Inhoud
- De aardkorst
- Soorten vulkanen
- Vulkaanuitbarsting
- Doorsnede vulkaan
- Magma
- Lava
- Een vulkanoloog
- Vulkanisch gesteente
- Geisers
- Etna
- Vesuvius
- Een aardbeving
- Schade door aardbevingen.
- Aardbevingsschaal
- Bronvermelding
Vulkanen en aardbevingen
Aardkorst
De harde aardkorst is in grote platen verdeeld. Deze harde platen drijven op een gedeeltelijk gesmolten gesteentelaag in de aardmantel en bewegen. Plaatselijk drijven ze uit elkaar en plaatselijk schuiven ze onder elkaar. Op onderstaand plaatje zie je breuklijnen tussen de platen. Op deze breuklijnen kunnen vooral aardbevingen en vulkanen voor komen. Door de scheuren in de aardkorst kan het magma omhoog komen en als de platen bewegen kunnen er aardbevingen ontstaan.
Vulkanen
Soorten vulkanen
1. Schildvulkaan 2. Stratovulkaan
1 Een schildvulkaan heeft de vorm van een schild en ontstaat door ’zeer rustige erupties’ van lange, trage stromen, zeer vloeibare lava. (Hawaï)
2 Stratovulkanen zijn kegelvormig, maar zijn opgebouwd uit afwisselende lagen as en verharde lava. Je hebt ook explosieve of kegelvulkanen ze lijken op stratovulkanen, maar zijn opgebouwd uit as en sintels en hebben steile hellingen. Explosieve erupties ontstaan als het magma dik is en explosieve gassen bevat.
Een vulkaanuitbarsting
Een vulkaan is een vuurspugende berg. Hij ontstaat als platen, waaruit de aardkorst is samengesteld, tegen elkaar botsen en de ene plaat onder de andere schuift. De onderduikende plaat komt op grote diepte in de Aarde in hete massa terecht en gaat smelten. Het gesmolten gesteente (magma) zorgt daar voor grote spanning. Op zwakke plekken in de aardkorst zoekt het zich dan een weg naar het aardoppervlak. Op deze plaatsen ontstaan vulkanen. Soms hoopt zich ook gas onder de aardkorst in de vulkaan op. Daardoor kan bij een uitbarsting de top van de vulkaan als het ware ‘ontploffen’’ dat is erg gevaarlijk. In 1902 vielen bij zo’n explosieve uitbarsting op het eiland Martinique 30.000 doden. Een vulkanische uitbarsting eindigt als door het vele uitgestroomde gloeiende gesteente (lava) de spanning weg is. Het kan vele jaren duren voordat de vulkaan opnieuw actief wordt. Zo’n vulkaan wordt een slapende vulkaan genoemd. Er zijn nog ongeveer 600 actieve vulkanen op aarde
Twee platen schuiven onder elkaar, plaat 2 smelt langzaam en er komt druk op de bodem te staan. Op een zwakke plek komt het magma naar buiten en daar ontstaat een vulkaan
Doorsnede vulkaan
Verklaring:
1= Magmahaard
2= Kraterpijp(diatrema)
3= Krater
4= Afwisselende lagen van as en lava van vroegere vulkaanuitbarstingen waaruit de vulkaan is opgebouwd
5= Grote explosiekrater(caldera), gedeeltelijk opgevuld door een nadien nieuw gevormde vulkaankegel.
6= Lava zoekt zich een weg door spleten tussen de gesteenten en kan aanleiding geven tot de vorming van ganggesteenten of uitvloeien uit een adventiefkrater.
7= Adventief krater = zijkrater
8= Geplooid oud gesteente
9= Discorentievlak (de lagen lopen niet evenwijdig)
10= Ongeplooid gesteente ouder dan de vulkaan
Magma
Magma is gloeiend heet gesmolten gesteente in de aardkorst als het magma uit de aarde komt wordt het lava genoemd.
Lava
Lava is vloeibaar gloeiend gesteente dat aan het aardoppervlak komt bij een vulkaanuitbarsting. Vulkanen stoten gassen, vloeistoffen en vaste stoffen uit. Het gas bestaat vooral uit stikstof, koolzuurgas, zoutzuurgas, waterdamp, kolendamp, zwavelwaterstoffen acetyleengas. De uitgestoten vloeistoffen worden samen lava genoemd. Afhankelijk van de chemische samenstelling daarvan is het brokkelig zoals de aa, of gladder zoals de touwlava of pahoehoe.
De pahoehoe of touwlava en de aa zijn overgenomen uit het Hawaiiaans. Aa is lava met een ruw, slakkig en brokkelig oppervlak die gevormd is door vrij langzaam uitstromend magma. De pahoehoe of touwlava heeft een glad maar wat gedraaid oppervlak. Dit komt door een dun huidje, dat zich tijdens de afkoeling op de lava vormt. Door de doorgaande stroming van de lava onder dit huidje wordt het wat ‘verfrommeld’. Als lava nog erg heet is, is het rood, maar als lava afgekoeld is wordt het zwart of grijs.
Dunvloeibare lava leidt tot gematigde uitbarstingen. Stroperige lava houdt het gas lang tegen, dat dan later explosief ontsnapt. Zeer dikke lava wordt meestal als as en brokken uitgestoten in enorme uitbarstingen. Door stolling van lava ontstaat er vulkanisch gesteente. (hieronder zie je touwlava of pahoehoehoe)
Een vulkanoloog
Om te voorkomen dat vulkanen mensen doden, moet je weten hoe ze werken. Daar houdt een vulkanoloog zich mee bezig. Hij moet vaak heel dicht bij de lavastroom komen. Om zich tegen de hitte te beschermen, trekt hij een aluminium pak aan. Daarmee kan hij op een meter afstand van een lavastroom van 1000 graden Celsius blijven. Maar hij kan niet over de gesmolten lava lopen. Dan zou hij meteen verbranden. Als lava afkoelt, vormt ze een harde, beschermende laag. Toch blijft de bodem nog heel lang heet en de schoenzolen zouden smelten.
Het beroep van vulkanoloog is heel gevaarlijk, maar wel spannend.
De vulkanoloog onderzoekt de vulkaan
Hij beluistert hem met een instrument waarmee hij alle geluiden opvangt. Zo kan hij een uitbarsting voorspellen.
De vulkanoloog werkt in een laboratorium dat op de vulkaan is gebouwd. Rondom de krater zet hij zijn instrumenten neer. Hij meet de trillingen van de grond, de veranderingen van de temperatuur en de samenstelling van de gassen. Ook spoort hij de stijgingen en dalingen van de bodem op. Zo weet hij of het magma naar boven komt; dus of de vulkaan weer actief wordt
Vulkanisch gesteente
De gesteenten die bij een vulkanische uitbarsting worden gevormd, zijn vaak erg verschillend (zie plaatjes). In Europese gebieden waar nu helemaal geen vulkaniteit meer voorkomt zijn dit soort stenen nog te vinden.
Scoria is een poreus lavasteen met in de holten soms stukjes mineraal.
Obsidiaan is vrij zeldzaam vulkanisch glas ontstaan door snelle afkoeling.
Puimsteen is grijs, vulkanisch schuim dat zo licht is dat het in water blijft drijven.
Geisers
Geisers komen alleen voor in gebieden, waar het warme gesteente in de aarde niet te diep ligt. En dat is op plaatsen waar vulkanisme voorkomt. Een vulkaan en een geiser zijn een soort ‘broer’ en ‘zus’.
Geisers komen voor in Nieuw-Zeeland, op IJsland en in het ‘Yellowstone National Park’ in het westen van de Verenigde Staten. Zij ontstaan als koud water vanaf het aardoppervlak het warme gesteente bereikt. Dat water gaat koken en er ontstaat stoom. De stoom veroorzaakt spanning in het kanaal, waardoor het koude water werd aangevoerd. Het bovenste deel van die ‘waterleiding’ is intussen namelijk weer volgelopen met water en dit houdt de stoom gevangen. Als de spanning erg hoog is opgelopen, volgt een soort ontploffing. Water en stoom worden daarbij met kracht door het kanaal naar buiten geperst. Er zijn geisers die 50 meter hoog spuiten. Een geiser komt tot rust als de spanning in de ‘waterleiding’ weg is. Er loopt dan weer koud water in en alles begint weer opnieuw. Je kunt zeggen dat een geiser een soort ‘warmwatervulkaan’ is.
Etna
De Etna is een vulkaan in Italië, in het noord-oosten van Sicilië, de vulkaan is 3274 meter hoog en is daarmee de hoogste vulkaan van Europa. De meeste uitbarstingen geschieden op de hellingen uit(200) bocca’s (neven- of adventiefkraters). De vulkaan werkt nog steeds. (hieronder zie je de rokende Etna)
Vesuvius
(Vesuvio in het Italiaans)De Vesuvius is een vulkaan in de Italiaanse landstreek Campania ten zuidoosten van Napels, hij is 1277 meter hoog en omgeven door de Somma(1132 meter), de diameter van de krater is 300 meter en de diepte is 216 meter. De basisdiameter van de vulkaan is ruim 16 kilometer. Er zitten boom- en wijngaarden (de beroemde wijn is de Lacrima Christi) op de helling. Bij de uitbarstingen van 79 werden Pompeji en Hercalaneum bedolven. In 1631 kostte een uitbarsting 18.000 mensen het leven en werden 5 steden verwoest; de top werd 168 m verlaagd. De aardbeving die ten gevolge 2 dagen later Napels trof, eiste 3000 levens. De top werd in 1906 met 107 meter verlaagd bij een uitbarsting, die enkele dorpen verwoestte en 150 doden kostte. In de caldera heeft zich de huidige eruptiekegel gevormd, waarvan de hoogte sinds de laatste uitbarsting ca. 1270 meter bedraagt.
Een aardbeving
Aardbevingen kunnen overal voorkomen waar gesteenten langs breuken (scheuren) in de grond bewegen. De ergste aardbevingen vinden echter vrijwel altijd plaats rond de randen van de platen die de harde buitenlagen van de aarde vormen. Platen bewegen niet geleidelijk. De randen van de platen liggen meestal strak tegen elkaar, maar de stromingen onder de platen bouwen langzaam de spanning op en opeens glijden de platen met een schok langs elkaar heen. Door deze plotselinge schok komen alle omringende gesteentelagen in beweging en is de aardbeving een feit.
Schade door aardbevingen
Door krachtige aardbevingen schudt de grond, waardoor gebouwen heen en weer zwaaien en op een gegeven moment instorten. Soms breken er door bevingen gasbuizen of ontstaat er kortsluiting en daardoor brand. Aardbevingen op de zeebodem veroorzaken zogenaamde vloedgolven. Vloedgolven verplaatsen zich met snelheden tot 800 km/uur door het water. Als ze land naderen stapelt het water zich op tot golven van vele meters hoogte. Deze golven veroorzaken enorme schade en kosten ontelbaar mensenlevens.
Aardbevingsschaal van Mercalli-Cancani-Richter
Intensiteit Verschijnsel Versnelling in cm/s²
(volgens Sieberg)
1 Alleen door seismografen geregistreerd. <1
2 Zeer licht; slechts onder gunstige
omstandigheden gevoeld. 1-2
3 Licht; trilling als van voorbij-
rijdend verkeer; door enkele personen gevoeld 2-3
4 Matig; door velen gevoeld; rammelen
van ramen en deuren; trilling als van zwaar
verkeer 3-6
5 Vrij sterk; algemeen binnenshuis gevoeld;
opgehangen voorwerpen slingeren; klokken
blijven stilstaan. 6-15
6 Sterk; schrikreacties voorwerpen in huis
vallen om; bomen bewegen; minder degelijke
huizen worden beschadigd. 15-30
7 Zeer sterk; schade aan vele gebouwen;
schoorstenen breken af; golven in vijvers;
kerkklokken geven geluid ; 30-60
8 Vernielend; paniek; algemene schade aan
gebouwen; zwakke bouwwerken gedeeltelijk
vernield 60-160
9 Verwoestend; vele gebouwen zwaar
beschadigd; algemene schade aan 160-300
funderingen; ondergrondse pijpleidingen
breken (gas, waterleiding, riolering)
10 Vernietigend; verwoesting van vele
gebouwen; grondverplaatsingen en 300-600
scheuren in de aarde; schade aan dammen
en dijken
11 Catastrofaal; algemene verwoesting van
gebouwen; rails worden sterk verbogen;
ondergrondse leidingen vernield 600-1500
12 Buitengewoon catastrofaal; algemene
verwoesting; scheuren in rotsen; >1500
veranderingen van het landschap; talloze
De smalle spleet in de grond die deze weg in
Californië doormidden deed scheuren werd veroorzaakt door een zware aardbeving.
Bronvermelding
Boek: Schrijver:
Vulkanen, levende bergen Maurice Kraft
Geniet van de Natuur Reader’s Digest
Lekturama Encyclopedie
Spectrum encyclopedie James Mitchell
Winkler Prins encyclopedie
Dat zou je moeten weten Anton Zwinenberg
Vraag en Antwoord encyclopedie P. de Bakker
Internet:
http//volcano.und.edu
REACTIES
1 seconde geleden