Wat is dyslexie? Zoals hier op de sheet staat: Is een storing tijdens het transport, in de linkerhersenhelft, van het gedeelte waar de klanken van het oor worden opgevangen, naar de cortex, waar een betekenis wordt verleend aan klanken.
Rond het begrip dyslexie heerst veel mysterie en onbegrip. Dit is te wijten aan het feit dat hardnekkige misverstanden blijven bestaan. Vroeger werd iedereen met lees- of spellingproblemen of problemen als motoriek en oogafwijkingen al snel dyslectisch genoemd. Iemand die lijdt aan dyslexie heeft altijd problemen met het leestempo, spelling, het vergroten van kennis bij het leren lezen, het leren van zogenaamde droge kennis als rijtjes, tafels en soortgelijke informatie, de verwerking van lettertekens en klanken, en het automatisch toepassen van 'droge kennis' en soms hoofdrekenen. Niet iedereen die problemen heeft op het gebied van lezen en spellen is dus automatisch dyslectisch. De problemen kunnen ook komen doordat de persoon onvoldoende begeleid is, niet goed kan leren, andere problemen aan zijn hoofd heeft of geen goed onderwijs heeft gehad.
Wanneer is het te herkennen? Al in de kleuterfase kunnen kenmerken worden waargenomen die duiden op dyslexie. In een later stadium wordt vaak dyslexie geconstateerd bij kleuters die moeite hebben met het onthouden van bijvoorbeeld liedjes, feiten als links en rechts, het exact nazeggen van woorden of zinnen en het in de juiste volgorde plaatsen van klanken in woorden. Als deze kleuters leren lezen hebben ze moeite met het onthouden van klanken of woorden. Ze lezen haperend en kunnen klanken bij letters moeilijk onthouden of verwarren deze. Je merkt dat ze gaan gokken en 'letter voor letter' gaan lezen. Soms veranderen ze woorden in compleet andere begrippen. Bij het spellen worden woorden opgeschreven zoals ze klinken, draaien ze letters om, laten ze woorden weg of voegen ze toe. Vaak kennen ze de spellingsregels wel maar passen ze deze niet toe. Ook bij andere vakken kunnen dyslectici problemen hebben, zoals bij het schrijven van Engelse vakken, het uit het hoofd leren van rijtjes voor aardrijkskunde, hoofdrekenen, excetera.
De uitingen van dyslexie
'Spellers' Sommige kinderen starten goed, maar blijven steken in de fase van het aanvankelijk lezen (rechter hersenhelft). 'De balans blijft rechts hangen' in plaats van meer en meer over te hellen naar links. Deze kinderen lezen weliswaar vrij nauwkeurig, maar de klank-tekenkoppeling en (sommige) deelvaardigheden blijken niet te automatiseren. Ze lezen daardoor traag, spellend, met relatief veel herhalingen en herstellingen. Ze maken vooral veel zogenaamde tijdconsumerende fouten en doen dientengevolge lang(er) over een tekst of woordenlijst. Kinderen met deze leesproblemen worden P-type dyslectici of ook wel 'spellers' genoemd.
'Raders' Anderzijds zijn er kinderen waarbij 'de balans te vroeg omslaat'. Zij zijn nog niet 'rijp' voor het lezen met de linker- hersenhelft. Hun leesstijl is relatief snel maar onnauwkeurig. Zij hebben 'onvoldoende oog' voor wat er precies staat. Ze lezen een woord dat op het geschreven woord lijkt (bijvoorbeeld "verband" in plaats van "verstand" ) raden op grond van de context van een zin of verhaal (bijvoorbeeld "flat" in plaats van "huis") ze -voegen woorden aan de zin toe of laten woorden weg. Zij maken vooral veel zogenaamde substantieve (echte) fouten. Deze kinderen worden L-type dyslectici of 'raders' genoemd.
Gecombineerde problematiek Niet alle kinderen kunnen in één van bovengenoemde typen ingedeeld worden. In de praktijk komen ook kinderen voor die zowel kenmerken van spellers als van raders vertonen. Het type fouten en de leesstijl kan binnen een tekst variëren of afhankelijk zijn van de moeilijkheidsgraad van een tekst of woordenlijst. Het lijkt of zij 'lezen met twee hersenhelften', tegelijk of afwisselend.
Initiële dyslexie In tegenstelling tot de spellers die nog enigszins woorden en tekst kunnen lezen (AVI-1, 2 of 3 niveau), komt bij de kinderen met initiële dyslexie het lees-leer-proces in het geheel niet op gang. Het merendeel van de deelvaardigheden wordt onvoldoende beheerst en/of niet geautomatiseerd. Woord- en tekstlezen lukt nog niet of slechts zeer moeizaam. Zij kunnen daarom al in groep 3 stagneren.
Latente dyslexie Kleuters uit groep 1 en 2 hebben nog geen leesonderwijs genoten. Er kan nog geen sprake zijn van manifeste dyslexie, zoals in bovengenoemde gevallen. Toch kunnen er dan al signalen zijn, op grond waarvan onder andere ouders en/of leerkrachten vermoeden, c.q. op grond waarvan wij kunnen constateren dat het kind dyslexie zal ontwikkelen. Er is een aantal risicofactoren van dyslexie bekend. Het gaat dan om bepaalde basale vaardigheden die zich niet (volledig) ontwikkelen. Ook een familiaal voorkomen is een risicofactor. Met behulp van een aantal kleutertests is na te gaan of het kind inderdaad risico loopt dyslectisch te worden. We spreken dan van 'latente dyslexie'.
Dyslexie op oudere leeftijd Het is mogelijk dat een kind de basisschool (redelijk) goed heeft doorlopen. In het vervolgonderwijs worden er echter andere en hogere eisen aan het kind gesteld. Men krijgt te maken met meerdere vakken, meerdere docenten en er moet vaak meer huiswerk gemaakt worden dan het kind gewend is. Er is sprake van (grotere) tijdsdruk, werk wordt niet alleen beoordeeld op de inhoud, maar ook op spellingsfouten, docenten zijn niet altijd bekend met het fenomeen 'dyslexie' etc.. Kinderen lopen dan des te meer kans om voor lui, ongemotiveerd (huiswerk zeker niet gemaakt?), dom, etc. uitgemaakt te worden, terwijl dyslectische scholieren juist meer tijd en energie in hun huiswerk (moeten) steken vergeleken met klasgenoten. Helaas worden niet alle inspanningen beloond met voldoendes. Ook na het voortgezet onderwijs kan blijken dat er sprake is van een vorm van dyslexie. Bij het volgen van cursussen en vervolgopleidingen constateert men dan 'ineens' dat er problemen zijn ten aanzien van het studeren, het lezen en/of de spellingsvaardigheid. Een goede diagnostiek, (h)erkenning van dyslectische problematiek en specialistische begeleiding voor deze vorm van '(jong) volwassen-dyslexie', kan dan van groot belang zijn voor iemands carrière.
Hoe te handelen? Allereerst is het belangrijk de dyslexie te accepteren. Zowel de dyslecticus zelf als zijn omgeving moeten onderkennen dat er problemen zijn en dat die altijd op een of andere manier het leren dwars zullen zitten. Zowel de school, als de persoon zelf moeten weten hoe ze met de problematiek moeten omgaan. Belangrijk is dat de problemen zoveel mogelijk worden omzeild en de sterke kanten zoveel mogelijk worden benut. Een voorbeeld hiervan is het gebruiken van plaatjes of gebaren bij het leren van letters. Daarnaast moeten afspraken worden gemaakt met de school, dat de leerling voor bepaalde oefeningen meer tijd krijgt dan de anderen. Tot slot is het nodig dat de leerling meer en aangepaste oefeningen krijgt om lees- en spellingproblemen te verminderen.
De spreekbeurt gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden
I.
I.
Heej iris
Kei goe die spreekbeurt
kuzzz
19 jaar geleden
AntwoordenJ.
J.
bedankt voor de spreekbeurt
-xxx-
18 jaar geleden
AntwoordenY.
Y.
hallo ik heb je verhaal gelezen en haal er veel uit waar mijn zoon ook last van heeft maar waar kan ik nou dat matriaal bestellen
als vast bedankt iris
de groetjes Yvonne
18 jaar geleden
Antwoorden