Rituelen bij aboriginals

Beoordeling 6.2
Foto van een scholier
  • Scriptie door een scholier
  • Klas onbekend | 1425 woorden
  • 20 december 2007
  • 81 keer beoordeeld
Cijfer 6.2
81 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak
Rituelen bij aboriginals
Inhoudsopgave

1. Inleiding p.6
2. Initiatieriten P.7
2.1. Bij meisjes p.8
2.2. Bij jongens
2.2.1. Alchiro-ki-wuma P.9
2.2.2. Lartna P.10
2.2.3. Inkura P.11
3. Besluit P.12
4. Bibliografie p.13

Der Verlust von Scham ist das erste Zeichen von Schwachsinn
S. Freud

Inleiding

Als thema voor mijn oefenscriptie heb ik gekozen voor de rituelen bij aboriginals, hoewel ik eerst niet wist wat kiezen had ik toch al een lichte voorkeur voor dit onderwerp, dit komt grotendeels omdat ik al sinds mijn kinderjaren gepassioneerd was door Australië en zijn inheemse bevolking, aboriginals. Omdat er zoveel te vertellen valt over Australië en aboriginals ga ik mij beperken tot de rituelen onder de aboriginals, vooral de initiatieriten van kind naar volwassen bij jongen en meisje. Het is niet zo gemakkelijk de rituelen van een ander volk te doorgronden omdat deze enorm verschillen met onze rituelen. Bij de initiatieriten was er een grote onderscheiding tussen meisje en jongen en de drie fases die de jongen doorgaat tot volwassenheid. Het zoeken naar bronnen was niet zo gemakkelijk omdat de provinciale bibliotheek weinig boeken bezat over aboriginals, uiteindelijk heb ik er toch enkele met duidelijke informatie en illustraties kunnen uithalen. Uiteindelijk ben ik toch tevreden over het resultaat ook al was de informatie soms moeilijk te verwerken.

Initiatieriten

Bij de initiatieriten en zowat elk ritueel bij de aboriginals wordt het idee van aderlating en het bloedoffer toegepast. Dit heeft zowel een praktische rede, namelijk het opplakken van veren tijdens het ritueel, als een ceremoniële betekenis. De ceremoniële betekenis hiervan is dat van zodra de man (of vrouw) pijn heeft geleden door middel van de “rituele snede” is hij (of zij) een volwaardig lid van de gemeenschap en dan pas ‘leeft’ hij. Jongens zijn pas een volwaardig lid na hun initiatie die uit drie grote delen bestaat. Voor de initiatie leidt hij dus een gedeeltelijk leven als kind, door de rituele initiatie wordt hij ‘herboren’ in een completer leven als volwassen.

Bij meisjes

Het initiatieritueel bij meisjes gebeurde rond hun 14de /15de levensjaar, ze werden ontmaagd door de mannen van dezelfde groep als de voorbestemde echtgenoot. Dit ritueel hield in dat er met een stenen mes in hun clitoris werd gesneden die gevolgd werd door geslachtsgemeenschap met de betrokkenen. Hierna werd het meisje versierd met hoofdbanden, halsbanden,… en werd ze ingesmeerd in rode oker. Nadien werd ze aan haar echtgenoot gegeven, die de mannen nog éénmaal recht op gemeenschap gaf voor hen dit verboden werd.
Rond deze leeftijd waren de meisjes al ontmaagd door jongens van dezelfde leeftijd waardoor het ritueel minder traumatisch zou blijken.
Belangrijk hierbij is dat de jonge vrouw de seksuele contacten met andere groepen inwisselt voor de strikte regels van haar groep. Na dit ritueel is ze geen ‘seksueel gebruiksartikel’ meer maar een vrouw.

Bij jongens

Alchiro-ki-wuma
Ook bij jongens is er het bloedoffer, hier in de vorm van besnijdenis of soms subincisie (splijten van de eikel van de penis) hieraan voorafgaand gaat het “alchiro-ki-wuma” ritueel oftewel het werpritueel aan vooraf. Hierna worden de jongemannen op hun rug en borst beschilderd met totems of ontwerpen voor rotschilderingen. Deze versiering noemt men enchichichika en bevordert samen met het werpritueel zijn groei naar volwassenheid.
De jongens wordt verzocht zich bij het mannenkamp te voegen en er wordt van hen verwacht dat ze meegaan op jacht. Vanaf hier mogen ze niet meer met meisjes spelen, ze mogen bepaald voedsel niet meer eten en moeten een gat in hun neus laten maken. Deze dingen bereiden hen voor op ‘man’ zijn.

Lartna
Pas bij de lartna, de tweede ceremonie, vindt de volledige ceremonie plaats. Deze ceremonie vindt plaats op een terrein dat ‘Apulla’ wordt genoemd. Het bestaat uit twee zandhopen, één in het Oosten en één in het Westen, waartussen een pad van 15 meter is vrijgemaakt. Dit heeft de symbolische betekenis van de levensloop van de man, de zonsopkomst in het Oosten staat gelijk aan het geboren worden en de zonsondergang in het Westen staat gelijk aan het doodgaan. De jongen moet deze weg bewandelen en bloed afstaan om zijn mannelijkheid te verdienen. De besnijdenis van het vorige ritueel staat hier symbool als de ‘opgekomen zon’, de potentie die de stam nieuw leven moet schenken.
Tijdens de ceremonie ondergaat de persoonlijkheid van de jongen abrupte en blijvende veranderingen. Hij leert pijn ervaren bij de onderwerping van de stamoudsten en gehoorzaamheid.
De besnijdenis en subincisie zijn duidelijk bloedriten, maar ze staan ook voor gedaanteveranderingen. Alleen door de rituele pijn ontwikkelt hij het vermogen tot reflectie. Door de verwondingen door stamgenoten beseft hij dat zijn hang naar zelfvernietiging een bedreiging is voor het welzijn van de stam.
De initiatie temt zijn jeugdige bandeloosheid en maakt van hem een nuttig lid van de stam.
De ‘rukuta’ of novice wordt gedurende enkele dagen blootgesteld aan wisselende emoties; angst, vreugde, onzekerheid en soms trots. De stamoudsten delen hun kennis met hen en leren hem de geheime taal (ankatja kerintja) die hij met alle mannen moet spreken. En ze leren hem ook verschillende chants en dansen die verbonden zijn met de novice (de chants zijn een soort kaart van het land). Hij wordt ingewijd in geheimen waar de hele stamcultuur op is gebaseerd. Hij krijgt een bull-roarer (snorhout) wat de pas geleerde ‘taal van de goden’ onderstreept. Ook mag hij met de boemerang gooien zo vaak hij wil, dit bevorderd de innerlijke gesprekken met heroïsche voorouders.

Inkura
Het volwaardige lidmaatschap krijgt de novice pas als hij na enige tijd de ‘inkuraceremonie’ heeft bijgewoond. Hier wordt hij iliara, ze worden naar een open plek gebracht met een heilige aardhoop. Hier zullen ze tegen slapen en de assen van die vuren die hen s’nachts warm houden worden over de top van de aardhoop gestrooid. Niemand durft hier te vertrekken want dat zou ziekte en dood uitlokken. Elke iliara krijgt een nieuwe churinga in de vorm van een snorhout met versieringen van zijn totem erop. Deze moet hij s’nachts gebruiken, hiermee wordt hij ook gewekt door de stamoudsten. Als deze ze wekken komen ze samen en bepalen de oudsten aan welke ceremonies ze mogen deelnemen. Dit zal de eerste keer zijn dat hij bloed afstaat voor de lichaamsversieringen die door de ouderen worden
aangebracht. Op deze wijze geven ze heilige afbeeldingen door aan de volgende generatie. Hierna doen ze hun eerste inkuradans. Tegen de ochtend, na urenlange dansen, gaan de ilarie jagen en offeren ze hun buit aan de stamoudsten als blijk van gehoorzaamheid en dank. De komende dagen zullen ze meerdere chants en dansen leren en moeten ze verdere ontberingen doorstaan (voedsel- en slaaptekort).
Deze ceremoniën dienen om de ilaria nog gehoorzamer te maken aan de stamoudsten, zodat ze ontvankelijker waren voor de esoterische kennis die wordt overgedragen in het belang van het spiritueel welbevinden van de stam. De ceremoniën maakte de ilaria ook psychisch rijp voor het ervaren en onthullen van de spirituele werkelijkheid van de onthullingen van de alcheringa.

Besluit
Hoewel ik voor het beginnen aan deze scriptie wel het een en het ander over de aboriginals wist gaf het maken van deze scriptie mij toch een breder zicht over hoe ze over de wereld denken en in welke situatie ze zitten, mijn scriptie gaat over de rituelen bij aboriginals maar toch heb ik mijn motto gekozen in functie van de aboriginals in het algemeen. Met “Het verlies van schaamte is het eerste teken van geesteszwakte” wil ik teruggaan naar de kolonisatie van Australië en het uitmoorden van de aboriginals (nog maar 1% van de totale bevolking). Daarmee bedoel ik, het verlies van schaamte bij blanken door het moorden en plunderen laat zien hoe zwak de geest van de blanken is, en hoe sterk die van de aboriginal is. Het zijn echte nomaden en hebben niets materieels nodig. Wat de rituelen van aboriginals betreft lijken ze luguber en mensonwaardig maar voor hen is dit normaal, bij hen zijn er voor alle overgangen, alle dagelijkse dingen rituelen. Ook is het voor hen belangrijk dat ze bij het uitvoeren van een ritueel het gevoel hebben dat ze van het aardse opstijgen naar het bovenaardse. Deze scriptie heeft de passie die ik al had alleen maar aangewakkerd en vergroot. En ik zal het niet snel vergeten.

Bibliografie

COWAN, J., Dromen van de aboriginals. ’s-Gravenhave, BZZTôH, 1992, 156.
BÖKEMEIER, R., FRIEDEL, M., De laatste volksstammen. Mensen die er morgen niet meer zijn. Maastricht/Brussel, Natuur en techniek, 1992, 348.
SWIFT, A., Voetstappen in de wind. Nomadenvolken vertellen. Haarlem, Schuyt & co uitgevers, 2001, 144.
COLEMAN, S., WATSON, H., An introduction to anthropology. Londen, Tiger Books International plc, 1992, 128.
KOSTYAL, K.M., e.a., Mensen in hun wereld. Geografisch overzicht van de volkeren der aarde. Lito Terrazzi, Italië, National Geographic Society, 2001, 304.

REACTIES

B.

B.

ik vind het een slechte maar dan ook echt slechte site

7 jaar geleden

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.