China

Wordt China de nieuwe wereldmacht?

C.B. Vaandrager - Het seksuele leven
Als de Chinezen
niet zo goed konden kezen
dan zouden er niet zoveel Chinezen wezen

Inleiding

China is een heel groot en machtig land én wel een van de oudste landen van de wereld, namelijk al ca. 4000 jaar oud.
De meeste van ons kennen China om het lekkere eten, de Chinese muur, de Chinese horoscoop en om de grootste berg in de wereld de Qomolangma oftewel de Mount Everest.
Aan de hand van een paar deelvragen moeten wij nu onderzoeken of China de nieuwe wereldmacht wordt.

We zullen ons bezig houden met de geologie, de bevolking en de economie van China.
Veel leesplezier!

Welke delfstoffen komen in China voor?

China heeft de grootste reserve delfstoffen van de wereld. De reserve aan kolen bijvoorbeeld in China wordt geschat op meer dan één biljoen ton, hoewel de kwaliteit ervan niet bepaald goed is. Ongeveer driekwart van de binnenlandse energiebehoefte wordt door kolen gedekt. De belangrijkste kolencentrales liggen in de provincies Hebei, Shanxi, Shandong, Jilin en Anhui. In 1994 behoorde China tot de grootste drie kolenproducerende landen ter wereld met haar 1212 miljoen ton aan kolen.
Grote voorraden ijzererts zijn er onder andere te vinden in de provincies Shanxi, Hebei en Shandong. Deze reserves worden geschat op ongeveer 496 miljard ton.
Sinds 1996 is China de grootste producent van ruw staal ter wereld. Maar een probleem is wel dat de ijzerertsreserves van lage kwaliteit zijn, waardoor dus ook het geproduceerde ijzer en staal van slechte kwaliteit zijn. Ze zijn dus nauwelijks van waarde voor de export. Vreemd is het dan ook niet dat er jaarlijks toch nog miljoenen tonnen aan allerlei soorten staal geïmporteerd moeten worden. Om dat probleem op te lossen zodat de productie verbeterd en geoptimaliseerd wordt, worden er veel kleine ijzer - en staalfabrieken gesloten en is het de bedoeling om tot maar zes grote conglomeraten te komen. Zij moeten op de internationale markt gaan en concurreren met Zuidoost - Aziatische en Westerse staalbedrijven.
China bezit de grootste reserves ter wereld van onder anderen wolfraam, antimoon, titanium, tantalium en zware fluoriet. De exploitatie van niet-ijzerhoudende metalen is echter moeilijk, door de grote hoeveelheden die hiervan moesten worden ingevoerd in de tweede helft van de jaren zeventig (o.a. koper, aluminium, nikkel en lood).

China is overigens een belangrijke producent en exporteur van titanium, vanadium, germanium, gallium en polykristallijne siliconen ( vrij zeldzame metaalsoorten).
In 1994 bedroeg de productie van ruwe aardolie 148 miljoen ton. De offshore-winning in de Golf van Bohai in de buurt van Tianjin, waar al in 1975 olie werd gewonnen, blijkt klein van omvang. Schattingen over aardoliereserves lopen zeer uiteen. Er wordt uitgegaan van een vastelandreserve van vele miljarden tonnen en een even grote reserve voor de kust. De geproduceerde aardolie bevat een hoog gehalte aan paraffine of was, wat de winning en raffinage een kostbare zaak maakt.
De petrochemische industrie is zeer belangrijk voor China, zowel voor de staatskas als voor de leveranties in de industrie. Op dit moment kan men de binnenlandse vraag niet aan en is daardoor gedwongen om veel petrochemische producten te importeren.

Aardgasvelden bevinden zich bij Kanton (Guangzhou), Shanghai en in de provincie Sichuaner, helaas wordt er niet veel geproduceerd. De gasproductie vertoonde in 1979 een piek, waarna de winning tot 1984 met 15% daalde. Het aardgasveld zou met 20% zijn afgenomen. De meeste winning vindt plaats in Sichuan en in totaal bedraagt de aardgasvoorraad ongeveer 400 biljoen kubieke meter.
Verder wordt er in China tin, molybdeen, mangaan, lood en zink en bauxiet gewonnen en de Chinese bodem bevat ook aanzienlijke hoeveelheden goud, platina, nikkel, titaan, grafiet, fosfor, vloeispaat en kwik. Daarnaast zijn er ook asbest, zwavel, zout en fosfaat in enige mate te vinden.

Gebruikte bronnen bij het onderzoeken van deze deelvraag:

www.wehug.com/ titanium-quartz.html

www.travelchinaguide.com/ map/china_map.htm

http://www.landenweb.com/economie.cfm?LandID=159&CHINA

Hoe ziet het fysische gesteldheid van China eruit?

China bestaat voor 35 % uit bergen. Verder bestaat China voor 27 % uit hoogland, 17 % uit woestijn of bekkens, 8 % uit heuvelachtig gebied en 13 % uit vlaktes
Als we het over Chinese bergen hebben denken we natuurlijk meteen aan de Himalaya- gebergte en dus ook aan de Mount Everest die in Tibet ligt. Maar aangezien Tibet al ruim een halve eeuw belegerd is door China en sinds 1967 officieel een autonoom gebied binnen de Volksrepubliek China is kun je dat best als Chinees gebied noemen. Al meer dan duizend bergtoppen zijn in China hoger dan 6000 meter en meer dan honderd zijn hoger dan 7000 meter. De Gobi woestijn ligt deels in China, deels in Zuid Mongolië en is de meest noordelijke en koudste woestijn. Het is een gebied van hoogten en laagten, vol kleine bergketens met dalen ertussen. Een groot deel van de grond is bedekt met grind (=gobi). 's Winters is het er bitter koud, 's zomers heet en droog. Er zijn geen rivieren en geen meren, alleen wat moerassen met stilstaand water tijdens de schaarse regenbuien. Hier en daar groeien grassoorten en lage planten.
De Gobi woestijn

De Takla-Makan strekt zich uit van het dal van de rivier de Tarim, in het noordwesten van China, tot bijna aan de grens van Pakistan. Het is een dorre woestijn met zand en zoutpannen. het midden van de woestijn is alleen per helikopter bereikbaar.
Takla-Makan betekent: "plaats waarvan geen terugkeer mogelijk is" en is 17 keer zo groot als Nederland

De Takla-Makan woestijn
China telt in totaal ongeveer 5000 rivieren die bijna allemaal in oostelijke richting stromen en dan uitmonden in de Stille Oceaan of de Indische Oceaan. De totale lengte van alle rivieren samen die in China stromen bedraagt ongeveer 225.000 km, waarvan ongeveer 100.000 km goed bevaarbaar is.Veel rivieren zetten grote hoeveelheden slib af, waardoor delta’s zijn gevormd die zich steeds verder zuidwaarts uitbreiden. Hier zijn vruchtbare deltagebieden ontstaan die een zeer hoge bevolkingsdichtheid hebben. Miljoenensteden als Kanton, Shanghai en Tianjin liggen in deze gebieden.

Gebruikte bronnen bij het onderzoeken van deze deelvraag:

http://www.landenweb.com/l.cfm?LandID=159&CHINA

http://proto.thinkquest.nl/~jrc084/htm/gobi.htm

http://quake.wr.usgs.gov/research/structure/CrustalStructure/china/dss.html

Hoe ziet de bevolkingsopbouw en de bevolkingsspreiding in China eruit?

De oorspronkelijke inwoners van China zijn de Han-Chinezen die ongeveer 92 % van de bevolking vormen. Zij wonen vooral in het dichtbevolkte oosten van China. China is al meer dan 2 millennia Han-Chinees met uitzondering van: Xinjiang, Tibet, delen van Mantsjoerije, Qinghai, Binnen- Mongolië en grote delen van Yunnan. Maar ook binnen de Han- China bestaan er grote culturele en taalkundige verschillen.
De resterende 8 % van de Chinese inwoners bestaat uit ca. 55 groepen, waarvan de voornaamste: de Zhuang, Hui (Hoei), Uyguren (Oejgoeren) Yi, Miao, Man (Mantsjoes), Xizang (Tibetanen) en Mengu (Mongolen) zijn. De bevolkingsomvang van deze groepen varieert van grote getallen als ca. 20 miljoen Zhuang tot ca. 1500 Hezhe. De niet-Chinese groepen zijn sinds 1979 officieel erkend als nationale minderheden. Ze zijn vooral over het westen en zuidwesten van China verspreidt, met name in de wat minder bevolkte gebieden. Er wonen in totaal circa 60 miljoen mensen die tot de minderheden gerekend worden. De titel ‘nationale minderheden’ heeft belangrijke politiek betekenis voor die mensen. Het geeft aan dat ze strategisch belangrijke grensgebieden bewonen en in de regel tot de volken behoren die ook in de buurstaten wonen.


De grootste bevolkingsconcentraties bevinden zich in de vruchtbare valleien van de Huang He en Yangzi Jiang en in de kustgebieden, de Zuid-Chinese kuststrook, de Noord-Chinese laagvlakte en het lössplateau van Midden China. Aan de monding van de Yangzi (o.a. Sjanghai) en in bepaalde districten van Guangdong wonen meer dan 1000 personen per km2. De bevolkingsdichtheid van de miljoenenstad Sjanghai behoort, met bijna 19.000 inwoners per km2, tot de hoogste ter wereld.

De urbaniesring is redelijk gering: 29% van de bevolking leeft in de steden. Er is weliswaar voor de jaren vijftig een sterke trek naar de steden gemeld, later is aan deze ontwikkeling een halt toegeroepen (o.a. door het verbod zich in de stad te vestigen zonder werkvergunning) en zijn zelfs aanzienlijke groepen mensen uit de steden naar het platteland overgebracht.
Shanghai is met zijn (1994) 13,6 miljoen inwoners de grootste stad van China, gevolgd door Peking (11,3 miljoen). Andere steden waarvan het bevolkingsaantal de 1 miljoen overschrijdt, zijn onder meer Tianjin (9,4 miljoen), Chengdu (9,4 miljoen), Wuhan (6,8 miljoen), Changhun (6,5 miljoen), Chongqing (6,5 miljoen), Xi'an (6,2 miljoen) en Kanton (6,1 miljoen).

Gebruikte bronnen bij het onderzoeken van deze deelvraag:
www.lib.utexas.edu/ maps/thematic.html

http://www.landenweb.com/bevolking.cfm?LandID=159&CHINA

Wat is de ontwikkeling van bevolkingsgroei in China de laatste jaren?

De meningen verschillen heel erg over omvang en groei van de bevolking van China.
De Amerikaanse CIA hield het bevolkingsaantal in 2002 op ongeveer 1.285.000. De bevolkingsgroei bedroeg in 2002 0,87%. China streeft naar een bevolkingsgroei van 0 procent. Bijna een kwart van de bevolking (24,3%) was in 2002 jonger dan 15 jaar.
Als gevolg van een intensieve campagne voor gezinsplanning en van maatschappelijke veranderingen onder andere één-kind-politiek, inschakeling van de gehuwde vrouw in het productieproces en uitbreiding van het onderwijs is het aantal kinderen per vrouw na 1953 teruggelopen (van 3,7% tot 1,82% in 2002).

In 1980 werden nog strengere besluiten genomen om de explosieve groei af te remmen. Een gezin mocht nog slechts één kind hebben, ouders kregen daarvoor een beloning, zoals voorrang bij een huis of plaatsing op een school. Ouderparen die meer dan één kind hadden, werden tegengewerkt en liepen zelfs kans hun baan te verliezen.

Het beleid van de geboortebeperkingen heeft succes gehad, want de bevolking groeide minder snel dan eerst werd voorspeld. Maar er zijn ook negatieve aspecten. Ouders willen graag een jongen die voor het nageslacht kan zorgen. Daardoor werden veel meisjesbaby´s gedood of verdronken. Dat leidde er in sommige streken toe, dat er veel meer jongens werden geboren dan meisjes

Het sterftecijfer daalde in deze periode sterk van 22‰ tot 6,77% in 2002. Dit komt door verbeteringen in de hygiënische omstandigheden en een uitbreiding van de medische voorzieningen.
Door de gevoerde één-kind-politiek en de daling van het sterftecijfer zal de vergrijzing van de bevolking sterk toenemen: het aantal mensen van 60 jaar en ouder zal de komende 25 jaar met 250 miljoen toenemen tot 400 miljoen.
In 2002 bedroeg de geschatte gemiddelde levensverwachting bij geboorte 70,02 jaar voor mannen en 73,86 jaar voor vrouwen.
Uitgezonderd Macau en Taiwan, leven er nog ongeveer 15 tot 30 miljoen Chinezen in het buitenland, de meeste in Zuidoost-Azië. De Chinezen zelf geven hogere cijfers op dan de landen waar zij wonen. In deze landen worden Chinezen die in het land geboren zijn, vaak niet meer als Chinezen beschouwd.

Gebruikte bronnen bij het onderzoeken van deze deelvraag:

http://www.gendercide.org/images/pics/china9.jpg

http://www.iiasa.ac.at/Research/LUC/ChinaFood/data/pop/pop_1.htm

http://www.escapeartist.com/OREQ10/one_child.gif

http://www.chinesemission-vienna.at/eng/ljzg/zfbps/t127414.htm

http://www.reisomdewereld.nl/noordoostazie/chinalandenvolk.html

Wat zijn de exportproducten van China?

China is een van de grootste export landen. Er worden op grote schaal rijst, thee en zijde geproduceerd en deze behoren tot de beste exportproducten van het land. In 1958 gingen de boeren zelfs samenwerken om tot een grotere productie te komen. Katoen is ook een van het belangrijkste handelsproduct en grondstof voor de export van China. Vooral dankzij goedkope productie en lage arbeidskosten is de textielindustrie van China de laatste tijden ook erg gegroeid. China exporteert steeds meer kleding naar het Westen en daarmee is zij de grootste concurrent voor de Westerse textielindustrie. Hierdoor is de export van China gestegen. De hoge export van textiel heeft te maken met de opheffing van de textielquota in januari 2005, China mag nu veel onbeperkter textiel exporteren.
Toch heeft de machine-industrie, waarvan computers een belangrijk deel uitmaken, nu de textielindustrie verdrongen als China's belangrijkste exportverdiener.

De belangrijkste handelslanden aan de Chinese grens zijn Rusland, Mongolië, Vietnam en Noord-Korea. China exporteert naar deze landen hoofdzakelijk industriële eindproducten.
De handel met Azië is enorm en blijft stijgen, maar de Verenigde Staten is nog steeds het belangrijkste bestemmingsland.

Gebruikte bronnen bij het onderzoeken van deze vraag:

http://blogsimages.skynet.be/images/000/235/190_rijst.jpg

http://www.lib.noaa.gov/china/trade.htm

http://www.reisomdewereld.nl/noordoostazie/chinalandenvolk.html

http://www.evd.nl/start.asp?pagina=/printing_overzichten/lob_buh.asp?Landen%3D


Hoe ziet de ontwikkeling van de Chinese economie in de vorige eeuw eruit?

China is altijd al een arm land geweest. Het inkomen per hoofd van de bevolking werd in 1952 op $57 geschat en voor 1997 werd het nationaal product per hoofd op $620 geschat.
China is nog steeds een overwegend agrarisch land; naar schatting (2001) werkt ca. 50% van de beroepsbevolking in de landbouw en ca. 50% in industrie, handel, transport en bij het bestuur.
In de 19de eeuw werd er voorzichtig begonnen met modernisering. In kuststeden als Shanghai, Tianjin, Hankou en Kanton werd door westerse en Japanse ondernemers een lichte industrie opgebouwd. In Mantsjoerije werd door Japan, op grond van daar gevonden kolen en ijzererts, een zware industrie gesticht. Deze nieuwe activiteiten beroerden echter slechts kleine gebieden, omdat men in het westen dacht dat China over te weinig natuurlijke hulpbronnen beschikt die voor de wereldeconomie van belang was.

De buitenlandse handel was niet zo ontwikkeld en de uitvoer bestond voornamelijk uit agrarische producten en wat metalen. Van 1949 tot 1952 had de wederopbouw plaats van het productieapparaat, dat in de oorlog tegen Japan (1937-1945) en daarna in de burgeroorlog zwaar had geleden. Het bestrijden van de inflatie had veel succes in deze periode.
In 1953 ging het eerste vijfjarenplan van start, met de nadruk op de ontwikkeling van de zware industrie. De economie groeide de periode 1953-1957 met ca. 8,3% per jaar. Voor de volgende vijfjarenplannen (zes tussen 1958 en 1990) zijn slechts vage bijzonderheden over de doelstellingen aangegeven. Het Grote Sprong Voorwaarts-programma (1958-1960), waarin geprobeerd werd de groei van de moderne en traditionele sectoren te versnellen mislukte totaal. Gevolgen ervan waren misoogsten en de stopzetting van de hulp van de Sovjet-Unie in 1960.

Wat ook een negatieve invloed had op de economie was de Culturele Revolutie (1966-1969)
Sinds de dood van Mao in september 1976 wordt naar politieke stabiliteit gestreefd en wordt een pragmatische economische politiek gevolgd.

Sinds 1990 wordt de economie in een snel tempo - vooral in de kustprovincies - geliberaliseerd en geprivatiseerd. De hoge economische groei liep als gevolg van de Aziatische crisis terug tot naar schatting 6,5%.
De Chinese economie werd in 2003 hard geraakt door de uitbraak van de gevaarlijke longziekte SARS. De economische groei in het tweede kwartaal van 2003 bedroeg 6,7%, het laagste groeitempo sinds 1992. SARS had vooral invloed op de dienstensector en het passagiersvervoer, dat zowel over land als via de lucht drastisch afnam.

Gebruikte bronnen bij het onderzoeken van deze deelvraag:

http://www.boekreporter.nl/media/2/china2.jpg

http://nl.wikipedia.org/wiki/Volksrepubliek_China

http://www.landenweb.com/economie.cfm?LandID=159&CHINA

Conclusie

Na dit werkstuk te hebben gemaakt konden niet tot een bepaalde conclusie komen. Om toch een goed beeld weer te geven van wat we onderzocht hebben geven we een korte mening over wat we onderzocht hebben. Wat we uit de eerste deelvraag kunnen concluderen is dat China een rijk land aan delfstoffen is. Wij vinden dat wel een belangrijk element bij het worden van een wereldmacht. China is ook een land met variërende landschappen: van de Gele Zee tot De Himalaya. Dat is niet zozeer belangrijk voor het worden van een wereldmacht, maar wel variërend en afwisselend voor de mensen die dat land bewonen, dat leek ons natuurlijk ook wel essentieel. Wel moet er het liefst een gelijke verdeling van de bevolking over het land komen. Het oosten van China en de grote steden zijn vaak overbevolkt. Er moet een balans ontstaan tussen het wonen in de grote stad en het wonen op het platteland, zodat er geen ruimtelijke overschot ontstaat. China streeft naar een bevolkingsgroei van 0 %. Het is wel van belang dat de bevolking niet veel meer groeit, maar als je kijkt hoeveel kinderen dan in weeshuizen achtergelaten worden begin je jezelf sterk af te vragen of dat wel een goed plan is. Wij vinden dat natuurlijk niet goed aangepakt. Voor een wereldmacht is het ook wel belangrijk om veel producten te exporteren, zodat er meer landen afhankelijk er van worden. De Chinese economie is natuurlijk wel iets vooruitgegaan de laatste jaren. Het gaat weliswaar langzaam en met veel tegenslagen gepaard. Er is ook veel discipline en volkssamenhang nodig voor het worden van een wereldmacht. Als je naar de wereldgeschiedenis kijkt van grote landen/ rijken, kun je al concluderen dat, dat ontzettend moeilijk is te bereiken, bijna onmogelijk zelfs. China beschikt dus wel ongeveer over de nodige aspecten voor het worden van een wereldmacht en toch is dat in onze ogen niet bepaald reëel.
Ik hoop dat we een goed beeld hebben weergegeven van wat we ervan opgestookt hebben.

Het was niet zo makkelijk om altijd de informatie die we hadden gevonden ander te verwoorden, maar we hebben wel ons best op gedaan. Ook natuurlijk wat de vormgeving betreft is er veel tijd in gestoken. Hopelijk houdt u daar ook rekening mee.
We wilden u nog bedanken voor het uitstel van de inleverdatum. Zo konden we het werkstuk hier en daar verbeteren.