Nova Zembla

Van 28 t/m 31 augustus 1595 trokken Willem Barentsz (stuurman) en schipper Jacob van Heemskerck met 7 anderen naar de zuidkant van Vajgatsj naar de kust. Daar kwamen ze Samojeden tegen.
In het Russisch maakte ze duidelijk dat ze als vrienden kwamen en dat accepteerden de Samojeden en ook legden ze de situatie op het land uit. Maar de Samojeden bleven wantrouwig.

Op de 3e tocht raken de mannen van Barentsz eind augustus 1596 vast in het ijs. Ze gaan aan land op Nova Zembla en bouwen het behouden huis. Ze willen zoveel mogelijk spullen overbrengen vanuit het schip naar hun nieuwe onderkomen. Maar onderweg worden ze voortdurend aangevallen door ijsberen. Door de ijsberen bezig te houden konden een paar mannen naar de kombuis om vuur te slaan voor de lonten van de musketten en een paar om pieken te halen. Dit werkte niet en tenslotte sloeg een man met een hellebaard op zijn snuit en die ijsbeer droop af. De rest liep met die ijsbeer mee.

Aan het begin van de barre terugtocht overlijdt Willem Barentsz op het drijfijs in de buurt van Nova Zembla. De mannen in de 2 sloepen moeten nog een hele afstand afleggen. Op een Russisch eilandje worden ze welkom geheten door Lappen die hun vertellen dat er 3 “Brabantse’ schepen liggen in een ander stadje. 1 man en een Lap gaan daar naartoe. Later blijkt dat de Noord-Hollander Jan Cornelisz Rijp met zijn schip daar ligt. Rijp had met zijn schip deelgenomen aan de 3e ontdekkingstocht, maar was onderweg het contact kwijtgeraakt. Rijp was erg verbaasd dat ze nog leefden, maar de mannen geloofden ook niet dat Rijp het overleefd had.