Ben jij 16 jaar of ouder? Doe dan mee aan dit leuke testje voor het CBR. In een paar minuten moet je steeds kiezen tussen 2 personen.

Meedoen

Alles over werkwoorden H3-9

Beoordeling 5.4
Foto van een scholier
  • Uiteenzetting door een scholier
  • 1e klas havo/vwo | 968 woorden
  • 9 februari 2009
  • 33 keer beoordeeld
Cijfer 5.4
33 keer beoordeeld

Fortuna:alles over de Werkwoorden Hoofdstuk 3 tot en met 9

Werkwoorden (verbum)
• 3de persoon enkelvoud (singularis): herkenbaar aan de uitgang –t (persoonsuitgang van het werkwoord)
• Werkwoorden staan meestal achteraan in de zin.
Meervoud van het werkwoord ( 3de persoon meervoud = pluralis)
• herkenbaar aan de uitgang -nt
• net als bij 3de persoon enkelvoud van een werkwoord geldt ook bij 3de persoon meervoud dat je het onderwerp moet aanvullen in de Ned. vertaling als het onderwerp ontbreekt.
• Onderwerp aanvullen bij 3de persoon meervoud doe je met “zij”.

• Meervoud van est ‘hij’ is sunt ‘zij zijn’.
Hele werkwoord (infinitivus) ( het tegenovergestelde van de persoonsvorm)
• Herkenbaar aan de uitgang -re
• salutare –salutat
• iacëre – iacet
• audire - audit
• infinitivusvorm van est is onregelmatig ( est – esse ‘(te) zijn’.
• juiste vertaling is onbepaalde wijs ( niet door een persoon bepaalde wijs), dus infinitivus = onbepaalde wijs ( dus niet hele werkwoord)
Werkwoordgroepen
We beginnen met 3 groepen werkwoorden
1 WW met –a- voor persoonsuitgang bijv. saluta-t
2 WW met –e- voor persoonsuitgang bijv. iace –t
3 WW met –i- voor persoonsuitgang bijv. audi-t
Persoonsvorm: Latijn heeft een echte persoonsvorm. In het Nederlands moet je persoon in de vorm van een persoonlijk voornaamwoord nog toevoegen. In het Latijn zit het er al in gebakken. De persoonsuitgang is aan de stam toegevoegd.
Persoonsvorm = aantonende wijs of indicativus

Persoonsuitgang en stam
De letter(s) waaraan je ziet welke persoonsvorm (indicativus) wordt aangeduid ( 3e enkelvoud (-t) of 3e meervoud (-nt)) is/zijn de persoonsuitgang, -t is dus enkelvoud en –nt is meervoud.
Haal je de letters van de persoonsuitgang eraf (-t of –nt) dan blijft de stam over.
Aan de stam wordt de persoonsuitgang toegevoegd
Nu de vervoeging van de drie werkwoordgroepen:

3e enkelvoud salutat iacet audit
3e meervoud salutant iacent audiunt Let op! er wordt een u tussen de stam en uitgang ingevoegd
tegenwoordige tijd = het praesens
verleden tijd = perfectum herkenbaar aan de letter –v achter de stam en voor de persoonsuitgang.
Persoonsuitgangen van het perfectum:
1 3e persoon enkelvoud de uitgang –it
2 3e persoon meervoud de uitgang –erunt

3e enkelvoud saluta-v-it audi-v-it
3e meervoud saluta-v-erunt audi-v-erunt
Vertaling van de perfectumvorm kan op twee manieren:
1 onvoltooid verleden tijd audivit hij hoorde salutaverunt zij groetten
2 voltooid verleden tijd audivit hij heeft gehoord salutaverunt zij hebben gegroet


tegenwoordige tijd = het praesens
Vervoeging van de a-/ I e-/ II en i-/IV stammen
Aan de stam wordt de persoonsuitgang toegevoegd
Het zuiverste rijtje is die van de e-stam iacceo ( stam en persoonsuitgang blijven duidelijk zichtbaar) uitgangen zijn: o , s, t, mus, tis, nt.
a- stammen e- stammen i- stammen
1e pers enk. saluto ik groet iaceo ( ik lig) audio (ik hoor)
2de pers enk salutas jij groet iaces audis
3de pers enk salutat hij/zij/het groet iacet audit
1e pers mv salutamus wij groeten iacemus audimus
2de pers mv salutatis jullie groeten iacetis auditis
3de pers mv salutant zij groeten iacent audiunt
Bij de a- stammen verdwijnt in de stam de a in de uitgang –o saluta o wordt saluto
Consonantstam ( consonant = medeklinker)
De stam van een aantal Latijnse werkwoorden eindigt op een medeklinker. Deze werkwoorden worden als volgt vervoegd.
1ste pers.enkv. mitto 1ste pers. mv. mittimus inf. : mittere

2de pers. enkv. mittis 2de pers. mv. mittitis
3de pers. enk. mittit 3de pers. mv. mittunt

De stam waarmee de praesens (t.t) wordt gevormd heet de preasssensstam
We hebben 4 typen werkwoorden gehad ( a stam, e stam, consonant stam en i stam)
Bij de consonant stam wordt tussen de stam en de persoonsuitgang vaak een klinker gezet.( i of u , dit noemen we een bindvocaal)
De laatste groep: Capio groep of gemengde groep
Een aantal werkwoorden heeft een gemengde vervoeging. Dit gaat voor een deel volgens de consonant- en voor een deel volgens de i-groep.
capio capimus inf.: capere
capis capitis
capit capiunt

Consonantstam en capiogroep zijn in de woordenlijsten genummerd (3)
Let op! Verschil tussen consonantstam en capiogroep
1ste persoon enkelvoud capiogroep gaat altijd uit op -io
1ste persoon enkelvoud consonantstam gaat altijd uit -o

Imperfectum verleden tijd herkenletters zijn –ba-  wordt vertaald met een onvoltooid verleden tijd.  geeft situatie of toestand weer. OVT (onvoltooid verleden tijd)
a-stam e-stam cons.-stam i-stam Capio groep uitgang

saluta bam iace bam mitt ebam audiebam capiebam bam
saluta bas iace bas mitt ebas audiebas capiebas bas
saluta bat iace bat mittebat audiebat capiebat bat
saluta bamus iace bamus mittebamus audiebamus capiebamus bamus
saluta batis iace batis mittebatis audiebatis capiebatis batis
saluta bant iace bant mittebant audiebant capiebant bant

Consonantstam en Capiogroep zijn bij het imperfectum niet onregelmatig

Perfectum verleden tijd  herkenbaar aan letter v achter de stam, voor de persoonsuitgang  geeft een gebeurtenis weer. VTT (voltooid tegenwoordige tijd)  herkenbaar aan V. Dubbel T staat voor dubbele vertaling: hij heeft geroepen/hij riep.

a-stam e-stam
e wordt u i-stam uitgang
salutav-i apparu-i audiv-i i
salutav-isti apparu-isti audiv-isti isti
salutav-it apparu-it audiv-it it
salutav-imus apparu-imus audiv-imus imus
salutav-istis apparu-istis audiv-istis istis

salutav-erunt apparu-erunt audiv-erunt erunt

appareo preasensstam is appare perfectum is apparu

Er zijn ook onregelmatige perfectumstammen. Die staan apart in de woordenlijst vermeld.
Het gaat hier om de woorden in de consonantstam of medeklinkerstam en de capiogroep
bijv. mitto perfectum misi (perfectumstam mis-)

accipio accepi; 1)ontvangen, verkrijgen 2)vernemen
{capio groep}
amitto amisi; verliezen {mk stam}
bibo bibi; drinken {mk stam}
capio cepi; pakken, nemen {capio groep}
cognosco cognovi; leren kennen, vernemen {mk stam}
convenio conveni; samenkomen {i stam groep}
curro cucurri; rennen {mk stam}
video vidi; zien {e stam}
moveo movi; bewegen, verplaatsen {e stam}

veto vetui; verbieden {a stam}
intellego intellexi; begrijpen {mk stam}
ardeo arsi; branden, in brand staan {e stam}
facio feci; 1)maken 2)doen {capio groep}
occido occidi; doden {mk stam}
deicio deieci; neerwerpen, laten vallen {capio groep}
effugio effugi; ontvluchten, ontkomen {capio groep}
relinquo reliqui; achterlaten {mk stam}
defendo defendi; verdedigen, beschermen {mk stam}
dico dixi; zeggen {mk stam}
do (da) dedi; geven {a stam}
duco duxi; leiden, brengen {mk stam}
fugio fugi; vluchten {capio groep}
gero gessi; 1)dragen 2)(oorlog)voeren
Verschil:

Imperfectum verleden tijd herkenletters zijn –ba-  wordt vertaald met een onvoltooid verleden tijd.  geeft situatie of toestand weer. OVT enkel T voor enkele vertaling, hij riep.

REACTIES

H.

H.

goed!

7 jaar geleden

J.

J.

vind ik ook

7 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.