Ontbinden van een drieterm :
Stap 1: Discriminant berekenen
D = 0 ax²+bx+c= a ( x1-x2)²
D > 0 ax²+bx+c = a( x –x1) ( x –x2)
D < 0 Niet te ontbinden
Stap 2: A) Indien mogelijk ontbinden met som en product regel x1 en x2 zoeken
Som regel -b/a
Product regel c/a
B) Als je niet onmiddellijk het product ziet x1en x2 zoeken met de discriminant
X1 x=(-b+√D)/2a
X2 x=(-b-√D)/2a
Oef 1: x²+4x-21
Stap 1: a= 1, b= 4, c= -21
D= b²-4ac
= 4²- 4 . 1. -21
= 100 te ontbinden
Deze gaat met som en product regel : som:
Som: -b/a= -4
Product : c/a= -21 ( -7 x 3)
X1= -7, x2= 3
Opl: ( x+7) ( x-3)
Oef 2: zelfde werkwijze als 1
Oef 3: 5x² -7x+2
Stap 1: a= 5; b= -7, c= 2
D= b²-4ac
= (-7)²- 4 . 4 . -21
= 9 te ontbinden
Deze moet ge met de discriminant doen:
X1 x=(-b+√D)/2a
= 1
X2 x=(-b-√D)/2a
= 2/5
Je moet gewoon invullen zoals in de vorige oefeningen
Opl: 5( x - 2/5) ( x - 1)
= ( 5x – 2) ( x - 1)
Oef 4: niet te ontbinden D < o
Oef 5: zoals oef 3 maken !!!!
Opl: 10( y - 3/5) ( y+ 3/2)
( 10 kan je splitsen in 5 maal 2 zodat men breuken weg vallen)
5( y - 3/5) 2 ( y+ 3/2)
= 5( 5y - 3) ( 2y+ 3)
REACTIES
1 seconde geleden