Het verschil tussen plagen en pesten

Beoordeling 6.8
Foto van een scholier
  • Spreekbeurt door een scholier
  • Klas onbekend | 3034 woorden
  • 1 augustus 2005
  • 139 keer beoordeeld
Cijfer 6.8
139 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
Overweeg jij om Politicologie te gaan studeren? Meld je nu aan vóór 1 mei!

Misschien is de studie Politicologie wel wat voor jou! Tijdens deze bachelor ga je aan de slag met grote en kleine vraagstukken en bestudeer je politieke machtsverhoudingen. Wil jij erachter komen of deze studie bij je past? Stel al je vragen aan student Wouter. 

Meer informatie
Iemand van zijn fiets aftrekken: dat kan plagen zijn. Maar ook pesten. Het is plagen als de kinderen aan elkaar gewaagd zijn: de ene keer doet de een iets onaardigs, een volgende keer is het de ander. Het is een spelletje, niet altijd leuk, maar nooit echt bedreigend. Bovendien duurt het nooit heel erg lang. Door elkaar te plagen leer je zelfs om met conflicten om te gaan. Het hoort bij het groot worden. Pesten kan beginnen als een spelletje, als iets dat leuk is om te doen. Het gepeste kind voelt zich erg ongemakkelijk door het pesten. Het lukt haar of hem niet om terug te plagen, een grapje te maken of onverschillig te blijven. Degene die gepest wordt, wordt heel erg bang en verdrietig en voelt zich hulpeloos. Vaak is er een groepje kinderen dat meedoet met de pestkop, ze lachen wanneer de pester iets gemeens doet maar durven zelf niks te doen. Pesten is bedreigend en het gebeurt niet zomaar een keer, maar iedere dag weer, soms een jaar of langer achter elkaar. Bij pesten wordt een slachtoffer uitgezocht om de baas over te spelen op een heel bedreigende en gemene manier. De pestkop misbruikt zijn macht De pester merkt dat hij of zij succes heeft en dat smaakt naar meer. Bewonderd door andere kinderen gaat hij of zij door met uitschelden, afpakken of schoppen. Door het pesten versterkt de pester zijn of haar plaats in de klas of het vriendengroepje. Na een tijdje wordt het een gewoonte om het slachtoffer te pesten zodra de gelegenheid zich voordoet. Meestal hebben de pestende kinderen niet in de gaten hoe afschuwelijk het pesten is voor degene die gepest wordt. Terwijl het gepeste kind vreselijk bang is voor de pauze of niet op straat durft te spelen, ziet de pester het nog steeds als een lolletje. Pesten lijkt dus op plagen maar er zijn toch grote verschillen. Zoals je al gelezen hebt is pesten veel erger en maakt het de gepeste kinderen heel onzeker. Verschillende vormen van pesten In Nederland zijn ruim 30.000 kinderen per jaar het slachtoffer van pesten. Maar er bestaan veel verschillende vormen van pesten. Meestal worden ze verdeeld in zeven groepen; 1. Met woorden (verbaal) Pesten met woorden is waarschijnlijk één van de meest voorkomende vormen van pesten. Het is vaak gemakkelijker dan de andere vormen omdat de kans dat iemand het merkt niet zo groot is. Het kan immers door te fluisteren of als de meester of juf even de klas uit is. Mensen zeggen wel eens dat schelden geen pijn doet, maar het tegendeel blijkt waar te zijn. Door iemand steeds weer uit te schelden, te vernederen of te bedreigen, gaat de gepeste zich stom voelen en geloven in wat de anderen over hem / haar zeggen. Enkele voorbeelden zijn; - Vernederen: ‘hou jij onze handschoenen maar even vast, dat is toch het enige dat je kunt.’ - Schelden: vuurtoren, stomme sukkel, slome duikelaar enz.. - Dreigen: ‘je vertelt het niet aan de meester anders pakken we je straks’. - Belachelijk maken, uitlachen; ‘wat heb jij een stomme bril zeg, het lijken net twee jampotten op een stokje’ 2. Lichamelijk (non-verbaal) Hiermee wordt het lichamelijk pijn doen bedoeld. Enkele voorbeelden zijn - Trekken aan kleding of duwen - Schoppen en slaan. - Krabben, bijten of aan haren trekken. - Met wapens; messen of stokken. 3. Achtervolging

Achtervolging zorgt er vaak voor dat kinderen heel bang worden om over straat te lopen. Ze zijn bang dat ze ergens door een groepje kinderen worden opgewacht en nemen daarom bijvoorbeeld een andere weg naar school. Ze durven niet meer buiten te spelen enz. Vaak zijn achtervolgingen door de pestkoppen van tevoren bedacht en wordt er met een hele groep afgesproken om het slachtoffers eens lekker te grazen te nemen. Enkele voorbeelden zijn; - achternalopen en opjagen - in de val laten lopen en klemzetten. - opsluiten. 4. Door uitsluiting
Uitsluiting lijkt de minst erge vorm van pesten, maar toch is dit niet waar. Uitsluiting betekent dat er net wordt gedaan of het kind niet bestaat. Het mag nergens aan meedoen, staat tijdens de pauze altijd alleen en heeft geen vriendjes of vriendinnetjes om mee te spelen. Een kind dat op deze manier gepest wordt gaat zich heel eenzaam voelen en heeft de gedachte dat hij / zij anders en minder is dan andere kinderen. Hoe het ook zijn best doet, het lukt hem / har nooit om bij de groep te horen of mee te doen met spelletjes. Hierdoor wordt het kind bang om met andere kinderen om te gaan. Enkele voorbeelden zijn; - niet reageren op wat het kind doet of zegt - niet tegen hem/haar praten. - Uitsluiten: het kind mag niet meedoen met spelletjes, niet meelopen naar huis, niet komen op een verjaardag. 5. Door stelen of vernielen van bezittingen
Het komt vaak voor dat het gepeste kind ineens allerlei spullen kwijt is, potloden, pennen, z’n knikkers enz. De pesters proberen hiermee het kind extra van streek te maken. Vaak zijn ze jaloers op de bezittingen van een ander en zouden ze het zelf ook graag willen hebben. Enkele voorbeelden zijn; - Afpakken van kledingstukken en andere spullen. - Beschadigen van spullen: klieder op boeken, schoppen en gooien met een schooltas of banden lek steken. 6. Door afpersing
Bij afpersing kan het zijn dat gepeste of de meelopers worden gedwongen dingen te doen die ze eigenlijk niet willen. Enkele voorbeelden zijn; - Dwingen om geld of spullen af te geven. - Dwingen om iets voor de pesters te doen: geld of snoep meenemen of een klusje opknappen. 7. Digitaal pesten
Is een nieuw soort van pesten die nog niet erg bekend is. Veel kinderen krijgen dan een anonieme email of sms waarin het kind dan wordt uitgescholden. Sommige kinderen plaatsen bijvoorbeeld ook een bericht op een website met roddels of leugens over een ander kind. Een voorbeeld is; Een tijd geleden hebben vier meisjes van de basisschool van tien en elf jaar, een klasgenootje te koop
aangeboden op het Internet. Ze noemden haar naam en alle adresgegevens en zelfs het telefoonnummer
van het kind thuis. Het gezin werd vervolgens heel erg telefonisch lastig gevallen door vooral mannen, die haar wel wilde kopen. Het Jeugdjournaal wou dit eerst uitzenden maar heeft het daarna toch niet gedaan, omdat ze dan misschien kinderen op een idee zouden brengen. Hoe pesten werkt Hoe werkt pesten nu eigenlijk en wie zij er allemaal bij het pesten betrokken? De kinderen die betrokken zijn bij pesten kunnen we onderverdelen in drie groepen; Kinderen die pesten De eerste groep zijn de pesters. Kinderen beginnen met pesten om allerlei redenen. Het kan zijn dat ze indruk willen maken op andere kinderen, het kan ook zijn dat ze niet weten hoe ze op een goede manier moeten omgaan met leeftijdsgenootjes. Pesters lijken populair in een groep, maar zijn het uiteindelijk niet. Ze proberen populair te worden in de groep door te laten zien hoe sterk ze zijn en wat ze allemaal durven. Via pesten lukt ze dat het makkelijkst: ze krijgen andere kinderen mee bij het te pakken nemen van een slachtoffer. En wie mee doet, loopt minder kans zelf slachtoffer te worden. Het klink misschien raar maar kinderen die pesten zijn vaak erg onzeker. Ze komen heel zelfverzekerd over maar in werkelijkheid zijn ze vreselijk bang om door de anderen niet geaccepteerd te worden. Ze overtreden vaak de regels en verzinnen hoe ze andere kinderen en volwassenen dwars kunnen zitten. Ze zijn er vaak goed in zichzelf 'uit de problemen te praten'. Doorgaans voelen ze zich niet schuldig dat ze pesten, vooral als ze met een groepje zijn. Het slachtoffer zien ze als een stommeling die 'erom vraagt gepest te worden'. Stoer doen
Pesters proberen hun onzekerheid te verbergen door stoer te doen tegenover anderen en kiezen een gemakkelijk slachtoffer uit. Meestal is dit iemand die verlegen is, moeilijk vrienden maakt of andere hobby’s heeft dan de meeste kinderen. Soms is een pestkop iemand die vroeger zelf gepest werd. Om te voorkomen weer het mikpunt van pesten te worden, kan hij of zij zich bijvoorbeeld op de zwemclub of op een andere school agressief gaan opstellen. De pester begint te pesten om aan anderen te laten zien dat hij / zij heel wat durft. Vaak wordt de pester door andere kinderen bewonderd. Hij of zij doet iets dat de anderen nooit zouden durven. De pester merkt hierdoor dat hij of zij succes heeft en dat smaakt naar meer. Bewonderd door andere kinderen gaat zij of hij door met uitschelden, afpakken of schoppen. Door het pesten versterkt de pester zijn of haar plaats in de klas of het vriendengroepje. Na een tijdje wordt het een gewoonte om het slachtoffer te pesten zodra de gelegenheid zich voordoet. Meestal hebben de pestende kinderen niet in de gaten hoe afschuwelijk het pesten is voor degene die gepest wordt. Terwijl het gepeste kind vreselijk bang is voor de pauze of niet op straat durft te gaan, ziet de pester het nog steeds als een lolletje. Zelf problemen

Pesten om stoer te doen komt voor maar vaak is dat niet de enige reden dat de pester een slachtoffer uitzoekt. Vaak hebben kinderen die pesten zelf problemen en zoeken ze een zondebok om zich op af te reageren. Uit onderzoek is namelijk gebleken dat kinderen die zelf gelukkig zijn, niet de behoefte hebben om te pesten. Pesters kunnen bijvoorbeeld boos of verdrietig zijn omdat hun ouders zijn gescheiden of omdat ze thuis te weinig aandacht krijgen. Vaak zijn ze jaloers op degene die ze pesten en vinden het fijn om te zien dat hij of zij zich ook ongelukkig voelt. Verveling
Pesten kan ook het gevolg zijn van verveling. Kinderen die niet weten wat ze in de pauze moeten doen gaan vaak uit verveling een slachtoffer zoeken om hun tijd te verdoen. Kinderen die gepest worden Ander gedrag
Sommige kinderen hebben meer kans om gepest te worden dan andere kinderen. Dat kan met hun uiterlijk samenhangen, maar veel vaker heeft het te maken met hun gedrag, hun gevoelens en de manier waarop ze zich uiten. Bovendien worden kinderen pas gepest in situaties waarin pesters de kans krijgen om een slachtoffer te pakken te nemen, dus in onveilige situaties. Kinderen die gepest worden doen vaak andere dingen dan de meeste leeftijdgenoten in hun omgeving. Ze zijn lid van een actiegroep en niet van een hobbyclub (of andersom). Ze spelen accordeon en geen viool (of andersom). Ze zijn majorette en zitten niet op ballet (of andersom). Hun ouders zijn gewoon getrouwd en niet gescheiden (of andersom). Ze zijn goed in rekenen of juist niet. Aanleidingen genoeg om door anderen gepest te worden als die andere kinderen daar de kans voor krijgen. Zwakke sociale vaardigheden
Veel kinderen die worden gepest hebben moeite om zichzelf te verdedigen. Ze voelen zich machteloos tegenover de pestkoppen. Vaak zijn ze angstig en onzeker in een groep, ze durven niks te zeggen omdat ze bang zijn om uitgelachen te worden. Deze angst en onzekerheid worden versterkt door het pesten. Pesters hebben snel in de gaten welke kinderen gemakkelijk aan het huilen te brengen zijn. Gepeste kinderen voelen zich vaak eenzaam, hebben geen vrienden om op straat te spelen, geen vast clubje in de klas. Soms kunnen ze beter met volwassenen opschieten dan met leeftijdgenoten. Meelopers & toekijkers De meeste kinderen zijn niet direct betrokken bij pesten. Sommigen kijken alleen toe, anderen doen af en toe mee. Dit zijn de meelopers. Er zijn kinderen die niet merken dat er gepest wordt of ze willen het niet weten Doordat meelopers mee pesten met een groep voelen ze zich niet zo erg verantwoordelijk voor de gevolgen voor degene die gepest wordt. Hoewel deze kinderen geen actieve rol spelen bij het pesten, zijn zij medebepalend voor het voortduren van het pesten. De pestende kinderen voelen zich gesterkt door de instemming van de toeschouwers. Als andere kinderen het gepeste kind te hulp komen of tegen de pester zeggen dat hij moet ophouden, verandert de situatie aanzienlijk. Het pesten wordt dan minder vanzelfsprekend. Het helpt als kinderen die minder betrokken zijn bij het pesten zelf, de leerkracht inlichten. Angst om zelf gepest te worden
Meelopers zijn vaak bang om zelf slachtoffer te worden van pesten. Om er zeker van te zijn dat zij zelf niet het slachtoffer worden doen ze mee met de rest van de groep. Vaak voelen zij zich diep van binnen schuldig tegenover de gepeste. Ze zouden wel iets willen doen maar denken dat ze de enige zijn die er zo over denken en durven er daarom niks van te zeggen. Bij de groep willen horen

Het kan zijn dat de meelopers stoer gedrag interessant vinden en denken daardoor populair in een groep te worden. Deze kinderen hebben bewondering voor de pesters en zouden willen dat ze zelf initiatieven durfden te nemen bij het pesten. Waar wordt gepest Op school
Vooral op basisscholen en in het voorgezet onderwijs wordt veel gepest. Ruim zestig procent, van de leerlingen op de basisschool worden wel eens gepest. Deze pesterijen zijn niet zo ernstig en lossen zich meestal vanzelf weer op. 8 % van de kinderen op de basisschool wordt zo erg gepest dat ze er geen raad mee weten, zich verdrietig voelen en soms zelfs niet meer naar school durven. Dat zijn twee kinderen per klas! In het voortgezet onderwijs wordt twee procent van de leerlingen heel regelmatig gepest. Dat is wel minder dan op de basisschool maar nog altijd even erg voor degenen die het slachtoffer zijn. Thuis
Als iemand thuis wordt gepest spreken we meestal van mishandeling. Helaas valt het veel minder vaak op. Sommige kinderen worden door hun vader of moeder afgesnauwd, geslagen of genegeerd. Deze vormen van pesten hebben een hele negatieve invloed op kinderen. Je ouders zijn namelijk degenen die je opvoeden. Je wilt graag dat ze trots op je zijn. Wanneer een kind van zijn ouders steeds te horen krijgt dat hij dom is, er niet uitziet of niks goed doet wordt hij heel onzeker en krijgt een minderwaardigheidsgevoel. Dat betekent dat hij zichzelf minder waard vindt dan anderen. Kinderen die heel vaak gepest worden gaan de woorden van hun ouders geloven. Zij zijn volwassen, dus zij zullen het wel weten. Op straat
Pesten op straat wordt meestal zinloos geweld genoemd. Iemand wordt onderweg naar school door een groep van zijn fiets gesleurd, in elkaar geslagen of uitgescholden. Deze vorm van pesten komt helaas heel veel voor. De afgelopen jaren is er veel meer geweld op straat. Dit heeft er voor gezorgd dat veel mensen ’s avonds niet meer over straat durven. Mensen voelen zich niet meer veilig en willen daarom dat er actie wordt ondernomen. De afgelopen jaren zijn er heel veel organisaties opgericht die proberen om iets tegen het geweld te doen. Ze willen bijvoorbeeld meer politie en camera’s in hun buurt om de veiligheid te verbeteren. Verhalen van kinderen die werden/worden gepest Pesten is nooit leuk. Zelf werd ik op de lagere school al gepest en op de middelbare school ook. Ik was een beetje dik dus werd ik al snel gepest. Ik zat op de middelbare school, deed de verzorging en zat er al een jaar, en ik werd nog steeds gepest. Vaak zo van: ,,Jezus jij mag ook wel eens wat afvallen''. Ik werd er stront ziek van en verdrietig dat ik besloot om niet meer te eten. Na 6 weken [ tijdens de schoolvakantie] kwam ik terug op school en was ik al 35 kilo afgevallen en iedereen, zelfs mijn lerares gezondheidshunde zei van: ,,Nou dat heb je goed gedaan''. Ik woog ondertussen nog maar 60 kg [1.82 m]. Ik at alleen nog maar 1 bak vla zonder vet in de ochtend en avond. dat heb ik zo'n 3 jaar gedaan en ik woog natuurlijk niet veel meer. Ik ben nu weer op gewoon gewicht, maar vind het zo stom dat mijn lerares gezondheidskunde er niks aan deed terwijl wij van haar allerlei dingen leerden van anorexia en bolimia en andere eetstoornissen. Ik vind dat leraren en leraressen er meer op moeten gaan letten hoe kinderen zich gedragen. Groetjes Judith
In ± groep 4 werd ik erg gepest en uitgescholden voor brillejood en dikzak enzo. Ik ben best dik en heb een bril. Ik trok me dat erg aan, en begon vaak te huilen. Daarna verhuisden we naar een andere plaats dus ook andere school, em ook daar werd ik erg gepest. Ik kreeg woedeaanvallen, als iemand bijv. over mij roddelde, of mij pestte of als ik dacht dat ze over mij praatten dan gooide ik met potloden en scheurde tekening kapot. Niemand begreep dat. Ik ging naar een therapeut, en dat hielp wel een beetje .Daarna verhuisden we weer en daar had ik ook nog woedeaanvallen maar wel wat minder. Gelukkig had ik daar meer vrienden, maar ik werd nog steeds gepest. Toen verhuisden we weer, intussen zat ik in groep 7. Nog steeds werd ik gepest. Later werd er gestopt met pesten. Eindelijk had ik vrienden. Maar nou had iedereen ruzie met 2 meisjes, en daar kon ik het juist heel goed mee vinden, dus daar werd ik weer mee gepest. Ik verhuisde weer. Dan zijn we bij nu. Ik word nu niet echt meer gepest, alleen door een groepje van 3 kinderen. Ze zeggen best wel flauwe dingen. Maar ik heb gelukkig geen woede aanvallen meer. Maar ik ben nog steeds erg boos op de leraren en leraressen die mij in al die jaren niet hebben geholpen. Groetjes Nicole
Wat te doen tegen pesten Pesten is niet leuk, je wilt dan natuurlijk ook dat het zo snel mogelijk stopt. Hier zijn een paar oplossingen: - Vertel het aan iemand die je vertrouwt, bijvoorbeeld je leraar of je ouders. Veel kinderen vinden dit eng omdat de pesters zeggen dat ze je in elkaar gaan slaan als je het vertelt, maar het is wel de beste oplossing. - Zeg tegen de pesters dat je het niet leuk vindt wat ze doen, soms bedoelen de pesters het maar als een grapje en weten ze niet dat je het zo erg vindt. - Bel de kindertelefoon. Het nummer is 0800 0432 het is gratis, en bereikbaar van 14.00 tot 20.00 uur. Je kunt de kindertelefoon ook mobiel bellen. Het nummer is 0900 0132, het kost 20 eurocent per minuut
plus de kosten van je mobiele telefoon.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.