Eindexamens 2025

Wij helpen je er doorheen ›

Ovidius-Metamorphoses-Daidalus en Icarus

Beoordeling 6.5
Foto van een scholier
  • Vertaling door een scholier
  • Klas onbekend | 2536 woorden
  • 16 maart 2002
  • 114 keer beoordeeld
Cijfer 6.5
114 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
ADVERTENTIE
Inspiratie nodig voor je profielwerkstuk?

Ben jij op zoek naar een onderwerp voor je profielwerkstuk, maar weet je niet waar te beginnen? Bij de Universiteit Twente vind je volop inspiratie. Van organen op chips tot fast fashion tot het programmeren van een robot – er is altijd wel een onderwerp dat bij jouw interesses past.

Lees meer!

Daedalus intussen, de lange ballingschap op Kreta beu, en bevangen door heimwee naar zijn geboorteplaats, was door de zee ingesloten. "Hij moge nog land en zee versperren," zei hij, "maar de hemel staat zeker open: we zullen langs daar gaan; hij moge alles bezitten, Minos, maar de lucht bezit hij niet."
Zo sprak hij, en hij overweegt vanalles, onbekende vaardigheden, hij verandert de natuur. Want op een rij legt hij veren, beginnende met de kleinste en vervolgens een langere (volgend op een kortere), zodat je zou denken dat ze op een helling gegroeid zijn: zo ook ontstaat de schalmei (veldfluit) eens geleidelijk uit ongelijke riethalmen.
Dan verbindt hij in het midden de veren met touwtjes en onderaan met was, en wanneer ze zo zijn bijeengevoegd buigt hij ze in een kleine welving, zodat hij echte vogels nabootst.
Z'n zoon Icarus stond daar samen met hem, en er zich niet van bewust dat hij speelde met z'n eigen gevaar, greep hij nu eens met stralend gezicht naar de veertjes die de speelse wind heel eventjes had weggeblazen, dan weer drukte hij de gele was even aan met zijn duim, en door zijn spel verhinderde hij het wonderlijke werk van zijn vader.
Nadat de laatste hand was gelegd aan het begonnen werk, bracht de maker (ingenieur) z'n eigen lichaam in evenwicht tussen de twee vleugels en deed hij het (even later) zweven in de (door de vleugels) bewogen lucht.
En hij gaf ook uitleg aan z'n zoon en zei hem: "Ik druk je op het hart, Icarus, de middenkoers te houden, om te vermijden dat wanneer je te laag gaat, de zee je veren verzwaart en wanneer je te hoog gaat, het vuur hen verzengt: vlieg tussen beide. Ik vraag je, kijk niet naar de Ossendrijver, niet naar de Grote Beer, niet naar het getrokken zwaard van Orion (de Jager): vervolg je weg onder mijn leiding!" Op dezelfde manier deelt hij hem de regels van de vliegkunst mee, en maakt aan zijn schouders de nog niet vertrouwde vleugels vast.
Bij het werk en bij de raadgevingen werden de wangen van de oude man nat, trilden de handen van de vader. Hij gaf kussen aan zijn kind - het zouden de laatste zijn - en door de veren opgelicht vliegt hij voorop, bezorgd voor zijn gezel, zoals de vogel die vanaf zijn hoge nest z'n lieflijke kroost door de lucht leidt; hij spoort hem aan te volgen en leert hem onheilbrengende kunsten, z'n eigen vleugels beweegt hij en hij kijkt om naar die van zijn kind.
Zij werden gezien door iemand terwijl hij met trillende hengel vissen ving, en door een herder die leunde op z'n stok en door een boer die leunde op z'n ploegstaart. Die (drie) waren verbaasd en geloofden dat zij die de hemel kunnen doorklieven, goden zijn.
Reeds verscheen links het aan Juno gewijde Samos (Delos en Paros waren reeds achter hen), het eiland rechts was Lebinthos en het door honing vruchtbare Calymne. Toen begon de jongen te genieten van de vermetele vlucht en verliet hij zijn gids, en aangetrokken door het verlangen naar de hemel, ging hij hoger en hoger.
De nabijheid van de verterende zon maakt de geurige was, bindmiddel van de veren, zacht; (op den duur) was de was al gesmolten: hij slaat zijn blote armen, maar bij gebrek aan een vliegmiddel heeft hij geen vat meer op de luchtstroom. Zijn mond die het woord vader nog uitroept, wordt verzwolgen door de diepblauwe zee, die aan hem haar naam ontleent.
Maar de ongelukkige vader, eigenlijk geen vader meer, riep uit: "Icarus," riep hij, "Icarus, waar ben je? In welke streek moet ik je nu zoeken, Icarus?". Zo riep hij, en (plots) zag hij de veren in de golven, vervloekte zijn vaardigheden, en begroef het lichaam in een graf; en de aarde (het eiland) werd daar genoemd naar de naam van de begravene.

2) http://www.geocities.com/Athens/Aegean/1655/daedalus.htm

Voorbereiding tot de vlucht

Daedalus ondertussen die Kreta en zijn lange ballingschap haatte en die gegrepen was door liefde voor zijn geboorteplaats was opgesloten door de zee. Hij zei: ‘ook al verspert hij de aarde en het water dan toch staat zeker de hemel open; daarlangs zullen wij gaan! Hij kan wel alles bezitten (Ofschoon hij alles bezit), maar de lucht bezit hij niet (… de lucht bezit hij niet), (die) Minos.' Hij heeft gezegd en hij stuurde zijn geest naar onbekende kunsten en hij vernieuwde de natuur, hij plaatst immers veren op een rij, vanaf de kleinste veer begonnen, terwijl een kortere veer op een lange volgt, zodat je denkt dat ze op een heuvel gegroeid zijn: zo wordt doorgaans een panfluit breder door ongelijke rietpijpjes. Dan bindt hij de veren in het midden vast met touw en de onderste veren met was, en hij buigt de veren die zo verbonden zijn in een kleine kromming, om echte vogels na te doen. De jongen Icarus stond erbij en niet wetend dat hij zijn eigen gevaren aanraakte probeerde hij, nu eens met een stralend gezicht telkens de veertjes te pakken, die een licht briesje in beweging gebracht had, dan weer maakte hij telkens de goudgele was zacht met zijn duim en hij hinderde het wonderbaarlijke werk van zijn vader met zijn spel. Nadat de laatste hand aan het werk waaraan hij begonnen was gelegd was, bracht de maker zelf zijn eigen lichaam in evenwicht tussen beide vleugels en hij hing in de (door hem) bewogen lucht. Hij instrueerde zijn zoon en zei: ‘Icarus, ik waarschuw je om over de middenbaan te snellen om te voorkomen dat, als je te laag zult gaan, de golf (het water) jouw veren zwaar maakt en als je te hoog zult gaan het vuur (de zon) ze verbrandt. Vlieg tussen beide in, en ik beveel jou niet te kijken naar Bootes of naar Helice en het getrokken zwaard van Orion: leg onder mijn leiding de weg af.' Tegelijkertijd geeft hij vlieglessen en bevestigt de onbekende vleugels aan de schouders.

De vlucht en zijn noodlottige einde

Tussen het werk en de waarschuwingen werden de wangen van de oude man nat, en trilden de handen van de vader. Hij gaf kussen aan zijn zoon die niet herhaald konden worden en zich verheffend op zijn vleugels vliegt hij voorop en vreest voor zijn metgezel, zoals een vogel, die vanaf een hoog nest zijn tere kroost de lucht inleidt, en hij spoort hem aan te volgen en hij onderwijst een schadelijke kunst en hij beweegt zelf zijn eigen vleugels en kijkt om naar die van zijn zoon. Terwijl iemand met een trillende hengsel vissen probeerde te vangen, zag hij dezen of ook een herder geleund op zijn stok, of een ploeger geleund op een ploegstaart, en ze stonden stomverbaasd, en geloofden dat zij die konden vliegen (de lucht konden plukken) goden waren. En reeds lag Samos, aan Iuno gewijd, links – achtergelaten waren en Delos en Paros –, rechts lag Lebinthos en Calymne rijk aan honing, toen de jongen zich begon te verheugen over zijn stoutmoedige vlucht en zijn leider in de steek liet en gegrepen door begeerte naar de hemel HOGER (TE HOOG) zijn weg koos: de nabijheid van de verzengende zon maakt de geurige was, de verbinding van de veren, los. Gesmolten was de was: hij slaat met zijn naakte armen en omdat hij zijn roeituig mist vangt hij geen enkele lucht meer op, en zijn mond die de naam van zijn vader schreeuwt wordt opgevangen door het blauwe water, dat zijn naam ontleend heeft aan hem. Maar de ongelukkige vader en eigenlijk geen vader meer zei: ‘Icarus, Icarus,' zei hij. ‘Waar ben jij? In welke regio moet ik jou zoeken?' ‘Icarus,' zei hij telkens weer: hij keek naar de vleugels in de golven en hij vervloekte zijn kunst en borg het lichaam in een graf, en het land is genoemd naar de naam van degene die begraven is.

3) http://digischool.bart.nl/kt/ovid-2.txt

vertaling/copyright Lies van Doren

Daedalus en Icarus
Ondertussen was Daedalus omsloten door de zee, Kreta en zijn lange
ballingschap beu geraakt door heimwee naar zijn geboorteplaats. Hij zei: <
ook al verspert hij de aarde en de zee, maar de hemel is zeker
toegankelijk, daarlangs zullen we gaan. Minos mag dan alles bezitten, de
lucht bezit hij niet.>

Zo sprak hij en overwoog in zijn geest onbekende kunsten en veranderde de
natuur. Want hij legde de veren op een rij, beginnend bij de kleinsten,
terwijl lange een kortere volgde, zodat je zou denken dat ze op een helling
gegroeid zijn: zo ontstaat een schalmei langzamerhand uit ongelijke
riethalmen. Toen bond hij ze in het midden aan elkaar met vlas en aan de
uiteinden met was en boog de zo gerangschikte veren in een kleine welving
zodat hij echte vogels nabootste. De jongen Icarus stond erbij en onwetend
dat hij speelde met zijn eigen gevaar, nu eens probeerde hij met een
stralend gezicht te grijpen naar de veertjes, die de speelse wind had
bewogen, dan weer probeerde hij met zijn duim de goudgele was zacht te
maken en door zijn spel verhinderde hij het wonderlijke werk van zijn
vader.Nadat de laatste hand aan het werkstuk gelegd was, bracht de maker
zelf zijn lichaam in evenwicht op beide vleugels en zweefde hij in de
bewogen lucht.

En hij onderrichtte zijn zoon en zei: < Opdat je de middenweg vliegt,
Icarus, ik waarschuw je opdat, als je lager zult gaan het water de veren
verzwaart en opdat je hoger zult gaan het vuur ze verzengt: vlieg tussen
beiden. en ik beveel je de Ossendrijver of de Grote Beer en het getrokken
zwaard van Orion niet te bekijken: volg, met mij als leider, de weg !>
Tegelijkertijd leverde hij de voorschriften van het vliegen en maakte hij
vreemde vleugels vast aan de schouders.

Tijdens het werk en de waarschuwingen werden de wangen van de oude wangen
nat en begonnen de vaderlijke handen te trillen. Hij gaf zijn zoon zoenen
die niet opnieuw herhaald konden worden en zich verheffend op zijn vleugels
vloog hij voorop en vreesde hij voor zijn metgezel, zoals een vogel, die de
tedere kroost vanaf het hoge nest voorleidt naar de lucht en hij spoorde
aan te volgen en hij onderwees hem onheilbrengende kunsten en bewoog zelf
zijn vleugels en keek om naar de vleugels van zijn zoon.
Iemand zag hen en stond verstomd, terwijl hij vissen probeerde te vangen
met een trillende hengel, of een herder steunend op zijn stok, of een boer
leunend op de ploegstaart en geloofde dat het goden waren die door de lucht
konden vliegen. Aan de linkse kant was het Samos van Juno al ( Zowel Delos
als Paros waren achtergelaten ) rechts waren het Lebinthos en Calymne,
vruchtbaar door zijn honing, toen opeens de jongen begon plezier te krijgen
in de vlucht, verliet hij de vader en gedreven door begeerte naar de hemel
aangetrokken, de nabijheid van de zon verzachtte het bindmiddel van de
veren, de geurige was. De was was gesmolten: hij sloeg met blote armen op
en neer en door de missende roeiriemen ving hij geen enkele wind op en de
mond, die de naam van zijn vader riep, werd opgevangen door het diepblauwe
water, dat zijn naam aan hem heeft ontleend.

Maar de ongelukkige vader, reeds geen vader meer, zei:< Icarus, Icarus,
waar ben je ? In welke streek moet ik je zoeken ? Icarus !> bleef hij maar
zeggen. Hij zag de veren in de golven en hij vervloekte zijn kunsten, en
hij begroef het lichaam in een graf en de aarde is naar de naam van de
begravene genoemd.

4) http://www.jeroensteeman.nl/boek/daedal.htm

Intussen was Daedalus, Kreta en de lange ballingschap hatend en aangeraakt door de liefde voor zijn geboorteplaats, ingesloten door de zee. "Ook al verspert hij de landen en het water", zei hij "maar de hemel staat toch zeker open: daarlangs zullen wij gaan! Ook al bezit hij alles, de lucht bezit Minos niet."
Zo sprak hij, en hij verdiepte zich in onbekende kunsten en hij vernieuwde natuurkunde. Want hij legde de veren op een rij, begonnen bij de kleinste, terwijl een langere weer een kortere opvolgt, zodat je denkt dat ze in een stijgende lijn groeien: zo wordt menigmaal de herdersfluit breder door langzamerhand ongelijke rietpijpjes.
Toen verbond hij met de draad de veren in het midden en de veren van onder met was, en hij boog de samengestelde veren tot een kleine bocht om echte vogels na te bootsen. De jongen Icarus stond er bij en, niet wetend dat hij bezig was met zijn gevaren, probeerde met een stralend gezicht nu eens veren te pakken die een ronddwarrelend briesje hadden bewogen, dan weer maakte hij de goudgele was met zijn duim zacht en belemmerde zo met z'n spel het wonderbaarlijke werk van zijn vader.
Nadat de laatste hand was gelegd aan het werk waaraan hij begonnen was, bracht de maker zelf zijn lichaam in evenwicht tussen de beide vleugels en hing in de bewogen lucht. Hij onderrichtte ook zijn zoon en zei "Ik vermaan je, Icarus, dat je in de middelste baan vliegt, zodat niet als je lager zal gaan het water de veren te zwaar maakt of als je hoger zou gaan, het vuur ze verschroeit. Vlieg tussen elk van beiden! Ik beveel dat jij niet naar de Ossendrijven, de Grote Beer of het getrokken zwaard van de Jager kijkt: leg de weg af terwijl ik je leider ben." Tegelijkertijd leverde hij de voorschriften van het vliegen en maakte de onbekende vleugels vast aan de schouders.
Tijdens het werk en de waarschuwingen werden de wangen van de oude man vochtig, en de handen van de vader beefden. Hij gaf zijn zoon kussen die niet weer herhaald zouden worden en met zijn vleugels zich verheffend vloog hij voorop en hij maakte zich bezorgd om zijn volgeling, - zoals een vogel die zijn kroost naar voren bracht vanaf een hoog nest in de lucht: en hij spoorde hem aan te volgen en hij leerde de schadelijke kunsten en hij bewoog zijn vleugels en hij keek om naar die van zijn zoon. Iemand zag hen, terwijl hij met een trillende hengel vissen probeerde te vangen, of een herder steunend op zijn stok of een ploeger steunend op de ploegstaart en hij stond stomverbaasd, en hij geloofde dat diegene omdat ze door de lucht konden vliegen goden waren.
En het aan Juno geweide Samos was al aan hun linkerkant - Delos en Paros waren al achtergelaten - aan de rechterkant was Lebinthos en Calymne rijk aan honing: toen de jongen zich begon te verheugen in het stoutmoedige vliegen en zijn leider verliet en door begeerte naar de hemel getrokken, nam hij een hogere route. Maar de nabijheid van de verzengende zon maakte de geurende was, de verbinding van de veren, zacht. De was was gesmolten: hij sloeg met zijn naakte bovenarmen en terwijl hij zijn roeituig miste, ving hij geen enkele lucht op. En zijn mond, roepende de naam van zijn vader werd opgevangen door het blauwgroene water. Dat heeft zijn naam aan hem ontleend. Maar de ongelukkige vader, die al geen vader meer was, zei "Icarus, Icarus waar ben je? In welke streek moet ik je zoeken?" "Icarus?" zei hij: hij zag de veren in de golven; en hij vervloekte zijn kunst en verborg het lichaam in een graf, en het land is genoemd naar de naam van de begravene.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.