Waar heb jij je schoolspullen gekocht?

Doe mee aan het Back To School onderzoek over schoolspullen en maak kans op een Bol.com bon van 25 euro.

Broeikaseffect

Beoordeling 6.3
Foto van een scholier
  • Werkstuk door een scholier
  • Klas onbekend | 4901 woorden
  • 27 april 2007
  • 107 keer beoordeeld
Cijfer 6.3
107 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Laat van je horen: schrijf een brief en kom in de krant 📰

Ook dit jaar organiseert Nieuws in de Klas een schrijfwedstrijd waarbij het winnende verhaal wordt gepubliceerd in de krant. Schrijf jij het meest vlammende betoog, best onderbouwde of scherpste opinie over wat er nu speelt in de wereld, dichtbij of ver weg? Of het nu gaat over het milieu, geloof, vluchtelingen of het nieuwe kabinet, AI of gender-issues, alle meningen zijn welkom. 

Doe mee!
1. Wat is het broeikaseffect?
De dampkring bestaat uit verschillende lagen. De laag die het dichtst bij de aarde ligt is de troposfeer. Daar speelt ons weer zich af. De dikte van de troposfeer is bij de polen 8 kilometer en bij de evenaar 16 kilometer. Om de troposfeer zit een dikkere laag. Dat is de stratosfeer. De stratosfeer is er tot een hoogte van zo\'n 55 kilometer boven de zeespiegel. Daartussen heb je de ozonlaag die zich bevindt tussen 20 en 40 kilometer boven de zeespiegel. Boven de stratosfeer heb je weer de ionosfeer die zich dat 500 kilometer boven de zeespiegel bevindt. Daar zweven elektrisch geladen deeltjes rond die ionen heten. Vandaar de ionosfeer. De buitenste laag heet de exosfeer. Die is tussen 500 en 800 kilometer boven de zeespiegel. Sommige mensen rekenen deze laag niet mee.

Die lagen bestaan uit lucht. Lucht is eigenlijk een mengsel van allemaal onzichtbare gassen. De lucht bestaat voor 78% uit stikstof, voor 21% uit zuurstof en voor een heel klein deel uit koolzuur. Ook is nog een klein deel gevuld met allemaal andere gassen, waar er maar heel weinig van zijn. Planten maken van koolzuur weer zuurstof. Die gassen houden de aarde warm. Als er zonnewarmte naar beneden komt bereikt het gewoon de aarde. Alleen een klein deel komt er niet. Maar als de zonnewarmte teruggekaatst wordt gebeurt er wat anders. De warmte gaat niet gelijk naar de ruimte, maar wordt vastgehouden voor bepaalde tijd. Zo blijft de aarde warm. Anders was het te koud geweest om hier te leven. Dit lijkt op de werking van een broeikas. Daarom noemen we dit gebeuren ook het broeikaseffect. Dat die gassen van het begin af aan al warmte vasthouden heet het natuurlijk broeikaseffect. Dit gebeuren is dus hartstikke goed, alleen niet als er nog meer van die gassen bijkomen bijvoorbeeld van auto\'s en fabrieken. Dan wordt de warmte nog meer vastgehouden en wordt het hier weer te warm.


Het gebeuren dat er teveel gassen komen waardoor de warmte op aarde toeneemt heet het versterkt broeikaseffect.
Als er niet zoveel gassen zouden bijkomen zouden de bomen de koolzuur best in zuurstof kunnen omzetten. Maar nu zijn er dus te veel gassen. Nu zal je denken . Het is toch lekker dat het warmer wordt. Maar dat heeft ernstige gevolgen. Welke gevolgen dat heeft lees je verder.

2. Ontdekking van het broeikaseffect
Het broeikaseffect is in de 19e eeuw door drie wetenschappers ontdekt. In 1827 kwam de Fransman Jean Baptiste Joseph Fourier met het idee dat de temperatuur alleen verklaard kon worden door onzichtbare warmtestraling. De Engelsman John Tyndall maakte in 1861 resultaten bekend van laboratoriummetingen, waaruit bleek dat waterdamp en gassen als kooldioxide warmte opnamen. Hij dacht dat variaties in die gassen klimaatveranderingen konden verklaren. Jean-Baptiste Fourier
In 1896 publiceerde de Zweed Svante Arrhenius berekeningen van temperatuurveranderingen op aarde door variaties in de hoeveelheid kooldioxide. Een verdubbeling leidde volgens hem tot een opwarming van 4 tot 6 graden. Arrhenius wordt dan ook beschouwd als de ontdekker van het versterkte broeikaseffect.

Svante Arrheniuseind jaren vijftig begon men systematisch de koolstofdioxideconcentratie in de atmosfeer te meten. Pionier op dit gebied is Charles David Keeling (1928–2005), die als eerste de concentraties met grote nauwkeurigheid en langdurig registreerde. Dit deed hij zowel op de Mauna Loa vulkaan op Hawaï, als op het Amerikaanse militaire Zuidpool station. Al na twee jaar kon hij melden dat de kooldioxideconcentratie wereldwijd in de atmosfeer systematisch aan het stijgen was. Dit is nog steeds het geval, de stijging van de concentratie gaat bovendien steeds sneller. Op dit moment (2005) is de gemiddelde concentratie circa 372 ppm (parts per million).

Toen Keeling begon te meten was dit 315 ppm, en uit luchtbelletjes opgesloten in de ijskap van Antarctica weten we dat deze concentratie voor de industriële revolutie ongeveer 280 ppm was. Gesteld wordt dat deze stijging komt door toedoen van de mens, ruwweg in de verhouding 75% door verbranding van fossiele brandstoffen, en 25% door massale ontbossing en erosie, al is niet duidelijk hoe.
Sinds de Industriële Revolutie is het energieverbruik sterk toegenomen. Hierdoor wordt er meer koolstofdioxide geproduceerd en deze komt in de atmosfeer terecht. Door ontbossing leggen planten minder koolstofdioxide vast. Bovendien leidt de ontbossing zelf tot grote uitstoot van koolstofdioxide, omdat ontbossing meestal gebeurt door brand. Aan de andere kant leidt de verhoogde concentratie van kooldioxide in de lucht weer tot verhoogde groei van planten (die immers groeien door het opnemen van kooldioxide uit de lucht). Dit effect, samen met de extra opname van kooldioxide door de oceanen, zorgt ervoor dat ongeveer de helft van alle menselijk geproduceerde kooldioxide uit de atmosfeer wordt weggehaald. Als dat niet zou gebeuren zou de concentratie in de atmosfeer nog bijna dubbel zo snel stijgen. Wel moet worden beseft dat slechts 0,03% van de gassen in de atmosfeer uit kooldioxide bestaat en dat deze concentratie niet of nauwelijks is gestegen. De toename van kooldioxide wordt effectief gebruikt door planten.
Sinds het begin van de twintigste eeuw is de gemiddelde temperatuur ruim een halve graad gestegen. Nu lijkt een temperatuurstijging van een halve graad op het eerste gezicht niet veel, temeer daar in voorbijgegane eeuwen vaker temperatuursschommelingen hebben plaatsgevonden. Het probleem is echter dat het hier mogelijk gaat om een trend. De voorspellingen zijn dat de temperatuur de komende honderd jaar tussen anderhalf en zes graden Celsius zal stijgen al is daarvoor weing tot geen bewijs voorhanden. Vanwege de ingewikkeldheid van klimaatmodellen zijn de eraan ontleende voorspellingen onzeker. De klimaatvoorspellingen berusten voornamelijk op vermoedens. Niettemin wordt de berekende opwarming van de aarde als gevolg van de stijging van broeikasgasconcentraties (kooldioxide, maar ook methaan en lachgas) steeds waarschijnlijker. De wereldwijde temperatuurontwikkelingen van de laatste jaren lijken dit echter te bevestigen noch te ontkennen. http://nl.wikipedia.org/wiki/Broeikaseffect

3. Broeikasgassen
Stikstof en zuurstof vormen samen 99% van de dampkring. De overige 1% is gevuld met broeikasgassen. Er zijn 30 broeikasgassen bekend. Hieronder staan de 5 belangrijkste broeikasgassen uitgelegd.

3.1 Koolzuur:
De scheikundige naam voor koolzuur is kooldioxide (CO2). Koolzuur is altijd al in de dampkring voorgekomen. Maar niet zo\'n grote hoeveelheid als nu. De laatste paar duizend jaar bleef de hoeveelheid schommelen tussen de 200 en 290 delen per 1 miljoen delen lucht. Sinds de Industriële Revolutie is elk jaar ongeveer 0,4% meer koolzuur in de lucht gekomen. De hoeveelheid is gestegen tot 350 delen per 1 miljoen delen lucht in 1997. Dat is 25% tot 30% meer in 150 jaar. Het komt doordat er steeds meer fabrieken en auto\'s zijn bijgekomen. Die verbranden fossiele brandstoffen, zoals olie, gas en kolen. Deze brandstoffen zijn ontstaan uit resten van dieren en planten die duizenden jaren geleden op aarde leefden. Als deze brandstoffen worden verbrand dan komt er koolzuur vrij. De hoeveelheid koolzuur is nu echter te groot, zodat de planten het niet allemaal meer kunnen omzetten in zuurstof. En dat zorgt ervoor dat het steeds warmer wordt en dat heeft ernstige gevlogen


3.2 Moerasgas:
De scheikunde naam voor moerasgas is methaan (CH4). Methaan warmt de aarde voor 20% op. Het is ook altijd al in de dampkring voorgekomen. Lange tijd waren er tussen de 0,7 en 1,2 delen per 1 miljoen delen lucht. Het meeste methaan komt van de veeteelt. Daar komt gas vrij in de magen van herkauwers, bijvoorbeeld koeien. Dus als de boeren koeienmest over hun land uitspreiden zit daar dus ook methaan in. Andere belangrijke dingen waarbij methaan vrijkomt zijn vuilstortplaatsen en bij het verliezen van olie of gas. Aardgas bestaat namelijk voor 90% uit methaan. Op dit moment bedraagt de hoeveelheid methaan 1,7 delen per 1 miljoen delen lucht. Dit percentage stijgt elk jaar met zo\'n 0,5% en 2,0% per jaar. Het kan nog meer worden als de permafrost ontdooid. Permafrost is de eeuwig bevroren aarde in Siberië. Dat ligt in Rusland. Als het ontdooit, komt er methaan vrij dat nu vastzit in de bevroren grond.

3.3 Lachgas:
De scheikundige naam van lachgas is stikstofoxide (N2O). Ook lachgas is altijd al in hele kleine hoeveelheden voorgekomen in de dampkring. Vroeger werd lachgas gebruikt voor verdovingen. Nu komt het vooral vrij bij het gebruik van bepaalde soorten kunstmest en het verbranden van olie, gas en hout

3.4 CFK:
CFK is een verzamelnaam voor een paar woorden bij elkaar. Deze zijn chloor, fluor en koolwaterstoffen. Een andere naam voor CFK is freonen. CFK kwam eerst niet voor in de dampkring. De mensen hebben het zelf bedacht. Sinds 1930 heb je CFK in de dampkring. CFK zit vooral in koelkasten, piepschuim, schoonmaakmiddelen en spuitbussen. CFK veroorzaakt schade aan de ozonlaag. Tussen 1945 en 1975 steeg de uitstoot met 15% per jaar. Nu daalt de uitstoot van deze stoffen, doordat er een verdrag is getekend waarin staat dat er geen CFK meer mag worden gebruikt. Maar sommige landen houden zich hier niet aan.


3.5 Ozon:
Ozon (O3) is een bijzondere vorm van zuurstof (O2). Het heeft alleen nog 1 atoom extra. Een atoom is het kleinste deeltje van een stof. Het is altijd al voorgekomen in de dampkring. Vooral in de ozonlaag tussen 20 en 40 kilometer hoogte. Dat is in de stratosfeer. 90% van de ozon bevindt zich in de stratosfeer. De overige 10% bevindt zich in de troposfeer

3.6 Wat komt er al voor in de ozonlaag?
Er komen maar hele kleine hoeveelheden broeikasgassen voor in de dampkring. Bij koolzuur gaat het om 0,00035%. Bij methaan is het slechts 0,0000001% en bij CFK nog minder. Het zegt niet veel, want bijvoorbeeld freon 11, dat is één van de Cfk’s of een deel freon 12 is net zo schadelijk als 10.000 delen koolzuur. Samen vormen de broeikasgassen nog geen 1% van de dampkring. Maar als die 1% er niet was dan zou het te koud zijn om te leven. De delen die al in de dampkring voorkwamen zorgen ervoor dat we kunnen leven. Echter zijn er nu te veel, zodat het te warm wordt. Bron: http://www.thinkquest.nl/

4. Het versterkt broeikaseffect
Je hebt dus twee soorten broeikaseffect Het natuurlijk broeikaseffect en het versterkt broeikaseffect. Hieronder staan de oorzaken van het versterkt broeikaseffect.

4.1 Meer broeikasgassen:
Er komen sinds de Industriële Revolutie steeds meer broeikasgassen in de lucht. Dat komt doordat mensen steeds meer olie, gas en kolen gaan verbranden om aan energie te komen. Ook zijn er steeds meer broeikasgassen in de lucht gekomen doordat mensen vaak in de auto rijden. Er zijn meer dan 600 miljoen auto\'s op de wereld. Vrijwel alle auto\'s verbranden benzine of diesel. Bij het verbranden daarvan komt er onder andere koolzuur en lachgas in de lucht. Ondanks alle maatregelen die we nemen blijft de uitstoot van broeikasgassen toenemen. Dat komt door de bevolkingsgroei en de toename van de welvaart in de wereld. Meer mensen betekent meer vervuiling. Verlaging van de uitstoot van broeikasgassen kan alleen maar als we schonere manieren vinden voor het maken en gebruiken van producten.

4.2 Waterdamp:
De temperatuur stijgt als er meer broeikasgassen in de dampkring komen. Dan verdampt er natuurlijk ook meer water uit de oceanen. Water komt als waterdamp in de dampkring. Waterdamp kaatst warmte terug naar de aarde, zodat het dus warmer wordt. Maar er is nog meer met water en waterdamp. Sneeuw en ijs kaatsen meer warmte terug. Dan is het dus minder warm want de warmte blijft niet. Als de beide polen voor een deel smelten doordat het warmer wordt komt er dus meer water. En water houdt de warmte langer vast zodat het dus nog warmer wordt.

Wanneer de polen smelten komt er meer water wat de warmte langer vasthoudt.

4.3 Ontbossing:
Je hebt twee manieren bij de houtkap die het broeikaseffect versterken. De eerste is dat mensen het gekapte hout verbranden om bijvoorbeeld op te koken. Ook komt het voor dat bossen worden platgebrand om er akkerland van te maken. Bij het koken en het platbranden komt koolzuur vrij. Het tweede effect is dat planten koolzuur omzetten in zuurstof. Als er bomen worden gekapt blijven er natuurlijk minder bomen over die koolzuur in zuurstof kunnen omzetten. Zo komt er dus meer koolzuur in de dampkring. Dit versterkt het broeikaseffect. Bron: http://www.thinkquest.nl/

4.4 Naijleffect:
Ook als we er in slagen om de uitstoot van broeikasgassen hetzelfde als nu te houden, wordt het toch meer. Dit komt doordat sommige gassen nog vele jaren in de dampkring blijven. Methaan blijft bijvoorbeeld wel 50 jaar in de dampkring en lachgas zelfs wel 200 jaar. Dat komt door het langzame tempo, waarin broeikasgassen uit de dampkring worden opgenomen door planten. Als we dezelfde hoeveelheid lachgas als vandaag willen houden moet je de uitstoot vanaf nu met 50% verminderen. De versterking van het broeikaseffect blijft dus doorgaan ook al proberen we het te verminderen. Dit gebeuren dat het blijft doorgaan heet het naijleffect.

Bron: http://www.thinkquest.nl/

5. Aantasting van de ozonlaag
De dampkring bestaat dus uit verschillende luchtlagen. Eén daarvan is de stratosfeer. Hierin bevindt zich de ozonlaag. De ozonlaag is geen dichte laag. De laag houdt utra-violette straling (uv-straling) tegen. Maar 1% van deze stralen bereikt de aarde. Het tegenhouden van uv-straling in de dampkring wordt veroorzaakt door de stof ozon die werkt als een soort filter. Denk maar aan een zonnebril. De dikte van de ozonlaag hangt af van de plaats, tijdstip en het seizoen. Vele jaren hebben deskundigen de hoeveelheid ozon in de ozonlaag gemeten, omdat ze bang werden dat de ozonlaag werd beschadigd. In 1985 maakten Britse geleerden dat de hoeveelheid ozon boven de Noordpool met 30% was afgenomen. Eerst vertrouwden ze hun metingen niet, maar later bleek dat ze wel degelijk klopten. Ze hadden namelijk eerst de satalietinstrumenten verkeerd ingesteld. De ozon was verminderd doordat CFK de ozon als het ware opat. Doordat de ozon weg is, is er een gat ontstaan boven de Zuidpool. Inmiddels is er ook een gat ontstaan boven de Noordpool. Deze gaten zijn er maar enkele maanden per jaar. Bron: http://www.thinkquest.nl/

6. Gevolgen van broeikaseffect
Het versterkt broeikaseffect heeft verschillende gevolgen. Hieronder staan vijf gevolgen beschreven.

6.1 Mens:
De mens loopt gevaar om huidkanker op te lopen. Huidkanker kan namelijk veroorzaakt worden door uv-stralen. Twee groepen mensen lopen vooral gevaar, blanken en jongeren. In Nederland zal je er niet zoveel last van krijgen, maar toch komen er per jaar 1000 nieuwe gevallen van huidkanker bij. In Australië zul je er veel meer van last krijgen. Veel jongeren in Australië surfen met hun zwembroek aan, waarbij je veel kans hebt om huidkanker op te lopen.

6.2 Klimaat:
Het klimaat is het gemiddelde van de waarnemingen van het weer over een lange periode. In sommige landen heb je een woestijnklimaat en in andere landen weer een zeeklimaat. Een woestijnklimaat heb je in een woestijn en een zeeklimaat hebben wij bijv. in Nederland. Het klimaat verandert soms. Zo heb je koude en warme periodes gehad, maar nu gaat het wel erg snel. De zes warmterecordjaren waren in de afgelopen 15 jaar. Nu zul je zeggen: \"het is toch lekker als het warmer wordt.\" Dat is ook wel zo maar het brengt nogal ernstige gevolgen met zich mee. Waar het droog is wordt het alleen maar droger en waar het nat is, wordt het alleen maar natter. Hieronder staat beschreven wat er allemaal kan gaan veranderen.


Het noorden van de Atlantische Oceaan:
Stormen kunnen heviger worden en er kunnen meer orkanen voorkomen

De gevolgen van een oorkaan zijn vaak ernstig.

Landen aan de Noordzee:
Kustgebieden kunnen gevaar lopen door de stijging van de zeespiegel.

Rusland:
De grote graangebieden worden bedreigd door droogte.

Egypte:
Langs de Nijl kunnen overstromingen voorkomen

Sahara:
Er komen meer woestijnen, er is dus minder plaats voor mens en dier

Caribische Zee:
Koraaleilanden lopen gevaar door stijging van de zeespiegel en door meer oorkanen. Er kunnen zelfs eilanden in de zee verdwijnen.

Zuid-Afrika:
Oogsten gaan verloren door droogte

Zuid -en Noordpool:
Smeltend ijs zal wereldwijd zorgen voor stijging van de zeespiegel en veroorzaakt in laag gelegen gebieden overstromingen. Bij het smelten van Groenland zal de zeespiegel met 6 meter stijgen.


Dit kan er allemaal gebeuren. Dus reden genoeg om je daarmee bezig te houden. Hoeveel de temperatuur zal stijgen, daarover zijn de geleerden het nog niet met elkaar eens. Het zal zo liggen tussen de 3 en 6 graden Celsius

6.3 Natuur:
Uv-stralen zijn niet alleen schadelijk voor mensen maar ook voor planten en dieren. Ze kunnen ziekten veroorzaken. Veel waterdieren leven van Plankton. Plankton kan alleen niet goed tegen uv-stralen. Zonder plakton zullen veel dieren aan hongersnood overlijden. Door verandering van de temperatuur veranderen ook de omstandigheden waarin planten groeien. Een tropische palm kan niet tegen sneeuw. Ook planten in de kou kunnen niet tegen tropische hitte. Op deze manier zullen sommige planten nog maar op kleine schaal voorkomen of zelfs verdwijnen.

6.4 Zeespiegel:
Als de Noord- en Zuidpool voor een deel smelten komt er meer water in de zee. De zeespiegel stijgt dan. Veel eilanden en laag gelegen gebieden zullen dan verdwijnen. Dertigduizend jaar geleden kon je zo van Nederland naar Groot-Brittannië lopen. Sindsdien is het waterpeil alleen nog maar gestegen door het smelten van ijs. De Noordzee is de afgelopen 100 jaar met 20 cm gestegen en de Waddenzee zelfs met 44 cm. Niet alleen de zeespiegel is gestegen doordat er meer water in kwam, maar ook heeft water de eigenschap om uit te zetten als het warm wordt. Volgens deskundigen zal de zeespiegel de komende 100 jaar tussen de 30 en meer dan 100 cm stijgen.

6.5 Nederland:
Een groot deel van Nederland ligt onder de zeespiegel. Zonder dijken en duinen zal Utrecht aan zee liggen. Daarom zijn niet zo lang gelden alle dijken verhoogd en zijn er stormvloedkeringen gebouwd. Dit heet het Deltaplan. Als de zee de komende eeuw met een meter stijgt zullen de dijken weer moeten worden verhoogd. Ook een probleem wordt het dat de duinen steeds meer afslijten. Dit betekent dat het water op langere termijn er gewoon door kan. Nederland heeft het geluk dat het alles kan betalen. Veel landen die met dezelfde problemen zitten hebben die miljarden niet, zoals bijvoorbeeld Bangladesh. De waddeneilanden lopen nog meer gevaar dan het vasteland van Nederland en als het zo door gaat kunnen we ze niet meer verdedigen tegen het water en verdwijnt er een mooi stuk natuur. De tuinbouw wordt ook nog een probleem. Als het grondwaterpeil zakt kunnen de planten geen water meer krijgen. De drinkwatervoorziening wordt ook nog moeilijk. Het is dus allemaal maar erg lastig. Bron: http://www.thinkquest.nl/

Een groot deel van Nederland ligt onder de zeespiegel


7. Oplossingen
Als wij de opwarming van de aarde willen stoppen moeten we de uitstoot van broeikasgassen terug brengen naar het huidige peil. Om de uitstoot van koolzuur te verminderen moeten we beginnen om minder fossiele brandstoffen te verbruiken. Dit kan door alternative energie te gebruiken. Alternatieve energie krijg je van natuurlijke dingen zoals bijv. de win en de zon. Verder moeten we ook zuiniger met energie omgaan. Dat kan bijvoorbeeld door spaarlampen te gebruiken.

Veel apparaten gebruiken nu al minder energie dan vroeger. Auto\'s moeten zuiniger worden. Greenpeace heeft een auto die 1 op 30 kan rijden, de Smile. Een andere manier om de uitstoot van koolzuur te verminderen kan door het stoppen met het omzagen en verbranden van bossen. Wij kunnen zelf ook bomen planten want bomen zetten koolzuur om in zuurstof. Veel mensen verzetten zich tegen het kappen van bomen, waardoor veel landen verdragen hebben ondertekend waarin staat dat als je één boom kapt je er ook één moet planten. Ook staan in die verdragen nog allemaal maatregelen die met het broeikaseffect te maken hebben. Onder andere dat er geen CFK meer mag worden gebruikt en dat je het natuurlijk broeikaseffect niet meer mag versterken. Gelukkig hebben deze verdragen veel nut, maar helaas houden sommige landen zich niet aan deze afspraken.
Bron: http://www.thinkquest.nl/

7.1 Uitleg over dit toekomsthuis:

Fotovoltaïsche energievoorziening
De zonnecollectoren op het dak leveren stroom aan het elektriciteitsnet in huis. Wordt de stroom op dat moment niet gebruikt, dan vloeit deze terug naar het elektriciteitsnet van het energiebedrijf.

Zonneboiler
Het in de collector die op het dak staat opgewarmde water stroomt via een warmtewisselaar naar een opslagvat in de boiler. Vanuit dit opslagvat stroomt het warme water naar de kraan of het wordt gebruikt als warmtebron voor het verwarmingssysteem.

Telematica

Met uw pc of teletekst kunt u uw energie- en watergebruik aflezen en allerlei tips nalezen. U kunt bijvoorbeeld een folder of informatie bij het energiebedrijf aanvragen. Ook kan het energiebedrijf automatisch de meterstanden van uw woning uitlezen.

Sturings- en controlesysteem (domotica)
Hiermee kunt u niet alleen de totale verwarming van uw huis regelen, maar ook een alarmsysteem besturen of een brandmeldingssysteem in werking zetten. Via de telefoon kunt u overal vandaan uw woning controleren of wijzigingen in het systeem aanbrengen.

Multifunctionele wandcontactdoos
Dit is niet alleen een wandcontactdoos voor elektriciteit, maar ook voor gas, water en elektronica.

Gasstopcontact
Op dit \'stopcontact\' kunt u, net als bij elektriciteit, apparaten aansluiten. Maar dan wel gasapparaten, zoals bijvoorbeeld een gasbarbecue of een gasgestookte hogedrukreiniger.

Hergebruik afvalwater
Met behulp van warmtepompen kan warmte worden onttrokken aan het afvalwater (douche- afwas- of wasmachinewater) binnen de woning.

HR-ketel
Een Hoog Rendementsketel zet ruim 90% van het gas om in warmte. Een conventionele ketel maar 70%. Een HR-ketel is dus zeer energiezuinig.

Micro WKK

Microwarmte/kracht, oftewel uw energiecentrale thuis. Naast warm water voor de centrale verwarming en tap, wordt ook ter plaatse elektriciteit opgewekt voor gebruik binnenshuis.

De intelligente meterkast
Naast meters voor gas, water en elektriciteit, is deze meterkast uitgebreid met communicatiefuncties als sturing op afstand, kabels voor audio/video en telefoon.

De warmtepomp
De warmtepomp is met behulp van een kleine hoeveelheid elektriciteit of gas in staat om op zeer efficiënte wijze omgevingswarmte of afvalwarmte om te zetten naar een hoger temperatuurniveau voor verwarming of naar een lager niveau voor koeling.

Toilet
Voor dit toilet wordt regenwater als spoeling gebruikt.

Gasgestookte wasdroger
Een gasgestookte wasdroger belast het milieu minder dan een elektrische wasdroger. Uw was is met een gasgestookte wasdroger twee keer zo snel droog. Daarnaast verbruikt hij minder energie. De aanschafkosten zijn daarentegen hoog.

Wasmachine
De wasmachine gebruikt regenwater of \'grijs water\' -nadat het is gefilterd- als waswater voor de was.

Vaatwasser

Ook de vaatwasser gebruikt gefilterd regenwater als was- en spoelwater.
Bron: http://www.thinkquest.nl/

8. Klimaatverdrag en Kyotoprotocol
In 1992 werd in Rio de Janeiro het \"Raamverdrag Klimaatverandering\" van de Verenigde Naties gesloten, meestal genoemd het \"Klimaatverdrag\". De doelstelling hiervan is: \"het stabiliseren van de concentratie broeikasgassen in de dampkring op een zodanig niveau, dat een gevaarlijke menselijke invloed op het klimaat wordt voorkomen.\" Nederland is één van de 177 landen die in de eerste helft van de jaren negentig het Klimaatverdrag hebben goedgekeurd.
Het Kyotoprotocol werd in 1997 aangenomen als aanvulling op het Klimaatverdrag. Industrielanden hebben afgesproken om de uitstoot van broeikasgassen in de periode 2008 - 2012 gemiddeld met 5 procent te verminderen ten opzichte van het niveau in 1990. Per land gelden andere reductiepercentages. De vermindering geldt voor de gassen kooldioxide (CO2), methaan (CH4), lachgas (N2O) en een aantal fluorverbindingen (HFK\'s, PFK\'s en SF6).Bron:
http://nl.wikipedia.org/wiki/Klimaatverandering

Bijlagen:

Bijlage I
Ruziën over de opwarming van de aarde
Het afgelopen jaar was het warmste in de Nederlandse meteorologische geschiedenis.

Even opmerkelijk was de hitte van het debat over de wereldwijde klimaatverandering. Fel en soms onverkwikkelijk verliep de discussies tussen ‘alarmisten’(95 procent van de klimaatwetenschappers) en de kleine, maar hardnekkige kring van ‘sceptici’

De alarmisten luiden de noodklok. De beroemdste onder hen, de vroegere Amerikaanse vice-president Al Gore, bracht de An inconvenient truth uit, waarvan de boodschap luid: als we niet beginnen met maatregelen tegen de opwarming, zal deze generatie nog de drastische veranderingen van haar levensomstandigheden meemaken. Bangmakerij, vinden de sceptici. Gore gaat selectief met de feiten om.


Zo is er een richtingstrijd ontstaan waarbij de stereotyperingen niet van de lucht zijn: de alarmisten dragen geitenwollen sokken en laten zich subsidiëren door politici die zich van het onderwerp hebben meester gemaakt. Sceptici zijn lakeien van de olie industrie.

Hoogleraar Salomon Kroonenberg van de Technische Universiteit in Delft vindt zichzelf boven de partijen staan. Hij wil als geoloog, ofwel historicus van Moeder Aarde, alleen op wijzen dat datgene waarvoor we nu bang zijn zich al vele malen heeft voorgedaan, zinder dat er een mens aan te pas was gekomen: toename van broeikasgassen in de atmosfeer, opwarming, afgewisseld door de ijstijd.

“We hebben het over zeer grote processen. De kans dat de mens die kan sturen is twijfelachtig, In elk geval op lange termijn. Daarom denk ik dat de maatregelen die in het verdrag van Kyoto zijn vastgelegd een onvoorstelbaar effect zullen hebben.”

De geoloog vindt symptoombestrijding, zoals dijkverhoging in de delta’s, in dit geval betyer dan genezing. De kwaal gaat de menselijk begrip immers te boven. “Zorg dat we goed zijn voorbereid op de klimaatverandering die onvermijdelijk komt. Daaraan kan beter geld worden besteed dan aan Kyoto”

Als Kroonenberg gelijk heeft, hoe komt het dan dat de slechts weinig dat inzien? Modern schuldgevoel, meent hij. De gedachten dat de mensheid het klimaat in de war heeft gebracht, appelleert daaraan. “het moet altijd iemands schuld zijn en we hebben er recht op dat het weer goed komt”

Tot nu toe
Dat klimatologie een onzekere tak van wetenschap is, blijkt uit het aantal voorspellingen in de vorige eeuw van een klimaatramp. Vooral Amerikaanse media waarschuwden afwisselend voor een nieuwe ijstijd en een dodelijke hittetijdperk.

In 1919 meldt de New York Times dat de ontdekkingsreiziger Donald Mac Millan tijdens een van zijn Zuidpoolexpedities tot de conclusie was gekomen dat we ‘aan de vooravond staan van een nieuwe ijstijd’. Tien jaar later melden de New York Times en de Los Angeles Times dat ‘de wereld volgens veel geologen, warmes wordt en nog verder zal opwarmen’

In 1975 kondigt een groot aantal kranten en bladeren een nieuw ijstijd aan, die ‘de gehele menselijke bewoning van de aarde zal aantasten’. Vanaf eind jaren 90 gooien de meeste wetenschappers het op een relatief snelle opwarming, te wijten aan menselijke activiteit.


Warmste jaar in Nederland
Met name de maanden juni, september en de herfst zorgden ervoor dat het dit jaar in Nederland warmer was dan in 300 jaar is gemeten. Wereldwijd was 2006 voor het noordelijke halfrond het op drie na warmste, en voor het zuidelijk halfrond het op zes na warmste jaar sinds 1861.

De afgelopen eeuw is de aarde 0,7 graden warmer geworden. Sinds 1976 is er sprake van een sterke stijging van gemiddeld 0.18 graden Celsius per decennium. Voor de eeuw wordt een temperatuurstijging van 1,4 tot 5,8 graden Celsius verwacht. De wereldwijde ecologische, economische en sociale gevolgen van deze stijging kunnen ingrijpend zijn.

Het verdraag van Kyoto, dat in 1997 werd opgesteld en begin 2005 officieel van kracht werd, heeft tot doel de temperatuurstijging deze eeuw tot 2 procent te beperken. Daartoe moet de uitstoot van broeikasgassen, vooral koolstofdioxide (CO2), tussen 200 en 2012 met 5 procent verminderen. De VS hebben het verdrag niet ondertekend
Gegevens: KNMI en IPCC

Bijlage II
Pech voor de dinosauriër, geluk voor de mens
Plotselinge klimaatveranderingen hebben zich in de oeroude geschiedenis van de aarde vele malen voorgedaan en gevolgen waren vaak ontstellend. Hele diersoorten, zoals de dinosauriërs, stierven uit. Andere zoals de mens, hebben er daarentegen hun bestaan aan te danken. Oftewel: als de dinosauriërs nu nog hadden geleefd, was er voor de mens geen plaats geweest.

Volgens gangbare theorie stierven de reuzereptielen zo’n 70 miljoen jaar geleden zeer snel uit als gevolg van plotselinge veranderingen in het klimaat, die weer waren veroozaakt door de inslag van een reusachtige meteoriet in het Mexicaanse schiereiland Yucatan.


De verdwijning van de dinosauriërs betekende wel de opkomst van de zoogdieren, waartoe ook de mens behoort, al was die toen nog in geen veld of wegen te bekennen. Een volgende wereldwijde temperatuurstijging met een onbekende oorzaak – zo’n 50 miljoen jaar geleden – zou het pas voor hem effenen. Toen stierf weliswaar een groot aantal zoogdieren uit, maar ontstonden ook nieuwe soorten, waaronder de paarden en halfapen, onze verre achterneefjes.
De mens heeft dus al van twee grote klimaatveranderingen profijt gehad. Het is vanuit natuurhistorisch perspectief beken daarom niet onredelijk als een volgende hem fataal wordt.

‘Verband menselijke activiteiten en opwarming staat vast’
Voor rob van Dorland, klimatoloog zij het KNMI, hoeft het verbad tussen de opwarming van de menselijke uitstoor van CO2 niet worden aangetoond. “Dat verband staat vrijwel vast”

De weteschapper is co-auteur van het vierde, in februari te verschijnen rapport van het Intergovernmentel Panl on Climate Change (IPCC), een door de Verenigde Naties opgericht forum van wetenschappers die de risico’s van klimaatverandering bestuderen.

Naar verluidt zal het komende rapport nog sterker de nadruk leggen op het menselijke aandeel in de opwarming van de aarde. Een kleine minderheid van deskundigen meent dat het met dat aandeel wel meevalt of dat er niets aan is te doen. Enkele van hen beweringen en Van Dorlands antwoord daarop.

Tussen 1945 en 1975 steeg de CO2- aandeel ook, maar daalde de temperatuur, vanwege hoge vulkaanactiviteit. Onverwachte omstandigheden kunnen zich altijd voordoen en dus is het ondoenlijk het klimaat te voorspellen en onwenselijk daarop beleid te baseren.


“Er zijn weinig klimaatscenario’s voor de komende tientallen jaren die rekening houden met dempende factoren als zonne-activiteit, vulkanisme en El Niño. En die laten nog altijd temperatuurstijgingen zien. Menselijke CO2-uitstoot is de laatste dertig jaar dan ook toegenomen, en wel zeer scherp”

Er is ‘weinig wetenschappelijke kennis over acht van de twaalf factoren die het klimaat beïnvloeden. Geeft het IPCC zelf toe.

“dat is een verwijzing naar een staafjesgrafiek die klimaatsceptici kennelijk niet kunnen of willen begrijpen. De grafiek zegt iets over de onzekerheid van de mate waarin die factoren effect hebben, Dat ze effect hebben, weten we wel. De verwachting is dat het deze eeuw 1,4 tot 5,8 graden Celsius warmer wordt.
Het ‘gebrek’ aan wetenschappelijke kennis, oftewel de onzekerheid zit het verschil tussen deze cijfers

“als wetenschappers de hete adem van politici en media in hun nek voelen, kan dat nadelige gevolgen hebben. Toch verkies ik deze situatie boven een wetenschappelijke ivoren toren. Nooit is er zoveel helderheid geweest over wat wetenschappers doen. Het IPCC is een goed voorbeeld. Een wereldwijd podium van wetenschappers die zich bezighouden met klimaat – kan het transparanter?”
Bron: Kranten artikel uit Algemeen Dagblad Donderdag 28 December 2006

REACTIES

G.

G.

stom en te lang

9 jaar geleden

M.

M.

ja maar het is wel super mooi

9 jaar geleden

M.

M.

Gaaf!!!!!!
Ik moest er ook een maken, en sommige dingetjes wist ik helemaal niet!

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.