De apachen

De Apaches,

voedsel

De apaches eten vooral veel vlees. Het meeste vlees was van de bizon, maar ze eten ook konijn, eland, hert en wapiti (de wapiti is een wit soort die afstamt van de hertachtigen).Om vlees te eten grillen, braden of drogen ze het (maar dat kon alleen in de zomertijd) zodat ze in de winter veel voorraad hadden. Ook eten ze veel vis. Vissen vangen ze met harpoenen of met de hand in een kano. Een harpoen is een soort geweer met touw en een scherpe speer eraan. Als je schiet gaat het speer in het water. Vervolgens trek je het touw omhoog en dan maar hopen dat je een vis gevangen hebt Ze eten ook veel fruit en groenten, zoals : maïs, bonen, knolrapen, bessen, vruchten enz. Ook eten ze veel insecten. Toen de indiaanse meisjes nog erg jong waren werd al geleerd hoe de vruchten en kruiden heten. Ook de jongens worden al op een jonge leeftijd geleerd hoe en op welke soort je moet jagen. Met jagen gingen indianen meestal op een paard. Jagen doen ze met speren.  Die hadden ze in elke kleur en maat

Natuur

Indianen vinden de natuur heel belangrijk. De zon, maan en de aarde waren voor hun goden. En ook een dier is heilig ,namelijk Adelaar. De adelaar is al sinds jaar en dag het symbool van eer, moed, liefde, vriendschap en mysterische krachten dat help men goed met rustig worden  .De meeste veren van de hoofdtooi van indianen bestaan uit : adelaar, . De Indianen hebben een totempaal. Dat zijn van die palen waar figuren in gesneden worden. En daarbij deden ze een dans genaamd : de regendans. dat betekende dat er vrede kwam. Het woord ‘totum’ komt van ‘doodem’ . Dat betekent ‘familie-teken’. Ze bevinden zich in : Zuid-Amerika. ze vonden daar ook heel veel fossielen van dino’s, schelpen en oude dieren die leefde. In de regenwouden van Midden-Afrika leven mensen die de wilde dieren willen jagen en fruit verzamelen. In Zuidelijk Azië wonen heel. India is het grootste land in dat gebied. Daar wonen wel miljarden mensen. In Zuidelijk Azië is het meestal droog en warm maar in de zomer regent het heel erg vaak deze tijd wordt moesson genoemd. met het regenwater kunnen de boeren rijst verbouwen. Er bestaat een optocht van olifanten. het festival wordt Purom genoemd. Er lopen 101 olifanten in de stad : Trichur

woningen

Al die verschillende indianenstammen woonden in verschillende gebieden. Het was daar vaak koud of warm met weinig of veel eten. Daarom was elke stam anders. dat kan een tent of een hut zijn , maar zelfs ook een soort van flatgebouw. er waren ook tipi’s. Een tipi had een soort ongelijke driehoekige vorm. Een tipi is gemaakt van : lange palen en dierenhuiden. Een tipi werk gebruikt door : indianen die in prairie woonden. Daar deden ze veel aan de jacht. Als de dieren wegtrokken uit een gebied, moesten de indianen ook verhuizen. zo’n volk dat niet op een plek woont, noem je een nomaden. Er was ook een wigwam. een wigwam was een erg stevige hut. Het werd gemaakt van soepele, gebogen takken. Daarom legden ze boomschors, rieten matten en stro. En toen had je een makkelijke stevige hut. In deze hutten kan je erg warm blijven. 

uiterlijk

De Apachen hadden een bepaalde stijl van kleding die wel op kleding van elke andere stam leek. De apachen maakten zelf mocassins (zo heten hun schoenen).De zool en de bovenkant van de schoen was van bizonhuid gemaakt. Dat werd dan aan elkaar genaaid zodat je een dichte schoen had. Apachen/de indianen ook bekend om de mooie vormen in hun kleding, maar die vormen kwamen ook voor in de schoenen van de apachen. De apachen droegen grote jurken met tenues er overheen. Een tenue is een uitrusting voor de apachen die van dierenhuid gemaakt was, een voorkant, een achterkant en een extra lap voor de schouders. Dat gedeelte werd mooi versierd met kralen en kleuren.Maar niet alleen het schoudergedeelte werd versierd met mooie kleuren en kralen. Ook de rest van de kleding werd bedekt met mooie kleuren vormen en tekeningen. Veren zijn voor alle indianen heel erg belangrijk. Iedere groep indianen dragen de veren anders in het haar.