Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

De Oratore I, 8, 30-34

Beoordeling 9.5
Foto van een scholier
  • Vertaling door een scholier
  • 6e klas aso | 542 woorden
  • 30 juni 2021
  • 2 keer beoordeeld
Cijfer 9.5
2 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie

De Oratore I, 8, 30-34

Vertaling:

“Niets aan mij, inderdaad,” zei hij, “schijnt voortreffelijker dan door te praten een samenkomst van mensen te kunnen vasthouden; de aandacht te trekken; de wil te drijven waarheen hij wil, en weg te leiden vanwaar hij wil: deze ene zaak heeft in elk vrij volk en de meest vredevolle en rustige steden/maatschappijen vooral altijd gebloeid en altijd geheerst. Want wat is zo wonderbaarlijk als wanneer uit een oneindige menigte van mensen, er eentje opstaat, die dat wat gegeven is door de natuur aan iedereen, ofwel alleen ofwel met weinigen kan doen.

“Wat is zo plezierig om aan te horen als een rede die tot in de finesses verfraaid is met wijze gedachten en indrukwekkende woorden? Wat getuigt van zoveel macht en luistert als het feit dat een roerige massa, scrupuleuze rechters en waardige senatoren door de woorden van één enkele man tot andere gedachten worden gebracht?

“Wat is voorts zo koninklijk, zo edel, zo weldadig als hulp bieden aan smekelingen, bedrukten bemoedigen, mensen redding brengen, bevrijden uit gevaren en vrijwaren voor verbanning? Wat is zo onontbeerlijk als steeds wapens in handen te hebben waarmee men zichzelf kan beschermen, schurken ter verantwoording kan roepen of wraak kan nemen als men wordt aangevallen?

“Kom, opdat jij altijd nadenkt in het forum, in de rechtbank, in de spreekstoel, in het Senaatsgebouw, wat kan in de vrije tijd aangenamer of meer eigen zijn aan de menselijkheid, dan een gesprek voeren die in geen enkele zaak onbeschaafd is? Want in dit ene overtreffen wij het meest de beesten, namelijk dat wij tussen ons spreken en dat wij door te spreken ideeën kunnen uitdrukken. Wie zou zich daarom onterecht verwonderen over dit, en daarin het hoogst uitgewerkt moet worden, en zou oordelen opdat de mens in dat ene de dieren het meest overtreft, in dat ene de mensen zelf overtreft?

“Om nu al tot die hoogtepunten te komen, welke andere kracht kon ofwel verspreide mensen verzamelen op één plek, ofwel hen wegleiden van het dierlijke en wilde leven naar deze menselijke en geciviliseerde beschaving, ofwel wetten, oordeelprocessen en rechten opschrijven voor reeds gestichte burgerrechten.”

Parafrase:

Deel 1:

Crassus vindt niks beter dan iemand die voor een grote groep de aandacht kan trekken door te spreken, en die aandacht ook kan houden. Deze kunst kent vooral een bloei in vredevolle situaties. Crassus is ook de enige die dit talent kan benutten volgens hem.

Deel 2 & 3:

Crassus bewondert nu ook andere zaken die men kan bereiken met redevoering. Men kan mensen tot andere gedachten brengen, anderen hulp bieden, zichzelf beschermen, wraak nemen. Ook is de geleerdheid achter een redevoering aangenaam om aan te horen.

Deel 4:

Spreken is sowieso al een kwaliteit die enkel mensen kunnen. Daarom is de mens superieur tegenover de dieren, die deze kwaliteit niet bezitten. Hij wil ook dat de mens leert om goed te spreken, om dus de retoriek in te oefenen.

Deel 5:

Hij somt nog eens alle zaken op die men kan bereiken met de redevoering, namelijk dat je een grote groep mensen kunt boeien en bijeen kan houden; dat wij een superioriteit hebben tegenover de dieren; en dat je wetten, oordelen en rechten kunt opschrijven.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.