Verslag: Het Paleis op de Dam
Het meest imposante gebouw in het historische hart van Amsterdam is het Koninklijk Paleis. Het Koninklijk Paleis aan de Dam is niet het permanente woonhuis van Koningin Beatrix, maar wordt gebruikt als residentie wanneer er belangrijke evenementen in de hoofdstad plaats vinden. De Burgerzaal wordt bijvoorbeeld gebruikt bij de jaarlijkse ontvangst van diplomaten. Ook vindt het diner van het Corps Diplomatique traditiegetrouw in het Paleis plaats. Het paleis heeft de laatste jaren echter ook een publieke functie gekregen. Er worden prijzen uitgereikt en bovendien is het Paleis op vastgestelde dagen te bezichtigen door bezoekers en op afspraak kan het publiek worden rondgeleid.
De Geschiedenis van het Paleis op de Dam.
Voor de geschiedenis van het Paleis op de Dam moeten we terug naar de 17e eeuw. In deze tijd nam de behoefte aan een groter en mooier stadhuis toe. Het aantal inwoners was sterk toegenomen en door de vele handelsactiviteiten was het bestuurlijke apparaat enorm uitgebreid. In Europa gold de stad als hét doorvoercentrum van handelsproducten. Op de Dam, werd het een drukte van jewelste. De kleine schepen voeren tot aan dit plein de stad binnen. Vanuit het oude raadhuis, dat sinds de 14e eeuw op deze plek stond, regeerden de burgemeesters over de stad. In 1640 was het stadsbestuur daarom van mening dat ook het nieuwe stadhuis weer op deze plek in Amsterdam gebouwd moest worden. Het oude middeleeuwse stadhuis
In de 17e eeuw werd Amsterdam bestuurd door vier burgemeesters. Deze werden bijgestaan door de Vroedschap, een adviesorgaan waarin 36 leden zitting hadden. Zij gaven verschillende bouwmeesters de opdracht een ontwerp te maken voor de nieuwe aanwinst van de stad. Het nieuwe stadhuis moest de macht en welvaart van de handelsstad tot uitdrukking brengen. In de tussentijd begon het stadsbestuur met het aankopen van huizen en bouwgrond voor het gebouw. De voorbereidingsfase duurde negen jaar. De Republiek der Verenigde Nederlanden voerde nog steeds strijd voor de onafhankelijkheid van Spanje en Amsterdam financierde voor een groot deel de strijd. Daardoor werd er met regelmaat aanspraak gemaakt op de stadskas. Bovendien veranderden de plannen van het stadsbestuur nog wel eens over de precieze plaats en grootte van het stadhuis. In 1648 werd Jacob van Campen uitgekozen tot de architect. Dit besluit viel kort na het sluiten van de vrede met Spanje te Münster. Men kon nu veel geld reserveren voor de bouw van het stadhuis. Van Campen ontwierp een kolossaal gebouw, dat het gehele bouwterrein moest gaan innemen tussen de Nieuwendijk en de Kalverstraat. Het werd geschat op ongeveer 79 bij 43 meter. Later zou het nog groter worden.
Het ontwerp van Jacob van Campen kreeg de bijnaam ‘het achtste wereldwonder’ door de enorme afmetingen van het gebouw. Dat effect werd versterkt doordat het gebouw geheel vrijstond en niet was opgenomen in het stratenpatroon. Hij gebruikte voor de bouw voorbeelden uit de klassieke oudheid. In het gebouw neemt de burgerzaal een centrale plaats in. Van Campen ging bij zijn ontwerp van de Burgerzaal uit van een Romeinse rechtszaal binnen het forum. Net als de Romeinen in de oudheid konden de Amsterdammers hier vrij in en uit lopen.
Op 20 januari 1648 werd de eerste heipaal voor het nieuwe stadhuis geslagen. Terwijl men bezig was met de bouw brak de Engelse Zeeoorlog (1652-1654) uit. De Amsterdamse stadskas werd hierdoor weer eens flink aangetast en het had zelfs een bouwstop tot gevolg. Maar doordat het oude stadhuis in hetzelfde jaar afbrandde moest er toch worden doorgegaan met het bouwen van het nieuwe stadhuis. De bovenste twee verdiepingen zouden komen te vervallen. Maar deze aanpassing werd gelukkig niet uitgevoerd doordat de oorlog met Engeland tijdig werd beëindigd. De voltooiing nam nog 10 jaar in beslag.
Het beeldhouwwerk aan de buitenkant van het Paleis
In de 17e eeuw geloofde men dat alles met elkaar in verband stond. Daarom maakte van Campen in het beeldhouwwerk symbolische elementen. Aan de buitenzijde is dat te zien aan de beelden die op het dak staan en aan het beeldhouwwerk binnen de beide timpanen. Aan de achterzijde van het paleis staat het beeld van Atlas. Deze drager van het hemelgewelf torst de aardbol met de planeet aarde als kern. Aan de Damzijde staat een bronzen beeld van Vrede, dit beeld verwijst naar het vredesverdrag dat in 1648 werd gesloten met de Spanjaarden. Deze twee beelden worden geflankeerd door de vier deugden voor een goed bestuur: Prudentia ( Voorzichtigheid), Justitia (Gerechtigheid), Temperantia (Gematigdheid) en Vigilantia (Waakzaamheid). Voor het vervaardigen van de beelden liet Van Campen de beroemde Artus Quellinus uit Antwerpen overkomen.
De Burgerzaal
Van Campen wilde van de burgerzaal een bijzondere ruimte maken. De zaal ligt centraal in het gebouw en is bijna 27 meter hoog. In deze zaal konden de Amsterdammers vrij rondlopen. Boven de ingang naar de burgerzaal aan de oostkant zit de Amsterdamse stedenmaagd. Zij draagt de attributen van vrede bij zich, de olijftak en de palmtak. Twee leeuwen, symbool van kracht en wijsheid, zitten aan haar voeten. Boven haar ‘zweven’ Pallas Athene (Wijsheid) en Hercules (Kracht). Bij binnenkomst ziet men direct Justitia (Gerechtigheid). Deze beeldengroep is geplaatst boven de deur naar de Schepenkamer. Hier kwam de rechterlijke macht van de stad samen. Links van haar zit de Dood, rechts Straf met martelwerktuigen. Justitia vertrapt Hebzucht (koning Midas) en Nijd ( een vrouw met slangen in het haar). Boven de toegangen naar de galerijen zijn aan weerszijden de vier elementen aangebracht. Aarde (een kind zogend), tegenover Water (die een schip torst), en Vuur ( afkomstig uit een land rond de evenaar), tegenover Lucht. Achter Vuur brand de zon, een kind aan haar voeten wakkert de vlammen aan. Ze houdt een schaal met as op waaruit de vogel Phoenix verrijst. In de galerijen staan de planeten opgesteld. Het zijn 7 Romeinse goden, en Cybele, de godin van de aarde. Ze zijn opgesteld zoals men dacht dat de planeten zich in de ruimte bewogen: in een cirkel rond de aarde, die in de Burgerzaal te zien is in de vorm van de marmeren kaarten. Cybele staat ook naast de weeskamer, met een sleutel in haar hand waarmee ze in het voorjaar de aarde opent en in het najaar de aarde sluit. De Schepenzaal
Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
C.
C.
ik vind heel erg mooi.
dat had ik nodig.
dat helpt ok wel.heel erg bedankt.
dag
16 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
Ik moet weten hoe groot het paleis op de Dam is en kan het werkelijk nergens vinden. Iemand enig idee?
8 jaar geleden
Antwoorden