Vulkanen

Inleiding Wij doen ons werkstuk over vulkanen op Java
Onze vraagstelling is: waarom zijn er zoveel vulkaanuitbarstingen op Java? Java is een eiland van Indonesië. Indonesië heeft ruim 13.000 eilanden waarvan er ongeveer 3.000 bewoond zijn. Het is 4 keer zo groot als Nederland. Java heeft een tropisch klimaat en er wonen 110.000.000 mensen. Java is een eiland met tientallen vulkanen. Java heeft de meeste vulkanen ter wereld. De bekendste zijn de Gede, de Sumbing, de Slamet, de Sundoro en de Raung. Dit zijn de ook de hoogste vulkanen op Java. Wij hopen dat we op de vraag kunnen antwoorden op het eind van het werkstuk. Hoofdstuk 1. Het ontstaan en werken van een vulkaan? Een vulkaan is een berg die is ontstaan uit lava en as. Binnenin zit de magmahaard. Dat is de opslagplaats voor magma in de vulkaan. Als de druk in de vulkaan te groot wordt drukt het magma zichzelf door de aardkorst. Als magma door de kraterpijp naar buiten komt en het raakt de buitenlucht, wordt het lava genoemd. De lava stroomt uit de vulkaan en glijdt langs de vulkaan naar beneden. De lava versteent en daardoor wordt de vulkaan steeds groter. Vulkanische as kan soms wel 30 kilometer de lucht in worden geslingerd bij een uitbarsting en door de wind over grote afstand worden verspreid.
Hoofdstuk 2. Hoe komt een vulkaan tot uitbarsting? Bij veel vulkanen zit de kraterpijp verstopt met stenen en puin. De uitgang naar buiten is dus geblokkeerd. Daardoor wordt de druk van het magma steeds groter. De mensen in de buurt horen een onderaards gerommel, een soort onweer. Soms verschijnt een zwarte rookwolk boven de krater van een vulkaan. Als dat gebeurd zijn de meeste mensen snel weg. De grond begint te trillen. Dan is er een enorme knal. De lavaprop is uit de kraterpijp gevlogen. Stenen en as worden metershoog de lucht in geslingerd. De as is zo licht, dat hij soms kilometers verder pas zakt. Dat is een asregen. Doordat de stenen gloeiend heet zijn als ze de lucht in geslingerd worden, krijgen ze rare vormen. Meestal zijn die vulkanische bommen bolvormig. Ze verschillen van een paar centimeter tot 1 meter grootte. Als de prop uit de kraterpijp is, kan het magma naar buiten. Zodra het magma het aardoppervlak heeft bereikt, wordt het lava genoemd. De temperatuur daarvan ligt tussen de 600 en 1200 graden. Alles wat in aanraking met de lava komt wordt verschroeid. De bovenste laag van de lava koelt heel snel af. De onderste laag blijft nog een tijdje doorstromen. Als alle lava is gestold(van vloeibaar naar vast), raakt de kraterpijp weer verstopt. Zo kan de aarde zich weer vullen tot er genoeg magma is voor een nieuwe uitbarsting. Hoofdstuk 3. Waar zijn de meeste vulkanen? Vulkanen komen meestal voor op plaatsen waar platen elkaar raken en magma vanuit het binnenste naar boven komt. Vooral landen die aan de rand van de Grote Oceaan liggen, liggen in de gevarenzone. Ze bevinden zich op de ‘ring van vuur’, een rand van vulkanen langs de Grote Oceaan. De vulkanen volgen een lijn die via de Aleolten van Zuid- en Noord-Amerika naar Japan en de Filippijnen loopt. Vandaar naar Indonesië en Nieuw-Zeeland. Hoofdstuk 4. Post-vulkanische verschijnselen. Een vulkaan kan duizenden jaren achter elkaar actief zijn, maar hij blijft niet alsmaar uitbarsten. Een vulkaan gaat op een gegeven moment dood. Hij barst dan niet meer uit. In de buurt van een dode vulkaan kunnen nog vulkanische verschijnselen voorkomen. Die noem je post-vulkanische verschijnselen. Een voorbeeld daarvan zijn minerale bronnen. Bij een dode vulkaan is de ondergrond vaak nog erg heet. Grondwater is daardoor ook heet en lost daardoor makkelijk in mineralen op. Hoofdstuk 5. Vulkanische nawerkingen. Je hebt verschillende soorten nawerkingen, waaronder gassen en dampen. Gas- en dampvormige stoffen worden bij iedere uitbarsting geproduceerd. Meestal in grote hoeveelheden. Tijdens een uitbarsting bereiken de rookpluimen hoogtes van enkele tot tientallen kilometers. Ze bestaan uit druppeltjes gecondenseerde waterdamp(verdampte waterdamp) en uit onzichtbare gassen en dampen en uit meegesleurde vulkanische as. Hoofdstuk 6. Beroemde vulkanische uitbarstingen. In 1815 was een hele zware uitbarsting waarbij 90.000 doden vielen. Dat was in Tampori in Indonesië. Ook in 1883 was een zware uitbarsting dat aan 36.000 mensen het leven kostten. Dat was ook in Indonesië. De vulkaan heet de Kraketau. Dat is één van de bekendste vulkanen in Indonesië.
Hoofdstuk 7. Pompeï, Herculaneum, Stabiae en Oplonti. Een van de bekendste vulkaanuitbarstingen is die van de Vesuvius ten zuidoosten van Napels, die op 24 Augustus 79 n. Chr. de plaatsen Pompeï, Herculaneum, Stabiae en Oplonti bedolf onder een dikke laag as van 5 tot 8 meter. ( zie plaatje) In 1748 begonnen de opgravingen van Pompeï. Tegenwoordig zijn de opgravingen nog bezig. Een stuk van Pompeï bestaat uit een forum(plein), dat een typisch Italiaanse, smalle en lange vorm heeft. Het forum is aan alle kanten (behalve de noordzijde) omgeven door zuilen. Er zijn nog heel veel ruïnes overgebleven van Pompeï. (zie plaatje) Hoofdstuk 8. Verschillende soorten vulkanen. Je hebt drie soorten vulkanen. 1. Schildvulkanen: Een schildvulkaan heeft flauwe hellingen en een brede basis. Dit is het gevolg van het feit dat schildvulkanen vooral dunne lava uitwerpen, die ver wegstroomt en dan pas afkoelt en stolt. Op veel hete plekken op aarde liggen schildvulkanen. 2. Gelaagde stratovulkanen, zoals de Japanse Fuji-San, komen voor in gebieden waar een onderzees deel van één plaat of schol op een lichtere landschol botst, dan schuift de dichtste laag onder de andere schol, of m.a.w in subductie-gebieden. Zulke vulkanen hebben steile hellingen met afwisselend lava- en aslagen
3. Stratovulkanen: Een stratovulkaan met een komvormige krater rijst op boven de donkere lava in Paricutin in Mexico. De steile hellingen bestaan uit as die naar boven is uitgestoten. Hoofdstuk 9. Java. Vergelijking Java is een van de vele eilanden van Indonesië. De Engelse naam voor Java is Jawa. Java is een eiland dat 4 keer zo groot is als Nederland en met een inwonersaantal van 108,7 miljoen hebben zij 7,2 keer zoveel inwoners als Nederland. De oppervlakte van het eiland Java is 130.398 vierkante kilometer. De belangrijkste stad op het eiland is Jakarta. Dat is ook de hoofdstad van Indonesië Bevolkingsgroepen Java heeft 4 verschillende bevolkingsgroepen, zoals de Javanen dat met 70% van de hele bevolking de grootste groep is, verder heb je de Sundanezen die met 25% de tweede groep is. Dan heb je nog de Madurezen en de Chinezen.
Overbevolking Een groot probleem op het eiland is de overbevolking. De bevolkingsdichtheid is 834 inwoners per vierkante kilometer. Daarmee horen zei bij de dichtstbevolkte gebieden ter wereld. Het hele eiland bestaat uit ongeveer 65% van de totale bevolking. Breuklijnen Java ligt op 3 platen. Die platen zijn de Euraziatische plaat, de Indisch-Australische plaat en de Filippijnse plaat. Conclusie Onze conclusie op de vraag: waarom er zoveel vulkaanuitbarstingen op Java zijn, is, dat het komt doordat Java op drie platen ligt en er daardoor zoveel vulkanen zijn en dat er daarom zoveel uitbarstingen zijn.