Inhoudsopgave.
2. Inleiding.
3. De vorming van het heelal.
4. Meteorietinslagen en kraters.
5. Wat te doen als een grote meteoriet de aarde bedreigd?
6. Het verschil tussen meteorieten, meteoren en meteoroïden? Wat is een komeet?
7. Asteroïden.
8. Zwarte gaten.
9. De gevolgen van een meteorietinslag.
10. Conclusie hoofdvragen
11. Bronvermelding
2. Inleiding.
Wij doen ons werkstuk over meteorietinslagen. Wij hebben deze natuurramp gekozen, omdat dit ons best interessant leek. Wij hebben er veel van opgestoken en vonden het leuk om eraan te werken. Het was een erg interessant onderwerp.
3. De vorming van het heelal.
Ons zonnestelsel bestaat uit 10 planeten. De Zon, de maan, Mercurius, Jupiter, Mars, Venus, de Aarde, Neptunes, Uranus en Pluto. Die planeten zijn ontstaan doordat een grote stofwolk, de zogenaamde `zonnenevel` werd verstoord. Die wolk begon toen samen te trekken onder invloed van haar eigen zwaartekracht. Daardoor ontstond er een enorme hitte, die heet genoeg was om het stof te laten verdampen. Dit zou ongeveer 100.000 jaar geduurd hebben. Door de grote druk die er in de stofwolk ontstond, kwam er in het centrum ervan een ster. Het stof ging voor het grootste gedeelte naar het centrum van de stofwolk. De kracht die om de ster zat, zorgde er echter voor dat de stofdeeltjes het centrum niet bereikten. Het stof vormde nu een schijf rond de ster. Deze schijf straalde een hoop energie uit en koelde daardoor uiteindelijk af. Toen het stof zodanig was afgekoeld, smolten de stofdeeltjes samen en vormden een steeds groeiende massa. Dit ging door totdat de stofdeeltjes de grootte hadden van kleine asteroïden. Langzaamaan groeiden ze steeds maar groter. Hun aantrekkingskracht zorgt ervoor dat alle kleine deeltjes die bij hen in de buurt komen, zich bij de groeiende asteroïde voegden. (Dit kan een inslag veroorzaken.) Ongeveer iets meer dan 1 miljoen jaar na het begin van de vorming, kregen sommige van de asteroïden (De grootten. ) een atmosfeer. Mars heeft een heel sterke zwaartekracht, en dar zou je een groot gewicht hebben. Op de maan echter ben je gewichtsloos. De kleinere planeten, (want dat waren ze ondertussen) bleven ijslichamen of stenenlichamen.
Een paar bekende ijs- en stenenlichamen zijn van groot naar klein:
• Ceres, met 914 km diameter is hij de grootste asteroïde die tot nu toe ontdekt is.
• Pallas, diens diameter is tussen de 525 en 400 meter.
• Vesta, ook diens diameter is tussen de 525 en 400 meter.
• Hygiea, ook de diameter van Hygiea is tussen de 525 en de 400 meter.
Alle andere asteroïden zijn kleiner dan 340 km. (Juno is er een van.)
Nu na 110 miljoen jaar bestaat het zonnestelsel uit 10 planeten en talloze asteroïden. Ook vliegen er nog een aantal brokstukken van steen en andere materialen, zoals ijs.
5. Meteorietinslagen en kraters.
Alle planeten draaien in een baan rond de Zon. Bij meteoren kun je de baan die zijn gaan van te voren uitrekenen. Meteoren en dergelijke worden aangetrokken door de aantrekkingskracht van de aarde. Elke dag vallen er wel duizenden door de atmosfeer. Als zijn door de atmosfeer gaan, verbranden zij en alleen de wat grotere kunnen het aardoppervlak bereiken, en dan zijn zij klein en richten nauwelijks schade aan. De meeste vallen ook in zee. Een zogenaamde vallende ster is eigenlijk een meteoriet van een paar millimeter tot een paar centimeter die door de dampkring gaat. Die komen heel vaak voor. Als het een
heldere nacht is, kun je er elke nacht wel een paar zien. Door de wrijving van de atmosfeer gaan de meteoroïden branden en
geven licht.
Een meteoriet moet minstens een paar ton wegen wil het het aardoppervlak bereiken. Een `vallende ster`is meestal enkele millimeters tot een paar centimeters groot en verbrandt
helemaal in de dampkring en dwarrelt dan langzaam naar beneden om door de wind verspreid te worden.
De gevolgen van een inslag hangen af van de grootte van de meteoriet.
De planeet Jupiter heeft tot nu toe veel meteorieten opgevangen die tegen de aarde aan zouden komen.
De verreweg bekendste krater is de Chicxulub krater bij Mexico. Door deze inslag stierven vermoedelijk de Dinosauriërs uit. De geleerden zeggen dat zo`n meteoor eens in de 100 miljoen jaar inslaan. Als een meteoor vele tonnen zwaar is, wordt het door de atmosfeer niet meer afgeremd. Het stort dan met een snelheid van tenminste 40.000 kilometer per uur naar het aardoppervlak.
Dat geeft een enorme klap en een hele grote krater. Als die in de zee terechtkomen, krijg je enorme hoge en sterke vloedgolven, die tot ver over het land gaan. Dit gebeurt ook als er een aardbeving in de zee plaatsvindt. (Vloedgolven.)
Tot nu toe (begin 2004) zijn er (volgens Earth Impact database) 168 kraters bekend op de aarde met diameters tussen de 15 meter en de 300 kilometer en ouderdom tussen een paar jaar en meer dan miljoenen jaren oud. Er waren er veel meer, maar die verdwenen door toedoen van wind en water. Ook de planten gingen eroverheen groeien en zo braken de randen af. Op de aarde zouden er ooit net zo veel kraters als op de maan zijn geweest. De maan heeft ook geen bescherming (zoals wind en water en plantengroei en dergelijke) tegen inslagen. Daarom blijven die kraters daar goed bewaart. Zelfs van een kleine meteoriet die inslaat, kun je het gevolg zien.
Nog een bekende krater is de Meteor Crator in Arizona.
Meteorieten
TYPE GEVONDEN % GEVALLEN % GEVONDEN~GEWICHT GEVALLEN~GEWICHT
Steen 79,8 95,5 8300 15200
Steen~IJzer 1,6 1.0 8600 525
IJzer 18,6 4,0 4350000 27000
Je hebt verschillende soorten meteorieten. Hieronder is een tabel van voorkomende meteorieten.
Meteoriet afkomstig van Mars.452,6 kg. Meteoriet afkomstig van Mars. 245,4 kg.
SOORTEN SAMENSTELLING VOORBEELD
IJZEREN Voornamelijk ijzer en nikkel, zoals type M asteroïden.
STEENIJZEREN Mengeling van ijzer en steen, zoals type S asteroïden.
CHONDRIETEN Vergelijkbaar met de korst en mantel van de aarde.
KOOLSTOFHOUDENDE CHONDRIETEN Vergelijkbaar met type C asteroïden.
ACHONDRIETEN Meteorieten afkomstig van de maan en Mars.
Een kleine toelichting op de tabel:
• Type C asteroïden: zij bevatten veel koolstof en zij zijn zwart van kleur. Dit is de meest donkere soort, want koolstof weerkaatst bijna geen zonlicht. Deze soort komt het meeste voor. Zij bevinden zich aan de buitenkant van de asteroïdengordel.
• Type S: Deze zijn roodachtig van kleur(strandzand) en zij bevatten silicaat. (kiezelzuur, zout.) Zij komen vooral in het midden van de asteroïdengordel voor.
• Type M asteroïden: Deze asteroïden zijn grijs/zilverachtig van kleur en bestaan uit nikkel en ijzer. Zij weerkaatsen het zonlicht goed, e zijn daarom ook de felste asteroïden soort. Zij komen het minste voor van deze drie soorten. Zij zijn te vinden aan de binnenkant van de gordel.
5. Wat te doen als een grote meteoriet de aarde bedreigd?
Er zijn maar twee manieren om te voorkomen dat een grote meteoriet op de aarde inslaat. Die twee manieren zijn:
• de meteoriet verpulveren, zodat die stukjes zo klein zijn dat ze in de dampkring verbranden. (Hierbij loop je toch nog het risico dat de kleine stukjes nog te groot zijn om helemaal in de dampkring te vergaan. Dan heb je talloze kleine kraters in plaats van een grote.)
• De meteoriet afbuigen. (van richting laten veranderen.)
Afbuigen is erg lastig; de gevaarlijke meteorieten zijn ontzettend groot en meteorieten gaan altijd heel snel en negen van de tien keer draaien ze ook nog om hun as, zodat het vrijwel onmogelijk wordt om er een raket aan vast te binden. Bij grote meteorieten moet de raket een nog heel veel kracht hebben, want anders helpt het niet.
Verpulveren is, zo het mogelijk is, nog moeilijker. Je moet dan voldoende explosieven hebben om de meteoriet op te blazen, en die explosieven moeten ook in de raket passen. Als de meteoriet dan ontploft, heb je nog een hoop kleine brokstukken, en die kunnen ook op aarde inslaan, als ze groot genoeg zijn. Dan heb je talloze kleine kraters in plaats van een grote. Misschien is dat wel beter, want als de grote meteoriet op de aarde neerkomt, heb je grote kans dat die een stofwolk opwerpt, zodat het zonlicht de aarde niet meer bereikt. Als je de meteoriet opblaast, heb je kans dat een deel van de brokstukken aan de aarde voorbij gaan. Zo komt er minder van de meteoriet op de aarde terecht. Het nadeel is, dat je niet weet waar die kleine meteorieten terecht komen; dit wist je wel van de meteoriet in zijn geheel. (Wat nogal logisch is, want anders kun je er nooit explosieven naartoe sturen om de meteoriet op te blazen.)
6. Zwarte gaten.
Zwarte gaten zijn geen groot zwart gat, maat ineengevallen sterren. Sterren bestaan niet eeuwig. Als een ster (de zon, een onbekende ster) aan het einde van zijn leven gekomen is, noemt men dat een `zwarte ster` De zwarte ster zal exploderen. Dit wordt een supernova genoemd. De kern van de ster zal dan ineen vallen. Het ligt aan de massa van de ster of het een zwart gat wordt, of een pulserende ster.(Uitzetten en weer inkrimpen.)
Door de enorme zwaartekracht die ontstaat door de ineengestorte ster kan het licht niet meer uit de compacte ster. Een zwart gat is dan net een supermagneet die al het licht, moleculen (kleinste deeltje waarin een stof verdeeld kan worden zonder dat de scheikundige samenstelling verandert) en de materie (grondstof) naar zich toe trekt en opslurpt. Het licht dat een snelheid van 300,000 kilometer per seconde heeft, kan er niet uit ontsnappen. Omdat het licht niet uit het zwarte gat kan ontsnappen, zendt het zwarte gat ook geen licht uit dat door telescopen kan worden waargenomen. Dat is ook de reden waarom niemand weet wat er zich in een zwart gat afspeelt. Omdat zwarte gaten een enorme zwaartekracht hebben, oefenen zij een grote invloed uit op de omliggende sterren. Zij hebben dan invloed op de baan van de ster. In elk sterrenstelsel is we een zwart gat te vinden, ook in onze melkweg. Een zwart gat behoord tot een van de simpelste objecten in het heelal. Dat zou je op het eerste gezicht niet zeggen. Er zijn drie manieren om een zwart gat waar te nemen:
• Massaschatting met behulp van objecten die om een zwart gat draaien.(zoals sterren.)
• Zwaartekracht-lenseffecten.
• Straling van een nabije ster.
Bij zwarte gaten zijn meestal andere dingen in de buurt, zoals sterren of een gaswolk. Die sterren en gaswolken gedragen zich dan alsof er een grote massa in de buurt is. Een voorbeeld:
Een ster maakt draaiende bewegingen, en je ziet er nergens een zichtbare verklaring voor. Een mogelijkheid is dan dat de ster om een onzichtbaar object heen draait. Hier heb je de mogelijkheid om met een zwart gat te maken te hebben.
Extreem zware objecten zijn in staat om lichtstralen te buigen. Als je naar een verre ster kijkt en de lichtstralen komen op weg naar jou langs een zwart gat heb je een gebogen baan, en dan heb je een lenseffect. Bij observaties zie je dan een dubbel beeld.
Een ster die zich heel dicht bij een zwart gat bevindt, staat onder de invloed van dat zwarte gat. Het kan dan gebeuren dat de buitenste lagen van de ster naar het zwarte gat toe worden getrokken. Het zwarte gat `eet` de ster dan op.
7. Het verschil tussen, meteoroïden meteorieten en meteoren?
Heel wat moeilijke namen, maar wat is nu eigenlijk het verschil? En dan heb je ook nog kometen en asteroïden. Meteoroïden zijn ruimtestenen, zij worden meteoren genoemd als ze de dampkring hebben bereikt. Als ze de dampkring `overleven` en ze komen op de aarde terecht worden ze meteorieten genoemd, het maakt niet uit of zo klein zijn, zodat ze in je hand passen, of groot zijn, zodat het je dood wordt.
Dan heb je ook nog kometen. Kometen worden ook wel vuile sneeuwballen genoemd. Zij bestaan uit ijs, (water en bevroren gassen.) en stof, dat om een of andere reden niet is opgenomen door de planeten bij het ontstaan van het zonnestelsel. Kometen zij alleen zichtbaar als ze zich in de buurt van de zon bevinden. Elke keer als zij langs de zon komen, vergaat een groot gedeelte van het ijs van de komeet. Als dat vaak gebeurt, is bij een komeet, blijft er een steenachtig iets over. 9Meer dan de helft van alle asteroïden is ooit een komeet geweest) Dit geval heeft veel weg van een asteroïde.
Als een komeet de zon nadert, dat het neerstorten op een planeet. De aantrekkingskracht van Jupiter zorgt er ook voor dat er veel kometen neerstorten. Zo heeft Jupiter de aarde meerdere malen `gered `van een inslag. De meeste kometen hebben heel grote banen, die voorbij de baan van Pluto gaan, en dat wil wat zeggen, want Pluto ligt het verste weg van de zon. Sommige kometen blijven binnen de baan van Pluto, en die komen bijvoorbeeld jaarlijks terug. Een komeet die regelmatig terugkomt, is de komeet Halley.
8. Asteroïden.
Asteroïde is Grieks voor sterachtige. Asteroïden zijn `dode`kometen. Zij bestaan meestal uit steen, Enkele bekende asteroïden, zijn:
de asteroïde Ceres, Ida, en Gaspra.
Ongeveer iets van tweehonderd jaar geleden waren de wetenschappers op zoek naar een planeet tussen Mars en Jupiter. In het jaar 1801 op 1 Januari had de Italiaanse astronoom Guiseppe Piazzi deze zogenaamde `planeet` gevonden. Drie weken lang heeft Piazzi deze planeet bestudeerd. Het bleek dat het lichtje zich steeds verplaatste. Zonder twijfel dacht Piazzi dat hij de ontbrekende planeet gevonden had. Hij noemde het Ceres.
Ceres was echter geen planeet. Het was een asteroïde, en wel de eerste die ontdekt was. (Wat nogal logisch was, omdat Ceres de grootste asteroïde is. Het heeft een diameter van maar liefst
914 kilometer! (In totaal zijn er zo`n 7000 asteroïden ontdekt.)
De wetenschappers hebben daarna nog vele andere asteroïden ontdekt tussen Mars en Jupiter, maar ze hebben daar geen nieuwe planeet ontdekt.
De meeste asteroïden bevinden zich in de asteroïdengordel die tussen Mars en Jupiter loopt. De asteroïden doen er ongeveer drie tot zes jaar over om in hun baan rond de zon te draaien. Alle asteroïden die zich in de asteroïdengordel bevinden, draaien dezelfde kant op als de planeten. Er zijn twee groepen die buiten de asteroïdengordel draaien, dat zijn de Amers en de Trojanen. De Amers kruist de baan van Mars en de Trojanen draaien in dezelfde baan als Jupiter. Je hebt ook nog asteroïden die dicht bij de aarde staan, en deze worden Alens en Apollo`s genoemd. Hier zijn er niet zo veel van (gelukkig) er valt ongeveer één asteroïde op de aarde in de 500,000 jaar.
Je hebt verschillende soorten asteroïden. Hieronder staat een rijtje met de meest voorkomende soorten:
• Type C asteroïden: zij bevatten veel koolstof en zij zijn zwart van kleur. Dit is de meest donkere soort, want koolstof weerkaatst bijna geen zonlicht. Deze soort komt het meeste voor. Zij bevinden zich aan de buitenkant van de asteroïdengordel.
• Type S: Deze zijn roodachtig van kleur(strandzand) en zij bevatten silicaat. (kiezelzuur, zout.) Zij komen vooral in het midden van de asteroïdengordel voor.
• Type M asteroïden: Deze asteroïden zijn grijs/zilverachtig van kleur en bestaan uit nikkel en ijzer. Zij weerkaatsen het zonlicht goed, e zijn daarom ook de felste asteroïden soort. Zij komen het minste voor van deze drie soorten. Zij zijn te vinden aan de binnenkant van de gordel.
Er zijn ook wetenschappelijke toepassingen met asteroïden. Een daarvan staat hieronder beschreven:
Sommige asteroïden bestaan voor maar liefst uit 20% water. Daarom leeft er een idee onder wetenschappers om asteroïden als watervoorziening voor ruimtekolonies te gebruiken. Hierbij zou een kogelvormig apparaat op een asteroïde gezet worden, de kegel wordt vervolgens gevuld met afgeschraapt gesteente hiervan. Dit gesteente wordt dan verhit, waardoor het water vrijkomt en verzameld kan worden.
9. Wat zijn de gevolgen van een meteorietinslag op de aarde of een andere planeet?
De gevolgen van een meteorietinslag zijn verschillend. De grootte van een meteoriet bepaald meestal de gevolgen van de inslag. Elke dag komt er wel een meteoriet van enkele centimeters de dampkring binnen. Die kun je dan zien als een vallende ster, want de meteoriet vliegt in brand als het de dampkring binnenkomt. Als een meteoriet met een gewicht rond de ton door de dampkring gaat, bereikt het de aarde maar het is dan zo klein geworden, dat je het met een hand kunt optillen. Als de meteoriet vele tonnen zwaar is, wordt het door de atmosfeer bijna of zelfs helemaal niet afgeremd. Het komt dan met een snelheid van ongeveer 40.000 kilometer per uur op de aarde af. (En vaak gaat het nog een stuk sneller.) Door die enorme snelheid krijg je een hele grote klap. Je hebt dan te maken met de volgende gevolgen:
• Daardoor wordt er een krater geslagen.
• Het materiaal dat daar eerst behoorde te zitten wordt de lucht in geslingerd en enorm verhit.
• Stof en dergelijke wordt de atmosfeer in geslingerd en daardoor kan het zonlicht de aarde niet meer bereiken.
• Er komt een enorme schokgolf die tot ver in de omtrek bomen en gebouwen en dergelijke omver duwt.
• Als de meteoriet in de zee valt, veroorzaakt dat enorme vloedgolven die tot ver over het land gaan.
Als de meteoriet op het land is ingeslagen, (in de zee trouwens ook) komt er een hoop stof en dergelijke de lucht in. Zo kan het zonlicht de aarde niet meer bereiken. De planten, bomen en dergelijke krijgen geen licht meer, de mens ook niet, en dan sterft alles uit.
Als de meteoriet in zee geslagen is, krijg je enorme hoge vloedgolven. Die vloedgolven gaan tot ver over land. Alles wat op de weg van de vloedgolf ligt, wordt weggevaagd.
De gevolgen van een meteorietinslag verschillen qua planeet. Als je een meteorietinslag hebt op een planeet met atmosfeer, remt de atmosfeer de meteoriet af, maar als je een inslag hebt op een planeet zonder atmosfeer, zoals de maan of Mercurius, wordt de meteoriet helemaal niet afgeremd, en kan ook een kleine meteoriet een grote krater slaan. Het ligt er maar net aan hoe hard het gaat. Op de maan zijn daarom ook zo veel kraters. Er is daar geen atmosfeer, dus de meteoren worden niet afgeremd. Nog een ander reden dat kraters op de maan zo goed bewaard blijven, is omdat daar geen verwering is door wind, water of planten. (zie hoofdstuk2.)
Op de volgende bladzijde is een tabel waarin gevolgen staan van meteorietinslagen.
Volgens geleerden komt er eens in de 100 miljoen jaar een meteoriet die het leven op aarde vernietigd. Het is dan vrijwel onmogelijk om die meteoriet af te buigen of te verpulveren. Afbuigen wordt onmogelijk, want een raket kan dat gewicht niet aan, en verpulveren wordt ook onmogelijk, want een raket kan nooit zoveel explosieven bij zich hebben.
Inslagobject diameter(in meters) Gewicht (in megaton) Frequentie (=aantal keer dat zich iets voordoet) in jaren Gevolgen
< 50 < 10 <1 Meteoor in de bovenste atmosfeer. De meeste raken de aarde niet.
75 10-100 1000 De ijzeren maken kraters, zoals de Meteor Crator in Arizona. Stenen veroorzaken ontploffingen; inslagen op het land kunnen hele steden wegvagen.
160 100-1000 5000 IJzeren stenen slaan in op de grond; kometen veroorzaken ontploffingen in de lucht, inslagkraters op land kunnen grote agglomeraties verwoesten (zoals New York, Tokyo e.d.)
350 1000-10,000 15,000 Inslagen op het land kunnen landen zoals België en Nederland wegvagen.
700 10,000-100,000 63,000 Inslagen kunnen al vrij grote landen verwoesten.
1700 100,000-1,000,000 250,000 Inslagen kunnen landen zoals Groot-Brittannië en Frankrijk verwoesten.
10. Conclusies hoofdvragen.
De hoofdvragen waren:
• Welke ramp kan er gebeuren door Meteorietinslagen?
• In welke gebieden komen meteorietinslagen vaak voor, en waarom juist daar?
• Worden meteorietinslagen uitsluitend door de natuur veroorzaakt, of is de mens medeverantwoordelijk voor deze rampen?
• Welke invloed hebben meteorietinslagen op de mens, en wat kunnen mensen er tegen doen?
Steden kunnen worden weggevaagd door ernstige meteorietinslagen en meteorietinslagen kunnen het leven op aarde uitroeien.
Meteorietinslagen kunnen over heel de aarde voorkomen, omdat ze uit het heelal afkomstig zijn.
Meteorietinslagen worden veroorzaakt door de natuur.
Meteorietinslagen kunnen steden, landen en de mensheid verwoesten.
REACTIES
1 seconde geleden
C.
C.
De zon is geen planeet en onlangs is Pluto ook een niet-planeet verklaard.
17 jaar geleden
AntwoordenM.
M.
De zon is een ster
17 jaar geleden
AntwoordenB.
B.
De maan is ook geen planeet maar een maan zoals het woord zelf zegt. De zon is inderdaad een ster zoals de personen boven mij zeggen.
Probeer verder ook het woord vloedgolf niet te gebruiken voor een tsunami want tsunami's hebben helemaal niks met de getijden te maken.
Buiten deze kleine foutjes vind ik het een goed werkstuk.
9 jaar geleden
AntwoordenA.
A.
6,5/10
9 jaar geleden
AntwoordenF.
F.
1/10
9 jaar geleden
Antwoorden