Verslaving

Inleiding

-wat is verslaving?

Bij verslaving is er een verschil tussen lichamelijke en geestelijke verslaving.
Bij lichamelijke verslaving werkt het lichaam tegen als je wilt stoppen met je verslaving. Er komen dan ontwenningsverschijnselen. Ontwenningsverschijnselen zijn bijvoorbeeld: bultjes, slecht slapen en snelle verandering van de lichaamstemperatuur.
Je kan ook last krijgen van tolerantie. Tolerantie is dat je lichaam steeds meer nodig heeft om zich goed te voelen.
Bij geestelijke afhankelijkheid heeft de verslaafde het idee dat hij niet goed kan functioneren zonder het middel.

-heeft Nederland een verslavingsprobleem?

Eigenlijk is het gebruik van drugs, te veel alcohol, enz verboden in Nederland en de rest van de wereld. Er is ook een speciaal drugsbeleid opgericht om ervoor te zorgen dat er geen drugs wordt gebruikt en als het dan toch wordt gebruikt de schade niet te groot te laten worden.
Er wordt veel informatie gegeven aan kinderen om geen genotsmiddelen te gebruiken. Ook worden veel mensen met een verslaving geholpen om er van af te komen.
In de tabel hier onder laten zien wat het gemiddelde gebruik van drugs en andere genotsmiddelen in Nederland is.

Genotsmiddelen Aantal %
Àlcohol 22.107 41
Heroïne e.d. 17.066 32
Cocaïne 6.485 12
Hasj en weed 3.419 6
XTC 230 <1
Speed e.d. 506 <1
LSD 18 <1
Snuifmiddelen (lijm, ether) 9 <1
Medicijn 527 1
Gokken 2.932 5
Overig 473 1

1 wat zijn drugs

Wanneer is een bepaald middel een drug? Op die vraag zijn verschillende antwoorden. Soms wordt voor het antwoord gekeken naar de werking van het middel en soms wordt er gekeken naar wat er in de wet staat over dat middel.

De werking
Als er wordt gekeken naar de werking van het middel. Dan is het middel een drug wanneer het de hersenen prikkelt en daardoor geestelijke en lichamelijke effecten optreden. De effecten kunnen stimulerend, verdovend of bewustzijnsveranderend zijn.

Stimulerend
Als middelen stimulerend zijn dan krijgt de gebruiker het gevoel meer energie te hebben en op zijn allerbest te zijn. Voorbeelden van stimulerende middelen zijn: cocaïne, speed, tabak en koffie.

Verdovend
Bij verdovende middelen komt de gebruiker in een soort slaperige roes. Door de kalmerende en ontspannende werking worden de minder leuke kanten van het leven langs je heen gaan. Voorbeelden van verdovende middelen zijn: heroïne, alcohol en slaapmiddelen.

Bewustzijnsveranderend
Als je dit gebruikt ga je de wereld heel anders zien en beleven, alles wordt veel leuker. Voorbeelden van bewustzijnsveranderende midden zijn: LSD, hasj, weed. Paddo’s en andere tripmiddelen.

Sommige drugs kun je in meerdere groepen plaatsen dan heeft het een gemengd effect. XTC is bijvoorbeeld is bijvoorbeeld stimulerend maar ook bewustzijnsveranderend. En hasj en weed kunnen als je er teveel van neemt ook versuffend werken.

De wet
Als er wordt gekeken naar de werking van de middelen, dan zijn alcohol, koffie en tabak ook drugs. Volgens de wet is dat niet zo. Er is een lijst gemaakt met alle middelen die volgens de wet drugs zijn, (de Opiumwet) en die drie middelen komen er niet in voor. De lijst bestaat uit 2 lijsten.
Op lijst 1 van de Opiumwet staan middelen die volgens de wet een onverantwoord groot risico hebben. Dat zijn bijvoorbeeld: heroïne, cocaïne, amfetamine, LSD en XTC.
Op lijst 2 staan hennepproducten (hasj en weed) en slaap- en kalmeringsmiddelen zoals Valium en Seresta. Ook deze middelen zijn niet goed maar de gevolgen van het gebruik zijn iets minder erg dan bij de middelen op lijst 1.

Waar komen drugs vandaan

Drugsgebruik is al best wel oud. De oudste bewijzen van drugsgebruik zijn van ongeveer 7000 jaar geleden, maar ook daarvoor waren er waarschijnlijk al mensen die drugs gebruikten.
Veel drugs komen gewoon uit de natuur. Hasj en weed komen van de hennepplant. Sterke bewustzijnsveranderende middelen komen van een bepaalde soort cactus, de peyotecactus, en van sommige paddestoelen.
Cocaïne komt van de bladeren van de cocaplant, en opium, de basis van morfine en heroïne, is een product van de papaverplant.
Sinds het begin van negentiende eeuw is bij veel producten uit de natuur ontdekt wat de werkzame stoffen ervan zijn. Veel van die stoffen kunnen nou in een laboratorium worden onderzocht en nagemaakt. Er zijn ook drugs die in een laboratorium zijn ontdekt. Bijvoorbeeld: LSD, XTC en benzodiazepines, zoals Valium en Seresta.

Soms worden drugs opeens ontdekt. Soms is het dan al een tijdje in bepaalde groep bezig. Als het gebruik ervan groter wordt kan er onrust komen. Dat is omdat niemand weet waar het vandaan komt en wat de gevaren er van zijn. Het kan ook gebeuren dat een nieuwe drug gelijk door veel mensen wordt gebruikt. De meeste van dit soort drugs worden al snel niet meer gebruikt, maar anderen die blijven gewoon. De media speelt hierbij een belangrijke rol.

Terwijl de aanpak van handel en productie van drugs streng is, is het niet helemaal tegen te houden dat illegale drugs bij drugsgebruikers terechtkomen. Een land is namelijk niet helemaal dicht af te sluiten. En er worden ook drugs in Nederland geproduceerd.