op het platte land in Nine Miles niet genoeg geld kon verdienen. Ze gingen in de sloppenwijk Trenchtown wonen waar Nesta vriendschap sloot met Bunny Livingstone. Bunny en Nesta waren geen trottoirvechters maar als ze lastig gevallen werden stonden mannetje in Trenchtown, daar kreeg Nesta de bijnaam ‘Tuff Gong’ wat sterke jongen betekent, ook werd hij steeds vaker Bob genoemd. Maar Bob wilde geen rude-boy worden (jongeren die in het criminele circuit geraken, geïnspireerd door de Amerikaanse films)
Hoewel hij een pientere jongen was hield hij zich niet veel met school bezig, het liefst maakte hij muziek en ging voetballen.
Op zijn vijftiende ging Bob van school, hij trad in de leer bij een lasser, dit wilde hij alleen om tijdelijk geld te verdienen, zijn droom was profvoetballer of muzikant te worden. Bob kon zich echter niet goed concentreren op het lassen, zijn hoofd had hij bij de muziek. Hij stopte met lassen toen hij een heet stuk metaal in zijn oog kreeg.
Nu kon Bob zich helemaal op de muziek storten, hij kwam in contact met Joe Higgs, een Rastafari die gratis muziekles gaf, Bob en zijn vrienden maakten zo uren muziek samen. Joe heeft bob een hele andere kant van de muziek laten zien en hem voor het eerst in contact gebracht met Rasta.
Joe heeft veel invloed gehad op het leven van Bob Marley, hij coachte hem en Bunny in het samen zingen maar was ook een mannelijk rolmodel voor Bob.
Tijdens een van deze Jam sessies maakten Bob en Bunny kennis met de verwaande Peter McIntosh (werd Peter Tosh genoemd).
Als 16 jarige jongen wilde Bob dolgraag een plaat opnemen, via via kwam hij in contact met Leslie Kong, voor Kong was het een gok maar hij waagde het erop. Bob nam ‘Judge not’ op, dit werd echter geen groot succes. Na een ruzie met Kong, omdat Kong niet wilde betalen werd de relatie verbroken. Bob keerde terug naar de getto’s van Kingston, daar stelde hij zelf een band samen bestaande uit: hemzelf, Bunny Livingston, Peter Tosh, junior Braithwait, twee achtergrond zangeressen Beverly Kelso en Cherry Smith. Via Joe Higgs kwamen Bob en zijn band in contact met Coxsone Dodd, Sir Coxsone was een producer en soundsystem houder.
Coxsone was erg onder de indruk en bood hun een standaard 5 jarig contract aan en een garantie van 20 pond per plaatkant. Al snel werden ‘I’m still waiting’en ‘It hurts to be alone’ opgenomen.
De laatste was een nummer gemaakt en gezongen door junior Braithwait, dit werd een succes. Vlak na dit nummer verliet junior de band en moesten ze op zoek gaan naar een nieuwe lead zanger. Bob zou deze taak op zich nemen, een kleiner aandeel was voor Bunny en Peter. Bob maakte zich waar toen hij in 1964 met succes de nummer 1 hit ‘simmer down’ opnam. Dit nummer was door Bob geschreven en werd ondersteund door de groep de Skilites, dit was een ska nummer maar was ook anders door de tekst.
De groep had diverse namen, zoals ‘The Wailers’, ‘The Wailing Wailers’, ‘Peter Touch and The Wailers’, ‘Bob Marley and The Wailers’, enz. In drie jaar tijd namen ze meer dan 75 nummers op voor Coxsone.
The wailers boekten groot succes met overvolle zalen in kingston.
Rita Anderson was in die tijd ook bevriend geraakt met The Wailers. Ze was lid van The Soulettes, een jonge groep, bestaande uit 3 zangeressen. Bob was ongebruikelijk nerveus wanneer Rita in de buurt was en later bleek dat hij verliefd op haar was en door een briefje liet hij het aan Rita weten en het bleek dat zij ook hetzelfde voor hem voelde.
Op een avond sliepen Rita en Bob samen in de studio, waar Bob meestal geen slaap kon vatten. Bob vertelde Rita dat de studio werd bezocht door geesten, Rita merkte ook de aanwezigheid en wilde dat Bob bij haar kwam slapen. De volgende dag kroop Bob door het raam naar de kleine kamer van Rita, daar verbleven ook de baby van Rita en haar nicht. Toen Rita’s tante de kamer opkwam was ze woedend en joeg hen het huis uit. Later had ze meer begrip en stemde toe in de bouw van een schuur naast haar huis.
Op 10 februari 1966 trouwden Rita en Bob en de dag erop bezocht Bob zijn moeder, die in Delaware (VS) woonde met haar tweede echtgenote. Bob ging er eigenlijk met tegenzin heen en zo miste hij Rita en The Wailers, dus verbleef hij ‘slechts’ 7 maanden.
Tijdens zijn afwezigheid vertrok Beverly uit de groep en Rita met haar nicht Dream nam haar plaats in. Coxsone Dodd keurde het goed en het publiek zag er geen verschil in de veranderingen. In 1966 bracht Coxsone de singles Love and Affection/Teenager in Love, And I Love Her/Do It Right en Zimmerman/Lonesome Track uit op zijn Ska Beat label.
Langzaam veranderde het muziek in Jamaica in de richting van Rocksteady. Waarin minder nadruk werd gelegd op de rude bwais(rude boys), maar meer op de liefde.
Rastafarisme werden in Jamaica nog steeds niet begrepen, maar het kreeg wel steeds meer aanhang en op straat zag men steeds meer mensen met dreadlocks (op touw lijkende vlechten). Velen werden door de politie opgepakt wegens wangedrag en een wet moest ervoor zorgen dat kinderen eerst hun dreadlocks moeten afknippen, voordat ze werden toegelaten in de klas.
In 1966 vroegen rasta-ouderlingen aan Haile Selassie I om Jamaica te bezoeken en zo hopen dat de rastafarisme meer begrip kregen in hun land. Op 21 april in datzelfde jaar werd Selassie ontvangen in Kingston en begroet door naar schatting 100.000 mensen. Dit zorgde ervoor dat de regering de rasta’s nog meer wantrouwde. Maar ook door deze gebeurtenis maakte veel los in Jamaica, want nog nooit eerder werd in Jamaica iemand zo overweldigend ontvangen. Rita kreeg de opdracht van Bob hierbij aanwezig te zijn, toen Rita Selassie zag wist ze dat HIJ(reïncarnatie van Christus) het was, ze zag zoals in de bijbel beschreven de littekens in de hand van Selassie, nu bekeerde ze zich tot rasta.
De Wailers bestonden nu uit Rasta’s, hier was Coxsone niet erg blij mee en tijdens Bob’s afwezigheid hadden Peter en Bunny al ruzie gehad met Coxsone over diens gierigheid. Toen in 1967 het uitgebrachte lied Bend Down Low een hit werd en Coxsone de bandleden niet wilde betalen, gingen ze uit elkaar.
Bob begon steeds meer in de richting van Rocksteady te gaan, het was rustiger muziek, zodat de mensen ook beter op de tekst kunnen letten. Nadat Bob Joe Higgs had gesproken, nam Bob contact op met Mortimmo Planno, de hoogste rasta van Jamaica. In het begin was de taak van Planno om als vertrouwenspersoon te werken, later werd hij ook informeel manager. Ook maakte Bob in deze tijd voor het eerst kennis met de traditionele slag- en gebedsmanifestaties.
The Wailers richtten een eigen platenlabel op, met de naam Wail ‘N Soul ‘M Records. (ook bekend als Wailing Souls, Wail ‘M Soul ’M). De eerste plaat onder de nieuwe label was Bend Down Low/Mellow Mood. Het speciale label op de plaat had de kleurencombinatie van: groen, goud en rood, de rasta kleuren. En ook de schuur achter het huis van Rita’s tante werd omgebouwd tot een platenzaak. Rita stond daar meestal achter de toonbank en zoals te verwachten stond het daar vol met plaatje van The Wailers en The Soulettes.
In 1967 kregen Bob en Rita hun eerste kind Cedella.
Hun eigen label draaide niet erg goed en eind 1967 werd het opgedoekt.
In 1968 werden the wailers gearresteerd voor marihuana bezit, maar werd ook David ‘Ziggy’ Marley geboren.
In 1968 ontmoette Bob Johnny Nash en een tijdje later produceerden zij liedjes voor de JAD Records. Ze gingen vier jaar lang door met het maken van nummers en dergelijke voor JAD Records. In 1969 kregen ze een tijdelijke ontheffing van hun contract om zo enkele singles konden opnemen voor de noodlijdende Leslie Kong. Om zo zijn familie te behoeden dat ze sterven van de honger. Kong bracht enkele nummers uit van The Wailers in Jamaica en Engeland, maar ze deden het niet verschrikkelijk goed, maar een jaar later bracht Kong, tot ergernis van de groep The Best of The Wailers uit en maakte hem tot een miljonair, maar lang kon hij er niet van genieten, want kort daarna stierf Leslie Kong.
Rond 1970 bracht The Wailers met samenwerking van The Upsetters een paar singles uit die tot de beste van The Wailers zouden gaan behoren. Later voegde de Upsetters zich bij de groep The Wailers. Lee ‘Scratch’ Perry had voor alles gezorgd. Small Axe is een nummer dat echte Perry invloeden kent. In 1970 richtten ze opnieuw een label op en nu onder de naam Tuff Gong. The Wailers kregen in de zomer van 1971 een enorme hit met het lied Trench Town Rock en The Wailers werkten met Perry regelmatig samen tot aan 1978. The Wailers begonnen steeds meer populairder te worden en in hun kleine platenzaak verkocht het ook goed.
The Wailers vonden het zo langzamerhand wel eens tijd worden om buiten Jamaica te touren, ze kwamen in contact met Chris Blackwell de baas van Island Records.
Blackwell wilde iets nieuws, waardoor ze de Amerikaanse markt konden veroveren. Hij liet The Wailers de eerste reggae lp maken. Hierna keerden ze terug naar Jamaica om met de produktie van ‘Catch A Fire’ te beginnen. Bob gebruikten het geld deels om Rita en zijn kinderen vanuit Delaware te laten overvliegen. Ze gingen zich vestigen in de nederzetting Bull Bay Rasta. De plaat werd opgenomen in drie verschillende studio’s en af en toe kwamen Rita met twee vriendinnen om voor achtergrond muziek te zorgen.
Toen de plaat in 1973 uitkwam was het in Engeland een grote hit, alleen in de VS liep het iets minder, toch werden er zo’n 14.000 lp’s van verkocht. The Wailers gingen op voorjaarstour naar Engeland en op zomertour in de VS. Na 90 dagen kwamen ze terug in Jamaica en Bunny liet weten nooit meer buiten Jamaica te zullen toeren. Na de Amerikaanse tour gingen The Wailers wonen in het Island House, Hope Road 56 in Kingston. Het huis was van Blackwell en de blanken in de buurt waren er niet echt blij mee.
In oktober bracht de groep hun tweede album uit, ‘Burnin’. In het jaar 1974 was het beginpunt dat The Wailers en Blackwell uit elkaar zouden gaan, want Bob had ruzie gekregen met Blackwell waarnaar hij ze zijn huis uitzette. De ruzie werd snel bijgelegd, maar het betekende wel begin van de toenemende druk tussen hen.
Begin 1975 gingen de oorspronkelijke Wailers uit elkaar, door meningsverschillen. Dit gebeurde vlak voor de opnamen van de derde elpee 'Natty Dread'. Deze plaat zou eerst 'Knotty Dread' heten, maar omdat je dit vrijwel hetzelfde uitspreekt is die vergissing gemaakt. De nieuwe band zou Bob Marley and The Wailers genoemd worden. De nieuwe groep maakte eerst een tour door de VS en later door Europa. Ze speelden voor overvolle zalen.
Begin 1976 barstte in de VS de reggaegekte uit en overal kon men Marley spullen kopen. In juni 1976 kwam voor het eerst Bob’s zoontje in de schijnwerpers, want aan het einde van de show in het Tower Theatre in Philadelphia kwam Ziggy bij zijn vader op het podium en zong een liedje en een dansje.
De eerste plaat na de splitsing was Natty Dread, volgens velen één van de beste platen van Bob. Hierop was het nummer ‘No woman, no cry" te horen. Omdat het een echt Marley nummer is, is het vreemd dat de credits (dus dat de royalty’s) van Vincent Ford waren. Niemand had ooit van hem gehoord.
Toen Bob hoorde dat z’n oude vriend Vincent in financiële problemen zat, maakte hij een nummer dat over de tijd dat ze samen in Trenchtown leefden. Dit nummer was ‘No woman, no cry’ één van de beste nummers van Bob ooit. De credits zette hij op de naam van Ford, en dus kreeg hij het geld dat het nummer opbracht. Toen hij naar Trenchtown ging om het te laten horen, moesten Vincent en Georgie spontaan huilen, dat de grote en bekende Bob Marley nog aan z’n oude vrienden in de sloppenwijken dacht!
In december 1976 gingen The Wailers een benefietconcert (smile Jamaica) geven, maar voordat het werd gegeven kreeg Bob dreigbrieven en er stond dat als hij zal deelnemen met de dood zou worden bestraft. Tijdens de repetities gebeurde het en Rita kreeg een kogel en een andere persoon die met Bob meeliep, Don Taylor (Wailers promotor) ving ongelukkig 5 kogels voor Bob op en Bob zelf kreeg meerdere kogels waarvan 1 kogel dwars door zijn ribben. Bob wist wie het gedaan had maar deed geen aangifte omdat hij vond dat het niks op zou lossen. Iedereen overleefde dit incident.
In het jaar 1977 kreeg Bob van de kleinzoon van Haile Selassie 1 de begeerde ring van de leeuw van Judah overhandigd. In mei 1977 blesseerde Bob zich tijdens een voetbalpartijtje met Franse journalisten en bezeerde zijn teen. Enige jaren geleden was hij daar ook aan gewond geraakt en genezing duurde toentertijd lang. Dit keer wilde het helemaal niet genezen en met tegenzin bezocht Bob een Engelse doktor en het bleek dat Bob kanker had en dat een deel van de teen geamputeerd moest worden. Bob weigerde, omdat het in strijd was met het rastageloof en besloot maar te rusten.
The Wailers en Bob waren in Jamaica niet zo populair meer en velen voelden dat zij hun land hadden verraden. Bob die terug wilde naar Jamaica moest wat onderhandelen om zijn veiligheid en die van zijn vrienden te garanderen.
Bob keert uiteindelijk ook terug in Jamaica en wordt warm onthaald. The Wailers gingen een benefietconcert houden voor de mensen in de getto’s en bijna alle grote Jamaicaanse artiesten traden op, alleen Bunny boycotte de show. Het concert heette het ‘One Love Peace Concert’. Het concert, zoals vele andere dingen in Jamaica werd gebruikt door de politici om hun imago op te krikken en stemmen te winnen voor de volgende verkiezing.
In deze tijd was er een politieke strijd tussen minister president Michael Manley en oppositieleider Edward seaga. Bob riep ze beiden het podium op en liet ze de hand schudden onder het nummer ‘One Love.’
Bob kreeg in juni in 1978 een onderscheiding van de VN, Hij kreeg de Vredespenning van de Derde Wereld.
Na het ‘One love peace concert’ repeteerde Bob met The Wailers en The I-Trees (Rita en haar vriendinnen) de uitvoering voor de Kaya-tour. Tyrone Downie en Earl ‘Wire’ Lindo speelden de toetsen, Junior Marvin en AL Anderson gitaar, De gebroeders Barrett en Alvin ‘Seeco’ Patterson vormden de ritmesectie en The I-Trees de achtergrond vocalen. Dit was een tour ter promoting van het Kaya album, dit was de grootste en misschien ook wel de belangrijkste wereldtour van the Wailers.
Bob had intussen de benodigde visa om een reis door Afrika te maken en bezocht het land van bijvoorbeeld Haile Selassie, Etiopië. Ook ging Bob naar Rhodesië (Zimbabwe), waar Bob eindelijk kans zag om de Afrikaanse oorsprong, met eigen ogen te zien. In datzelfde jaar debuteerde de kinderen van Bob en Rita, The Melody Makers, met de compositie ‘Children Playing in the Streets’. De opbrengst was bestemd voor het kinderfonds van de VN.
Zimbabwe onafhankelijk
Bob raakte steeds meer uitgeput, maar bleef gewoon nog uitbundig door schrijven en concerten geven. Bob gaf op 17 april een concert aan het net zelfstandig geworden Zimbabwe, Bob en The Wailers werden hierbij uitgenodigd. Het concert werd gehouden in het Rufaro Stadion in Harare.
Net nadat ze zijn teruggekeerd uit Afrika werden de groepsleden geconfronteerd met de dood van Bucky Marshall en de politieke onrust in Jamaica. Het tiende album van de groep kwam uit in 1980 en heette ‘Uprising’, ook dit album was gericht om het zwarte publiek achter zich te krijgen, wat hiervoor nog niet echt is gelukt.
1980 was een gewelddadig verkiezingsjaar en na de verkiezingen waren er 700 doden. Ook ditmaal werd gebruikt gemaakt van Bob’s composities, wat de voorgaande jaren ook werd gebruikt en meestal zonder Bob’s toestemming en dit jaar was het ook geen uitzondering.
De groep trok zich terug in Miami om de roerige spanning in Jamaica te ontvluchten. De gezondheid van Bob ging zienderogen achteruit, maar kreeg toch van de dokter toestemming om door te gaan met zijn tour ‘Uprising’. Toen de groep in New York aankwam werd de groep in twee hotels geplaatst en dat was vreemd.
Tijdens een concert in New York viel Bob bijna flauw en de volgende ochtend besloot Bob om te gaan hardlopen met Skilly Cole in Central Park. Bob stortte in en werd teruggedragen naar het hotel en binnen enkele dagen was duidelijk wat er aan de hand was, Bob had een hersentumor, daardoor kreeg hij in het park een hersenbloeding. Ook kreeg hij te horen dat hij niet meer als een maand te leven had, iedereen was diep geschokt en Bob was geen uitzondering daarbij. Rita hoorde het pas later, omdat ze met The I-Trees alvast naar de volgende stad waren gegaan.
Toen Rita zag hoe erg Bob aan toe was eiste ze dat de tour afgelast moest worden, maar Bob kreeg zin en die avond gaf Bob en prachtig optreden in het Stanley Theater in Pittsburgh.
Rita belde Diane Jobsen, Bob’s advocate en adviseuse en Danny Sims om ervoor te zorgen dat de tour werd afgelast. Op 23 september kwam de aankondiging dat Bob aan ‘uitputting’ leed en dat de tour was afgelast.
Bob werd naar het Newyorkse Memorial Sloan-Kettering Cancer Centre gebracht en de diagnose luidde: hersen-, long- en maagkanker. Bob werd teruggevlogen naar Miami en op 4 november werd hij gedoopt als Berhane Selassie in de Ethiopische Orthodoxe Kerk, een christelijke kerk.
Vijf dagen later werd Bob naar een controversieel behandelingscentrum gebracht om een laatste wanhopige poging te wagen om Bob in leven te houden.
In februari 1981 vierde Bob zijn zesendertigste verjaardag in de kliniek. Pas in mei bleek duidelijk dat Bob niet lang meer te leven had en op 11 mei , ruim zes maanden later, stierf Bob Marley.
De profeet Gad had er voor Bob’s dood op gestaan, de eigenaar te worden van de ring van de Leeuw van Judah. De ring verdween echter op mysterieuze wijze en werd nooit meer iets van vernomen.
De begrafenis was vergelijkbaar met een heel populaire koning en honderdduizenden bezochten de plechtigheid van Bob, om te vieren dat Bob Marley eindelijk volledig een ‘Jah Rastafari’ was. Het was ook geen treurige begrafenis er werd volop muziek gedraaid en toen de begrafenis auto pech kreeg ging de familie van Bob in een nabijgelegen dorpje wat eten.
Bob Marley werd begraven in de parochie van St. Ann, de plaats waar Bob Marley is geboren.
De muziek:
Bob Marley & the wailers maakten niet altijd reggea, zij zijn als het ware de grondleggers van de reggea op Jamaica. Reggea is voortgevloeid uit een aantal muziekstijlen van binnen en buitenland:
Calypso: dit is een hele vrolijke muziekstijl die ontstaan is rond de 2e wereldoorlog. De tekst van deze muziek was niet zo belangrijk, het ging meestal om verloren liefdes. Het belangrijkste instrument is de ‘steeldrum,’ dit is een trommel gemaakt van een olievat, de bewoners van Jamaica maakten daar een heel eigen geluid in. Omdat Jamaica een arm land is maakten ze zelf hun eigen muziekinstrumenten, Bob marley heeft ook gitaar leren spelen op een sardineblik met touwtjes.
Een variant is van de Jamaicanen op Calypso is ‘Mento,’ hier is de tekst iets belangrijker en gaat over liefde, ook worden er via de tekst klachten geuit over het sydteem. Mento is iets sneller dan Calypso en er worden vaak toeters gebruikt.
R&B: dit is een hele bekende stijl uit Amerika (new Orleans), in Europa staat deze stijl hoog in de hitlijsten.
Dit is echte dansmuziek, waarin nogal eens aandacht is voor de teksten. Deze muziekstijl kwam rond midden vijftiger jaren in de VS opzetten. Als de wind goed stond, en het weer gunstig was konden de Jamaicanen de klanken opvangen.
De radio op Jamaica wordt gecontroleerd door de regering, en dus worden de meeste nieuwe, rebelse nummers nooit gedraaid. Ook hadden veel mensen geen geld voor een radio. Dit was natuurlijk een gat in de markt voor vindingrijke mensen als ‘Sir’ Coxsone Dodd. Zij maakten verrijdbare disco’s waar mensen tegen betaling hun favoriete muziek konden horen en erop konden dansen. Er kwam een hoop concurrentie tussen deze "soundsystems", over wie de nieuwste records had, de meeste decibels enzovoorts. Na verloop van tijd hadden de pioniers van de soundsystems het zo druk, de meesten hadden inmiddels meerdere systems, dat ze dj’s inhuurden. Deze praatten vaak over de muziek heen, een variant op het zogenaamde shout-over van de blues, bij de soundsystems heet dit talk-over. De mensen die dat doen heten dan ook talk-over artiesten. Ze gaven commentaar op de muziek, op het leven, kortom op van alles. Prince Buster is misschien wel een van de meest bekende soundsystem dj’s. Vrijwel al de soundsystem houders hadden namen die terugsloegen op de adel, ‘Sir’, ‘Lord’, ‘Prince’, al deze personen aapten het goede idee dat ‘King’ Tubby had na, een leuke titel staat immers goed op een plaat.
Rond ’60 stokte de R&B mania in de VS en opeens zaten de soundsystem houders zonder muziek. Daarom moesten ze het opeens doen met de "inlandse" musici. Dit was nogal een probleem, want na de onafhankelijkheidsverklaring ging het niet echt goed met Jamaica, en dus had men niet zoveel behoefte om muziek te maken. De mensen die een beetje konden zingen, en die het toevallig durfden om een lied over hun slechte situatie te maken konden zo wat geld verdienen. Zo ontstond ska, de Jamaicaanse uitloper van R&B.
Ska: bij ska was het tempo sneller en de bas harder dan bij R&B. De tekst ging heel vaak over de liefde. De trompet, saxofoon, drums, congo’s en bekkens zorgden voor een erg swingend geheel. Ska is door zijn snelle ritme heel goed om op te dansen en wat lekker danst verkoopt goed, zo groeide ska uit tot een van de bekendste stijlen van Jamaica. Prince Buster was een bekende ska artiest.
Bob Marley heeft zelf ook een aantal ska platen opgenomen, de eerste was in 1962, ‘Jugde not’ de plaat nam hij op bij het Leslie Kong’s Beverley’s label. In dit nummer sprak Bob Marley vol afkeuring over mensen die over hem en zijn soort een oordeel vellen. ‘Judge not’ namen Bob Marley & the wailers op onder de naam Robert Marley, dit werd geen succes en door de radio zenders compleet genegeerd. Op een volgende plaat zettde Leslie Kong de naam Bobby Martell als zanger op de plaat, hier was Bob Marley niet over te spreken en aan hun relatie kwam een eind toen Leslie weigerde te betalen voor een opgenomen plaat. Na een ruzie over Kong’s afzetterij zou Bob de labeldirecteur hebben gezegd dat hij op een dag veel geld aan Bob zou verdienen, maar er nooit van zou kunnen genieten. Dit joeg Kong de stuipen op het lijf.
Rocksteady: Na het snelle ska, ontstond, vrijwel ineens, Rock Steady. Het wordt gezegd dat het in de zomer van ’66 het gewoon te warm was om op het snelle ska ritme te dansen. Dit klinkt wel logisch, maar misschien waren de mensen gewoon toe aan een rustigere stijl. Rocksteady is een stuk rustiger, minder opgedrongen. Hoe de naam ontstaan is weet niemand. Letterlijk betekend rocksteady rustig rocken, en dus rustig dansen. Dat is dus een logische naam in verband met die hete zomer.
Door het populairder worden van de soundsystems en zelfs verkopen in het buitenland met ska konden de soundsystems en de opname studio’s worden verbeterd. Hierdoor waren minder instrumenten nodig, een paar gitaren, drums en een orgel werden de standaard instrumenten van rocksteady.
De teksten gingen niet meer zoals bij ska vrijwel altijd over liefde of deze bedrijven, nu konden ook serieuze thema’s de revue passeren.
Bon Marley & the Wailers hebben vrijwel geen rocksteady gemaakt, zij bleven hangen in Ska en gingen vrijwel meteen over op Reggea.
Reggea: reggea is rond 1968 ontstaan, het is uit rocksteady ontstaan maar is toch anders. Het heeft een eigenaardig ritme dat voor de beste drummers zelfs moeilijk is om te spelen, de 2e en de 4e tel worden geaccentueerd met bass. Reggea is rustiger dan rocksteady maar toch nog erg goed dansbaar, het is nog steeds de bekendste stijl van Jamaica.
De bezetting bij reggae is meestal ongeveer zo: een zanger, een achtergrond koortje, veel gitaristen en een ritme sectie. De instrumenten die je bij reggae veel ziet zijn onder meer : trompet, trombone, hoorn, piano, keyboard, rythem-, bas-, leadgitaar, drums, congo’s, bongo’s etc. Eigenlijk was alles mogelijk, als het maar leuk klonk.
Wat zoals gezegd opvalt bij reggae en bij bepaalde nummers is dat de teksten meestal niet eens nodig zijn, de muziek gaat gewoon lekker door zonder dat deze verveelt. Dit principe vind je goed terug in de Dub. Ook is reggae goede ‘jam’ muziek. Muziek waarmee je zonder een nummer echt te oefenen met elkaar wegspeelt door veer te improviseren.
Reggea kwam niet makkelijk de wereld over, doordat bekende groepen en vooral Bob Marley & the Wailers veel tourden werd het toch bekend. Engeland wilde niks van Engeland weten, behalve de skinheads (rude boy’s van Engeland), deze luisterden graag naar reggea en toen volgden er meer.
Europa vind alles leuk als het maar leuk klinkt. Amerika was de moeilijkste taak voor de muzikanten, door de film ‘the harder they come’ die gaat over het leven in de getto’s van kingston kwam het toch langzaam op.
Reggae kun je eigenlijk niet los zien van rasta. Het belangrijkste van rasta in reggae:
Jah de god van de rastafari, Jah hoor je daarom erg veel terug in reggae. Praise Jah, the most high.
Zion de heilige berg waar alles begonnen is, deze berg ligt in het beloofde land, ergens in de buurt van Ethiopië.
Lion de leeuw van Judah wordt 'afgekort' tot Lion. Haile Selassie is de Conquering Lion in the Tribe of Judah, en met Lion wordt hij dan ook aangesproken. Hij is erg belangrijk in de rasta cultuur, en is een soort bewaker van de wereld, als belichaming van Jah.
Israël hiermee wordt niet het Joodse land Israël bedoeld maar het beloofde land. Voor de rasta’s ligt dit in de buurt van Ethiopië.
Babylon blanke politieke macht die al eeuwen het zwarte ras onderdrukt
Spliff een spliff is een joint van ongeveer 10 a 20 cm.
Ganja ook wel herb, gewoon weed of wiet.
Irie dit is een uitroep zoals heerlijk, fantastisch.
Dub: Dub komt van dubbing, over- en indubben. Dit betekent letterlijk overnemen. Dub is een meestal instrumentale versie van een nummer dat is bewerkt door studio artiesten, echo’s, reverbs, chorus, achteruitspelen: alles mocht, en alles werd gedaan. King Tubby is de ware koning van het dub genre. Lee "Scratch" Perry was producer, en dub artiest. Hij heeft er voor gezorgd dat The Wailers hun eigen sound kregen. Veel artiesten lieten bij dubbers als hem de eerste versies van hun nummers achter. Wat later zouden ze ze dan na een volkomen metamorfose terug krijgen. Heel veel reggae artiesten brachten naast hun eigen album ook een dub album uit. Een goed voorbeeld is "Marcus Garvey" van Burning Spear, de dubplaat heette "Garvey’s Ghost".
Conclusie:
Bob Marley was behalve een geweldig artiest veel meer, voor veel mensen een inspiratie en boodschapper van Jah. Mensen hadden hun meningen over hem verdeelt, de een wilde hem dood en de ander zag hem als reïncarnatie van Jezus. Kortom het was een man om tegen op te kijken en na zijn dood nog steeds te respecteren.
REACTIES
1 seconde geleden
R.
R.
dit is nou een echt goed verslag.
peace, love, music, ganja (L)
14 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
Beste Tomas Zwerink,
Ik wou graag even zeggen dat je een hoop hebt verzonnen bij je opstel over de geschiedenis van Bob Marley. Ik heb mij ook in dit onderwerp verdiept, en de documentaire 'Marley 2012' gekeken. Jouw gegeven informatie klopt voor een heel groot deel NIET met wat er in deze documentaire gezegd wordt. (Dit is uiteraard te beschouwen als een zeer betrouwbare bron, aangezien de mensen die zelf bij 'de geschiedenis van Bob Marley' waren aan het woord zijn). Ook is deze informatie vergeleken met de informatie op Wikipedia niet kloppend. Ik zal nog een keer goed naar de inhoud kijken voor iedereen die dit stuk als referentiemateriaal gebruikt.
12 jaar geleden
AntwoordenG.
G.
m. je hebt gelijk ik heb een werkstuk er over gedaan ik had een 10 en ik had het veel ander s
11 jaar geleden
AntwoordenI.
I.
Nou ja zeg
9 jaar geleden
Antwoorden