Leeuwen

Inhoudsopgave

1) Inhoudsopgave Blz.1
2) Ordening Blz.2
3) Kenmerken van het dier Blz.3,4,5 en 6
4) Het Skelet Blz.7 en 8
5) Leefomgeving Blz.9
6) Voedsel Blz.10 en 11
7) Voortplanting Blz.12 t/m 14
8) Gedrag Blz.15
9) Overige Blz.16
10) Bronvermelding Blz.17

Ordening

Naam van het dier in het latijns is:Panthera Leo
Klasse: de leeuw hoort bij de gewervelde dier en
Familie: De leeuw hoort bij de katachtige

Kenmerken van het dier

1. Nek 7. Achterbeen 13. Schouder 19. Neus
2.Kam 8. Flank 14. Borst 20. Voor hoofd
3. Rug 9. Maag 15. Gezicht 21. Oor
4. Staart beginsel 10.Zijkant 16. Onder kaak
5. Staart 11. Voet (klauw) 17. Bovan kaak
6. Achterste 12. Voor poten 18. Snoet

De nek

De mannetjes onderscheiden zich van de vrouwtje door de manen rond hun nek en kop, die hem groter laten lijken en zo indringers angst aan te jagen. Maar de manen geven geen extra gewicht waardoor de leeuw zich nog soepel kan bewegen. De manen hebben ook als functie om de leeuw te beschermen tegen klauwen, kaken etc. tijdens gevechten met andere dieren, prooien of een andere beesten Hoe ouder het mannetje word hoe Donkerde De manen worden (licht geelbruin van tot helemaal zwart), vrouwtjes houden voornamelijk op donkere Manen dus hoe ouder de leeuwen hoe beter, wat de leeuwinnen betreft. De manen krijgen de mannetjes rond hun 3e jaar en is een teken van dat de welpen de troep moeten verlaten en voor zich zelf moeten gaan zorgen. De manen bereiken een haarlengte van 25 cm

Staart

Aan het eind van de staart zit een pluim bij de mannen is deze ook groten. De pluim heeft als functie om vliegenmepper, voor behoud van evenwicht en gevoelens/stemming uit te drukken. Verborgen tussen de haren van de pluim zit bij de meeste leeuwen (er zijn een aantal leeuwen waarbij er een uitzondering zijn ontdekt) een harde “stekel” Waar die voor dient is nog niet ontdekt ik denk dat die er voor zorgt dat de prooi makkelijker te vangen is of het is als bij ons het stuitje nutteloos. Als de leeuw boos is dan zwiept zijn staart heen en weer Als de staart zachtjes heen en weer gaat is hij tevreden. Welpen spelen vaak met de staartkwast van een volwassen leeuw en oefenen zo hoe ze later een prooi met de klauwen moeten vastgrijpen. De staart kan wel 60 tot 100 cm van de totalen lengte van de leeuw worden.

Achterste

in het poepgaatje van de leeuw zit een geurklier daarmee geeft een leeuw aan dat hij de baas is in zijn woongebied. Vreemde leeuwen die zich niks van dat luchtje aantrekken kunnen rekenen op een felle knokpartij

Achterbeen

de leeuw heeft gespierde achterpoten om te rennen of te springen

Zijkant

Leeuwen hebben meestal een vacht deze is kort met schutkleur de kleur is meestal goudbruine. Er zijn ook enkele uitzonderingen de zogenaamde witte leeuwen. Deze leeuwen komen weinig voor omdat de witte vacht van een leeuw er op wijs dat er een aantal dingen missen. En het is te vergelijken met een albino mens, meer hier over in het gaat over de witte leeuw.

Voet (klauw)

De leeuw heeft een dikke zool en teenballen onder hun poten ze lijken op kussentjes en zorgen ervoor dat ze stil kunnen lopen en functioneren als schokdempers als ze rennen of springen. Ook kunnen ze dankzij pezen en banden hun klauwen intrekken zodat ze niet zo hard slijten. Leeuwen lopen altijd om hun tenen Hun hiel zit halverwege hun benen.

Borst

Deze is gespierd, compact en soepel.

(onder) kaak

De tanden bestaan uit lange hoektanden voor een dodelijke nekbeet. De kiezen zijn geknipt om stukken vlees mee af te bijten: Ze vallen als een schar langs elkaar.

Neus

De leeuw proeft zijn voedsel deels met zijn reukzin en deels met zijn smaakzin.

Ogen

Doordat de leeuw hun ogen iets uit elkaar heeft staan, kunnen ze goed inschatten hoe ver iets is. Hun ogen zijn geschikt om ’s nachts en overdag te zien. Overdag zien leeuwen net zo goed als mensen. ’s Nachts kunnen ze net als katten ook goed zien. Ondanks ze ’s nachts wel goed kunnen zien hebben leeuwen niet zoals katten ovale maar rond pupillen. De kleur ogen varieert van goud tot kastanjebruin, afhankelijk van de ouderdom van de leeuw en de lichtinval. Bij de geboorte zijn ze blauw.

Het skelet

het skelet van een leeuw kan van kop tot staart meer dan 4 m lang zijn; verder is zijn geraamte echter identiek met dat van de huiskat.

Snorharen

Bij iedere leeuw staan de snorharen volgens een ander patroon ingeplant, als een soort vingerafdruk

Grote

Leeuwen zijn de grootste kattensoort, op de Siberische tijger na. Mannetjes kunnen een maximale lengte bereiken van 2,50 meter en een schouderhoogte van 1,20 meter. vrouwtjes zijn iets kleiner, met een lengte tot 1,70 meter en een schouderhoogte van 1,05 meter. mannetjes wegen daarbij 150 tot 250 kg en de vrouwtjes 120 tot 180 kg. De staart is hier bij 60 tot 100 cm. Leeuwen zijn ook de enige kattensoort met geslachten die er verschillend uitzien.

Brullen

Van alle katachtige heeft de leeuw de meest sterke brul. Ze brullen door een speciaal strottenhoofd. De brul kan je horen tot op een afstand van wel 9 kilometer. Het gebrul begint meestal met gekreun, gevolgd door aantal luide brullen en eindigt met gebrom. Mannetjes kunnen na hun eerste jaar brullen, vouwtjes een paar maanden later. De bedoeling van het brullen is rivaliserende indringers af te schrikken en ook helpt het de leden van een troep bijeen te houden.

Tong

ze hebben een tong als een rasp om de laatste vleesresten van de botten af te likken. Verder likken ze bloed en parasieten van hun vacht af met hun tong

Leefomgeving

De leeuw is bijna uitgestorven er leven dan alleen nog maar leeuwen in reservaten in Afrika en In India. In India is er een reservaat dat het Gir reservaat heet hier leven de ongeveer 400 nog overgebleven Aziatische leeuwen. Het Gir woud is opgericht door is de nawab van Junagardh hij is een inlandse vorst en eigenaar van het land. Deze heeft in 1900 de leeuw bescherming gegeven.
In Afrika Zijn er nog wat meer namelijk nog tussen de 30.000 tot 100.000 Afrikaanse leeuwen. De meeste komen in Oost Afrika voor. Leeuwen leven in de Savanne, open gebieden met veel droog gras, enkele groepjes bomen en hier een daar waterbronnen. Men schat dat ongeveer een derde van het landoppervlakte van Afrika uit savanne bestaat die zal een oppervlakte van 10 miljoen km zijn. Het maandgemiddelde klimaat is elke maand hoger dan 18°C. Op de Savanne leven onder andere ook Giraffen, Olifanten en neushoorns en nog meer planteneters. Er komen meer dan 40 soorten planten eters voor op de savanne. Leeuwen houden niet van dichte bossen ondanks dat ze goed kunnen klimmen in deze bomen, doen ze dat niet vaak. Het mannetje van de troep mankeert de grensden van het teratorium door geurkliertjes te legen. in het poepgaatje zit een geurklier daarmee geeft een leeuw aan dat hij de baas is in zijn woongebied. Vreemde leeuwen die zich niks van dat luchtje aantrekken kunnen rekenen op een felle knokpartij Op de mankeerpunten laat hij verder een gebrul horen om aan te geven waar de grenzen lopen. Dat gebrul is tot 9 km in de omtrek te horen. Andere plaatsen waar leeuwen nog voorkomen zijn dierentuinen over de hele wereld er leven ongeveer 1.040 Beesten in gevangenschap.

Voedsel

Leeuwen hebben dagelijks eten nodig net als ieder ander levend wezen. Vrouwtjes hebben 5 kg nodig en voor mannetjes en is dat 7. Ze eten vooral gnoes, impala’s en zebra’s maar ook wel prooidieren die ze stelen van andere roofdieren. Soms als de leeuwen echt honger hebben jagen ze zelfs op grotere prooidieren zoals giraffen en nijlpaarden.

Leeuwinnen nemen 80 tot 90 % van de jacht voor hun rekening. Wanneer meerdere leeuwinnen gemeenschappelijk jagen, Zoeken ze eerst van te voren een prooi uit, meestal een jong, ziek of gewond beest in de kudde vervolgens gaan een aantal tegen winds van de prooidieren op de loer liggen. Een ander maakt een omtrekkende beweging tot ze de wind van achteren heeft. Dan komt ze plotseling uit haar dekking tevoorschijn en drijft de opgeschikte kudde in de richting van haar collega’s die in een hinderlaag liggen.
Is een leeuwin alleen op jacht dan besluipt ze onopgemerkt tegen de wind in zo dicht mogelijk haar prooi voordat ze toeslaat. De leeuwin gaat met haar volle gewicht aan haar slachtoffer hangen en bijt ze het in de keel. Door de opengescheurde luchtpijp en slokdarm sterft de prooi binnen enkele minuten.
Als het water schaars is, jagen de leeuwen meestal de drinkplaats en leeuw, die een prooidier achtervolgt, kan wel 60 kilometer per uur halen maar ze achtervolgen de prooi nooit lang. Als ze, ze niet binnen een paar meter te pakken hebben geven ze het op.
Bij de jacht van leeuwen is dan ook 1 op de 4 aanvallen raak. Dit is meer dan bij dieren die in hun eentje jagen. Het voedsel van een mannetje bestaat uit: 75 % uit van de leeuwinnen afgepakte prooidieren 12 % van andere roofdieren afgepakte prooidieren en 13 % zelf gedode prooidieren.
De leeuwen jagen ’s avonds of ‘s nachts bij maanlicht, leeuwen in meer begroeide gebieden jagen vaker overdag. Bij een nachtelijke jacht word 33 % van de gevallen beloont, tegen 21 % bij de jacht overdag, vederen reden om ’s nachts te jagen is het feit dat de leeuwinnen minder opvallen en omdat het koeler is.
Het is normaal dat als een prooi is gedood (door de vrouwtjes) de mannetjes als eerste eten en dan pas de vrouwtjes alles wat over blijft kunnen de welpen dan op eten. Dit heeft niks te maken met rang orden maar simpel weg met het recht van de sterkste, iedereen wilt als eerste eten maar omdat de mannetjes het sterkst zijn zullen zij ook als eerst eten. Als nadat de welpen hebben gegeten er nog voedsel over is word dit begraven voor slechtere tijden. Na een goede jacht eten ze soms voor meerdere dagen tegelijk zodat ze als het de dag er na slechter gaat ze niet gelijk honger hoeven te lijden. Een leeuw kan wel 20 tot 30 kilo vlees in 1x op dat is meer dan aan halve koe maar daarna eet hij 3 dagen niks meer.

Van de aanvallen zijn geslaagd: 14 % van de oplettende lierantilopen, 38 % van de Zebra’s en Gnoes en 47 % van de Lompe wrattenzwijn. Aanvallen vanuit struikgewas geeft 3,5 keer zo veel meer kans op slagen dan in open terrein. Een leuk weet je is nog dat ondanks dat de mannetjes leeuw zelf niet vaak jaagt omdat zijn manen hem te veel laat opvallen. Zijn het de mannetjes leeuwen die van de grote roofdieren de enige zijn die geregeld een prooi van meer dan 250 kg doden

Voortplanting

Deze tabel geeft de sterfte en geboorte aan van de welpen. Bij de maand 0 (stippellijn) kwam er een nieuwe leider.

In een troep zijn de vrouwtjes allemaal familie van elkaar, ze blijven hun hele leven bij elkaar. Een mannetjes is op zijn 4e levensjaar vruchtbaar, bij een vrouwtjes duurt dat iets langer die zijn in hun 5e levensjaar pas vruchtbaar. Als leeuwen paren bijt de leeuw de leeuwin in haar nek. Dit om houvast te houden. De eigenlijke paring duurt maar een paar seconde. De leeuwin snauwt na de paring tegen de leeuw en hij gaat er weer snel vandoor. Vrouwtjes paren gemiddeld om het kwartier als ze loops zijn. (het mannetje paart dan ook wel 30 tot 40 keer per dag). De loopsheid duurt 2 tot 8 dagen. Soms wissel de leeuwinnen in die tijd van partner. Om bevrucht te worden moet een vrouwtje gemiddeld 150 keer gedekt worden, dit komt omdat de mannetjes zeer zwak zaad hebben, ze zijn bijna onvruchtbaar, wat overgang van vader op zoon er niet beter op wordt. Maar 1 op de 5 periodes van loopsheid lijd tot bevruchting en omgerekend en met de gevaren van opgroeien van een welp (zie volgend hst 8 Welpen) komt uit 1 op de 3.000 paring een welp die ook nog volwassen word, en zich dan kan voortplanten. Leeuwen kunnen meermalen per jaar jongen krijgen, maar na een worp komt de volgende gewoonlijk pas na ongeveer twee jaar, tenzij jongen eerder worden gedood vanwege de macht overname door een nieuwe dominante man. De man dood de welpen bij overname van een troep waardoor de vrouwen hun jongen niet meer hoeven te zeugen en daardoor weer snel loops worden. De draagtijd voor een zwangere leeuwin is 100 tot 120 dagen. Per worp worden 2 a 3 jonge geboren vaak ook meer. Op zich kunnen een leeuw en een tijger paren. De paring lukt zelfs alleen de jongen die uit deze combinatie komen zijn zelf niet vruchtbaar.

De leeuw is de enige van de katachtige die sociaal is. Ze leven in groepen die van omvang zeer kan verschillende de grootste groepen kunnen van 20 en soms zelfs 30 leeuwen bestaan. Een troep leeuwen bestaat meestal uit ongeveer twaalf à vijftien volwassen vrouwtjes, hun jongen en maximaal zes mannetjes. De vrouwtjes in de troep zijn altijd familie, zussen, moeders, dochters, tantes etc. ieder vrouwtje heeft dan ook dezelfde macht.

Mannetjes blijven een aantal jaren (meestal 3 tot 4) bij de troep tot er een nieuw mannetje komt dat van hen wint in een gevecht. Als de indringer wint jaagt hij het mannetje, dood hij de welpen, om de leeuwinnen te laten zie wie de baas is en zodat de vrouwtje eerder vruchtbaar zijn om met hem te paren maar ook zodat zijn eigen genen worden door gevoerd in de jongen en niet die van zijn “vijand”. Soms wijzen leeuwinnen hun nieuwe ‘leider’ af maar meestal kunnen ze niets anders doen dan zich onderwerpen. Alleen als twee of drie mannetjes samenwerken, lukt het om voor langere tijd de leiding over de troep te houden.
De taak van de mannetjes in een troep is te zorgen voor voortplanting, verder moeten ze het territorium bewaken. Het formaat van het territorium is afhankelijk van het landschap, de hoeveelheid beschikbare prooidieren en de belangrijkheid van de troep. De omvang van een territorium kan dan ook verschillen van 20 tot 400 km². Het bewaken van het territorium doen de mannetjes door middel van langs de grenzen geurtjes en krabsporen in jonge bomen achter te laten die aan geven waar de grenzen zijn, verder laten ze van tijd tot tijd een gebrul horen om eventuele indringers te waarschuwen en angst aan te jagen.
Mannetjes hebben ook de taak om de troep te beschermen. Hun manen zijn daar voor zij laten hem groter lijken om zo indringers angst aan te jagen. Maar de manen geven geen extra gewicht waardoor de leeuw zich nog soepel kan bewegen. De manen hebben ook als functie om de leeuw te beschermen tegen klauwen, kaken etc. tijdens gevechten met andere dieren, prooien of een andere beesten.
De taak van de vrouwtjes is het zorgen voor hun jongen, dat deze een goede opvoeding krijgen en leren te jagen. Een andere taak van de vrouwtjes die veel op de vorige taak lijkt is het opvoeden van de jongen van andere leeuwinnen, niet alleen als ze vroegtijdig overlijden maar ook als de moeder weg is, als de vrouwtjes gaan jagen (dit is hun derde taak maar daar zo over) blijft er altijd nog een vrouwtje achter, wat meestal te oud of te verzwakt is om te jagen, zij let dan op de welpen. Maar de belangrijkste taak van de vrouwtjes is, zoals ik al zei om “het eten op tafel te krijgen”. Daarvoor jagen ze in groepen (zie hst 5 de jacht)

Als leeuwen elkaar groeten word en een speciaal begroetingsritueel gehouden. Dit wordt gedaan door met de kop tegen elkaar aan te wrijven en de staart is omhoog en word regelmatig over de rug van een ander geslagen.
Er zijn ook leeuwen die niet in een troep leven 15 % van deze leeuwen die niet in een troep leven zijn oude, gewonde of zieke dieren. Andere oorzaken zijn de jonge mannetjes die net uit de troep gezet zijn want als een mannetje 3 of 4 jaar oud is verlaten ze de troep om zich bij een andere troep te voegen en zich voor te planten. Tussen hun 5e en 6e jaar zijn de leeuwen het sterkst. Tussen hun 3e en 4e jaar is het dan ook moeilijk een troep te

Gedrag

De leeuw is de enige katachtige die een sociale in plaats van een solitaire leefwijze heeft. Hij leeft gewoonlijk in groepen met een variërende samenstelling, maar bestaat meestal uit gemiddeld vijf volwassen vrouwtjes (twee tot twintig), één of twee volwassen mannetjes (tot acht) en hun jongen en onvolwassen nakomelingen. Soms bestaat een groep uit meer dan 30 leeuwen. Meestal bewegen de dieren zich los van elkaar of in kleinere groepen. Als dieren uit dezelfde groep elkaar tegenkomen, volgt een ritueel van wrijven, likken en spinnen. Vreemde leeuwen, zowel mannetjes als vrouwtjes, worden meestal weggejaagd. Leeuwinnen blijven hun hele leven bij dezelfde groep, mannetjes meestal niet meer dan drie of vier jaar. Mannetjes die niet bij een groep horen, leven een zwervend bestaan, alleen of met andere mannetjes. Door dit zwervende bestaan worden mannetjes in de regel minder oud dan vrouwtjes. De groep heeft meestal een vast territorium. In de Serengeti volgen ze echter meestal de grote trekkende kudden gnoes, zebra's en gazellen.

Overige

omdat leeuwen zijn hele lieve dieren, en ze doen mensen helemaal niets. Dit durf ik vooral te zeggen omdat ik er nog nooit met een oog in oog heb gestaan. Had ik dat wel, dan zou ik namelijk me wel bedenken dat ze enorm gevaarlijk zijn.
Als je ze uitlokt dan doen ze wel iets zoals je doden
ook omadt ik veel van leeuwen hou.
en ik heb ook veel documentaires over leeuwen gezien op animal planet
ik hoop dat het u goed vindt.
dat was mijn werkstuk

Bronvermelding

Voor mijn werkstuk heb ik de volgende boeken gebuikt:
Titel: Auteur: uitgever
Grote katten Klevansky, Rhonda De Lataarn
Leeuwen,Tijgers en Gottmer-Haarlem Christiane Gunzi
anderen grote katten
De geÏllustreerde dieren Jonathan Elphick Fran Jones
encyclopedie voor jeudg
Babydieren Beatrix Stoepel Bosch & Keuning

Voor mijn werkstuk heb ik ge volgende websites gebuikt
www.leeuwen.nl
www.leeuwenonline.nl
www.google.nl, al is dat geen bron