mammoet

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 3e klas vwo | 2693 woorden
  • 10 mei 2003
  • 482 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
482 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
WAT WILLEN WE WETEN?

We willen weten wanneer de mammoet leefde, hoe en waar hij dat deed, en wat hij at. Was hij een planten- of een vleeseter? En waarom stierf hij uit?

WAT VERONDERSTELLEN WE?

We denken dat de mammoet leefde in het Kwartair, de periode waar wij nu in leven, maar dan helemaal in het begin, dat wil dus zeggen rond 2 miljoen jaar geleden.
We hebben dit afgeleid van de geologische tijdschaal op blz. 212 en 213 in het biologieboek.
Waar de mammoet leefde, dat is lastiger. Het moet er in ieder geval koud zijn geweest. Als we op internet sites afgaan, zien we dat er hele mammoeten gevonden zijn in Siberië. Hier moet dus een mammoetsoort 2 miljoen jaar geleden geleefd hebben.
Hiernaast is een skelet van een opgegraven mammoet te zien. Archeologische opgravingen helpen bij het ontdekken van de leefstijl van uitgestorven dieren.
Zo kunnen we er ook achter komen wat hij at. Zoals hiernaast te zien, lijkt hij nog het meeste op een olifant, maar dan veel groter. We weten dat een olifant een planteneter is. Dus, als we logisch nadenken zal de mammoet ook wel planten hebben gegeten.
Maar ja, dit willen we graag zeker weten. Dat kan ook weer dankzij opgravingen, maar ook door wandschilderingen die mensen lang geleden maakten. Hiernaast is zo’n schildering te zien.
Om het grote lichaam te onderhouden,
moest de mammoet veel eten.
Van al dat malen van het voedsel sleten de kiezen.
Zeker in de koude periode toen de planten
op de toendra's droog en vezelig waren.
De mammoetkiezen waren dan ook heel
bijzonder. Ze waren veel hoger dan die van
olifanten, en ze bestonden uit een heleboel
richels: de lamellen.
De wolharige mammoet, die het droogste voedsel moest eten, had de hoogste kiezen met de meeste lamellen.
Zo'n 12.000 jaar geleden stierf de mammoet uit. Hoe kon dat gebeuren? Misschien omdat het warmer werd op aarde. Het ijs begon te smelten, dus de zeespiegel steeg. Daardoor kwamen grote stukken land onder water te staan. De plantengroei veranderde in snel tempo, waardoor het eten van de mammoet verdween.
In Polen en Rusland zijn veel woonplaatsen gevonden van mammoetjagers. Ze jaagden met speren. Ze aten het vlees, en van de huid werden tenten gemaakt. Uit de ivoren slagtanden werden beeldjes gesneden en veel botten werden gebruikt als brandstof. Veel hout was er namelijk niet te vinden op de droge toendra. Botten werden ook gebruikt om hutten te bouwen. Er zijn hutten gevonden die zijn opgetrokken uit de beenderen van wel meer dan 60 mammoeten.

1. Inleiding

De mammoet is een algemene naam voor verschillende soorten van de olifantenfamilie. Het is een uitgestorven olifant. Hij leefde in het laat Plioceen en in het Pleistoceen. De eerste mammoeten verschenen in Africa ongeveer 5 miljoen jaar geleden. Ongeveer 1.8 miljoen jaar geleden kwamen de eerste mammoeten Noord Amerika binnen. Ze zijn uitgestorven rond 8000 jaar voor Christus. Het klimaat op aarde wisselde toen heel sterk. Soms was het kouder dan nu maar soms ook veel warmer. In de koude perioden, de ijstijden, was het in onze streken extreem koud. Grote gebieden waaronder ook België en Nederland waren soms met ijskappen bedekt.

De mammoeten kwamen in grote delen van de wereld voor en pasten zich aan aan verschillende klimaten. De mammoet leek op een olifant maar was meer behaard en had kleinere oren. Het was een planteneter. De mammoet behoort tot de familie Elephantidae, orde Proboscidea en klasse Mammalia. Er zijn drie soorten mammoeten: de zuidelijke mammoet, de steppen mammoet en de wolharige mammoet.
Vanwege de afmetingen en het regelmatig voorkomen in oppervlakte uitzettingen waren de beenderen van de mammoet waarschijnlijk de eerste fossielen die de aandacht van de mens trokken. De oude Grieken verzamelden ze al. Het waren de eerste fossiele gewervelde dieren die in de 18e eeuw werden bestudeerd.
Niemand weet zeker waarom de mammoet is uitgestorven. Er zijn verschillende theorieën over die wij in dit werkstuk behandelen.
2. Biotoop

Tijdens het Laat-Plioceen en het Pleistoceen kwamen de verschillende soorten mammoeten voor in Noord- Amerika, Eurazië, de eilanden in de Middellandse Zee, Afrika en zelfs Zuid- Amerika. Zij slaagden erin zich aan te passen aan een grote verscheidenheid van klimaten. De bewaarde overblijfselen hebben een grote variatie aangetoond in de hoeveelheid haar die het lichaam bedekt. Het verspreidingsgebied werd in de eerste instantie beperkt door de beschikbaarheid van het benodigde voedsel. Maar voedselgebrek heeft wellicht niks met hun achteruitgang te maken gehad, want het voedsel bleef in alle overvloed aanwezig.

De eerste mammoeten verschenen in Afrika gedurende het Laat-Plioceen ongeveer 5 miljoen jaar geleden. De eerste primitieve mammoet, was de zuidelijke mammoet, de Mammuthus meridonalis. Deze migreerde ongeveer 1.8 miljoen jaar geleden van Azië naar Noord-Amerika. De tweede soort die in Noord-Amerika aankwam was de steppemammoet, de Mammuthus trogontherii. Volgens sommige wetenschappers is de steppemammoet een algemene naam voor twee verschillende soorten, namelijk de Colombiaanse mammoet en de Imperial mammoet. Sommigen van de zuidelijke mammoeten en de steppemammoeten trokken later verder naar Zuid- Amerika.
Toen er na een koude periode weer een warme periode kwam verplaatste de steppemammoet zich naar het zuiden. Er ontstonden meer diersoorten. De mammoeten daar leefden samen met grote groepen grazers, waaronder de muskussen, kariboe’ s, bizons, kamelen en wilde paarden. De mastodont heeft samen met bizons en kariboe’ s tot ongeveer 12.000 jaar geleden geleefd.
De wolharige mammoeten, Mammuthus lamarmorae, leefden in het noorden van Europa en in Eurazië. Deze streken bestonden voor het grootste deel uit toendra, meren en gletsjers. Zij leefden daar vreedzaam met reuzenherten, beren, sabeltandtijgers en de wolharige neushoorn. Later kwam daar de mens bij en werd het minder vreedzaam. De laatste mammoetsoort heeft hier tot ongeveer 11.000 jaar geleden geleefd.
3. Het uiterlijk van de mammoet

De mammoet was een groot dier, dat heel veel op de olifant leek. Er waren drie soorten mammoeten: de zuidelijke mammoet, de steppen mammoet en de wolharige mammoet. De wolharige mammoet was een mammoet die een dikke vacht van dunne gele haren van ongeveer 50 cm. Over de haren heen lagen dikke roodbruine dekharen. De andere twee soorten hadden een veel dunnere vacht omdat ze in een warmer klimaat leefden. De wolharige mammoet kon zich verplaatsen naar andere delen van de wereld, doordat veel zeeën drooggevallen waren. Hij kwam voor in Noord-Amerika, Europa en Azië.

De steppen mammoet was het grootst. Hij kon wel 4 ½ meter worden. De wolharige mammoet was een stuk kleiner. Hij was iets groter dan 3 meter. Ze wogen tussen de 5500 en 7300 kilogram.
Een opvallend kenmerk was de lengte en de kromming van de slagtanden. Die waren lang en zwaar. De beenderen in de kop waren hol omdat anders het gewicht door de zware slagtanden en slurf te groot zou worden.
Er zijn een aantal verschillen tussen de mammoet en de olifant:
· De mammoet had lange haren over zijn hele lijf zodat hij goed de ijstijden kon doorstaan
· De oren van een mammoet waren veel kleiner
· De slurf was dikker en minder buigzaam
· De mammoet had veel grotere slagtanden
· De mammoet had een ander gebit
Het gebit
Het aantal kiezen per gebit is bij alle mammoeten hetzelfde. In elk van de vier delen van de kaak hebben zij een functionele kies. Aangezien mammoeten herbivoren zijn, moesten ze veel eten om hun lichaam te onderhouden. Om al dat eten te malen sleten de kiezen van de mammoet heel snel. Zeker in de koude periode toen de planten op de toendra’ s droog en vezelig waren.
De mammoetkiezen waren dan ook heel bijzonder. Ze waren veel hoger dan die van olifanten en ze bestonden uit heel veel richels: de lamellen. De lamellen werken als een wasbord. Daardoor wordt het voedsel goed fijngemalen. De wolharige mammoet die het droogste voedsel moest eten had de meeste lamellen. Als de kiezen versleten waren werden ze uit de kaak geduwd. Maar onder elke kies zat al een nieuwe kies die, zodra de oude eruit viel, gelijk kon
functioneren.
Ook de slagtanden zijn groter dan die van de olifanten. De langste, die ooit zijn gevonden, zijn vijf meter lang. De slagtanden waren de oorspronkelijke snijtanden. Vermoed wordt, dat de wolharige mammoet zijn slagtanden gebruikte om in het winterseizoen sneeuw weg te schuiven, zodat hij bij zijn voedsel kon.
4. De evolutie van de mammoet

In afbeelding 4 staat de stamboom van de olifanten. Deze is opgesteld aan de hand van fossiel materiaal. De stamvader van de olifant is de Moeritherium (a). Dit was een dier met een schouderhoogte van 70 cm. Hij had geen slurf en een lage schedel. De tweede snijtanden waren krachtiger ontwikkeld dan de andere. Dit was het voornaamste argument waarop men aannam, dat de Moeritherium (a) een voorloper van de olifant is geweest. De slagtanden van de olifanten zijn immers niet de hoektanden maar de tweede snijtanden.Maar zeker daarvan is men niet.

De op een na oudste voorvader is de Palaeomastodon (b), waarvan overblijfselen zijn gevonden in het Oligoceen van Egypte. Deze lijkt echter wel op de olifant of nog meer op een grote tapir. Zijn gebit, bestaande uit knobbelkiezen, wees erop dat het een alleseter was.
De directe afstammeling van de Palaeomastodon (b) is de Trilophodon (c). Hij was veel groter dan de Palaeomastodon (b). Sommige bereikten zelfs de afmetingen van de Indische olifant (k). Hij leefde over de hele wereld want er zijn overblijfselen gevonden in Europa, Zuid-Azië en Amerika.
Uit de Trilophodon (c) hebben zich waarschijnlijk drie takken ontwikkeld. In de eerste plaats Dibelodon (f), die in Amerika tot in het Holoceen geleefd heeft. De tweede tak was de Mastodon (e), die ongeveer een duizend jaar geleden uitstierf. De derde tak was de Stegodon (g). Uit deze tak ontstonden de beide nog levende olifanten, de Indische (k) en de Afrikaanse olifant (j). Ook de mammoet (i) ontwikkelde zich uit de Stegodon (g). De mammoet (i) heeft zich door de vorming van een haarkleed aangepast aan de kou in Europa, die gedurende het grootste deel van het Pleistoceen heerste. Als vierde ontwikkelde zich de Archiskodon imperator (h), een zeer groot dier met een schouderhoogte van 5 m.
a. moeritherium; b. Palaeomastodon; c. Trilophodon; d. Deinotherium; e. Mastodon; f. Dibelodon; g. Stegodon; h. Archidiskodon imperator; i. Mammonteus primigenius (mammoet)
j. Loxodonta africana; k. Elephas indicus.
5. Voedsel

De mammoeten aten alleen planten, die verschilden in soorten afhankelijk van het gebied waar ze leefden. De mammoeten zijn dus herbivoren.

De wolharige mammoeten, die in het noorden van Europa leefden, aten in het zomerseizoen voornamelijk gras, kruiden, de spruiten en jonge takken van jonge coniferen, rendiermos en andere toendraplanten.
Ook aten ze bladeren van jonge boompjes. In het winterseizoen aten zij mos en twijgen van wilgen, dennenbomen en bladeren van elzenbomen. Bovendien maakte de mammoet in de winter gebruik van een vetreserve, die zich in een bult op zijn schouder bevond. We weten zo precies wat de mammoet eet doordat er hele mammoeten gevonden zijn met het eten nog in de maag. Daar zaten verschillende soorten planten in.
De steppemammoet at meestal gras, want er waren niet zo veel bomen. Dat kwam omdat zij in een steppeklimaat zaten.
6. Invloed van het Pleistoceen op de mammoet

De mammoet leefde tijdens het Pleistoceen. Het tijdperk Pleistoceen begon 2,5 miljoen jaar geleden en eindigde 10000 jaar geleden. Voor het Pleistoceen was er het tijdperk het Laat-Plioceen en na het Pleistoceen kwam het Holoceen waarin we nu leven. In het Pleistoceen kwamen heel veel ijstijden voor. Alleen tijdens een van de laatste ijstijden kwam het landijs het land binnen.

Tijdens het Pleistoceen is er heel veel veranderd in Nederland. Enkele voorbeelden: de rivieren zijn van bedding veranderd, er zijn stuwwallen ontstaan en er kwamen verschillende aardlagen over elkaar te liggen. Het Pleistoceen is verdeeld in verschillende etagen die vaak vernoemd zijn naar dorpen en steden zoals het Tiglien naar Tegelen is vernoemd en het Reuverien naar Reuver is vernoemd.
Toen het Pleistoceen is begonnen zijn er grote schommelingen geweest in de temperatuur op aarde. Drie factoren zijn hiervan de oorzaak. De vorm van de aardbaan om de zon is een elips geworden. De hoek van de aardas veranderd en de zon gaf niet altijd evenveel energie af.
Het Pleistoceen kende een aantal ijstijden met zeer lage temperaturen. Deze temperatuur had vele invloed op de mammoet. Het dier was geheel aangepast aan het leven in koude, vlakke gebieden. Hij had een dikke vacht en de oren waren klein en ook bedekt met haren. In de winter was er weinig voedsel
7. Redenen van uitsterven

Zo’n 12.000 jaar geleden stierf de mammoet uit. Het tijdstip van uitsterven is moeilijk vast te stellen. Het moet geweest zijn aan het einde van de laatste ijstijd. De vraag is hoe dat kon gebeuren. De achteruitgang van de mammoet wordt toegeschreven aan een combinatie van factoren: ziekten, klimaatveranderingen, ongelukken en degeneratie, bejaging door de mens en voedseltekorten.

Ziekten
Het is bekend dat veel mammoeten aan een verscheidenheid van ziekten leden zoals rachitis, kanker en cariës. Het is eveneens mogelijk dat de degeneratie van deze dieren ze vatbaarder maakte voor ziekten. Een ander theorie zegt dat een geheimzinnige ziekte met de mens meereisde, die wel de mammoet maar niet de mens aantastte. De sterfte onder de mammoeten viel immers samen met het verschijnen van de mens.
Klimaatveranderingen
De voornaamste reden voor hun ondergang kan geweest zijn, dat in de postglaciale periode de streken waarin de mammoet leefde een zware en aanhoudende regenval te verwerken kregen, die de droge lucht van het normale polaire klimaattype radicaal veranderde. Een andere verklaring kan zijn dat de Pleistoceensterfte niet alleen samenviel met het verschijnen van de mens maar ook met het einde van de ijstijd
Ongelukken
Behalve door de ongewoon natte omstandigheden werden zonder twijfel veel mammoeten gedood door lawines of in sneeuwstormen. Vele anderen zullen gedood doordat zij niet gewend waren aan de gevaren van het oversteken van meren en rivieren, die toen bedekt waren door dunne ijslagen of sneeuw en het grote gewicht van de dieren niet konden dragen. De gletsjerspleten, die slechts bedekt waren door dunne sneeuwbruggen, eisten ook hun tol aan levens. Dit werd wellicht bevorderd doordat de mammoet reeds symptomen van degeneratie begon te vertonen. Het is waarschijnlijk dat zij zich niet meer konden aanpassen aan de nieuwe levensomstandigheden.
Bejaging door de mens
De mens heeft de mammoet overal bejaagd. Er zijn duidelijke sporen hiervan achtergelaten o.a. in de vorm van muurschilderingen en gegraveerde beenderen. Zo’n 150.000 jaar geleden maakte de Neanderthaler-mens maakt al jacht op de mammoet. De vangst van een mammoet betekende voedsel voor een lange tijd. Maar de mens moet wel erg driest tekeer zijn gegaan om zoveel mammoets in zo’n korte tijd uit te roeien.
Voedseltekort
Onderzoekers in Siberie hebben recent (NRC, april 2003) in de permafrost planten-DNA gevonden. Het planten-DNA wijst erop dat Beringis, een gebied dat zich uitstrekt tussen Oost-Siberie en Alaska, vroeger een dichtbegroeide steppe was in plaats van een toendra. Maar rond 11.000 jaar geleden viel het aandeel van de gewassen in de vegetatie terug van 36 procent naar slechts 3 procent, waarschijnlijk als gevolg van een klimaatverandering. Dit gegeven voedt de theorie dat noordelijke grazers zoals de wolharige mammoet uitstierven doordat zij omkwamen van de honger en niet zoals een andere populaire theorie beweert als gevolg van bejaging door de mens.
Conclusie: Er zijn dus meerdere redenen voor het uitsterven van de mammoet.
8. Literatuurlijst

· DNA uit prehistorie gevonden in Siberië, NRC Handelsblad, 18 april 2003
· De Grote Oosthoek Encyclopedie deel 13, (1979), Oosthoek’s Uitgeverijmaatschappij, Utrecht
· The Concise Columbia Electronic Encyclopedia
· Vlerk, I.M. van der en Kuenen, Ph. H., Geheimschrift der aarde (1948), Uitgeverij de Haan, Utrecht
· http://www.encyclopedia.com
· http://www.roerstreekmuseum.nl
· http://encarta.msn.com
· http://www.artis.nl/modules/e_mammoet_01.html

9. Nawoord

Het was heel erg leerzaam om een werkstuk over deze diersoort te maken. Er was informatie in overvloed, maar we moesten het beste eruit halen en volgens ons is dat wel gelukt. Van tevoren stelden we ons een paar vragen:
- wat at de mammoet
- waar leefde de mammoet
- waarom stierf hij uit
Op deze vragen hebben we een antwoord kunnen vinden. Op de laatste vraag, waarom de mammoet uitstierf, zijn meer antwoorden denkbaar: bejaging, voedsel tekort, klimaatveranderingen, ongelukken en ziekten. Het meest logische is, dat al deze zaken ertoe bij hebben gedragen, dat deze indrukwekkende diersoort nu niet meer levensecht te bewonderen is.

REACTIES

A.

A.

Hallo
Heb jij dat plaatje nog van de afstammers van de mammoet?

mail please, please ff terug

groetjes Ellen, Ellen en Anne

21 jaar geleden

M.

M.

Heej reems..
ik moet ook een werkstuk over de mammoet maken en nu ik dit gelezen heb denk ik wel dat ik er aan uit kom.
maarre wat voor punt had je ervoor .. dat zou ik wel graag willen weten :$
xxx madeleine

20 jaar geleden

M.

M.

Hoi reems, er staat in de tekst: 'Hiernaast is zo’n schildering te zien' Maar ik zie nergens een schildering staan of zo. Zou je me die plaatjes alsjeblieft door kunnen sturen??

Bij voorbaat dank,

MARK

20 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.