Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

ADHD

Beoordeling 7.4
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • 4e klas havo | 3510 woorden
  • 13 november 2002
  • 64 keer beoordeeld
Cijfer 7.4
64 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Wat is ADHD? ADHD staat voor attention deficit hyperactivity disorder. Dit wel zeggen dat ADHD een aandachts tekort stoornis is met hyperactiviteit. ADHD kan voorkomen op alle leeftijden van jong tot oud. Vroeger werd gedacht dat je over deze stoornis heen kon groeien maar dit blijkt niet waar te zijn. Volwassenen hebben vaak wel minder last van ADHD omdat ze er mee leren leven en omdat de klachten kunnen verminderen bij het ouder worden. ADHD is de meest gestelde diagnose door kinderartsen. 5 procent van de kinderen in Nederland heeft er last van. Bij ongeveer een procent is dit in mindere maten, maar bij de overige 4 procent komt ADHD in de ernstige vorm voor. Bij veel kinderen wordt pas laat vastgesteld dat ze ADHD hebben, toch heeft deze stoornis zich al voor het zevende levensjaar ontwikkeld, maar de weg naar de diagnose is lang. Dit komt omdat er zo veel ziektes zijn met dezelfde verschijnselen als ADHD. Veel voorkomende kenmerken bij kinderen die ADHD hebben zijn : De problemen en symptomen van ADHD. De kernproblemen van ADHD zijn: · Aandachts en concentratie stoornissen · Impulsiviteit - hyperactiviteit · Niet passend bij het ontwikkelingsniveau. Veel voorkomende kenmerken bij ADHD-kinderen zijn: · Overbeweeglijkheid en bewegingsstoornissen: De meeste kinderen met ADHD zijn overbeweeglijk. Ze zitten nooit stil, ze draven maar door, ze zijn bijna nooit langere tijd rustig met hetzelfde bezig. Als ze echt heel erg hun best doen om op hun stoel te blijven zitten, dan beweegt er nog van alles: vingers, voeten, gezicht, enz. Bij kinderen met ADHD is er vaak iets mis met de manier waarop zij hun spieren gebruiken. Ze bewegen onhandig. Om op een goede en zorgvuldige manier iets te kunnen doen, moeten al onze spieren goed samenwerken. Ze moeten samenwerken om ons te laten fietsen, schrijven, veters strikken, enz. Bij kinderen met ADHD zijn de spieren zelf meestal helemaal goed in orde, maar er mankeert vaak iets aan de samenwerking tussen de spieren onderling. Daardoor bewegen kinderen met ADHD vaak erg onhandig. · Uitdrukkingsstoornissen: Onze hersenen nemen niet alleen informatie op, ze bepalen ook wat we er mee doen: hoe we die informatie gebruiken. We doen dit vooral op twee manieren: met onze spieren en met woorden. Kinderen met ADHD kunnen zowel bewegingsstoornissen als spraakstoornissen hebben. De spieren werken onderling niet goed samen waardoor bewegingsstoringen ontstaan. Als er problemen zijn met de fijne spieren van de mond of met de samenwerking, kunnen er spraakstoornissen ontstaan. Spraakstoornissen kunnen nog andere oorzaken hebben. Die kunnen opgespoort worden door een logopediste. · Impulsiviteit: Sommige kinderen met ADHD kunnen moeilijk vooraf plannen of de gevolgen van hun daden overzien. Ze handelen vaak ondoordacht, impulsief. Ze doen iets zodra het in hun hoofd opkomt: plotseling de straat oversteken, van de hoogste trede van de trap afspringen; hardop antwoorden in de klas zonder hun beurt af te wachten, enz. Deze impulsiviteit kan het gevolg zijn van het feit dat veel kinderen niet goed in stappen vooruit kunnen denken of het belangrijke niet van het onbelangrijke kunnen onderscheiden. Volgens sommige onderzoekers komt deze impulsiviteit door een kleine afwijking in de hersenen. Deze afwijking is misshcien maar een kleinigheid, maar net genoeg om er voor te zorgen dat de remmen van een kind met ADHD vaak niet op tijd werken: hij is letterlijk een ongeremd kind. ·Aandachts- en concentratieproblemen: Alle kinderen met ADHD hebben grote moeite om zich te concentreren. Ze kunnen moeilijk hun aandacht bij een onderwerp houden. Ze worden steeds van datgene waar ze mee bezig zijn, afgeleid door wat rondom hen plaatsvindt. In de meeste situaties kunnen kinderen met ADHD zich moeilijk op een bepaalde taak concentreren. Maar als iets werkelijk hun aandacht te pakken heeft, is het soms ook juist weer heel moeilijk om hun aandacht op iets anders te richten. Bij hun aandacht en concentratie gaat het als het ware om alles of niets, maar meestal om niets. ·(Aan)leerstoornissen

Bij de behandeling van kinderen met het ADHD-syndroom is het vaak opgevallen dat ze veel moeilijker nieuw gedrag aanleren en oud gedrag afleren ook al zijn ze intelligent. Bij een kleinere groep bleek dit extreem moeilijk, ook onder de beste omstandigheden en met de grootste mogelijke inzet van ouders en opvoeders. Hierbij spelen hun aandachts- en concentratieproblemen een rol. Ook als op het gedrag consequent een onmiddellijke beloning of straf volgt is het nog moeilijk om ze dit aan of af te leren. Als een normaal kind enkele malen voor een bepaald soort gedrag beloond werd, is de kans groot dat hij dit gedrag aanleert. Bij kinderen met ADHD moeten de ouders wel dertig keer vaker het gedrag aanmoedigen, voordat deze kinderen het gedrag aanwennen. De ouders moeten ook dertig maal vaker en consequenter straffen, voordat het ongewenste gedrag vermindert. · Lees-, schrijf- en rekenstoornissen: Heel wat van deze stoornissen komen pas naar buiten als een kind gaat leren lezen, schrijven en rekenen. Bij deze dingen moet vooral gebruik worden gemaakt van de informatieverwerkende en coördinerende delen van de hersenen en juist die werken vaak niet goed. Als er een heel kleine stoornis is op het gebied van de informatieverwerking, zal dit vaak dan ook pas te merken zijn in het eerste leerjaar. De meeste gebruikte termen voor stoornissen op dit gebied zijn: - Dyslexie voor stoornissen bij het lezen; - Dysorthografie voor stoornissen bij het schrijven; - Dyscalcullie voor stoornissen bij het rekenen. Tot voor enkele jaren waren die stoornissen onbekend en werden veel van deze kinderen ten onrechte als lui of dom bestempelt. Nu zijn er meer hulpverleners, en vooral (ortho) pedagogen, die zich specialiseren in het opsporen en behandelen van deze stoornissen. Op sommige scholen kunnen remedial teachers en taakleerkrachten kinderen met niet al te ernstige problemen helpen. · Geheugenstoornissen: Sommige kinderen met ADHD hebben het ook heel erg moeilijk om iets te onthouden. Ze begrijpen het wel, maar onthouden vraagt bij hen tien keer meer herhaling en inspanning dan bij andere kinderen. Voor een kind dat zich slecht kan concentreren is het natuurlijk veel moeilijker is om iets te onthouden. Als hij ook nog eens slecht in staat is het belangrijke van het onbelangrijke te onderscheiden, is het voor hem ook niet duidelijk wat hij wel en wat niet hij niet moet onthouden. · Verwerkingsproblemen
Sommige kinderen met ADHD hebben ook moeite bij het verwerken van wat ze zien, horen en voelen. Hun zintuigen zijn meestal goed ontwikkeld, maar er mankeert iets aan het verwerken van de informatie. Informatie, opgenomen via de zintuigen, moet goed verwerkt worden om er iets zinnigs mee te kunnen aanvangen. Bij een ADHD-kind kan hier op verschillende plaatsen iets misgaan. Deze stoornissen komen bij sommige kinderen ook afzonderlijk voor, zonder overbeweeglijkheid of impulsiviteit. De zintuigen en de spieren moeten zowel onderling als met elkaar goed samenwerken. Als hier iets mis loopt, spreken we van coördinatiestoornissen. Dat komt best wel vaak voor bij kinderen met ADHD. Een andere belangrijke manier om de informatie te verwerken is alles op een rijtje kunnen zetten: eerst dit, dan dat, vervolgens zo. Veel ingewikkelde handelingen leren we door ze in stukjes op te delen.Vele kinderen met ADHD hebben er moeite mee om in stapjes te denken, om vooruit te denken. In de meeste situaties doe je dat vanzelfsprekend. Hiervoor moet je de informatie die je via de verschillende zintuigen binnenkrijgt, in logische volgorde kunnen zetten. ·Waarnemingsstoornissen. 1. Visuele waarnemingsstoornissen: Een belangrijke groep waarnemingsstoornissen zijn de visuele waarnemingsstoornissen. Het oog ziet goed, maar de hersenen hebben moeite om wat er gezien wordt goed te verwerken. - Het onderscheid maken tussen links en rechts lukt bijvoorbeeld niet zo goed. Hierdoor is er voor het kind weinig verschil tussen een d en een b. - Een kind kan moeilijk diepte waarnemen, waardoor hij afstanden slecht kan schatten, overal tegenaan botst, drank naast het glas giet, en altijd wat omstoot. - Het komt vaak voor dat het kind problemen heeft met het onderscheid maken tussen figuur en achtergrond, tussen het geheel en de onderdelen, tussen het belangrijke en het onbelangrijke wat hij ziet. 2. Auditieve waarnemingsstoornissen: Ook bij de verwerking van geluiden kan een kind met ADHD het er heel moeilijk mee hebben om op elkaar lijkende letters of woorden te onderscheiden. Ook hier is het net als bij beelden moeilijk voor het kind om voor- en achtergrond van elkaar te onderscheiden. · Emotionele problemen: De emotionele reacties van ADHD-kinderen zijn vaak zeer wisselvallig en overdreven. Op het ene moment zijn ze dol enthousiast, tien minuten later hebben ze geen interesse meer. Dan zijn ze weer uitbundig en plezierig en een uur later zijn ze helemaal teneergeslagen. Kinderen met ADHD kunnen hun emotie slecht beheersen. Om een kleinigheid kunnen ze extreem boos, agressief, of verdrietig worden. Dit kan komen door de vele problemen waar ze mee te maken hebben. Een kind met ADHD kan veel verstandiger zijn dan bijvoorbeeld zijn buurjongen op
school en toch meer moeite hebben om iets te leren. Zo’n verstandig kind beseft maar al te goed hoe ‘stom’ of hoe ‘onhandig’ hij is. Kinderen met ADHD kunnen door al die problemen heel neerslachtig of depressief worden. Ze kunnen zich daardoor ook heel minderwaardig voelen. Alles wat ze proberen gaat mis. Het ergste is dat de meesten zeer goed beseffen dat ze het verkeerd doen. Dit is voor deze kinderen kwetsender dan voor bijvoorbeeld gehandicapte kinderen. Ook de gehandicapte kinderen doen veel verkeerd maar, anders dan bij kinderen met ADHD, zijn ze niet verstandig genoeg om het van zichzelf te beseffen. Het kind heeft dan ook vaak een triest zelfbeeld: hij ziet zichzelf als een tamelijk waardeloos iemand. Sommige kinderen verbergen dit achter een masker. Het is belangrijk om te onthouden dat achter dat masker meestal een erg onzeker kind schuilt, die het erg moeilijk heeft en zich vaak minderwaardig voelt. · Relationele problemen: Als gevolg van alle stoornissen, moeilijkheden, problemen en ongevallen vindt het kind het soms heel moeilijk om goed met andere mensen om te gaan. De relatie tussen het kind en zijn ouders en soms ook zijn broers en zussen is een van de belangrijkste relaties die vaak uit de hand lopen. Het gedrag van een overbeweeglijk kind heeft een grote invloed op het gezin. Dat geldt zelfs al voor een overbeweeglijke baby. Ook op school kunnen de relaties tussen een overbeweeglijk kind met andere kinderen en volwassenen al snel uit de hand lopen. Vanaf de eerste klas worden flinke eisen gesteld: stilzitten, opletten, op je beurt wachten, precieze oefeningen doen.Voor een ADHD kind is dat heel veel gevraagd en dus ontstaan er al snel problemen. Er ontstaan emotionele en gedragsproblemen. Kinderen met ADHD, en vooral de overbeweeglijke, zijn soms nogal ruw, kinderlijk of zelfs een beetje belachelijk in hun omgang met leeftijdsgenoten. Ze hebben het moeilijker dan andere kinderen om zich in te leven in andermans gevoelens, onder andere omdat ze ook daar het belangrijke van het onbelangrijke moeten onderscheiden. De kinderen zijn vaak niet populair bij hun leeftijdsgenoten; ze worden bijvoorbeeld vaak uitgesloten van sport en spelletjes. Het is dan natuurlijk belangrijk dat een volwassenen, bijvoorbeeld ouders of leraren, het kind helpen, anders zal het geen vriendjes meer maken of juist met jongere kinderen om gaan omdat die meer op zijn niveau zitten. · Slaapstoornissen: De kinderen hebben vaak ook slaapstoornissen. Ook tijdens hun slaap zijn ze nog beweegelijk. Zelf hebben ze hier op zich nog niet zo veel last van omdat weinig slaap geen schade aanricht. Maar het is juist voor de ouders heel vervelend. Een normaal kind dat wat druk is kun je ’s avonds op bed neer leggen zo dat je nog even wat rust hebt en tijd voor jezelf. Met een ADHD kind wordt dit heel wat moeilijker waardoor de ouders bijna geen rust hebben en hier zelf aan onderdoor kunnen gaan. · Bijkomende gedragsproblemen: De slimmere kinderen merken zelf wat voor indruk ze achterlaten. Ze voelen zich dom door hun gedrag en worden vaak uitgelachen door hun leeftijdsgenoten. Na een tijdje komen ze er achter dat ze beter kunnen doen alsof ze het expres doen, zodat de anderen met hem lachen inplaats van hem uitlachen. Daarom letten ze al helemaal niet meer op wat ze doen en doen net waar ze zin in hebben. Het wordt helemaal erg als ze agressief worden. Ze kunnen dan zeer gevaarlijk zijn voor hun medemens, vooral als ze net doen waar ze zin in hebben. · Twee misverstanden ADHD-kinderen: Over de intelligentie van ADHD-kinderen bestaan twee misverstanden, namelijk: - Ze zijn allemaal dom; - Ze zijn allemaal verstandig. Het ADHD-syndroom kan voorkomen bij kinderen van elk intelligentieniveau: van zeer verstandig tot zeer weinig verstand. Een kind kan zwakbegaafd zijn en ook nog een ADHD hebben. Een flink aantal geestelijk gehandicapte kinderen heeft naast problemen door gebrek aan intelligentie bovendien een ADHD. Het kind met ADHD kan heel verstandig zijn. Dat heeft belangrijke voordelen: hij heeft meer mogelijkheden om zijn handicap te compenseren, om zich er toch doorheen te slaan. Dit heeft echter ook een groot nadeel: een verstandig kind met ADHD beseft sneller dat hij steeds weer mislukt, dat hij dingen niet kan die minder verstandige vriendjes wel kunnen. Hierdoor kunnen de emotionele problemen bij een verstandig kind ernstiger zijn. Meestal hoor je alleen maar negatieve dingen over ADHD maar er zijn ook voordelen. De kinderen kunnen ook: · Spontaan en open zijn · Een enorme creativiteit hebben · Energiek en enthousiast zijn · Humor hebben · Gevoelig en zorgzaam zijn · Een goed inlevingsvermogen hebben. Tot nu toe hebben we het alleen maar over kinderen gehad. Vaak worden de symptomen minder naar mate het kind ouder wordt, maar het gaat nooit helemaal weg. Bij oudere zijn er ook andere symptomen te zien, vaak omdat ze ook een andere leefomgeving krijgen. Enkele van de symptomen zijn: · Vergeetachtigheid · Zich moeilijk op een taak kunnen concentreren · Een gesprek moeilijk kunnen volgen · Neiging om teveel taken op zich te nemen en ze dan niet ze beëindigen . Problemen hebben met het indelen van hun tijd · Gemakkelijk gefrustreerd zijn · Vaak verhuizen, van baan veranderen · Een baan hebben beneden zijn of haar niveau · Moeilijkheden met relaties · Neiging tot verslaving · Laag zelfbeeld of onzekerheid · Impulsief beslissingen nemen · Neiging om onverantwoorde risico’s te nemen · Afkeer van boeken · Moeilijkheden met het bijhouden van eigen administratie · Moeilijkheden met het omgaan van geld. De diagnose. Of iemand ADHD heeft is erg moeilijk vast te stellen omdat er vele andere ziektes en stoornissen zijn waarbij verschijnselen voorkomen die op ADHD lijken. Er bestaat geen enkele test die voor 100 % kan vertellen of iemand ADHD heeft. De diagnose wordt vaak gesteld door een arts, dit is meestal een kinderpsychiater, een kinderarts of een kinderneuroloog. De diagnose kan niet alleen door de betreffende arts worden vastgesteld, omdat het een stoornis is die moeilijk is vast te stellen heeft de arts hulp nodig van de ouders en leraren van het kind. Ook andere deskundige staan hem vaak te hulp. Als eerste gaat de arts informatie verzamelen over het kind, vaak met behulp van de ouders en leraren. Hij kijkt hier bij vooral naar de volgende punten:  heeft het kind ontwikkelingsproblemen  heeft het kind problemen met de gezondheid  komen er bij familieleden leer en gedragsproblemen voor  is er stress in het gezin  hoe gaat het kind met zijn leraren om  hoe is de band tussen de ouders en de kinderen  hoe ziet de leefomgeving van het kind eruit  verveelt het kind zich snel  is het kind ongeduldig  is er sprake van een minderwaardigheidscomplex
Wanneer de arts deze informatie verzameld heeft door lichamelijk onderzoek, informatie van de leraar en gesprekken met de ouders en andere bekenden van het kind kan hij een diagnose gaan stellen. Het kind heeft wel of geen ADHD. Als het kind ADHD blijkt te hebben kan deze stoornis nog in allerlei vormen voorkomen. ADHD kan in ernstige en minder ernstige vormen voorkomen, ook verschilt de hinder die het kind aan deze stoornis ondervindt per persoon. Hierbij speelt de leefomgeving een belangrijke rol, wanneer een kind heel er druk is zal hij/zij hier waarschijnlijk minder last van hebben als ze in een ruim huis woont met een grote tuin dan wanneer het kind in een kleine flat leeft. De ouders van het kind spelen ook een groot belang bij de ontwikkelingen van het kind, als de ouders erg onzeker zijn en een erg rommelig leven lijden zal dit een slechte invloed hebben op het kind. Kinderen met ADHD vragen veel aandacht en hebben structuur en regelmaat nodig in het leven. Wanneer de arts een duidelijk beeld heeft van de situatie waarin het kind zich bevindt kan hij medicijnen of andere behandelingen voor gaan schrijven die helpen de stoornis te beperken. De behandelingen. Allereerst krijgt een kind met ADHD vaak therapie voorgeschreven. Tijdens deze trainingen leren de ouders van de kinderen met de stoornis om te gaan. Het kind zelf krijgt ook trainingen, tijdens de gedragstherapie leert het kind hoe hij moet handelen in bepaalde situaties. Verder vindt er vaak gesprekstherapie plaats, dit is een vorm van therapie voor het
hele gezin, de ouders van het kind maar ook de broertjes en zusjes leren de handelingen van het kind te begrijpen. Deze vorm van therapie is ervoor zo dat het kind begrip vindt in zijn omgeving en zo zelf ook beter met de situatie leert om te gaan. Door de therapieën zullen de verschijnselen van ADHD afnemen. Het kind leert na te denken in situaties waardoor het beter kan handelen. Wanneer het kind zich veilig gaat voelen in zijn omgeving zal het minder
Afhankelijk worden van de ouders. Er is ook nog een bepaalde groepstherapie. Dit is een gezamenlijke therapie voor kinderen met ADHD. Kinderen leren te luisteren naar de problemen van elkaar en de oplossingen die andere kinderen gebruiken zijn vaak een goede

leerweg voor het oplossen van de eigen problemen. Na dit hele proces van therapieën zijn de klachten van ADHD vaak wel afgenomen maar nog steeds niet helemaal verdwenen. Daarom krijgt het kind in de meeste gevallen nog medicijnen voor geschreven. Het meest voorkomende medicijn bij kinderen met ADHD is Ritalin. Dit medicijn werkt goed tegen concentratiestoornissen, hyperactiviteit, onrust en prikkelbaarheid. Bij 70 % van de gevallen met ADHD heeft dit medicijn een positieve werking. Ritalin stimuleert het zenuwstelsel van de mens. Het deel van de hersenen wat als opdrachtcentrum wordt gebruikt en het deel dat de prikkels en opdrachten opvangt wordt gestimuleerd. Hierdoor worden de stoffen dopamine en norardeline geactiveerd. Ritalin stopt niet de aanmaak van de neurotransmitters daarom werkt Ritalin ook maar drie tot vier uur. Wanneer de stoffen dopamine en noradeline op zijn gaan de neurotransmitters weer aan het werk met als gevolg dat de klachten van ADHD terugkomen. Wanneer iemand Ritalin slikt worden de prikkels die het lichaam binnenkomen gefiltreerd, daardoor kan het kind zich veel beter op een vaste bezigheid richten. De arts Hartmann denkt dat kinderen met ADHD onder gestimuleerd zijn. Omdat ze voortdurend opzoek zijn naar prikkels om zich heen die ze niet kunnen vinden worden ze hyperactief. Of hij ook gelijk heeft is nog niet bewezen. Kinderen die Ritalin slikken zitten vaak voor een paar jaar aan dit medicijn vast een groot nadeel is dus ook dat Ritalin verslavend is. Wanneer de arts besluit dat het kind met Ritalin mag stoppen komen vaak afkickverschijnselen om de hoek kijken. Hierdoor kunnen kinderen depressief worden, geïrriteerd zijn en last hebben van oververmoeidheid. Het kan zelfs voorkomen dat de afkickverschijnselen zo heftig zijn dat het kind andere medicijnen moet nemen om de verschijnselen te beperken. Wanneer Ritalin geen positieve uitwerkingen heeft worden er vaak andere medicijnen voorgeschreven, een voorbeeld hiervan is Dextro-amfetamine. Dextro-amfetamine lijkt erg veel op Ritalin wat betreft het effect en de bijwerkingen. Zowel bij Ritalin als bij Dextro-amfetamine kan de gebruiker last krijgen van verminderde eetlust, slaapproblemen, nervositeit en hartkloppingen. Bij de meeste gevallen heeft dextro-amfetamine een positieve uitwerking als Ritalin niet werkt. Het is wel heel belangrijk dat de arts van tevoren de gebruikers onderzoekt, want zowel Ritalin als dextro-amfetamine vormen een gevaar bij mensen die zwanger zijn en mensen met epilepsie en hartproblemen. Het kan zijn dat mensen met ADHD veel last hebben van een depressief gevoel. Een veel voorgeschreven medicijn hiertegen is Desipramine. Dit medicijn werkt ook tegen andere ADHD verschijnselen zoals hyperactiviteit of onrustigheid. Een belangrijk nadeel is wel dat het niet zo effectief is tegen concentratieproblemen. Daarom wordt dit medicijn ook alleen voorgeschreven als Ritalin niet gebruikt mag worden of wanneer Ritalin niet werkt. De bijwerkingen die bij dit medicijn horen zijn een droge mond, hartkloppingen, maag en darmstoornissen en een stijging van de bloeddruk. Om de bijwerkingen die vele medicijnen geven zoals een hoge bloeddruk te onderdrukken wordt vaak ook nog het medicijn Dixarit voorgeschreven. Dit zorgt er voor dat de bloeddruk verlaagd wordt en helpt eveneens tegen andere symptomen van ADHD. Dit middel is vooral geschikt voor mensen die naast ADHD ook last hebben van tics. Als je eenmaal aan dit medicijn begint is het wel belangrijk dat je er ook goed gebruik van maakt, want bij onregelmatig gebruik of wanneer je plotseling stopt kan er een levensgevaarlijke hoge bloeddruk ontstaan. Wanneer een of meerdere van deze medicijnen en behandelingen gebruikt wordt, is het vaak mogelijk de ziekte voor een groot deel te beperken.

REACTIES

M.

M.

dankjewel, heb veel aan je werkstuk gehad over adhd!!!!

19 jaar geleden

A.

A.

Hay..

Wauw...wat een goed en duidelijk werkstuk..
Daar heb ik teminste wat aan...!!

Thanks..

groetjes alette

19 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.