Inhoudsopgave.
1. Wat is kanker?
2. Behandeling van kanker.
3. Waar in het lichaam komt kanker veel voor?
4. Wat zijn carcinogenen stoffen?
5. Begrippen.
Wat is kanker?
Als je wilt weten hoe kanker ontstaat, moet je eerst weten dat het menselijk lichaam uit miljarden cellen bestaat. Die cellen groeien en delen zich, waardoor er voortdurend nieuwe cellen ontstaan. Omdat er tegelijkertijd ook cellen sterven is er sprake van een soort evenwicht.
Is je lichaam bijvoorbeeld in de groei, dan worden er veel cellen aangemaakt en sterven er weinig. Word je ouder, dan is de situatie omgekeerd. Je hebt dus zoveel cellen als je nodig hebt.
Kanker is zoiets als een fout in de computer. De celdeling slaat op hol. Er worden opeens veel te veel cellen aangemaakt, waardoor er geen evenwicht meer is. Het lichaam kan het niet meer bijhouden.
Cellen gaan hun eigen leven leiden, klonteren samen, groeien ongehinderd door en veranderen van normale, gezonde cellen in kankercellen.
De computer loopt vast. Er moet dus iets aan gedaan worden. Doe je dat niet, dan krijgen de cellen de kans zich te verspreiden en zal je uiteindelijk doodgaan.
Behandeling van kanker.
Er zijn verschillende methoden om kanker te behandelen. Soms ondergaat de patiënt 1 soort behandeling. Maar vaak bestaat een behandeling uit een combinatie van verschillende methodes.
Afhankelijk van ondermeer het stadium van de ziekte, de leeftijd en de algehele conditie van de patiënt, bepaalt de arts voor welke behandeling de patiënt in aanmerking komt.
De volgende meest gebruikte behandelingen zijn:
1. Opereren: Tijdens een operatie wordt het klompje kankercellen weggesneden uit het lichaam. Het is natuurlijk belangrijk dat alle kankercellen echt weggehaald worden, anders kan vanuit slechts 1 kankercel weer een nieuwe tumor groeien
2. Geneesmiddelen / chemotherapie: Soms is het beter om kanker met geneesmiddelen te behandelen. Deze geneesmiddelen zorgen ervoor dat de cellen zich niet meer kunnen delen. Dat kan door middel van een injectie, een infuus of via pillen. Het nadeel van deze geneesmiddelen is dat ze niet alleen de kankercellen aanvallen, maar ook gezonde lichaamscellen. Daardoor kunnen bijwerkingen optreden en kan iemand kaal of misselijk worden.
3. Bestralen: De kankercellen kunnen ook kapot gemaakt worden door radioactieve straling. Dat zijn onzichtbare stralen, die zo sterk zijn dat ze de lichaamscellen kapot kunnen maken. Ook met bestraling worden zowel de zieke lichaamscellen vernietigd, als ook gezonde. Daardoor kunnen er ook weer bijwerkingen optreden.
Er zijn nog meer behandelingsmethodes maar dit zijn de meest gebruikte.
Waar in het lichaam komt kanker veel voor?
In deze delen van het lichaam komt kanker het meeste voor, zowel bij mannen als vrouwen.
1. long-bronchus 23,90 borst 33,66
2. prostaat 17,62 colon + rectum 13,59
3. colon + rectum 13,04 ovarium 4,98
4. blaas 6,80 cervix 4,52
5. maag 3,65 long-bronchus 4,40
Wat zijn carcinogenen stoffen?
Carcinogenen stoffen zijn stoffen die kanker verwekkend zijn.
Zware metalen zoals cadmium (Ca), nikkel (Ni), arseen (As) en kwik (Hg) zijn deels afkomstig uit natuurlijke bronnen, zoals vulkanen. De emissie van de zware metalen die door de mens veroorzaakt wordt, is echter vanaf de vorige eeuw drastisch toegenomen. Daarnaast nemen de concentraties Polycyclische Aromatische Koolwaterstofverbindingen, kortweg PAK’s steeds verder toe. Al deze stoffen komen bij industriële processen, verbranding en wegvervoer vrij. Ze kunnen zich makkelijk door de lucht verplaatsen en kunnen schadelijke gevolgen hebben voor de mens en het milieu. Ze kunnen zelfs kanker veroorzaken of bevorderen, vandaar dat deze stoffen bekend staan als carcinogenen stoffen.
Begrippen.
- Welvaartsziekten: Bij welvaartsziekten wordt gedacht aan hart- en vaatziekten, kanker, stress, overgewicht, diabetes en stoppen met roken.
Al deze ziektebeelden bestonden waarschijnlijk al, ze komen alleen wat vaker of wat jonger (zoals ouderdomsdiabetes) voor dan vroeger het geval was.
Welvaart is overvloed, dus dat meer mensen dikker zijn dan goed is valt ook te verklaren.
Bovendien hebben we haast en zijn we druk dus eten niet goed, niet gezond en niet regelmatig.
En voor sporten hebben we al helemaal weinig tijd.
Toch zou juist regelmaat, goed eten en sport een boel ellende kunnen voorkomen. Sporters zullen bijvoorbeeld beamen dat als ze moe zijn en toch gaan hardlopen, ze zich daarna weer helemaal fit voelen.
Ook kun je geestelijk meer aan als je fit bent.
- Diagnose: De diagnose kanker wordt bij elke soort kanker anders gesteld, maar grofweg altijd zal er onderzoek van het weefsel plaats vinden. Hiervoor wordt er slijm onderzocht, een biopt van de tumor genomen, of een beenmergpunctie. Daarnaast vindt bloedonderzoek en/of urine onderzoek plaats. Ook wordt er veel gebruik gemaakt van beeldvormende technieken zoals mammografien bij borstkanker, röntgenfoto's, echografie en scopiëen van bijvoorbeeld darmen, longen of maag. Een CT-scan, computertomograaf is een apparaat waarmee men centimeter voor centimeter zeer gedetailleerde foto's van het lichaam maakt. Hierbij wordt gebruik gemaakt van röntgenstraling en een computer.
Symptomen
De symptomen van kanker lijken veel op die van andere ziektebeelden. Bij alle vormen van kanker staan weer andere symptomen op de voorgrond.
Mogelijke symptomen kunnen zijn:
• Verandering in gewoonte bij stoelgang
• Een niet genezend wondje
• Abnormale bloeding
• Zwelling of knobbeltje op het lichaam of van lymfeklieren
• Problemen met slikken of andere problemen met de spijsvertering
• Voortdurende hoest of schorheid
• Abnormale vermoeidheid
• Gebrekkige eetlust, vermagering
Deze symptomen hoeven zeker niet te duiden op kanker, het raadplegen van een arts is aan te raden wanneer een van de bovengenoemde verschijnselen zich voordoen.
- (Proto) oncogenen: Sommige genen bevatten het recept voor een stof die de cel aanzet tot deling. Deze genen worden wel ‘proto-oncogenen’ genoemd. Andere genen bevatten juist het recept voor een stof die voorkomt dat de cel gaat delen. Dergelijke genen heten in vaktaal ‘tumor-suppressor’ genen.
- Mutaties: Overerving van genmutatie
Als een van de ouders een genafwijking of genmutatie heeft (geërfd), kan die aanleg aan een kind worden doorgegeven. Iemand kan dus bij de geboorte al aanleg hebben voor een bepaalde ziekte. Deze persoon is dan drager. Krijgt dit kind later ook weer kinderen, dan kan het veranderde gen aan een volgende generatie worden doorgegeven. Als men drager is van een erfelijke aanleg voor bijvoorbeeld borstkanker, wil dit niet zeggen dat de ziekte zich ook daadwerkelijk zal ontwikkelen. Aanleg betekent wel dat er een verhoogd risico is om de ziekte te ontwikkelen.
Bij borstkanker kan de erfelijke aanleg doorgegeven worden door mannen en vrouwen, aan jongens en meisjes. De genmutatie is dus niet gebonden aan het geslacht. Als een van de ouders een genmutatie heeft, dan heeft het kind 50% kans om de aanleg over te erven.
REACTIES
1 seconde geleden