De luiaard

Er bestaan 5 soorten luiaards, waarvan 3 'drievingerige' en 2 'tweevingerige'. De tweevingerige hebben aan elke voorpoot twee haakvormige klauwen, aan hun achterpoten hebben ze er drie, net als alle andere luiaards. De tweevingerige luiaards hebben geen staart in tegenstelling tot de drievingerige die een kort staartje hebben.
De wetenschappelijke naam van de luiaard is: Bradypus tridactylus. De luiaards leefgebied is in centraal Zuid-Amerika. Hij hangt bijna heel zijn leven ondersteboven in bomen. Hij kan nauwelijks lopen en daarom kruipt hij. Wel kunnen luiaards goed zwemmen.

Vroeger waren sommige soorten luiaards zo groot als een olifant. Ze leken veel op miereneters, want de luiaards hadden gemeenschappelijke stamvormen gehad. In het tijdperk Tertiair waren de luiaards tot ontwikkeling gekomen en behoorden tot de vroegste zoogdieren van Zuid-Amerika.

De twee-vingerige en de drie-vingerige luiaards leven in Zuid-Amerika. Vroeger was dat ook al zo.

De twee-vingerige luiaard of wel Choloepus hoffmanni leeft in het oerwoud van Zuid-Amerika. In tegenstelling tot de drie-vingerige luiaard die aan alle vier de ledematen drie klauwhaken heeft, hebben de twee-vingerige luiaards aan de voorpoten maar twee klauwhaken. De achterpoten hebben er ook drie.

De drie-vingerige luiaard of wel Bradypus tridactylus leeft nu in een bergachtig landschap in Zuid-Amerika. Het dier voedt zich met vruchten, knoppen, twijgen, bloemen en de sappige bladeren van de Cecropia boom. Afdalingen naar de grond doen ze een keer in de week, voor hun ontlasting in een kuiltje te doen. De luiaard verplaatst zichzelf met een bijzonder laag tempo. Daardoor zijn ze zwak voor natuurlijke vijanden. Daarom kunnen wij de luiaard een bijzonder zoogdier noemen. De bouw van het dier is niet gemaakt om te lopen of staan. Met de armen die langer zijn dan de benen trekken ze zich als het nodig is over de grond voort.

De tweevingerige- luiaard is 46 tot 86 cm lang. Dat is best wel klein voor een zoogdier. Er zijn natuurlijk ook wel uitzonderingen, er was 23 jaar geleden een luiaard van wel 1.02 meter. Hij weegt 5 tot 8 kg. Als hij zwanger is, weegt hij meestal 7 kg. de zwangerschap duurt ±6 maanden. hij kan maar een jong krijgen per keer. Deze luiaard wordt gemiddeld 40 jaar. Hun haren passen zich aan, aan hun leeftijd. De haren kunnen ook groen zijn door algen.

De drievingerige-luiaard is 45 tot 50 cm lang. Hij weegt 2 tot 5 kg en kan 40 jaar worden. Deze luiaard krijgt maar één jong per keer. Dit jong wordt goed ontwikkelt geboren. Het heeft dan al een dikke vacht en sterke klauwen en tenen. Daarmee gaat hij meteen aan de hals van zijn moeder hangen die hem overal mee naar toe neemt. De zwangerschap duurt 6 maanden.

Als een luiaard slaapt, grijpt hij een horizontale tak en zorgt dat alle vier zijn ledematen op een lijn zijn. Dan kan hij zich lekker ontspannen. Hij doet ook bijna niks ander dan slapen, baren en eten.