Romeinse Kunst

Beoordeling 4.9
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 1096 woorden
  • 1 mei 2003
  • 89 keer beoordeeld
Cijfer 4.9
89 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Volgens de legende heeft de stad Rome haar naam te danken aan Romulus. De tweeling Romulus en Remus werd opgevoed door een wolvin en als jonge mannen wilden ze een stad stichten. In een ruzie over de plaats vermoordde Romulus zijn broer en stichtte vervolgens de stad Rome. Tussen deze gebeurtenis en de ontwikkeling van de stad Rome als wereldmacht liggen vele eeuwen. Door het stichten van kolonies en het veroveren van welvarende gebieden, zoals Griekenland, werd het Romeinse Rijk steeds groter en machtiger. Sinds het jaar 27 voor Christus werd het Romeinse Rijk geregeerd door een keizer. Voor die tijd was het een Republiek. De veroveringen bereikten een hoogtepunt onder Julius Caesar (vanaf 60 voor Christus) en keizer Augustus (vanaf 27 voor Christus). Rond het jaar 0 strekte het Romeinse Rijk zich uit over het grootste gedeelte van Europa, het nabije Oosten en de kust van Noord-Afrika. (bovenstaand kaartje) De periode in de Kunst die we Romeins noemen loopt van de 1e eeuw voor Christus tot de 3e eeuw na Christus. De Romeinen hadden een voorkeur voor de Griekse kunst, waar ze elementen letterlijk uit kopieerden, maar in andere contexten gebruikten (eclectisch) en naar hun eigen hand zetten, en er vernieuwingen in aanbrachten. Orde Van alle Romeinse bouwtypen is de tempel het duidelijkst afgeleid van Griekse voorbeelden. Daardoor treffen we hier dezelfde soort ordening van vaste elementen aan. Het verschil is dat de Romeinen het accent op de voorkant van de Tempel leggen in plaats van op de gehele tempel zoals bij de Grieken. De verhoging waar de tempel op staat is doorgaans ook hoger dan bij de Grieken. Doordat het accent op de voorkant ligt, maakte men daar gebruik van vrijstaande zuilen. Aan alle andere kanten van de tempel gebruikten ze half-zuilen. De versiering van de tempel is bij de Romeinen zeer overdadig. Daarin ligt ook het grootste verschil tussen de Griekse en de Romeinse bouwkunst; De Griekse bouwkunst was constructief, en diende een duidelijk doel, de Romeinse bouwkunst was decoratief, en had naast het duidelijke doel ook vaak de taak om gewoon mooi te zijn. Een goed voorbeeld van de decoratieve bouwkunst van de Romeinen is de Triomfboog, die eigenlijk geen functioneel doel had, maar een prestigeobject was. De marmeren buitenkant van de triomfbogen waren sterk gedecoreerd, en beelden vaak een belangrijke gebeurtenis uit. In de Romeinse bouwkunst werd ook gebruikt gemaakt van trompe l’oeil, om gebouwen en decoraties imposanter te laten lijken. Dit was ook het voornaamste doel van de schilderkunst, het decoreren van de bouwkunst, en met trucjes het oog bedriegen ten einde een gebouw of ruimte mooier of groter te laten lijken. Boog van Titus, Rome, 81 n. Chr. Van de Romeinse schilderkunst hebben we in tegenstelling tot de Griekse, een heel duidelijk beeld. Dit is te danken aan de vulkaanuitbarsting van de Vesuvius die de steden Pompeii en Herculaneum onder een dikke laag as bedolf. In de 18e eeuw werden de wandschilderingen in de huizen vrijwel onbeschadigd aangetroffen. Kenmerkend voor de Romeinse muurschilderkunst is het werken in perspectief. De werkelijke ruimte lijkt door te lopen in de geschilderde ruimte. De voorstelling wordt vaak omlijst met geschilderde guirlandes of draperieen. Fresco uit Pompeii. Behalve schilderingen zijn ook een groot aantal Romeinse mozaieken bewaard gebleven. Deze techniek was al bekend bij de Grieken die meestal kleine kiezelstenen als materiaal gebruikten. De Romeinen maakten gebruik van veel kleinere blokjes steen en glas, waardoor meer het effect van een schilderij werd bereikt. Mozaiek werd toegepast in vloeren en muren van voornamelijk woonhuizen en thermen. De voorstelling van de vloermozaieken was nooit figuratief, maar altijd geometrische patronen. Met behulp van gewelfbouw en de uitvinding van het beton ontwierpen de Romeinen allerlei nieuwe gebouwtypen, zoals thermen, aqua- en viaducten, arena's en triomfbogen. De Romeinen ontdekten dat met behulp van het kruisgewelf zeer grote ruimten overspannen konden worden. “De boog werd het wezenlijk bestanddeel van de Romeinse bouwkunst, om de dragende kracht van het Romeinse rijk te symboliseren.” De mogelijkheid van grote ruimten overspannen maakte het mogelijk basilica te bouwen. Voor het eerst bestond er een groot gebouw, een grote overkapping, met een publieke functie, waar veel mensen tegelijk in konden. Het was een plek voor bijeenkomsten, politiek of vermaak. De Romeinen hielden zich ook bezig met het ordenen van steden, die ook steeds groter en uitgebreider werden. Openbare gebouwen, zoals de tempels en de basilica, kregen een vaste plek in een ontworpen stadsplan. Het was niet altijd mogelijk om een strak geordend stadsplan toe te passen, omdat veel steden in de loop van de tijd gegroeid waren, zogenaamde organische groei, begonnen met een paar huizen, waar steeds meer bij gebouwd werd, tot er een stad was. Zulke steden hebben meestal een chaotisch stadsplan.
Lichaam Net als bij de Grieken, geeft de Romeinse beeldhouwkunst een goed beeld van hun visie op het menselijk lichaam. De Romeinse beeldhouwwerken zijn in veel gevallen letterlijke kopieen van de Griekse originelen. Het is zelfs zo dat we veel van de Griekse werken alleen kennen door hun Romeinse kopieen, omdat de originelen verloren zijn gegaan. De grote waardering voor de Griekse beeldhouwkunst leidde tot grootscheepse verplaatsing van de Griekse beelden naar Rome en omgeving. Degenen die zich geen origineel Grieks beeld konden veroorloven, lieten een kopie maken. Daarom is de Romeinse beeldhouwkunst erg moeilijk te onderscheiden van Griekse Beeldhouwkunst. De beelden die door de Grieken in steen of brons werden gemaakt, werden door de Romeinen in marmer nagemaakt, wat de mogelijk heden beperkte qua elasticiteit en houdingen. Daardoor zitten er in de Romeinse beelden nog al eens rare steuntjes of verbindingen om te voorkomen dat het beeld uit elkaar valt
Het enige genre waarbinnen sprake is van typisch Romeinse beeldhouwkunst is de portretkunst. De Romeinen onderscheiden zich hierin doordat ze realistisch werkten. In de portretten die de keizers en andere belangrijke personen van zichzelf lieten maken moesten de individuele kenmerken van de geportretteerde natuurlijk zeer duidelijk te herkennen zijn. Hierdoor waren de Romeinse beeldhouwers, veel meer dan de Griekse, meesters in het weergeven van het karakter en de persoonlijke gelaatstrekken van de geportretteerde. Waar de Grieken idealiseerden, en alles mooi maakten, lieten de Romeinen bijna altijd de harde waarheid zien. Alleen bij de portretten van de keizers werd alles nog wel eens wat mooier gemaakt, om ervoor te zorgen dat iedereen een positief beeld van de heerser had. Potretkop, eind 1e eeuw n. Chr. In de Schilderkunst werden thema's weergegeven hebben die vaak betrekking hebben op de Griekse geschiedenis of Mythologie. Hierin is ook het realisme weer te zien. Naast verhalende voorstellingen zijn veel mozaieken met decoratieve motieven gemaakt, zoals allerlei soorten dieren of theaterfiguren.

REACTIES

T.

T.

ik vond het goed het heeft mij iets geholpen maar niet veel :-(

12 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.