1. Inleiding 1.1. Vulkanisme
Vulkanisme ontstaat wanneer gesmolten steen (magma) aan de oppervlakte komt. Dat kan o.a. gebeuren wanneer twee aardschollen tegen elkaar aankomen, of juist van elkaar wegschuiven. In IJsland is dit laatste het geval: Amerika beweegt zich van Europa af. Hierdoor ontstaan scheuren, waardoor magma naar boven kan komen. Een ander bijverschijnsel zijn aardbevingen. Bovendien ligt IJsland ook nog op een zogenaamde hot-spot, een plaats op Aarde, waar de aardkorst sowieso al dunner is. Hierdoor is het vulkanisme op IJsland extra hevig. De aardkorst is de bovenste laag van de aarde. Vanuit de kern is de aarde opgebouwd uit een aantal schillen, waarvan de aardkorst de bovenste is. De aardkorst is gemiddeld tussen de 10 en 70 km dik. De aardkorst is geen doorlopend geheel, maar bestaat uit een aantal aardschollen of platen. Deze aardschollen drijven op de meer vloeibare aardmantel, de laag onder de aardkorst. Een aardschol (tektonische plaat) is een onderdeel van de aardkorst. Er zijn 7 belangrijke en een groot aantal kleinere schollen. Het westen van IJsland bestaat uit de Amerikaanse plaat, het oosten uit de Europese of Euraziatische plaat. Deze platen drijven langzaam uit elkaar, waarbij ze de Mid-Atlantische rug vormen, waar IJsland op ligt. Op de plaats waar twee aardschollen uit elkaar drijven ontstaan breukzones. Dit is niet één grote lange zone, maar bestaat uit tientallen korte breuken. Wanneer twee parallel liggende breuken te ver uit elkaar komen te liggen ontstaan er nieuwe breuken. De vulkanische activiteit neemt dan af rond de oudere breuk. Dit verschijnsel is in IJsland goed te zien. De 'noorderbreuk' begint bij Askja en loopt over Mývatn naar het noorden. De 'zuiderbreuk' is in de loop der tijd een aantal keren verplaatst. Het oudste stuk ligt bij Snæfellsnes en de Westfjorden. Restanten zijn Snæfellsjökull en de hete bronnen in de Westfjorden. De tweede breuk ligt over Reykjanes, Krýsuvík en Hengill. Hier is duidelijk meer vulkanische activiteit. De nieuwste breuk ligt over Vestmannaeyar, Hekla, Katla en Grimsvötn. Hier hebben de afgelopen paar duizend jaar dan ook de meeste vulkaanuitbarstingen plaatsgevonden. Op een breukzone is het vulkanisme zichtbaar in de vorm van losse vulkanen en vulkanische systemen. De Mid-Atlantische rug ontstaat waar de aardschollen van Amerika enerzijds, en die van Europa en Afrika anderzijds uit elkaar drijven. Daarbij komt magma vrij, wat zich uit in vulkanisme. De vulkanen vormen daardoor een bergketen op de zeebodem, waar de rug haar naam aan ontleedt. Op een aantal plaatsen komt deze keten boven de zeespiegel uit; meestal als losse pieken (Azoren, Asencion, Tristan da Cunha en Sint Helena), maar bij IJsland als een groot eiland. Een vulkanisch systeem is meestal een onderdeel van een breukzone en omvat niet een enkele vulkaan, maar meestal een groep van vulkanen. Het is ook mogelijk dat er binnen een vulkanisch systeem maar één vulkaan tot uitbarsting komt. Dit is het geval bij Hekla: het vulkanische systeem is 40 km lang en 5-7 km breed, maar heeft maar één vulkaan. Anderzijds behoren de vulkaan Krafla en de uitbarstingen bij Leirhnúkur (een typische spleeteruptie) bij elkaar. In totaal telt IJsland 30 vulkanische systemen.
1.2. Ligging:
63,98 N en 19,70 W
1.3. Hoogte:
1.491m
1.4. Plaatsaanduiding op kaart
2. Informatie over Hekla
IJslands bekendste vulkaan ligt op een westzuidwestelijk - oostnoordoostelijke richting. Gespleten door herhaaldelijk kloofuitbarstingen vormt ze een gewelfde heuvelrug van ongeveer 5km en is hij in de lengte gesplitst in vele uitbarstingen. Op dit moment bedraagt de hoogte van Hekla 1491m (1447m vóór de uitbarsting van 1947). Morfologisch gezien vertegenwoordigt Hekla een bemiddelend stadium tussen een rij kraters en een stratovulkaan. Gezien in de richting van de kloof is de holle uitlijning typisch voor een stratovulkaan. Hekla stoot een magmatype uit dat uniek is voor IJsland Het bevat de calcinerende producten voor subductie vulkanisme. Doorheen de geschiedenis was de eerste uitbarsting van Hekla (A.D. 1104) een ongelofelijk grote explosieve uitbarsting die de volledige Pjórsárdalurvallei vernietigde. Deze uitbarsting produceerde ongeveer 2,5km³ tephra die meegevoerd werd naar het noordnoordwesten. De volgende uitbarstingen van Hekla produceerden zowel lava als tephra: 1158, 1206, 1222, 1300, 1341, 1389, 1510, 1597, 1636, 1693, 1766, 1845, 1947, 1970, 1980 en 1991. Sommige uitbarstingen brachten grote schade aan, vooral de uitbarstingen in 1510, 1693 en 1766. Het totale volume van lava (geproduceerd door Hekla) over al die jaren bedraagt 8 km³ en het totale volume van tephra is ongeveer 7 km³. De samengestelde evolutie van Hekla’s magmasysteem is ongeveer gelijk aan de lineaire functie van de lengte van de rustige periodes tussen de uitbarstingen. Zo neemt de hoeveelheid kiezelzuur en alkali van het eerste product van elke uitbarsting toe met de lengte van de voorafgaande rust. Hierbij geldt dus ook: hoe langer de rust, hoe groter de kracht van de 1ste uitbarsting en het volume van de producten. Na de eerste explosieve uitbarsting volgen een aantal kleinere uitbarstingen die gemakkelijk enkele maanden kunnen duren. Men heeft een patroon gevonden in de veranderende samenstellingen gevonden in de producten van alle gekende gekristalliseerde zandsteenlagen bij de uitbarstingen van Hekla. In de grote siliciumuitbarstingen zijn de eindproducten niet zo basisch als de historische lavas. Gedetailleerde studies van dit patronen toont een samengestelde indeling in het magmasysteem van Hekla dat door geen enkel evolutieproces zoals kristallisatie verklaard kan worden.
Hekla is de actiefste vulkaan van IJsland met 167 uitbarstingen sinds 1104. De structuur en vulkanische werking is typisch voor IJslandse spleetvulkanen die opgebouwd zijn door de achtereenvolgende lavastromen. De stille periodes tussen de uitbarstingen gaan van 16 tot 121 jaar. De neiging naar langere stille tussenperiodes gebeurde bij de latere uitbarstingen. Op 26 februari 2000 begon IJslands bekendste vulkaan, Hekla, uit te barsten om 18.19 GMT (19u19). De seismologische netwerken van het wetenschappelijk instituut, de universiteit van IJsland en het meteorologisch centrum van IJsland melden een korte, voorafgaande aardbeving. Een seismograaf nabij de top van Hekla meldde vanaf 17.00 (18u) al kleine aardbevingen. De Nationale Burgerlijke bescherming van IJsland verzond een waarschuwing zodat de bevolking op de hoogte was. Donder, bliksem en aardbevingen vergezelde de uitbarsting. Een 6 – 7 km lange kloof verscheen en de stoom rees ongeveer 15 km de lucht in. Een onderbroken rookgordijn kwam voort uit de gehele kloof. De lava stroomde langs de zijden van Hekla naar beneden en bedekte een groot geheel van de heuvelrug. Eén lavastroom vloeide vanuit de uitgebarste kloof naar het noorden. De kustwacht meldde dat de nieuwe lava een gebied bedekte van ongeveer 3 – 4 km. De maximale dikte van de as, 21 km ten noorden van de vulkaan, was 4 – 5 cm (7u na het begin van de uitbarsting gemeten!). Geologen dachten dat de werkingen ongeveer een maand zouden duren. In de middeleeuwen noemden de IJslanders de vulkaan “de poort naar de hel”.
Het werkstuk gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
A.
A.
Hoi Elske,
Je hebt een prachtig werkstuk afgeleverd, mijn complimenten!!
Ik heb het opgenomen in mijn IJsland-linkpagina
Groetjes,
Arnold Jansen
21 jaar geleden
AntwoordenE.
E.
hoi Elske,
Heel mooi en interessant.
Ook erg goede links, met mooie foto's.
Is er ook een link van de kaart van IJsland en de vulkaan bij? Is me misschien ontgaan.
De astronoom Kepler gebruikt de Hekla als locatie voor een van de eerste "scienc-fiction" verhalen.
Is misschien een mooie aanvulling bij een examen of bespreking (als toetje).
Als je naar http://members.home.nl/edy.bevk gaat en daar naar "les"17 vind je samenvattingen in het Nederlands en Engels en een versie als verhaaltje, in het Nederlands en Engels.
groetjes, edy (73 jarige amateur astronoom).
19 jaar geleden
Antwoorden