Waar heb jij je schoolspullen gekocht?

Doe mee aan het Back To School onderzoek over schoolspullen en maak kans op een Bol.com bon van 25 euro.

Van Maerlant tot Mulisch

Beoordeling 8
Foto van een scholier
  • Samenvatting door een scholier
  • 5e klas havo | 754 woorden
  • 8 januari 2010
  • 10 keer beoordeeld
Cijfer 8
10 keer beoordeeld

ADVERTENTIE
5 belangrijke vragen die je jezelf moet stellen als studiezoeker

Met keuze uit ruim 1.600 hbo- en wo-bachelors in Nederland is het best lastig om een studie te kiezen. Hoe begin je met zoeken, en hoe kom je dichterbij de studie die bij je past? Om je daarbij te helpen, hebben we vijf belangrijke vragen op een rijtje gezet die je jezelf moet stellen tijdens je studiezoektocht.

Naar de pagina
De tijd van standen en gilden
1200-1500
Oudste tekst: Geschreven door een monnik.

Ridderverhalen:
- Artuhrromans: Hoofs. Vrouwen zijn niet minder. Inspiratie voor de grootste daden. Voorkeur voor het gebruik van magische voorwerpen.
- Karelromans: Voorhoofs. Trouw aan de vorst, brute kracht, verraad en wraak. Ondergeschiktheid aan de vrouw.

Dierenverhalen
Moraliserende bedoeling: een wijze les geven. Korte verhalen, fabels. (Van den vos Reinaerde.)

Religieuze literatuur

Godsdienstige teksten: Marialegenden, heiligenlevens en mystieke werken. Veel mystieke teksten: mystieke ervaringen ontstaan als de mens zich afsluit van de aarde genoegens.

Didactische teksten
Belangrijkste doelgroep: burgerij. Doel: bijbrengen van het ‘ware en nuttige’.

Liederen
Eenvoudige gevoelens worden vertolkt. Geestelijke en wereldlijke liederen.

Middeleeuws toneel
Mengvorm van literatuur, spel, en aankleding. Voortgekomen uit de kerkelijke eredienst. Ook hier onderscheid geestelijk en wereldlijk.
Wereldlijk: klucht en het abel spel.

De eeuw van rederijkers en hervormers
1500-1600
De rederijkers
Gezelschappen van burgers die bijeenkwamen om zich te bekwamen in het schrijven van kunstige gedichten. Dit gebeurde in rederijkerskamers. Inrichting betreft lijkt het op de gilden van de middeleeuwse ambachtslieden. Hielden zich bezig met poëzie en toneel.

Vroege Renaissance

Wedergeboorte. Kritisch onderzoek naar de Bijbel. Verheerlijkte het leven: Carpe diem.

Humanisme.
Streven naar ontwikkeling van de mens: bestuderen van de klassieken, opnieuw uitgeven van werken en het samenstellen van studieboeken. Latijn en klassieke wijsheid propageren.

Reformatie en contrareformatie
Beweging op godsdienstig gebied die zich keerde tegen de absolute macht van de katholieke kerk. Reactie van de kerk wordt contrareformatie genoemd.
Volksboeken
In prozavorm navertelde ridderverhalen.

De periode van bloei en verstarring
1600-1700
Klassiek en modern toneel
Belangrijkste genres: klassiek drama en het vrije/moderne toneel.
Klassieke gaat terug naar de voorschriften Grieken/Romeinen. Erg statisch, gericht op het bijbrengen zelfinzicht. Veel gepraat, er gebeurd weinig.
Moderne toneel kent geen voorschriften. Auteur meer vrijheid.

Barok

Stroming reactie op het streven naar harmonie van de renaissancisten. Kenmerken: overdaad, grilligheid en dynamiek. Thema’s: de dood, vergankelijkheid aardse bestaan en de tegenstelling tussen het wereldse en het hemelse.

Frans classicisme en dichtgenootschappen
Nadruk op waarschijnlijkheid, waarheid en welvoeglijkheid.
Dichtgenootschap was een instelling waar burgers uit de hogere kringen gedichten in classicistische trant schreven. Streefde naar perfecte vorm van hun werk. Doel: bijdrage leveren verbeteren taal en de zeden van het publiek. Dienden de deugd te beschermen, godsdienst te eren en de regering met rust te laten. Zij zagen hun werk als een soort ambacht: werken volgens de regels/voorschriften, en voortdurend schaven aan de vorm.

Tijdperk verstand en gevoel
1700-1800
Rationalisme, empirisme en verlichting
Rationalisme: de rede als bron van alle kennis centraal:’Ik denk, dus ik besta.’
Empirisme: eerst de wereld om je heen waarnemen, voordat je die kunt begrijpen.
Verlichte denkers: gedachte van de mens van nature goed. Gebruik van gezond verstand en vertrouwen op eigen ervaring en de natuurwetenschappen kans de mens verlicht een maatschappij verbeterd worden.

Spectators

Allerlei tijdschriften in de 18e eeuw populair: vooral spectators. Bladen met moraliserende verhalen en betogen over allerlei culturele en maatschappelijke onderwerpen. Politieke kwesties taboe.

Oude en nieuwe genres
Nieuwe genres: roman, de kinderpoëzie, en het burgerlijk drama (historische en burgelijke helden hoofdrol.) Deze drie brachten de idealen van de verlichting in de praktijk: het verlichten van de burger + verbeteren van de maatschappij. Eerst vooral liefdes- en avonturenverhalen populair (begin 18e eeuw), later ontwikkelde het genre zich tot de moderne roman zoals wij hem nu kennen. Accent op de psychologie en op de structuur.

Vroege romantiek en sentimentalisme
Romantiek = cultuurstroming waarin de onvrede van de mens met zijn bestaan centraal staat.
De sentimentele schrijver wilde niet de werkelijkheid beschrijven, maar via het weergeven van sterke emoties reacties bij de lezers opwekken. Sentimentalisme was enerzijds tegenpool rationalisme, anderzijds voorbode van de romantiek.

Jaren van grote veranderingen

1800-1880
Romantiek
Hoofdkenmerk: onvrede over het hier en nu. Ontsnappen aan de werkelijkheid.

Historische roman
Sprake van vermenging van verbeelding met feiten en personen uit een ver of nabij verleden. Kenmerken: avontuurlijke reizen, mystificaties, uitvoerige beschrijvingen en veel aandacht voor de zeden en de gewoonten van een bepaalde tijd.

Biedermeier
Bekrompen burger; uiteindelijk uitdrukking voor het levensgevoel voor die tijd. Biedermeierinvloeden: deugdzaamheid, huiselijkheid, vriendschap, vaderlandsliefde, religieus besef, liefde voor de natuur en sociale bewogenheid. Opvallend stijlkenmerk: gebruik van verkleinwoorden: benadrukte het knusse en intieme.

Reveil en Vlaamse beweging
Reveil: een orthodoxe protestantse beweging binnen het calvinisme. Kenmerken: streven naar persoonlijke beleving van het geloof, deemoedigheid en naastenliefde.
Een andere opwekkingsbeweging was de Vlaamse beweging. Behoud van de Vlaamse taal + cultuur = strijden tegen de oprukkende verfransing.


Realisme en humoristische realisme
Nadruk op analyseren, interpreteren en zo objectief mogelijk beschrijven van de werkelijkheid. Reeactie op de romantiek. Humoristisch: onaangename aspecten van de werkelijkheid gerelativeerd door de spot ermee te drijven.

REACTIES

Log in om een reactie te plaatsen of maak een profiel aan.