¿Dónde está Sonia? ikke

Beoordeling 7.5
Foto van een scholier
  • Vertaling door een scholier
  • Klas onbekend | 3887 woorden
  • 31 maart 2010
  • 119 keer beoordeeld
Cijfer 7.5
119 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie


¿Dónde está Sonia?
Hoofdstuk 1
Je hebt een mooi huis, vooral het terras met de planten. – Degene die praat is een man van 65 jaar, hij heeft een elegant blauw pak aan, een wit overhemd en een stropdas. – Je kan heel Barcelona zien vanaf hier.

- Ja het uitzicht is geweldig. En in de zomer is het hier geweldig.- zegt Llorenç – zullen we gaan zitten?

- Nee nu nog niet. Ik wil de stad bekijken vanaf hier. Kijk daar is de Sagrada Familia, en daar is Montjuic. En daar, de Banco Atlantico, toch? En daar zie je de torens van het Olympisch dorp: la torre Mapfre en hotel arts. Wat is dat daar?

- De kathedraal.

- Oh ja! Dat is waar ook! Ik voel me goed.

- En hoe is het met jou, Jaime? – vraagt Llorenç aan zijn vriend – Ik heb je lang niet gezien…

- Eerlijk gezegd, het gaat niet goed met me, Llorenç.

- Wat is er gebeurd?

- Het gaat om Sonia, mijn dochter.

- De jongste?

- Ja…- Jaime haalt een papier uit de tas die hij bij zich heeft.

- Wat is dat? - vraagt Llorenç.

- Een briefje van Sonia.

Llorenç leest het briefje: “Papa, ga weg. Ik wil mijn leven leven. Het gaat goed met me.”

- Maar… - begint Llorenç

- Ik weet het niet… - hij schud zijn hoofd – ik weet het niet… voor een kind is het niet makkelijk om geen moeder te hebben. Het is voor mij ook niet altijd makkelijk om vader te zijn. Het is waar dat ik met Ángela problemen heb, maar niet met Sonia.

Llorenç kijkt naar zijn verdrietige vriend.

- Sinds wanneer?

- Sinds gisterochtend. Je bent de eerste die het weet, behalve Ángela.

- Jaime? Weet je zeker dat het goed met haar gaat?

- Ik weet niet wat ik er van moet denken.

- Denk je dat ze problemen had met drugs?

- Nee, dat denk ik niet. Ik denk dat het te maken had met een jongen. Maar voor een jongen zou ze nooit weg gaan.

- Waarom ga je niet naar de politie? Ze is pas 16 jaar oud…

- Nee, ik wil niet dat de politie aan mijn dochter komt.

- En Ángela, wat zegt zij?

- Ik weet het niet. Ángela en ik praten niet veel met elkaar.

- Hmmm…

- Llorenç… - Jaime kijkt zijn vriend aan – ik wil je om een gunst vragen: kun je in contact komen met mijn dochter?

- En dan…?

- Snap je het niet? In de zomer wonen wij in San Pol, in ons strandhuis. Ik wil er graag een paar dagen heen dan kan ik met Ángela praten en met de vrienden van Sonia. Misschien weten zij waar ze is. Misschien kunnen zij met ze praten. Misschien weten ze wat er gebeurt is.

- Ik breng de vakantie door met Enrique, mijn kleinzoon, en Monica, een vriendin.

- Ga je op reis?

- Nee, we blijven in de buurt van Barcelona omdat Enrique elke dag terug moet voor zijn werk bij de krant.

- Ik heb een idee Llorenç. In San Pol heb je strand, tennis clubs, goede restaurants… mijn huis is groot…Waarom kom je niet met ons mee?

- Goed idee! – antwoord Llorenç – daar kunnen we proberen in contact te komen met Sonia.


2 dagen later gaan Llorenç, Enrique en Mónica naar San Pol. Het is avond en Jaime stelt zijn dochter voor.

- Llorenç, je kent Ángela nog wel.

- Ja, natuurlijk. Maar ze is nu geen kind meer. Ze is nu een knappe tiener.

- Hallo Llorenç! –zegt Ángela – Hoe was de reis?

- Goed. Enrique heeft de hele dag gewerkt, daarom komen we pas in de avond aan. Vandaag was zijn laatste werkdag voor de vakantie.

- Hallo! – zegt Enrique.

- Enrique is de kleinzoon van Llorenç

- En dit is Mónica.

- Mooizo, nu kent iedereen elkaar. - zegt Jaime – ik laat de accommodatie zien. Als u wilt kunt u hier de was doen, en we eten in de tuin. Daar kun je de zee zien…

Hoofdstuk 2
De volgende morgen staan Mónica en Enrique om 8 uur meteen op.

Het huis van Jaime is mooi en heeft een grote tuin met uitzicht op zee. Daar drinken ze koffie met melk en eten ze toast met boter en jam. Daarna pakken ze hun zwemspullen en gaan ze naar het strand. Voordat ze naar het strand gaan, gaan ze naar Llorenç, die is na het wandelen naar huis gegaan.

- Ga je mee naar het strand met ons? - vraagt hij

- Nee, vandaag niet. Misschien morgen. – antwoordt Llorenç

De zon schijnt. Er zijn niet veel mensen op het strand vandaag. Het water is heerlijk. Niet te koud, niet te warm. Nadat ze even gezwommen hebben gaan ze in de zon liggen.

Llorenç zit in de tuin, hij kijkt naar de blauwe zee en de lucht. Daarna pakt hij een boek en gaat hij lezen. Even later komt Ángela de tuin in. Ze loopt nog in haar pyjama.

- Hallo! Wil je koffie? – vraagt ze

- Nee, bedankt. Ik heb net ontbeten. En jij?

- Nee, nog niet.

Ze gaat weer naar binnen en komt even later weer buiten met koffie met melk en een paar broodjes.

- Vind je het een mooi huis? – vraagt ze als ze wat van haar koffie heeft gedronken.

- Ja, het is prachtig

- Je bent hier om Sonia te zoeken, toch?

- Ja, het is toch normaal dat een vader wil weten waar zijn dochter is?

- Ja, natuurlijk.

- Ik wil graag met haar praten als het kan. Weet je waar ze is?

- Nee.

- En je weet ook niet waarom ze van huis is weggelopen?

- Nee.

- En het interesseert je ook niet?

- Natuurlijk interesseert het me wel. Maar ik maak me geen zorgen om haar. Ik maak me zorgen om papa.

- Weet je of er problemen waren tussen je vader en Sonia de laatste weken?

- Nee. Ik heb problemen met mijn vader, maar Sonia niet.

- En jij, had jij problemen met haar?

- Ik? Ja.

- De laatste weken?

- Ja, juist de laatste weken.

- Ángela, denk je dat ze is weggelopen omdat ze die problemen had?

- Om onze problemen?

- Ja?

- Nee, dat denk ik niet.

- Ángela, vertel je me de waarheid?

Ze stopt met het drinken van haar koffie.

- Hahaha! – ze lacht – natuurlijk niet, het is veel leuker om niet de waarheid te vertellen, denk je niet?

- Weet je het of weet je het niet?

- Llorenç, ik weet niet waar ze is. Maar ik weet zeker dat het goed met haar gaat.

- Had ze problemen met drugs?

- Iedereen heeft wel eens problemen – zegt ze na een korte stilte – maar, nee. Ze had geen problemen met drugs.

Alles is normaal in de vakantie, Llorenç en zijn vrienden eten laat. Llorenç en Jaime vertellen hun belevenissen en avonturen aan de jongeren. Hun levens zijn heel interessant en leuk. De jongeren vinden het leuk om te luisteren.

Na de siesta, gaan monica en Enrique naar het strand. Ze zwemmen wat, ze spelen met een bal en daarna gaan ze in de zon liggen. Er zijn veel mensen op het strand

Monica gaat zitten met haar zonnebril op en ze gaat de mensen bekijken. Er zijn spaanse toeristen en buitenlanders die zwemmen. Er zijn jongeren die met een bal spelen en er zijn kinderen die een zandkasteel bouwen.

Tussen de mensen ziet Mónica Ángela staan, ze praat met een lange jongen met lang haar.

Ángela groet Mónica met haar hand. Mónica groet terug.

- Wie groet je? – vraagt Enrique

- Ángela, ze staat daar.

Even later komt Ángela naar hun toe.

- Hallo! – zegt ze

- Hallo! Hoe gaat het?

- Goed, ik ga zwemmen. Gaan jullie mee?

Het water is warm. Nadat ze een tijdje gezwommen hebben gaan ze in de zon liggen.

- Wij gaan vanavond naar een discotheek, denk ik. – zegt Enrique - Ga je mee?

- Ja – zegt Ángela – goed idee. – ik ken nog een leuke plek om heen te gaan: Calella

Om thuis te komen moeten Mónica, Enrique en Ángela naar het station om met de trein te gaan. Als ze naar het station lopen slaat de klok 8 uur. Daarna gaan ze naar rechts, een straat in. Even later zien ze Llorenç op het station praten met een paar vrienden van Sonia. Jaime gaat op een bankje zitten en Llorenç komt naar hem toe.

- Hallo Jaime! Wat doe je hier? – vraagt hij

- Niks. Ik rust even uit. Hoe was je dag?

Op dat moment komt de trein naar Barcelona het station binnenrijden. Er stappen wat mensen uit. Llorenç begint te vertellen wat hij die dag heeft gedaan: eerst zijn gesprek met Ángela en daarna zijn ontmoetingen met de vrienden van Sonía. Maar Jaime luistert niet. Even later rijd de trein het station weer uit. Jaime kijkt naar Llorenç.

- Zie je, - zegt hij – ik ben stom… ik weet het ik ben gek. Elke middag kom ik hier en kijk ik naar de mensen die uit de trein komen. Ik denk dat Sonia op een dag uitstapt.

Hoofdstuk 3
Calella is een typisch toeristisch kustdorpje. In de zomer komen er veel Duitsers, Engelsen en Nederlanders en ’s nachts zijn de straten, de bars en de discotheken vol met mensen. In “De Blauwe Baard” zijn Mónica, Enrique en Ángela aan het dansen. Er zijn veel mensen aan het drinken, dansen of aan het praten met anderen. Enrique gaat naar de bar om drankjes te bestellen voor de dames. Als hij terug komt is Mónica alleen.

- Waar is Ángela? – vraagt hij

- Ze is daar met een paar vrienden.

- Waar?

- Daar. Zie je die groep jongens en meisjes?

Enrique zit de lange jongen die hij op het strand ook al zag. Hij praat met twee meisjes. Een van hen is Ángela. Het andere meisje kent hij niet.

- Oh daar! Dat is die jongen van het strand, toch?

Even later komt Ángela aangelopen en ze zegt;

- Ik ga met wat vrienden mee. Tot morgen! Oh en Mónica, ga je morgen met me mee naar Barcelona? Ik doe een theater cursus morgenmiddag. Dat is erg leuk.

- Ja, waarom niet? Ik houd van het theater.

- Okee, dan gaan we morgen met de trein naar Barcelona.

Hoofdstuk 4
Die nacht slapen Mónica en Enrique niet veel. Om 8 uur ’s ochtends als Llorenç aanklopt bij de slaapkamer van Enrique:

- Wil je mee op een boottochtje? Jaime en ik gaan rondvaren op zijn zeilboot.

- Okee, ik ga mee! – zegt Enrique

Daarna gaat Llorenç naar de slaapkamer van Mónica en herhaalt dezelfde vraag.

Het is een leuke morgen. De zon schijnt en de zee is mooi. Jaime, die aan het roer zit, leert de jongeren de boot te besturen. Enrique en Mónica liggen in de zon.

Daarna bekijkt Jaime de dorpjes aan de kust die inmiddels klein zijn geworden. Llorenç zit naast hem, hij denkt na.

- Jaime, - zegt hij uiteindelijk – ik denk dat Ángela meer weet dan ze zegt over Sonia. En enkele van haar vrienden ook.

- Ja?

- Ja, maar het belangrijkste is Ángela is heel rustig…daarom denk ik dat het goed gaat met Sonia.

Llorenç denkt een paar seconden na, in stilte. Dan gaat hij verder:

- Er is een jongen. Hij is een vriend van Sonia. Die jongen weet meer. Hij is een kraker. Je weet wel, jongeren die in huizen gaan wonen die niet in gebruik zijn, de huizen waar niemand in woont. Die jongen heet Toni, Toni Izquierdo. Ken je hem?

- Ja, dat is die lange jongen met dat lange haar. Hij is een ex-vriendje van Ángela.

- Oh ja! Ik ken hem. – zegt Mónica die naar het gesprek heeft geluisterd. Een donkere jongen, lang, met zwarte ogen.

- Kijk, daar! – roept Enrique op dat moment – zijn dat dolfijnen?

- Ja. Het is bijzonder om dolfijnen te zien zo dicht bij de kust.

- Wat zijn ze mooi!

- Weet je, Llorenç, - gaat Jaime verder met het gesprek – ik begin ook te geloven dat het goed met haar gaat. Maar alles is zo raar gegaan. Ik kan niet aan iets anders denken. Ik wil haar zien.

Jaime kijkt uit over de zee, die groen en blauw kleurt.

- Wat het meest pijn doet, – gaat hij verder tegen Llorenç - is dat ik het niet begrijp. Ze wil altijd met me praten, bij mij is het veilig. Ik weet dingen van haar, dingen war ze zich zorgen over maakt, dingen die ze leuk vind, dingen waar ze van droomt… met Ángela is dat anders. Ik weet niet waarom, maar het is zo. Daarom begrijp ik haar echt niet.

- Ik geloof dat ze nu ook wel praat. In een andere taal, maar ze praat. Ze zegt dingen die niet kunnen of dingen die ze niet op een andere manier durft te zeggen. Ik denk dat je geduld moet hebben. En wachten. De gaat veranderen. Ze gaat dingen op een andere manier bekijken. Het leven verandert. Daar kunnen we niks aan doen.

Hoofdstuk 5
De plek waar Ángela de theatercursus heeft is een oude fabriek in een wijk waar veel huizen leeg staan. Er is een grote zaal en een aantal kamers op de begane grond, vroeger waren dat de kantoren en er is een kleine binnentuin.

De grote zaal is in 3 delen verdeeld. Waar Mónica en Ángela binnenkomen, is een groep jongeren bezig met schilderen, in het “atelier”. In het andere deel zijn jongeren bezig met het repeteren van een toneelstuk.

- Hallo, Ángela! – zeggen haar vrienden wanneer ze binnenkomt met Mónica.

- Hallo! – reageert ze – dit is Mónica, ze is een vriendin.

Mónica stelt zich aan iedereen voor. Daar is de jongen met het lange haar en het meisje waarmee hij praatte in de discotheek.

- Dit is Toni – zegt Ángela- en dit meisje is Ainós.

- Wat een mooie naam!

- Bedankt. Zo noemen mijn vrienden hier mij.

Het meisje is erg jong net als alle anderen.

- We gaan een toneelstuk oefenen.

- Deze plek heet Can vidal het is een oude fabriek die we hebben gekraakt. – Ángela laat de zaal zien aan Mónica.

- Ja, dat zie ik – zegt Mónica. – het is niet de eerste keer dat ik iets hoor over Can Vidal.

- In Can Vidal komt een groep jongeren samen en ze doen van alles: theater, schilderen, circus…en sommigen van hen wonen hier, in de oude kantoren. Jongeren die op het moment geen geld hebben, of die op zoek zijn naar een andere woonruimte. Maar we hebben een groot probleem. De grondeigenaar van Can vidal wil niet dat we hier zijn. Als

- Hoort… - op dat moment komen Toni en Ainós aanlopen.

- Jij werk bij de krant, toch? – vraagt hij

- Ja dat klopt ik werk voor El Mediterráneo.

- Luister, waarom schrijf je geen artikel over ons? Dat kunnen we publiceren in de krant

- Weet je waarom? – zegt Ainós – omdat de grondeigenaar wil de we hier weggaan.

- Ja dat weet ik. Wat vervelend!

- Morgen is er een bijeenkomst, dan besluiten we wat we gaan doen.

Hoofdstuk 6
Mónica vindt het een goed idee om een artikel te schrijven over Can Vidal. Eerst overlegt ze met Enrique, haar vriend, en daarna belt ze de directeur van El Mediterráneo, ook hij is enthousiast over het idee: hij vind het geen probleem.

Vanaf dat moment gaat ze ’s ochtends naar het strand met Enrique en soms met Llorenç en Jaime en ’s middags gaat ze naar Can Vidal. Ze maakt aantekeningen en ze schrijft een aantal stukken van hat artikel: soms op het strand, soms in de tuin van Jaime’s huis of in Can Vidal. Daar praat ze met de mensen en ze stelt vragen en soms doet ze mee aan een van de activiteiten. Vaak gebruikt ze een cassetterecorder om de gesprekken die de jongeren die in Can Vidal wonen voeren op te nemen:

- “ik ben hier omdat ik niet in een MacDonalds of een Telepizza wil werken. Of in een kantoor met een baas en strikte tijden waarop je aanwezig moet zijn. Ik houd niet van het normale: werk, familie, kinderen met de tijd, een auto, een huis in de omgeving. “

- “ik woon hier omdat ik van kraken houd en omdat ik tegen speculatie ben. En Barcelona zijn veel leegstaande gebouwen, vuil en bewoont door de ratten. Ze worden nergens voor gebruikt en zijn vervallen. “

- “we hebben ruimte nodig om onze activiteiten te doen. Maar we hebben geen geld om er voor te betalen. Daarom gaan we naar deze plekken toe. We maken ze schoon, jagen de ratten weg en verven de muren. We zetten wat spullen neer die we gebruiken voor onze activiteiten. Sommigen van ons wonen op deze plekken…”

- “sommige krakers hebben soms problemen. Maar op deze manier doen we dingen voor mensen uit de buurt. We doen niemand kwaad en we zorgen niet voor problemen.”

- “ik heb veel problemen met mijn ouders. Het is niet leuk thuis. Daarom ben ik hier. Hier heb ik vrienden, interessante dingen, het is leuk hier…”

Enkele dagen later gaat Enrique naar het kantoor van de krant, Mónica geeft hem alle informatie van Can Vidal en de krakers mee. Binnenkort wordt het artikel over de krakers gepubliceerd.

Hoofdstuk 7
Ondertussen op een warme dag in augustus, Hernández, van het bedrijf “Hernández & Fernández” praat met een klant in zijn kantoor in ‘el calle balmes’ in Barcelona.

- dus dit is het meisje? – vraagt de detective terwijl hij naar haar foto kijkt. Het is een korte dikke man, hij draagt een bril en een beige, zomers pak en hij heeft een stropdas om.

- Hoe heet ze?

- Sonia, ze is 16 jaar – zegt de klant.

- Oké – zegt de detective – we gaan haar meteen zoeken…

-

Hoofdstuk 8
- Hé, kijk eens! – zegt Mónica, wanneer ze rond etenstijd aankomen in San Pol mat een exemplaar van ‘El Mediterráneo’ onder de arm.

- Is dit het artikel – vraagt Ángela.

- Ja, hier staat het.

- Waarom lees je het niet voor? – stelt Llorenç voor.

- Goed idee! – zegt Jaime – zodat we het allemaal kunnen horen.

- Oké, het gaat als volgt: - Mónica leest -:

Can Vidal is een antieke fabriek die gesloten is sinds enige jaren. Gedurende die tijd hebben er alleen ratten gewoond. Maar op een dag kwam er een groep jongeren met ideeën, maar zonder geld om een locatie te betalen, ze besloten de fabriek te kraken en een plek te creëren voor de mensen uit de buurt.

Die middag brengen Mónica en Ángela een paar exemplaren van de krant naar de fabriek toe. De jongens lezen het artikel en geven commentaar ze vinden het leuk.

- Het is geweldig! – roepen ze uit.

- Misschien wordt het nu makkelijker om hier te blijven…

Op dat moment komt er een dikke man binnen in een beige, zomers pak met een stropdas om.

- Ik zie dat je kunstopleidingen geeft – zegt hij over ze.

- Ja, kunstopleidingen, en ook circus, theater, Engels… -antwoord Toni.

- Wat interessant! En iedereen mag komen? Ik bedoel… ik heb een dochter die wil leren schilderen. Mag ze komen?

- Ja, dan moet u even overleggen met Juanma. Hij is de leraar, maar hij is nu niet hier. Hij komt later.

- Dat geeft niet. O! ik heet Soler, Joseph Soler. Zijn jullie ook kunstenaars?

- Wij spelen toneel.

- Wat spelen jullie nu?

- We spelen een komisch stuk.

- Echt? Wat leuk! Mag ik vragen waar het over gaat?

- Het gaat over een groep jongeren die een oude fabriek kraken. Het verhaal verteld over de co-existentie tussen jongeren, hun problemen, hun relaties met hun familie etc.

- Het is een komedie. We doen iets leuks…

- …en we laten de mensen nadenken over de problemen van de samenleving.

- In het verhaal speel ik een jongere die problemen heeft met zijn familie. En Ainós en Carlos spelen een ouder vrouw en haar echtgenoot. Ze wonen in de buurt en van de fabriek en komen kijken wie de jongeren zijn. Olga en Toni zijn krakers.

- Hij is wel erg jong om een oudere man te spelen, of niet? – vraagt Joseph Soler aan Ainós.

- Door theater kunnen dingen doelwit worden van wat ze zijn.

- Ja, - gaat Toni verder – in het theater kun je dingen zeggen die je in het echte leven niet kan zeggen.

Kort daarna gaat de man weg.

- Het is een aardige man. – zegt Ainós

- Hij bevalt me niet, ik weet niet waarom, maar ik vind hem niet aardig. – Ángela is niet tevreden

- Hij bevalt mij ook niet - zegt Mónica.

- Maar hij is de enige persoon die wil informeren voor zijn kind…

Op hetzelfde moment in San Pol, Jaime en Llorenç praten in de tuin met een biertje in de hand.

- Natuurlijk wil ze haar leven leiden. – zegt Jaime- dat is normaal. Het is niet nodig om al haar tijd met haar vader door te brengen. Ze wil haar tijd doorbrengen met mensen van haar leeftijd. Ze wil reizen, samen met haar vrienden, maar niet met mij. Ze is te oud om met haar vader op vakantie te gaan, vind je ook niet?

- Ja dat vind ik ook.

Hoofdstuk 9
Die avond komt Ángela in de ‘Chiringuito*’ op het strand waar Enrique en Mónica aan het eten zijn.

- Hallo Ángela! Wat doe jij hier? – vraagt Enrique wanner hij haar ziet. – Wil je met ons mee-eten?

- Nee bedankt. Ik heb geen honger. Ik ga alleen wat drinken. – Ángela gaat zitten en betelt een drankje.

- Wat is dit? – vraagt Mónica

- Het is een rechterlijke orde. – antwoord Ángela - we moeten weg uit de Can Vidal. Als we niet voor morgenavond vertrokken zijn schopt de politie ons eruit.

- Wat moeten we doen?

- Ik weet het nog niet, maar we vertrekken niet!

- Ángela… - zegt mónica – ik heb een idee. We kunnen blijven tot morgenavond…

- Ja? – onderbreekt Ángela nieuwsgierig

- Ja.. – gaat enrique verder – en als de politie ons eruit schopt komt er een reportage in de krant…

*een soort openluchtbar (meestal op het strand)

Hoofdstuk 10
De volgende middag gaan Enrique, Mónica en een fotograaf naar Can Vidal. Het is 7 uur ’s middags. Enrique heeft een notitieboek bij zich en Mónica heeft een cassetterecorder bij zich. Mónica stelt Enrique en de fotograaf voor aan de jongeren. Op dat moment hebben de jongeren een bijeenkomst. Ze gaan besluiten of ze vrijwillig weg gaan of dat ze gaan wachten tot de politie komt. Een gedeelte wil vredig op de politie wachten. Anderen willen zich verzetten: ze willen de deuren en amen dichtmaken met planken en meubels er voor zetten. Ze willen de politie niet binnen laten. Er zijn ook een paar die tegen de politie willen vechten.

Mónica en Enrique luisteren aandachtig maar ze zeggen niks. Ze vinden dat de krakers het besluit moeten nemen.




REACTIES

G.

G.

waar zijn de rest van de hoofdstukken?

8 jaar geleden

J.

J.

maar gaat het verhaal niet tot hoofdstuk 11??
en hebben ze sonia niet gevonden??

6 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.