Hoofdstuk 9: Vergelijkingen oplossen

Beoordeling 7.5
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 3e klas vwo | 410 woorden
  • 12 december 2015
  • 2 keer beoordeeld
Cijfer 7.5
2 keer beoordeeld

Taal
Nederlands
Vak

Voorkennis H9

Vergelijkingen kan je oplossingen met twee methodes:

  1. De bordjesmethode, bordje op plek van de onbekende, dan getal achter bordje berekenen
  2. De balansmethode, je haalt er aan de ene kant wat af, aan de andere kant moe het erbij

Wanneer er staat, druk y uit in p, bedoelen ze dat je een formule moet maken met y = ………..

Stelsels vergelijkingen

Een ander woord voor het hellingsgetal is de richtingscoëfficiënt. Die heb je altijd bij vergelijkingen van een lijn. (Beide vind je alleen bij lineaire verbanden)

Bij een stelsel vergelijkingen stel je meerdere vergelijkingen (formules) aan elkaar gelijk, je zoekt daarmee ook het snijpunt van die grafieken. Dat doe je zo:

  1. Herleid de formules op y = ………..
  2. Stel de vergelijking op van de formules
  3. Los de vergelijking op

Vergelijkingen oplossen                                                                         Voorbeeld(en)

Gebroken vergelijkingen – variabele in de noemer van de breuk                

  • Aan 1 kant van de vergelijking variabelen: bordjesmethode
  • Aan beide kanten van de vergelijking variabelen: vermenigvuldigen met de noemer
  • Haakjes wegwerken
  • Vergelijking verder oplossen

Exponentiële vergelijkingen – variabele in het exponent van de macht    

  • Vergelijking vereenvoudigen ( je komt op 4x+3 = 64 uit )
  • Uitzoeken met behulp van rekenmachine wat er op de plaats van de “x + 3” moet staan
  • Als je weet wat het is, kun je met behulp van de vergelijking x + 3 = 3 uitzoeken dat x = 3

Wortelvergelijkingen – variabele onder het wortelteken                    

  • Met behulp van bordjesmethode uitzoeken wat er onder het wortelteken moet staan
  • Met vergelijking 4x – 4 = 36 kom je uit op x = 10

Machtsvergelijkingen – macht van de variabele                    en    

  • Bij even machten: 0, 1 of 2 oplossing(en) namelijk: 
  • Bij oneven machten : Altijd maar 1 oplossing, namelijk: 
  • Als je na het worteltrekken niet op een rond getal uitkomt, kan je het als een wortel laten staan, tenzij het anders staat aangegeven.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.