Hoofdstuk 5, 6.3 en 7

Beoordeling 7
Foto van Micky
  • Samenvatting door Micky
  • 3e klas vwo | 871 woorden
  • 22 juni 2019
  • 3 keer beoordeeld
Cijfer 7
3 keer beoordeeld

5.1 Verbranding

Branddriehoek

Verbrandings eisen:

  • Brandbare stof
  • Voldoende zuurstof
  • Ontbrandingstemperatuur

 

Bestrijden van een brand:

 

  • Water > verlaagt de temperatuur, want het verdampt en het verdrijft de zuurstof
  • Brandstof weghalen > geen begin stof meer
  • Belangrijk om 1 of meer stoffen van de branddriehoek weg te halen.

 

Verbranden van elementen

Oxide is een verbinding die uit twee atoomsoorten: zuurstof en de atoom van het element dat is verbrand

 

Voorvoegsels:

1

mono

2

di

3

tri

4

tetra

5

penta

 

Verbranden van verbindingen

Verbinding verschillende soorten atomen in moleculen

Volledige verbranding dan ontstaat er genoeg koolstof, omdat er genoeg zuurstof is

Onvolledige verbranding er ontstaat niet genoeg

 

Explosieve verbrandingsreacties

Explosie een explosieve verbrandingsreactie: door de ontstane warmte zetten de gassen snel en sterk uit. het uitzetten van de gassen heet een explosie

  • brandstof en zuurstof moeten in de juiste verhouding gemengd zijn
  • er moet een exotherme reactie optreden waarbij gasvormige reactieproducten ontstaan.

 

5.2 Ontleding van stoffen

Kenmerken van een ontledingsreactie

Ontledingsreactie er is 1 beginstof (verbinding) en die wordt ontleed in twee of meer reactieproducten

 

Energie-effecten van ontledingsreacties

Endotherme reactie een reactie die continu energie nodig heeft

 

Typen ontledingsreacties

Thermolysereactie een ontleding door middel van warmte

Elektrolysereactie een ontleding door middel van elektriciteit

Fotolyse een ontleding door middel van licht

 

5.3 Overmaat en ondermaat

Overmaat en ondermaat

Overmaat de beginstof die overblijft na aflopen van de reactie, volledige verbranding

Ondermaat er is te weinig zuurstof, onvolledige verbranding

Rekenen met overmaat en ondermaat:

  • Reken eerst uit welke van deze twee stoffen in overmaat aanwezig is.
  • Bereken hoeveel je nodig hebt van de andere stof, te weinig? Dan is die in ondermaat
  • Reken uit hoeveel te weinig

 

5.4 Energie en reactiesnelheid

Het energie-effect van een reactie

Exotherm de beginstoffen geven een deel van hun chemische energie aan de omgeving af, in bijvoorbeeld licht, warmte of elektrische energie

Endotherm je moet voortdurend energie toevoeren, de energie wordt chemische energie

Activeringsenergie de energie die standaard moet toevoeren om een reactie op gang te brengen

Energiediagram hierin kan je het energie-effect van een chemische reactie weergeven

 

Botsende-deeltjesmodel

Botsende-deeltjesmodel de kleinste deeltjes van een stof bewegen, ze kunnen botsen, een reactie kan plaatsvinden als ze hard genoeg botsen en in de juiste richting gaan

Effectieve botsing als ze hard genoeg botsen en in de juiste richting botsen. Hoe groter het aantal botsingen, des te groter ook het effectieve botsingen en des te sneller verloopt de reactie

Effectieve botsingen vergroten:

 

  • Concentratie > meer deeltjes, meer botsingen, meer effectieve botsingen en hogere reactiesnelheid
  • Verdelingsgraad > meer raakoppervlak, meer botsingen, meer effectieve botsingen en hogere reactiesnelheid
  • Temperatuur > deeltjes bewegen sneller, meer botsingen, meer effectieve botsingen en hogere reactiesnelheid

 

6.3 Oplosmiddelen

Water als oplosmiddel

Oplosvermogen middel dat het meerdere stoffen aan elkaar kan maken

 

Eigenschappen van water

  • Dichtheid is kleiner is de vaste fase dan in de vloeibare fase
  • Veel warmte nodig om water te verwarmen: soortelijke warmte
  • Hoog kookpunt
  • Neutrale pH waarde

De pH

Neutraal het heeft geen smaak

pH waarde waarin je de zuurgraad van een oplossing mee aangeeft, van 0 t/m 14

Zuurgraad hoe zuur iets is

Zure oplossing een oplossing van water en een zuur

Basische oplossing een mengsel van water en een base ‘antizuur’

Neutrale oplossingen een oplossing zonder zuur of base

 

Zure oplossingen: pH < 7

Neutrale oplossingen: pH = 7

Basische oplossingen: pH > 7 t/m 14

 

Universeel indicatorpapier

Universeel indicatorpapier geeft een kleur aan die bij een bepaalde pH waarde hoort

 

7.1 Stroomgeleiding

Geleiding

Elektrisch geleidingsvermogen de stof bestaat uit vrij bewegende geladen deeltjes

Elektrisch Geleidingsvermogen:

 

vast (s)

vloeibaar (l)

Metalen

wel

wel

Zouten

niet

wel

Moleculaire stoffen

niet

niet

7.2 Metalen

Kenmerken van metalen

Metalen zuivere vorm glimmend opp, geleiden warmte en elektrische stroom, kunnen worden vervormd en kunnen gemengt worden als ze gesmolten zijn

Metaalrooster in welke vorm een metaal is opgebouwd

Ion een positief geladen deel, door dat er atomen uit de buitenste schil weg zijn

Metaalbinding de binding tussen de metaalionen en vrij bewegende elektronen

 

Verschillen tussen metalen

Corrosie metalen reageren op water en zuurstof

Edele metalen reageren niet met zuurstof en water

Halfedele metalen reageren moeizaam met zuurstof en water

Onedele metalen reageren goed met zuurstof en water

Zeer onedele metalen reageren snel en heftig met zuurstof en water

 

Legeringen

Legering samengesmolten mengsel van metaal

Amalgaam een legering met kwik

Staal heel hard, maar niet breekbaar materiaal

Gietijzer heel hard en breekbaar materiaal

 

7.3 Moleculaire stoffen

Eigenschappen

Moleculaire stoffen stoffen die bestaan uit moleculen

 

Vanderwaalsbinding en kookpunt

Vanderwaalskrachten de aantrekkingskracht tussen de moleculen

Vanderwaalsbinding een verbinding tussen moleculen, hoe meer massa een molecuul heeft, hoe sterker de vanderwaalsbinding. Hoe groter contact opp, hoe groter de kracht en hoe hoger het kookpunt

 

Atoomverbinding

Valentie-elektronen de elektronen in de buitenste schil

Covalente binding, atoombinding niet-metaalatomen die elektronen delen

 

Hydrofiel en hydrofoob

Waterstofbrug een verbinding door een OH-groep of NH-groep: stippellijntje

Hydrofiel een stof die van water houdt: hoog kookpunt

Hydrofoob een stof die water afstoot

Emulgator een stof die helpt stoffen te laten mengen: hydrofiele kop en hydrofobe staart

 

7.4 Zouten

Eigenschappen

Zouten hoog smeltpunt en kookpunt

 

Ionen

Ionen geladen deeltjes

Ionrooster een rooster van naar elkaar getrokken ionen

 

Zouten in water

Ionbinding een binding tussen de negatieve en positieve ionen
 

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.

Ook geschreven door Micky