Brugklas

Beoordeling 5.4
Foto van een scholier
  • Spreekbeurt door een scholier
  • groep 8 | 1296 woorden
  • 7 maart 2014
  • 47 keer beoordeeld
Cijfer 5.4
47 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak

H1. Een school kiezen.

Na de basisschool ga je naar een andere school. De school voor het voorgezet onderwijs. Dat is best spannend want je komt bij andere kinderen in de klas en je moet ook vaak huiswerk mee. Je krijgt vaak elk uur een andere leraar. Je hebt vakken als Frans en Duits, studie lessen en overhoringen. Het eerste jaar op zo’n school heet brugklas omdat je van de basisschool naar het voorgezet onderwijs gaat. Als je in groep 8 zit moet je kiezen naar welke middelbare school gaat. Die keus maak je met je ouders. Je krijgt daarbij hulp van je leerkracht. Er zijn 3 soorten voor gezet onderwijs: vmbo, havo en vwo.  De afkorting van vmbo is: voorbereidend middelbaar beroeps onderwijs.  Je kiest voor vmbo als je iets met handen wilt of mensen helpt. Je wordt dan bijvoorbeeld:timmerman, monteur, verkoper of verpleegkundige. Hou je meer van voorgezet onderwijs. En vwo betekend: voorbereidend wetenschappelijk onderwijs.  Hou je meer leren of studeren dan is havo of vwo iets voor jou. Havo betekend: hoger algemeen voorgezet onderwijs. Vwo betekend: voorbereidend wetenschappelijk onderwijs. In groep 8 krijg je rond kerst een schoolgids. Daar staat alle informatie in die je nodig hebt om een keus te maken. Er staat ook in welke scholen voor het voorgezet onderwijs er bij jouw in de buurt zijn en welke opleidingen ze hebben. Niet elk vmbo-school heeft bijvoorbeeld een kappersopleiding of een opleiding autotechniek. Sommige scholen werken met aparte programma’s  voor hoogbegaafde(slimme ) kinderen. Meestal vindt je op internet ook informatie over een bepaalde school. Je kan niet altijd naar een school die jij hebt gekozen. Het ligt aan de toelatingseisen een school stelt en wat jou mogelijkheid is. De leerkracht of de directeur/directrice van je school moet een advies geven aan de school waar jij op wilt. Zij zeggen dan of jij wel of niet geschikt vind van een bepaald typeschool. Verder wilt elke school dat jij een toets maakt. De meeste basisscholen gebruiken de Cito-toets de uitslag van je Cito-toets bepaalt samen met het advies dat je juf/meester  of je wel of niet wordt aangenomen op de school die jij hebt gekozen. Als je bijvoor beeld naar een havo-school wilt moet het advies van jou leerkracht zijn: geschikt . en je moet een cito score heen van 535 punten of hoger hebben. Soms twijfelt een school voor voorgezet onderwijs of je geschikt bent. Dan doet iemand van de school meestal zelf onderzoek.  Vmbo-scholen doen een onderzoek om te kijken op welk niveau je geplaatst wordt. He je extra hulp nodig bij het leren, dan kom je in de klas voor leerwegondersteunend onderwijs. Je krijgt dan extra begeleiding en je zit in een groep met ongeveer 50 kinderen. Daardoor krijg je meer aandacht. Sommige kinderen hebben veel moeite met leren uit boeken. Ze vonden het lastig om teksten te lezen en te begrijpen. Ze kunnen moeilijker woordjes onthouden. Voor deze leerlingen is er een praktijkonderwijs, dit is een speciale vor voor leerwegondersteunend onderwijs, waarbij je ook in kleine groepen les krijgt je leert er in je eigen tempo en je krijgt veel hulp.

H2.aanmelding.

De juf/meester van groep 8 geeft alleen advies voor een bepaald typeschool. Hij vindt bijvoorbeeld dat de vmbo-onderwijs voor jou het meest geschikt is. Maar in een grote stad zijn vaakmeerdere vmbo-scholen  dan zul je 1 van die scholen moeten kiezen. Sommige ouders vinden het belangrijk of een school katholiek, protestant of openbaar bewijs geeft. andere kijken naar de ligging: ligt de school in een drukke buurt met veel verkeer of is hij makelijker met openbaar vervoer te bereiken. Meestal ga je op een aantal  scholen een kijkje nemen. Dat kan op een opendag. Alle scholen van het voorgezet onderwijs hebben open dagen en avonden meestal in januari en februari. Op zo’n dag kan je alleen of met je ouders een kijkje nemen op een nieuwe school. Je wordt dan rondgeleid door leerlingen of leerkracht. Je ziet bijvoorbeeld een computerlokaal, kantine, scheikundelokaal en de bibliotheek.  Als je eenmaal een keus hebt gemaakt  moeten je ouders je inschrijven . meestal is dat voor 1 april. Ze vragen dan een aanmeldingformulier bij de school waar heb naar toe wilt. Je leerkracht van de basisschool stuurt zijn advies en de uitslag van de Cito-toets. Of een andere toets ook naar de school. Een aantal weken later krijg je te horen of je bent aangenomen of dat je een toelating onderzoek moet doen. Sommige kinderen krijgen een bericht dat ze zijn afgewezen. Ze moeten dan naar een andere school opzoek. Voor de zomervakantie ga je meestal een middag kennismaken op je nieuwe school. Je leert dan sommige leraren kennen en je ziet wie er bij jou In de klas komen. Je hoort ook wat je nodig hebt zoals zoeken sportkleding.

est voor vmbo als je iets met handen wilt doen. roeps onderwijs. er h3.  Wat kost het?

Onderwijs in Nederland is gratis zo staat als je leerplichtig bent.

 Dan ben je tot het schooljaar dat je 16 bent. Daarna moet je schoolgeld betalken. Je ouders betalen in de brug klas alle kosten die je maakt zoals de kosten van het aanschaffen van boeken, stiften, een agenda ,pennen,  sportkleding enz. je moet ook betaken voor reiskosten. Een schol voor het voorgezet onderwijs ligt vaak verder van hui s dan je basisschool. Soms moeten je ouder dan ouderbijdrage betalen. De school gebruikt dit geld voor buitenschoolse activiteiten. Zoals feesten toneelvoorstellingen, excursies en werkweken. Zo wordt in de eerste week voor de brugklassers een introductie(week waarin je kennis maakt met nieuwe klasgenoten vaak ga je dan op kamp) behouden.  kunnen ouders niet alles betalen.  omdat ze van uitkering moet0en leven. Dan kunnen ze een bijdrage krijgen van de regering. Dat heet tegemoetkomingen de studiekosten. Soms is het ook mogelijk om geld te krijgen van de gemeente waar je woont. Nieuwe leerboeken zijn spannend en leuk, maar ook duur.  Je hebt er veel nodig voor elk vaan vaak 1 maar je gebruikt ze maar een jaar. Daarom hebben veel scholen een boekenfonds. De school verhuurt boeken dan aan leerlingen. Dat is een goedkope oplossing . schollen die heen boekenfond hebben, organiseren dan een boekenmarkt. Daar kan het boeken kopen die al gebruikt zijn door kinderen die in hogere klassen die ze niet meer nodig heen. Na het eerste jaar kan je daar ook boeken verkopen. Sommige boeken kan je wel nieuw kopen, zoals woordenboeken en atlassen. Die heb je jaren nodig. Werkboeken mot je ook nieuw kopen daar moet je in schrijve.

H4. Schoolregels.

Als je een leerling en van het voorgezet onderwijs heb je rechten en plichten. Dit staat in een leerlingenstatuut(opgeschreven regels en afspraken). Daar staan regels in over te laat komen proefwerkplanning en wat je kunt doen als je het niet eens ben met de leraar/lerares over je cijfers. Ook over kleding en je uiterlijk. Over roken, over gebruikt van telefoons en over straffen. Zo weet iedereen precies hoe zij/hij zich moet gebruiken. Aan het begin worden de regels met je mentor esprokken. Een school is verplicht om een leerlingenstatuut te hebben. Op elke school is er een leerlingenraad. Dre leerlingen die daar in zitten praten vaak met leeraren/leraressen n ouders. Ze geven hun mening en kunnen voorstellen doende leerlingen raadt beoordeelt bijvoorbeeld leerlingen/leraren. Je kan actief zijn in de redactie van de schoolkrant of klassenvertegenwoordiger zijn overleg je met je mentor over allerlei dingen in je klas. Veel leerlingen vinden het leuk om te doen. Op die manier kan je er zelf aan meewerken om te zorgen dat de brugklas een leuk jaar wordt.

Nawoord

Dit was mijn werkstuk ik heb er veel over geleerd

Bronnen

Boekje:

Naar de brugklas

REACTIES

S.

S.

di is kapot slecht ze heeft een 4 of zo iets gekregen

7 jaar geleden

R.

R.

7 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.