Dylan Thomas - Hunchback in the park

De bultenaar in het park
1 De bultenaar in het park Een eenzame heer Steunend tussen bomen en water Vanaf de opening van het tuinslot Dat de bomen en het water laat samenkomen Tot de zondagse melancholische klok bij het donker
7 Brood etend van een krant Water drinkend uit een beker Die de kinderen hebben gevuld met kiezels In het fonteinwater waar ik met mijn schip zeilde Sliep ’s nachts in een hondenhok Maar niemand die hem vastketende
13 Zoals de vogels kwam hij vroeg Zoals het water zat hij neer En meneer riepen ze ‘hey meneer’ De spijbelende jongens uit de stad Weglopend nadat hij ze duidelijk hoorde Waar ze niet meer gehoord konden worden 19 Voorbij het meer en de grote keien Lachend wanneer hij zijn krant schudde Ze bogen zich om hem uit te lachen Door de lawaaierige zoo van wilgenvegetatie De parkwachter ontwijkend Met zijn stok die bladeren oppikt

25 En de oude bultenaar Alleen tussen verpleegsters en zwanen Terwijl de jongens tussen de wilgen De tijgers boos maakten Om te brullen op de kunstmatig gelegde stenen En de vegetatie was blauw met zeilers
31 Bleven daar tot de bel ging Een perfect vrouwelijk lichaam Rechtop als een jonge Olm Rechtop en groot van zijn gebogen takken Dat ze in de nacht mocht staan Achter de sloten en kettingen
36 De hele nacht in het wanordelijke park Achter de tralies en vegetatie De vogels, het gras, de bomen, het meer En de wilde jongens, onschuldig als aardbeien Hebben de bultenaar gevolgd Naar zijn hondenhok in het donker