VOORWOORD
Dit werkstuk gaat over noodweer. Ik doe erg mijn best om dit werkstuk leuk en interessant te maken. Ik hoop dat ik er, net als jij, veel van zal leren. Ik ben er dankzij mijn moeder en het reality programma Explosief Real TV op gekomen om dit onderwerp te kiezen. Ik zal het vooral over onweer, regen, bliksem en nog veel meer hebben. Je zult het zo allemaal wel lezen. Ik hoop nogmaals dat je het een hele leuke werkstuk zal vinden. Veel succes!!!
INHOUD
Dit is de inhoud van mijn werkstuk:
1. Wat is noodweer?
2. Hoe ontstaat noodweer?
3. Stormen.
4.Soorten winden
5. Winterweer.
6. Nawoord.
WAT IS NOODWEER? Waarschijnlijk weet je wel wat noodweer is. Maar toch schrijf ik het op. Noodweer is een soort ramp, maar dat niet door mensen ‘gemaakt’ is. Noodweer is dus een ramp. Maar dan wordt het door de natuur ‘gemaakt’. Maar als je het over noodweer hebt kan je niet zeggen dat een vulkaan uitbarsting ook noodweer is. Maar het is toch een ramp? Ja dat is zo, maar het is niet een van de weersomstandigheden. Een weers- omstandigheid is iets dat met weer te maken heeft. Dus regen is een van de weersomstan- digheden. Maar een vulkaanuitbarsting is geen weersomstandigheden want het kan in de regen gebeuren maar ook op een warme zomerse dag. ‘Onderdelen’ van noodweer zijn: tornado’s/orkanen, stormen, overstromingen, ijzel/sneeuw en natuurlijk regen en hagel. De onderstreepte onderwerpen zijn de onderwerpen waar ik het voor al over ga hebben. 2. HOE ONTSTAAT NOODWEER?
Noodweer ontstaat vooral bij warm en vochtig weer. Dat komt omdat de zon al het water laat verdampen. Hier kan je een beschrijving ervan lezen. Eerst zie je dat de zon op de zee schijnt. Het water verdampt en wordt een regenwolk De regenwolk wordt naar het gebergte gedreven door de wind. Daar regent het zich leeg, de wolk verdwijnt dan. Het regen dat dan op de berg is gekomen druppelt dan naar beneden. In het begin druppelt het nog maar daarna veranderen de druppels in stroompjes, daarna in hele kleine beekjes wanneer ze samenkomen. Daarna in echte beekjes en daarna in een soort kanaal. Dat kanaal stroomt dan naar beneden naar de zee. Maar soms kan de waterkringloop heel slecht aflopen. Het kan bijvoorbeeld een hele zware storm worden. Die storm kan wel voor heel veel opschudding zorgen. Het kan hele boel schade veroorzaken. Bijvoorbeeld in 1998 ergens rond september. Dat heleboel boerderijen raakten ondergelopen. Dat behoort dus tot de waterkringloop.
Een ander voorbeeld van noodweer is bijvoorbeeld sneeuw en hagel. Sneeuw en hagel ontstaan al in de wolk zelf. Ze worden dan in de wolk, nog steeds als regendruppel, door de wind omhoog en omlaag geblazen. Na een tijdje bevriezen ze. Dat gebeurt alleen als het heel erg koud is. Dan ‘regent’ de wolk leeg. Als de periode in de wolk niet zolang was komt het naar beneden als een sneeuwvlok. Zoniet dan komt het gewoon als hagel naar beneden. IJzel ontstaat door te veel sneeuw of hagel op de weg dat dan bevriest. Een ander voorbeeld van noodweer is een wervelstorm. Een wervelstorm is een tornado of een orkaan. Die ontstaan doordat hoge druk en lage druk samen komen. Die gaan dan cirkelen en ontstaan dan een wervelstorm. Daar over vertel ik straks meer in het hoofdstuk: Soorten winden.
3. STORM
Op dit moment razen er meer dan 2000 stormen over de hele wereld. Storm kan je ook wel onweer noemen. Je weet wel wat storm of onweer is denk ik. Maar toch zeg ik het:
Bliksem
Storm ontstaat door de wolken. De wolken bedekken de lucht en het wordt donker. Meestal vinden mensen dat erg eng omdat je dan ook van die harde knallen hoort. In die wolken, die we onweerswolken noemen, kan een elektrische lading ontstaat. Als die elektrische lading ontsnapt uit de wolk zie je een lichtflits. Dat noemen wij ‘bliksem’. Door de bliksem die ontsnapt ontploft de lucht. Dat noemen we donder. Er is een trucje om te kijken hoe ver het onweer van je vandaan is. Eerst tel je het aantal seconden dat ertussen de flits en de donder in zit. Dat getal deel je door drie. Het antwoord is dan het aantal kilometers dat het onweer van je af is.
Als je in een weide loopt en het onweert dan is het ‘t beste dat je jezelf tot een bolletje gaat maken. Want bliksem slaat altijd op het hoogste punt. Daarom moet je ook nooit onder een boom gaan staan. Je moet jezelf ook niet platmaken want dan neem je meer ruimte in beslag. De bliksem is soms wel met 300.000 volt geladen. Dat zijn in de film ‘Jurassic Park’ wel de inhoud van 30 van die veiligheidsrekken. Er is ooit een man geweest die dacht dat hij ongeluk bracht. Weet je waarom? Omdat hij wel ZEVEN(!!!!) keer door de bliksem geraakt is. En de kans dat je door de bliksem geraakt wordt is even groot als dat je de loterij wint. Hij heeft daarna zelfmoord gepleegd. Nogal logisch, toch?
Algemene info
Bij een zware storm, winkracht tien, worden er binnen tien minuten wel snelheden gehaald van wel 89 tot 102 kilometer per/u. Dat is ongeveer 25 tot 28 meter per seconde. Een zeer zware storm, windkracht elf, haalt in tien minuten wel 103 tot 116 km/u. Dat is ongeveer 28 tot 32 meter per seconde. In Nederland komt dit bijna nooit voor. Bij storm denkt iedereen aan regen en bliksem en donder. Maar storm bestaat meestal ook uit hele erge rukwinden. Als storm bijvoorbeeld boven de oceaan komt veroorzaakt het soms wel vloedgolven van 9 tot meer dan 12 meter hoog! De storm met de ergste gevolgen was de storm van 31 januari en 1 februari 1953. De watersnoodramp. Het gemiddelde aantal km/u was toen 97 km/u (wind- kracht tien). De allerzwaarste storm (dus niet die met de ergste gevolgen) was de storm van 7 september 1944.toen het gemiddelde aantal km/u 144 was (windkracht 12!!!). Daarbij kunnen volgens de windmeter van Vlissingen windstoten van wel meer dan 175 km/u voorgekomen zijn.
De spreekbeurt gaat verder na deze boodschap.
Verder lezen
REACTIES
:name
:name
:comment
1 seconde geleden